Categorie archieven: mm

Rattenstaartjes of slangenradijs, een makkelijke groente in de tuin.

Rattenstaartjes – Radijsvruchtjes – Slangenradijs -Raphanus sativus
(Rat’s tail – Podding radish)

peultjes-op-hand Heb je zin om eens een groente te telen waar je geen omkijken naar hebt?
Een groente die zo groeikrachtig is dat hij dwars door iedere plaag of ziekte heen groeit?
Een groente die je in de herfst of het jaar daarna niet opnieuw moet zaaien, omdat, als je de afgestorven groente opruimt, de grond al vol staat met nieuwe zaailingen?
Een groente die een overvloed aan pittig smakende vruchtjes voortbrengt het hele voorjaar, zomer en herfst? En dit al zeven weken na zaaien?

En toch is de naam rattenstaartjes of slangenradijs niet te danken aan de uitbundige, weelderige, wilde groei van deze groente. De radijssoort wordt niet geteeld voor de knol, maar voor

Lees verder Rattenstaartjes of slangenradijs, een makkelijke groente in de tuin.

Tomatenplanten kopen die geënt zijn?

Aandachtspunten bij de aanschaf van geënte tomatenplanten
(dit zijn slechts enkele verkoopplaatsen, laat ook weten waar u geënte planten koopt, onderaan dit artikel)

Hier en daar kan je geënte planten op de kop tikken. Zo staan er volgens Madame Tomate geënte planten op de markt in Hulst. (prijs €3,50 voor één geënte plant met twee stengels, hoogte 35 cm)

Ook verkoopt Easyplant geënte planten. Dit zijn planten met als onderstam Maxifort en als ras de F1 hybride Maestria. Dit blijkt een vleestomatenras te zijn dat in Duitsland en in  Noord-Europa vrij populair is. Het is mij niet bekend dat één van de Belgische of Nederlandse zaadcatalogussen dit ras als zaden aanbieden. (prijs voor twee geënte planten met één stengel is  € 4,25)

Lees verder Tomatenplanten kopen die geënt zijn?

Asperge erwt of vleugelerwt, nog zo’n gemakkelijke groente

Asperge-erwt (syn vleugelerwt – geteelde rolklaver)
Tetragonolobus purpureus (syn Lotus edulis – Lotus tetragonolobus)
Familie : vlinderbloemigen (peulgewassen) – Fabacae

asperge-erwt-in-bloei-17juniJPG
Veel vergeten groenten zou je ook gemakkelijke groenten kunnen noemen. Deze groenten stelden ook vroeger al weinig problemen met ziekten en plagen. De (beroeps)tuinder had toen nog niet de vakkennis die hij nu heeft en stelde deze groenten dan ook op prijs wegens de geringe kans op mislukking.
Aardpeer, warmoes, pastinaak, eeuwig moes, palmkool, slangenradijs, brave hendrik, haverwortel, kardoen, kapucijnerbaard enzovoort, allemaal stuk voor stuk “vergeten groenten” die zeer gemakkelijk zijn in de teelt.

En toch vind je ze weinig in de handel. Eén van de redenen is omdat ze slechts sporadisch op tafel kunnen gezet worden, niet schikken in de keuken van iedere dag. Bij de (beroeps)tuinder zijn ze dikwijls vergeten omdat ze niet zo productief zijn, en zo niet rendabel genoeg zijn voor de normale handelskanalen (tuinder–>veiling–>grootwarenhuis)
Hoe je het ook draait of keert, veel van de vergeten groenten zijn commercieel niet altijd interessant.

Reden te meer om, als hobbytuinder, eens een paar van deze vergeten groenten te kweken :

  • makkelijk,
  • moeilijk te vinden in de winkel, en veelal ook
  • mooie planten die dikwijls ook in de siertuin of potten en bakken kunnen.

Asperge-erwt voldoet zeker aan deze drie voorwaarden.

Lees verder Asperge erwt of vleugelerwt, nog zo’n gemakkelijke groente

Watermeloenen kweken

vruchtenbloemkl

Watermeloen (Citrullus lanatus) is een plant die tot de familie van de komkommerachtigen behoort. Net zoals meloenen, courgettes, pompoenen, augurken en komkommers. Toch zien de diep ingesneden, sierlijke, grijsgroene bladeren van watermeloen er helemaal niet uit zoals die van veel andere komkommerachtigen. Het is een teelt die enkel mogelijk is in de kas. Zaai en opkweek is gelijk aan die van meloenen. Wat betreft onderhoud zijn er wel een aantal verschillen. Voor wie beschikt over een ruime kas valt deze teelt zeer goed mee.

watermeloen_zaden watermeloen_zaaien
Foto : de zaden van watermeloen zijn vrij groot en donkerbruin van kleur. In ieder potje wordt een zaadje ongeveer 1-1,5 cm diep gelegd en afgedekt.

Zaaien
Zaaien in setjes of bloempotjes is aan te raden, zoals alle komkommerachtigen laat watermeloen zich niet graag verspenen. De laatste dagen van maart tot de eerste tien dagen van april is de beste zaaiperiode.

Lees verder Watermeloenen kweken

Tuinbonen : luizenprobleem onderschat?

Ik kreeg een ietwat verwonderde reactie van Edwin over het artikel met de fotoreportage tuinbonen. Misschien heb ik het luizenprobleem bij tuinbonen onderschat?

Update: meer dan vijftien lezers stuurden ondertussen hun tip in over dit probleem, lees ze onderaan dit artikel.

Edwin schrijft :

Met interesse het tuinbonenbericht gelezen. Echter mijn ervaring staat helemaal haaks op uw beschrijving. In april tuinbonen gezaaid. De aanvankelijke groei verliep voorspoedig. Toen ze nog maar 15 tot 20 cm groot waren, staken de eerste luizen de kop op. In een razend tempo versreidden ze zich. De tuinbonen laten staan totdat ze zo’n 60 tot 75 cm groot waren. Toen zaten ze van boven tot onder, allemeaal vergeven van de zwarte luis. De vruchtbeginselen hadden duidelijk te lijden gehad. Nauwelijks vruchten. In een teleeursgestelde bui alles eruit getrokken en weggegooid.
Ik (en na navraag meerde collega-moestuin-liefhebbers) onderschrijf uw artikel dus helemaal niet. Wel jammer want verse tuinbonen zijn overheerlijk. Ik zou ze graag in de tuin hebben. Volgend jaar de zaak anders aanpakken?

Hieronder het  antwoord dat ik Edwin stuurde, maar eigenlijk ben ik op zoek naar reactie van (waarschijnlijk vooral Nederlandse) tuinliefhebbers over hoe zij het luizenprobleem aanpakken. Hebt u regelmatig problemen met de zwarte bonenluis bij tuinbonen? Of heeft u tips om dit te voorkomen. Hieronder alvast mijn idee daarover. Zet uw reactie onderaan dit bericht of stuur die op naar lezersbijdrage@plantaardig.com

Beste Edwin
Hartelijk dank voor uw reactie en uw ervaring uit het veld.
De foto’s en teeltbeschrijvingen in het artikel gaan over een teelt van vorig jaar.
Toen was er weinig last van luizen. Hier toch. Ik teel zeker niet ieder jaar tuinbonen (In België is dit voor veel mensen een onbekende groente! )

Dit jaar echter was ook op veel andere planten uitzonderlijk veel luisaantasting. Door de zeer warme aprilmaand waren er al vlug grote generaties luizen. Als de luisaantasting zeer vroeg begint, op kleine planten, zal er moeten ingegrepen worden met een al dan niet biologische insecticide. Zoniet raakt de plant inderdaad overwoekerd. Eén behandeling zou dan moeten volstaan.

Ik zou toch durven aanraden om de bonen al begin  februari voor te zaaien en zo vroeg mogelijk in maart uit te planten. Zo kan je al voldoende grote planten hebben vooraleer de luizen er aan komen (in normale jaren). En dan kan je dus de jonge toppen er uithalen . Misschien was het daardoor dat ik vorig jaar geen luizen opgemerkt heb?

Maar toegegeven, het probleem is waarschijnlijk van grotere omvang dat het artikel laat uitschijnen. Vandaar deze vraag : Wat zijn uw ervaringen en hoe pakt u het luizenprobleem bij tuinbonen aan? Mail naar lezersbijdrage@plantaardig.com

Reactie van Cees

Ik kreeg al onmiddelijk een reactie van Cees Schippers.  Zijn ervaring lijkt de uitzonderlijke omstandigheden wat betreft luisaantasting in 2007 te bevestigen.

Hetzelfde probleem, zelfs met voorgezaaide bonen. Ondanks bestrijding met pyrethrine (maakt dus ook niks uit) wel wat vruchten onderaan de plant maar verder geen vruchtzetting meer.

Dit is het eerste jaar dat ik zo-iets meemaak!

 

De gewoon in koude grond gezaaide bonen komen er nog beter vanaf, in die zin dat de opbrengst nog wat groter is. Al met al meet ik een opbrengst die minder is dan 50% van normale jaren

Het zal dus wel de warme april maand zijn die ons allen parten speelt…..

En ook de zachte winter(s) waarschijnlijk. Bedankt voor de snelle reactie Cees.

Reactie van Antonia

Antonia Hoefnagels stuurde een oud gezegde van haar grootvader in, dat voor een groot stuk het luizenprobleem bij tuinboon samenvat

Het gezegde zegt:  wie labbonen(tuinbonen) wil eten mag februari niet vergeten.  Mijn grootvader zegde dit altijd.
Als je in februari tuinbonen plant heb je bijna geen last van luizen, enkel aan de top, maar die doe je er dan uit en je probleem is zo goed als opgelost”

Er vroeg bij zijn is dus wel degelijk belangrijk om tuinbonen zonder zwarte bonenluis te telen. Dan voor deze gouden tip, Antonia.

Reactie van Prisca

Beste lezer,
In februari worden 3 soorten tuinbonen (vectra, 3 x wit en groene hangers) voorgezaaid in bloempotten. Dit is 4 bonen in een potje met potgrond, dan krijg je wat stevigere bossigere planten. Deze worden in de koude kas gezet onder vliesdoek.
Iets na half maart de plantjes uitgeplant; de wortels kwamen de potjes uitgegroeid en de plantjes waren zo´n 10 cm groot. Plantafstand 60 cm tussen de rijtjes, onderling 30 cm.

In april al wel een keer gespoten met spiritus en groene zeep (liefst s´avonds, geen wind, geen zon!).

Begin mei getopt, de eerste vruchtbeginselen waren onderaan de plant duidelijk zichtbaar en de planten waren zo´n 70 tot 80 cm. groot (afhankelijk van het soort).
In mei nog wel twee keer moeten spuiten met spiritus en groene zeep. Twee dagen achter elkaar spuiten waar je de luis ziet zitten. Op een twee liter spuitfles, ongeveer een borrelglas gewone brandspiritus en een eetlepel groene zeep, aanvullen met warm water.

In juni heel veel lekkere tuinbonen geoogst.

Voor het doppen heb ik een wat snellere methode als we in het artikel konden lezen.
Als de tuinboon supervers is kun je het boontje met je duim dwars door de peul heen drukken, net als je een tabletje uit zijn verpakking druk als het ware. Maar dit lukt alleen als de peul nog knapperig is. Oogsten en doppen op je tuintje dus, kun je het afval gelijk op de composthoop achterlaten.

dit is mijn tuinboonervaring dit jaar. Ik tuinier in Breda in Noord Branbant. Vriendelijke groeten, Prisca klatten

Hartelijk dank voor deze teelttip, recht uit de tuin,  Prisca. Heel wat lezers zullen dit interessant vinden. Samengevat betekent dit dus : vroeg zaaien, toppen en luisbestrijding.

Reactie van Gherard

Gherard heeft succes met het middel Spruzit. Hij schrijft:

“In reactie op uw artikel wil ik u graag mijn ervaringen laten weten. IK teel al jaren tuinbonen en inderdaad zwarte luis is een probleem. Belangrijk is regelmatig controleren en als er luis in komt gebruik ik het biologisch middel Spruzit voor de bestrijding van de zwarte luizen. Dit werkt prima. mvrgr.  Gerhard Tiemessen”

Reactie van Jaap

Mijn ervaring is om tussen de rijen tuinbonen dille te zaaien, (van mijn grootvader gehoord)ik doe dit ieder jaar.
Als de bonen een centimeter of 15 zijn zaai ik de dille,en als ik dan toch de luis zie spuit ik met heermoesgier.
Maar dit jaar heb ik veel last van roest op de tuinbonen en de knoflook,heeft u daar een oplossing voor?

Reactie van Agral

Agral heeft ook succes met Dille tussen tuinbonen.

Ik heb nooit last van luizen in de tuinbonen. Tegelijkertijd als ik de tuinbonen zaai, zaai ik er meteen dille tussen, die houden de luizen weg. Door de hele tuinen heb ik dille en veel andere kruiden staan en de luizenoverlast is uiterst miniem in mijn tuinen!

Reactie van Dolf

Zou er eventueel een verband zijn met het geteelde ras? Dolf schrijft dit

Luizen in de tuinbonen, heb er dit jaar helemaal geen last van, maar ik heb een ander ras als voorgaande jaren gezaaid. Ik wist ook niet wat ik zag, want voorgaande jaren zaten ze er bij mij ook flink onder. Het ras is: Vectra TS is een wit bloeiend ras met hoge productie en geeft niet al te grote vruchten en is ook niet super vroeg rijp wel op tijd gezaaid. Ben vorige week begonnen te oogsten (21-06-07).Smaken prima! Dolf.

Reactie van Ben

Ben gebruikt rabarberthee. Hij schrijft:

Dit jaar heb ik met thee van rabarberbladeren gespoten, op tijd begonnen, zogauw de luis de kop opstak. De bladeren fijn snijden ong. 8 bladeren op ong. 15 ltr. water, 2 a 3 dagen laten trekken. Dit zeven en  2 maal per week spuiten. Heeft goed geholpen.Groeten Ben.

Reactie van John

Vroeg zaaien, bestrijden en toppen, alle handelingen  bij elkaar voor John, hij schrijft

Tuinbonen in februari gezaaid

Aan weerszijden rij met bonenkruid gezaaid.

Een heel klein beetje luis in de warme april maand.

Begoten met brandnetelgier en alle luis verdween

Dan getopt in mei en vorige week alles geoogst.

geen luizen verder.

Reactie van Gerda

Ook Gerda gebruikt Dille.

Nog even een reactie op de luis in de tuinbonen. Half maart in de koude grond gezet, na opkomst ook dille tussen de regels gezaaid en éénmaal met Bio-insectenspray van Pokon de luis te lijf gegaan. Superbonen geoogst. Ik tuinier in Groet (NH) direct achter de duinen. Gerda

Reactie van Sjef Silvertand

Al jaren teel ik tuinbonen.
Als planten een hoogte hebben bereikt van 75 cm
tot ca. een meter dan staat de plant nagelang het
soort in volle bloei en is meestal de eerste boon
aangezet,dan top ik al mijn planten om verdere
aantasting te verkomen. Is er al eerder zwarte luis
of bladluizen,dan spuit ik met een gericht middel tegen bladluizen en zwarteluis. De luizen met spuitmiddel goed raken
De volgende dag kun je zien dat de geraakte luizen
dood zijn 100% werkend.Het middel werkt specifiek
op bladluizen en spaart roofvijanden. Sjef Silvertand.

Inderdaad Sjef, dit is een heel selectief middel, beter selectief zelfs dan de spruzit, spiritus, groene zeep, natuurlijke pyrethroïden enz… die eigenlijk ook de lieveheersbeestjes doden, het door u geciteerde product niet! Helaas is het door u geciteerde middel niet verkrijgbaar voor de liefhebber, ik kan het helaas dan hier ook niet vermelden.

Reactie van Jo Janses

Jo is het volledig eens met Prisca

De methode van Prisca is inderdaad de erige juiste. Mijn moeder waste vroeger al onze haren met groene zeep als wij last van luizen hadden, en dat hielp perfect. Verder niets dan lof over jullie site ik heb er al versctips uitgehaald.

Ook nog een reactie van Aat

Ik spuit bij de eerste zwarte bonenluis altijd met een hogedrukspuit met water de luizen voorzichtig  eraf en meestal hoef ik dit hoogstens een keer te herhalen. Uiteraard heb ik de bonen dan ook al getopt. Werkt ieder jaar prima. Had de bonen voorgezaaid en had dit jaar weer een goede oogst.

groet Aat

Louis schrijft

Half februari, rechtstreeks in de volle grond. Meestal ben je de zwarte luis net voor of ze zijn nog te verwijderen `met de hand`. Bij het verschijnen van de eerste boontjes toppen. Zo doe ik het al veertig jaar.

     Groeten,  Louis

Ko schrijft

Ik heb alle berichten over ¨de zwarte luis¨doorgelezen,vele telers hebben hun eigen bestrijdingsmiddel,ik heb mijn tuin bij een boerderij al 25 jaar(tussen de Rijn en de Waal) en ieder jaar staan bij mijn de tuinbonen bovenaan de teeltlijst,
Ik trek de tuinbonen  altijd voor en deze zijn dit jaar pas eind Mei SAMEN MET VEEL DILLEZAAD in de grond geplaats.En ik moet eerlijk zeggen geen luis gezien. Bonen zijn geoogst en de dille staat er nog stoer bij.de zaden sparen we voor het volgend jaar en de takjes groen gaan in de vrieskist deze gebruikt de kokin bij de opgediende vis. Dit is mijn ervaring.

Wat zijn uw ervaringen en hoe pakt u het luizenprobleem bij tuinbonen aan? Mail uw methode naar lezersbijdrage@plantaardig.com

Aardbeien: doordragers in pot

groenten in potten, de serie De voornaamste opdeling bij aardbeien is deze tussen junidragers en doordragers (naast bosaardbeien en gezaaide aardbeien). De oogstperiode bij de junidragers is beperkt tot een 4-tal weken waarbij de bloei zowat gescheiden verloopt met de oogst. Deze teeltwijze het meest gekend.
De oogst van de doordragende rassen loopt uit over een periode van 4 tot 5 maanden waarbij er zowel bloemen als rijpe vruchten aan de plant hangen. Dit betekent dat er tijdens die lange periode best voldoende aandacht aan de planten besteed wordt.
Bloemen verwijderen, vruchten snoeien, uitlopers afknippen en soms ook wel wat blad verwijderen behoren tot de gewasverzorging van doordragende aardbeirassen. Dit lukt allemaal beter als je deze aardbeien in pot teelt. In vollegrond is de gewasverzorging moeilijker bij te houden en de kans op rotte vruchten neemt toe omdat ze op de grond of stro liggen. Bij de teelt in pot hangen ze vrij.

Aardbeien zijn vrij makkelijk in pot te telen.

Grondmengsel
Neem emmers of potten met een inhoud van 8 tot 10 liter, die voldoende drainagegaten hebben. Vul deze met een zeer goed doorlaatbaar grondmengsel, dit betekent een grote hoeveelheid witveen ( 50 % turfstrooisel, of als milieuvriendelijk alternatief kokosvezels) (liefst 50 %), de rest bestaat dan uit zwartveen.

Kies je een grondmengsel dat weinig witveen bevat dan blijft dit substraat te lang nat en bevat het te weinig zuurstof. En van natte voeten houden aardbeien niet!

Planten
Plant vier tot vijf planten per pot van 10 liter, ietwat schuin zodat het hart van de plant naar buiten gericht is. Het is dus fout om aardbeiplanten in het midden van de pot te zetten. Dan liggen de vruchten op de bodem en zijn ze moeilijker te oogsten

Aardbeien in pot telen, doordragers
foto 1 De aardbeien worden zoveel mogelijk langs de zijkant van de pot geplant. Hier staan in principe wel een aantal planten te veel, waardoor de bladgroei later te weelderig en te dicht zal zijn (bladpluk zal hier nodig zijn). Vijf is een maximum voor deze grootte van pot.

Gewasverzorging
De eerste reeks bloemtrossen die verschijnen (normaal eind april-begin mei) als de planten og klein zijn worden verwijderd om sterke planten te bekomen. Vanaf einde mei, maar dit jaar heel wat vroeger, de volgende bloemen laten uitgroeien. Uitlopers worden gedurende het hele groeiseizoen regelmatig verwijderd.Aan het uiteinde van de tros staan veel kleine vruchtjes. Als de eerste vijf vruchten geoogst zijn kunt u beter de tros wegnemen, dit stimuleert de vorming van nieuwe trossen. De vruchten op de uiteinden van de tros zijn ook gevoelig voor rot.

Doordragers aardbeien in potten
foto 2 Deze aardbeipot komt voor het tweede jaar in groei en bloei. De vorming van jong blad en bloemen gebeurt haast gelijktijdig. Geef doordragers echter eerst de kans om bladeren te vormen. De eerste bloei wordt dan ook verwijderd.

Bloemen verwijderen doordragers
foto 3 Verwijderen van de eerste bloei.

Bloempot in de aardbeipot

foto 4 Een mogelijkheid om er voor te zorgen dat de aardbeiplanten naar buiten toe groeien is het plaatsen van een bloempot zonder bodem, zodat alleen een smalle rand met de aarddbeiplanten overblijft. Dit is dan ook een gemak om water te geven zonder bladeren, bloemen vruchten nat te maken.

Bemesten
Vergeet niet om regelmatig bij te bemesten. De continue groei van bladeren, vruchten en bloemen vergt immers heel wat energie. Bij dit systeem zou je wekelijks een soeplepel organische meststof met een relatief grote hoeveelheid kalium kunnen strooien op de grond die zich binnen de zwarte ring bevind. Dit is bijvoorbeeld een meststof met ongeveer de verhoudingen 6-4-12. Doordat op diezelfde plaats ook steeds water gegeven wordt zal de meststof ook goed verteren en in de grond dringen. Je kan, voor een snellere werking, ook wekelijks vloeibare meststof oplossen in het gietwater.

Aardbeien maken eerst voldoende blad
foto 5 Na het verwijderen van de eerste bloei groeien er nog heel veel bladeren bij. Er mag, bij een te gulzige groei ook wel eens wat blad geplukt worden. Dit bevordert de kwaliteit van de bloemen.


foto 6 Wil je grotere aardbeien van doordragers, dan kan je de trossen van deze aardbeipot snoeien op vijf vruchten. Uitlopers worden best regelmatig verwijderd, je kan ook enkele van die uitlopers stekken om jong plantmateriaal te bekomen.

Enkele veel gebruikte rassen bij doordragers
‘Rapella’ – Dit fors groeiend ras geeft redelijke grote vruchten die goed smaken. Gevoelig voor bodemziekten
‘Ostara’ – Gemakkelijk te telen met een hoge produktie, goed van smaak. Rijpen in het najaar goed door. Te oogsten tot eind oktober.
’Selva’ – Grote, matig smakende vruchten, behoeft weinig trossnoei en is makkelijk te telen

Ik weet dat heel wat liefhebbers allerlei systemen en potten gebruiken om aardbeien te kweken. Heb jij een goed werkend teeltsysteem om aardbeien in pot te telen (ook voor junidragers) en wil je dit delen met de vele lezers van de nieuwsbrief? Stuur dan een berichtje met eventueel foto’s naar lezersbijdrage@plantaardig.com

Dit artikel maakt deel uit van de serie en rubriek Groenten In Potten.

Nu al bonen zaaien en zaden kopen: welke kiezen?

Update 2010 : Het is zelfs in mei nog geen zomer.  Zou koud was het de eerste helft van mei al tientallen jare niet meer. Maar vanaf nu, half mei,  kan je toch gebruik maken van de zonnige dagen om bonen te zaaien. Lees ook enkele zeer interessante tips van de lezers onderaan dit artikel, bedankt aan iedereen die reageerde. Omdat veel beginnende groentetelers nogal eens slechte ervaringen hebben met het kiemen van bonen, wou ik graag deze vraag voorleggen: “Wat doen jullie om steeds van een goede opkomst van bonen verzekerd te zijn?” Want dat wil nog al eens tegenvallen. Steeds nieuw zaad? Zaaisel afdekken tegen de regen? In potjes voorzaaien? Laat het weten onderaan de commentaarsectie bij dit artikel.

Update 2007 : Het is zomer in april! Dit jaar kan je een kleine hoeveelheid van de bonen uit het teeltplan wat vroeger zaaien. Waarom? De grond is  al voldoende opgewarmd, en het weerbericht geeft vanaf nu tot en met 1 mei zachte nachten van 10 graden en meer. (zie de link Negendaagse voorspelling op deze weerpagina)
Het weer is alvast ideaal. Natuurlijk kan een late nachtvorst in mei nog spelbreker zijn, dan dek je ze ’s nachts wat af met folie of krantenpapier. De kans op slagen lijkt voor mij alvast bijna 100 %! Ook Cor heeft gisteren al bonen gezaaid, stokbonen dan nog, zie het dagboek van Cor.

Bij deze droogte leg je de bonen eerst een paar uren  in water (niet langer, het zijn geen erwten!). Dan trek je de zaaigeultjes en giet je daar dan water in. Laat dit bezinken en zaai de bonen. Dek af met een paar centimeter grond en dan geef je best nogmaals water. Daarna laten opdrogen, dus slechts om de twee dagen water geven bij warm en drogend weer. Bonen houden niet van wateroverlast!

Hieronder volgen de tips voor normale voorjaarsomstandigheden…..

Bonen zaaien doe je in principe zonder risico vanaf 15 mei.

Waarom?

  • De grondtemperatuur moet zowat 10 graden zijn.
  • De groeitemperatuur voor bonen is 15°C .
  • Als de bonen boven de grond staan kunnen ze absoluut geen lentenachtvorst verdragen.

 

Vroeger zaaien is een risico. Beter is de bonenteelt te vervroegen door in potten te zaaien rond half-april. Zaai dan zo’n vier zaden per bloempot (diameter 10,5 cm). Je kan ook bonen vervroegen door in een kas te telen, maar daar hadden we het al over in dit artikel.

Als je zaden koopt loont zeker de moeite even na te gaan wat er in het doosje zit. De verscheidenheid aan variëteiten is zeer groot. Ieder jaar worden een aantal nieuwigheden aangeboden. Nieuwe rassen bieden voordelen zoals een hogere productie, betere ziekteresistentie en minder snel vliezig worden. Het onderscheid tussen klassieke rassen en nieuwigheden is snel gemaakt. De prijs van nieuwe rassen is zowat het dubbele van de klassiekers. Hoe het onderscheid maken tussen de verschillende bonenrassen?

1. Stambonen (struikbonen)

De peulen worden geheel of in stukjes gebruikt als groente. Er zijn hierbij verschillende types.

Naaldboontjes Franse selecties die heel fijne en tot 20 cm lange peulen vormen. Het gewas is meestal weelderig en er wordt meerdere keren geplukt. Dit is nodig omdat ze vrij snel vliezig worden. De zaden zijn zwart, bruin, beige of gevlekt. (=Gekleurdzadige soorten). Het is bekend dat gekleurde zaden net iets beter de koude en de vochtigheid verdragen bij een (te) vroege zaai. Soms aangeboden als ‘Haricots verts’.

Chinese boontjes (hotelboontjes) Zijn veel korter, maximum 12 cm. Het gewas is meer gedrongen en de oogst kan gebeuren in één tot maximum twee maal. De peulen zijn zeer recht, fijn en gelijkvormig. Dit maakt dat het soms moeilijk te bepalen is wanneer je nu juist moet oogsten. De zaden zijn wit. Kunnen iets dichter gezaaid worden. ( Rassen Ardes – Autan – Novostar – Pros Gitana – Lipsos en Miracle)

Prinsessenboontjes Hebben witte of bruine zaden, en een iets minder fijne peul dan de naaldboontjes. De peulen zijn vlezig en hebben de neiging snel over te gaan tot zaadvorming in de peulen.

Sommige stamslabonen hebben goudgele peulen, dit zijn dan boterbonen, nog andere soorten zijn paars. De meningen over de smaak van boterbonen lopen uiteen over zeer goed tot ‘flets’. De paarse bonen kleuren groen bij het koken en hebben een uitstekende smaak.

Snijbonen Hebben lange, platte, brede peulen en worden voor het gebruik versneden. Vooral de oudere snijboonrassen (prijs!) moeten iets jonger geoogst worden.

2. Stokbonen Groeien langs stokken of draden.

Stokslabonen Zijn meestal langer dan de stamslabonen. Met stokbonen kan op een kleine oppervlakte een grote opbrengst gehaald worden. Stokslabonen zijn eigenlijk van het type prinsessenbonen.

Stoksnijbonen. De peulen van de stoksnijboon, die ook langs stokken of draden geteeld wordt, zijn langer dan van de stamsnijboon (struiksnijboon)

Spekbonen Lijken, dikke, grote slabonen die als snijbonen kunnen gebruikt worden. Ze leveren dan ook meer kilogrammen dan de gewone stokslabonen.

3.Droogbonen Hardschillige bonen, waarvan de volgerijpte en gedroogde zaden kunnen bewaard worden en later gekookt gegeten. De peulen kunt u ook in een zeer jong stadium eten. Er is de gele citroenboon, de kievitsbonen, de soldatenboon, borlottobonen. Op dekooktips.com vind je een mooi overzicht van zeer rijke variatie aan droogbonen. Het zijn vooral stambonen of struikbonen.

Flageoletbonen. Een aparte groep bij de droogbonen. Bij flageoletbonen worden de bonen gedopt bij afgerijpte, doch nog groene peulen. (zoals erwten) of worden geoogst zoals droge bonen. Ze behouden wel hun groene kleur

4. Pronkbonen

Deze klimmende bonen onderscheiden zich door een robuustere groei, en doordat de wortel vaak knolvormig verdikt is. Is sterker tegen ziekten en verdraagt goed gure weersomstandigheden. De lange brede peulen worden in jong stadium regelmatig geplukt om te eten als snijboon. Te harde peulen gebruiken als droogbonen.. Vele variëteiten zijn roodbloeiend zijn, en hebben sierwaarde Pronkbonen behoren tot een andere soort, namelijk Phaseolus coccineus.

Was je op zoek naar meer specifieke namen van bonenrassen? Dan helpt Cor , een ervaren bonenverzamelaar, je graag verder. (eventjes door zijn pagina scrollen, de bonen staan meer onderaan)

Lees hier een artikel over het kweken van bonen