Categorie archieven: Winter

Vorst doet boerenkool smaken.

boerenkool (2) Zijn twee nachtjes vrieskou voldoende om de boerenkool beter te doen smaken? In ieder geval voldoende opdat er een krantenartikel over geschreven zou kunnen worden. In De Stentor stond een artikel over de eerste vorst en de boerenkool. Twee tuinbezitters worden ondervraagd maar weten helaas niet het antwoord op de vraag “Waarom boerenkool beter wordt als de vorst er over gegaan is”.

 

Uit De Stentor

“Ik geloof dat het iets met de structuur van het blad te maken heeft, die verandert”, zegt Jan van der Poel (68), secretaris van volkstuindersvereniging De Vergulde Plak aan de Kruisweg in Hierden. ” Na een natuurlijk vorstje is ie knapperiger”, zegt hij zittend op een overdekt bankje midden tussen de tuinen. “Ik weet niet precies hoe dat komt, maar na een aantal nachten vorst wordt hij weer taaier. Visser weet dat wel, dat is een echte tuinder.”
Van der Poel roept de man die in de verte op zijn perceel bezig is. Zonder haast komt hij aanwandelen. “Ik weet het eigenlijk ook niet hoe dat zit” , zegt Jan Visser (74), voormalig zaadhandelaar en huurder van twee tuinen. ” Maar dat ene moment als hij door de vorst is gepakt, dat maakt hem brosser.”

De meest gehoorde uitleg is deze (samengevat)

“Het zetmeel in de bladeren wordt door de kou omgezet in suikers,  en dat maakt de  smaak van boerenkool zoeter.”

Een meer wetenschappelijke uitleg vinden we in een artikel van de Universiteitskrant Groningen (niet meer online beschikbaar)

“Planten maken suikers aan voor hun groei. Daalt de temperatuur, dan stagneert die groei maar de suikeraanmaak gaat nog een tijdje door: die wordt minder snel afgeremd dan de groei. Omdat de plant de suikers niet meer kan inzetten voor de groei, hopen ze zich op.”

Niet helemaal hetzelfde dus….

Een uitleg die de twee stellingen verenigt is deze:

“Planten maken zetmeel aan, dit zetmeel word tijdens de groei geleidelijk omgezet in suikers die gebruikt worden voor zijn groei. Bij koud weer valt de groei stil maar gaat de omzetting van zetmeel naar suikers door.”

Deze uitleg die achteraf binnenkreeg van Jaap is ook wel te snappen en goed gevonden :

“Wij doen suiker in het vogelbad als het gaat vriezen, want dan bevriest het water niet. Als boerenkool merkt dat het gaat vriezen zet die meer zetmeel om in suiker, zodat de plant niet bevriest. Het is dus zorgen om te overleven. De smaak wordt met meer suiker natuurlijk zoeter.”

 

Wat ook de uitleg weze : dat door de kou het suikergehalte in de wortel (pastinaak, peen) of bladeren (boerenkool, spruiten) stijgt is  zeker!

Foto : naast het grote voordeel dat het insectengaas de rupsen, witte vlieg en koolvlieg op een afstand houdt is er misschien het nadeel dat er een graadje vorst meer nodig is. Het insectengaas mag vanaf nu wel verwijderd worden. Vlinders en koolvlieg zijn er niet meer.

boerenkool_insectengaas

 Al eens rode boerenkool geteeld? (Klik)

Witlof kweken kan zelfs zonder groentetuin

Geen teelt die je op zoveel verschillende manieren kan telen als witloofkroppen. Tussen de klassieke teelt onder golfplaten met dekgrond tot de teelt zonder dekgrond in een emmer, kist of vat in de  garage of kelder zien we oneindig veel varianten. Het is juist de teelt zonder dekgrond die het voor iedereen mogelijk maakt wat witloofwortels te forceren tot mooie, goudgele kroppen. In dit artikel vind je een fotoreeks over de het telen van witloof in bakken. Ook zijn we op zoek naar goede adressen om witloofwortels te kopen.

Bij de teelt met dekgrond wordt er een dikke laag aarde op de wortels gelegd. Deze wortels kunnen in de schuur, kas of plastiektunnel staan. Of ze kunnen in openlucht staan, maar dan wordt de laag aarde bij vorst nog eens afgedekt met stro en een plastiekfolie.
Een variant hierop is dat de dekgrond vervangen wordt door stro of bladeren die op de wortels gelegd worden met daar een zwart doek overheen.
De teelt zonder dekgrond is de meest recente variant. Let wel, voor de teeltwijze met dekgrond moet het ras geschikt zijn. Rassen waarbij staat “teelt met dekgrond” groeien moeilijker zonder dekgrond, de kroppen zijn dikwijls te los. Rassen waarbij staat “teelt zonder dekgrond” kunnen zowel zonder als met dekgrond geteeld worden.

Meer gedetailleerde uitleg vind je in het uitgebreide artikel Witloof kweken – de forcerie

Enkele voorbeelden.

  • witlof-onder-golfplaat Deze liefhebber teelt het witloof op traditionele wijze in een kuil in open lucht met stro en folie op de dekgrond en golfplaten om de regen tegen te houden.

Kweekt u zelf de witloofwortels of koopt u ze in?

Geen (moes) tuin? Toch kan je in de wintermaanden witlof telen. Alles wat je nodig hebt is wat ruimte in een koele berging, kelder, garage of schuur,  tuinhuis of desnoods balkon.  En witlofwortels. Om die te telen heb je wel een tuin nodig natuurlijk.

Maar er is ook de mogelijkheid deze wortels aan te kopen. Zo zijn er heel wat volkstuinverenigingen in België die deze wortels via samenaankoop aanbieden aan hun leden. Bij sommige professionle witlooftelers kan je ook wel aan wortels komen. En ook sommige handelaars of tuincentra bieden deze in de herfst te koop aan. Toch is het niet in iedere regio even eenvoudig deze te vinden.

    • Hebt u een goede tip om aan witloofwortels te komen. Laat dan  een berichtje achter in de commentaarbox of stuur uw bericht naar lezersbijdrage@plantaardig.com.

Bij wijze van experiment kocht ik dit jaar een zak witlofwortels bij de plaatselijke volkstuinvereniging.

Witloof in bakken. (Witlof in fust) Een handleiding met foto’s

De wortels klaar maken
De wortels zijn al op lengte gesneden en ook het loof is al afgesneden. Zo dit niet het geval is snij je best de worteltop af zodat de wortels allemaal ongeveer 18 centimeter lang zijn. Ook het loof wordt afgesneden zodat er alleen een kraag van enkele cenitemter overblijft. Rotte blaadjes worden daarbij verwijderd. Meer uitleg over het snijden van de wortels kan je vinden op deze pagina over wortels klaarmaken in het fotoalbum van Cor.

witloofwortels-reinigen1 witloofwortels-inzetten2 witloofwortels-reinigen3

Foto’s (klik voor vergroting) : het verwijderen van verdord, rot en bruin blad. Zoals je op de foto kan zien zijn deze wortels iets te lang in de zak gebleven waardoor ze al aan het uitlopen zijn, met groene blaadjes, want de witte zak liet licht door.

De wortels inzetten
Neem een kist, emmer, bak die minstens 25 cm hoog is. Maak een substraat met de helft tuingrond en de helft potgrond of zeer goed verteerde compost.

Vul de grond van de kist met enkele centimeter aarde. Plaats een rij witloofwortels. Strooi daar wat grond tegenaan. Plaats de volgende rij witloofwortels. Strooi en druk daar dan opnieuw wat grond tegenaan. Ga zo door tot de kist vol is.

4-witlof-telen-in-bak 5-witlof-telen-in-bak
Foto’s : inzetten van witloof in plastiekkisten.

Strooi nu een laag grond van enkele centimeters over de wortels. En spoel dan deze grond tussen de wortels met de tuinslang en sterke waterstraal. Zodat de koppen van de wortels opnieuw zichtbaar worden en bijna vrij van aarde zijn.

Lees verder Witlof kweken kan zelfs zonder groentetuin

Alles over de teelt van veldsla, een groente voor herfst en winter.

Het veldslaseizoen neemt een aanvang als het voor veel andere groenten stopt. En als  de eerste voorjaarsgroenten in de tuin staan is het tijd om de laatste veldsla te consumeren. Je kan met vedsla al starten in augustus en er mee doorgaan tot het vroege voorjaar. In open lucht of onder bescherming of in de kas.  De vraag naar veldsla bij de consument neemt nog ieder jaar toe. Bij de tuinliefhebber is de teelt al lang een klassieker. Het is daarenboven een teelt die, éénmaal de kieming geslaagd is, een grote oogstzekerheid heeft.

“Alles over de teelt van veldsla” is een ambitieuze titel, die moeilijk bereikbaar is. Eén mens alleen kan niet alles weten. Ondanks het feit dat dit artikel zeven gedrukte pagina’s degelijke teeltinfo telt.
Wat ontbreekt zijn de tips en trucs van tuinliefhebbers van Friesland tot West-Vlaanderen. Daarvoor is er plaats in overvloed in de commentaarbox helemaal onderaan dit artikel. Alvast veel leesplezier.

Herkomst

Veldsla of korensla is inheems in onze streken. Het was vroeger een algemeen verspreid plantje, ook op korenvelden.

Plantkundig

Vedsla behoort niet tot hetzelfde plantengeslacht als sla. Het is ook geen familie van sla, zoals andijvie dat wel is bijvoorbeeld. Veldsla (Valerianella locusta) behoort als enige veel geteelde groente tot de Valeriaanfamilie (Valerianaceae). Nog een verschil met “echte” sla is dat het een tweejarige  plant is. Veldsla vormt een bloemstengel in het voorjaar. De bloei wordt geïnduceerd door een koude periode gevolgd door lange dag. Daarom is in het voorjaar veldsla veel gevoeliger voor opschieten dan in het najaar. Veldsla die in het voorjaar geoogst wordt heeft immers een koudeperiode achter de rug en komt terecht in een periode met lange dagen, ideaal voor de bloemvorming. Daarom is veldsla dan ook van oudsher een typische najaarsgroente.

Schot bij veldsla, de blaadjes komen op een stengeltje te staan in plaats van in een rozet.

M4110102 M4110104

Soorten

Er zijn twee rassengroepen: de langbladige types en het rondbladige, groene type (roosjes). Beide zijn goed te gebruiken, maar het groene type (de roosjes)  zijn het meest winterhard en beter geschikt voor de openluchtteelt. De langbladige veldsla is bleker en malser, en produceert meer en langer blad, kortom meer productie. De roosjes zijn korter en donkerder van kleur. Ze behouden echter beter hun stevigheid, wat het gebruik ervan in slamengsels gemakkelijker maakt. Het uiterlijk blijft langer vers om het zo te zeggen.

links Korte, groene, ronde veldsla of roosjes (type Verte de Cambrai, roosjesveldsla); rechts langbladige veldsla (type Grote Noord-Hollandse breedbladige, lange veldsla)
M4110036 veldsla_b
veldsla_nh_buiten_met_elan_jansmoestuinOp de nevenstaande  foto van veldsla  genomen na de winter zie je dat de langbladige veldsla (links) meer blad vormt en groter uitgroeit dan het roosjestype (rechts) (foto http://jansmoestuin.blogspot.com)

 

Gebruik.

Veldsla is een smaakvolle en decoratieve bladgroente, die rijk is aan mineralen en vitamines met een ietwat harder blad. Veldsla wordt  meestal rauw verbruikt, maar kan ook gestoofd worden, vewerkt in stamppot of in soepen. Ze wordt meestal als aparte bladgroente gebruikt, maar wordt ook dikwijls met andere bladgroenten, vooral babyleaf gemengd.  De laatste trendy eigenschap van veldsla is Omega 3, zie dit artikel Veldsla bevat uitzonderlijk veel omega 3 vetzuren.

Professionele teelt

De vraag van de consument naar veldsla is zeer groot. Bij professionele tuinders wordt veldsla veel meer geteeld dan vroeger. In België gebeurt dit meestal als teelt onder koud glas of ook heel dikwijls in een grote plastiektunnel. Over het algemeen wordt de veldsla in België met de hand geoogst. Het grootste deel van de professioneel geteelde veldsla in België zijn roosjes. De handel vraagt naar roosjes omdat die beter hun stevigheid houden en meer gewenst zijn om in slamix te mengen. Tuinders zaaien of planten veldsla van eind augustus tot het late voorjaar. Bij de teelt in glazen kassen wordt zelfs dikwijls jaarrond veldsla geteeld. Bij de teelt in tunnels is de hoofdperiode om te zaaien of te planten september tot begin november. Men mikt vooral op een oogst in december tot februari omdat dan het aanbod aan verse groenten beperkt is.

Professionele teelt van veldsla in België: links in de kas, rechts in de tunnel.
M4110107 SSA55193

In de Franse veldslaregio bij uitstek, Nantes, wordt veldsla gezaaid in open lucht op bedden, maar onmiddellijk na het zaaien worden er kleine plastiektunnels over gespannen. Verder wordt het zaaibed voorzien van een laagje (0,7 cm) grof rijnzand, om  bevuiling van de bladeren met aarde te vermijden, ook is er zo minder onkruid- en algengroei op de grond. De oogst in Frankrijk gebeurt machinaal. Ook in Frankrijk teelt men roosjesveldsla, maar de oogst gebeurt er in een jonger stadium met dus korter blad.

Professionele teelt van veldsla in Frankrijk, links de teelt in kleine tunnels in open lucht op een laagje zand, rechts de oogst met de machine.
HPIM3936 HPIM4012

Teeltwijzen

Open lucht
Veldsla is een typische nateelt die ervoor zorgt dat we ook in het najaar nog op een deel van onze grond kunnen telen. Er zijn natuurlijk nog najaarsgroenten, maar de meeste moet je toch wat eerder zaaien of planten. Behalve spinazie dan.
Je kan eigenlijk zowat ieder plaatsje dat vrijkomt vanaf half-augustus tot eind september veldsla zaaien. Over vruchtwisseling hoeven we ons geen zorgen te maken. Veldsla kan, als enige vertegenwoordiger van de Valeriaanfamilie, op alle gronden die gedurende de late zomer en vroege herfst vrijkomen.

Links een veel voorkomende beeld in september : bonen in de tuin en ook al veldsla. Rechts zie je veldsla samen met een andere typische najaarsteelt : keukenrapen.
veldsla_bonen veldsla_rapen

Onder bescherming
Veldsla kan makkelijk  in open lucht geteeld worden. Maar vooral voor de veldsla die geoogst wordt in de late herfst of na nieuwjaar is een verplaatsbare beschutting zoals tunnel of koude bak een aanrader. Vanaf november plaats je die over de veldsla die in september gezaaid werd.

In de kas
Het makkelijkste bij de teelt van veldsla met zaaidatum vanaf half september  is het telen onder koud glas, koude bak of plastiektunnel.

In de siertuin en in bakken
Heb je geen groentetuin, maar er komt er eind augustus tot eind september een klein plaatsje vrij in de tuin, dan kan je daar eens een beetje veldsla. Of zaai gewoon wat veldsla in bloembakken.

Bodem

Veldsla groeit op alle gronden, maar voor late winterteelten in open lucht is het goed dat deze gronden ook tijdens de winter goed doorlaatbaar zijn. Op grond die niet goed doorlaatbaar is in open lucht de teelt op bedden aan te raden.  Veldsla mag, maar hoeft niet op een zeer zonnige plaats te staan. Ook in een minder lichtdoorlatende kas of serre zal de groente het goed doen.

teeltschema van veldsla

In open lucht zaaien.

Veldsla wordt buiten traditioneel ter plaatse gezaaid. Zaai niet te dicht opeen en in rijtjes op 15 cm van elkaar en dun indien nodig uit om een betere uitgroei van de plantjes te bekomen. Drie tot vier centimeter tussen de plantjes is dan ook een goed richtlijn. Zaai niet te diep. Bij droogte kan het goed zijn het zaaibed, net zoals in de zomer, af te dekken met een doek om daarop water te kunnen geven. Maar doordat het gevaar op verbranding door een te hoge temperatuur in deze periode van het jaar niet zo heel groot meer is zijn er ook veel liefhebbers die het zaaibed afdekken met een doorzichtige folie. Zo droogt de grond eveneens niet uit. Wat ook kan is, tussen zaaien en opkomst de koude bak dichtleggen. Of de verplaatsbare bescherming die je er normaal begin november overzet nu al tijdelijk aanbrengen. U merkt het, wat bescherming tussen zaai en opkomst geeft een grotere zekerheid wat betreft de kieming en opkomst. Een leuke tip om uit te proberen is, net zoals de professionel telers in Nantes, vlak na opkomst het zaaibed af te dekken met een dun laagje  rijnzand. Zo blijven de blaadjes bij de oogst veel properder.

Links zie je het doek dat op het zaaisel gelegd wordt om makkelijk te kunnne water geven. Het doek moet verwijderd worden voor de veldsla boven staat. Rechts zie je dat er op dit zaaisel een folie gelegd geweest is, de stenen zijn er nog een getuige van.
water_doek veldsla_stenen_pas_gekiemd

Najaarsteelt of winterteelt
Er wordt gezaaid vanaf half augustus om te oogsten voor de winter, als je na 15 september zaait, kan je pas oogsten na de winter. Maar vriest het weinig zoals de afgelopen jaren, dan zal de oogst ook al tijdens de winter kunnen.

Oogstspreiding
Een goede tip is deze : zaai  vier  keer veldsla vanaf half augustus tot eind september in open lucht, maar zorg ervoor dat je een verplaatsbare koude bak of tunnel hebt die je erover kunt plaatsen vanaf begin november, zeker als het weer regenachtig en nat wordt.  Zo kan je tijdens de winter blijven veldsla oogsten.  Zaaien in een deeltje van de koude bak, die dan openblijft tot begin november kan ook natuurlijk.  Het beschuttingsmateriaal is niet zozeer tegen de vrieskou, maar wel om de grond droog te houden. Let wel, zet de bovenkant van de bak of de zijkant tunnel wel op een kier. De veldsla moet kunnen opdrogen.

Teelt in kas of plastiekkoepel

Zaaien in de kas.
In de kas is afdekken van het zaaisel niet nodig. Zorg dat de grond voldoende vochtig is voor het zaaien. Gebruik na een teelt van vruchtgroenten veel water in een korte tijd (doorspoelen), om de zoutconcentratie te verlagen.
Zaaien in de kas kan ook al vanaf september natuurlijk, maar deze zaaiing kan minder tijdens de winter minder goed over gehouden worden in de kas.  Wie begin september in de kas zaait, die oogst immers al eind oktober. Half september zaaien in de kas geeft een oogstdatum half november. Als je plaats hebt kan je ook in deze periodes al een beetje zaaien. En wie eind september zaait, oogst half december.
Hou daarom de grootste zaaibeurt voor de laatste dagen van september tot 1-2 oktober. Deze veldsla kan de ganse winter in de kas blijven, je kan de oogst aanvatten begin tot half december.

Planten in de kas of tunnel
Voor de teelt onder glas wordt al eens in kleine (pers) potjes of trays gezaaid.  Dit wordt gedaan om de groeitijd in te korten bij een late planting na de vruchtgroenten. Als je immers half tot eind oktober  nog moet zaaien in de kas, dan kan je pas oogsten na half januari. Dit kan je oplossen door rond 25 september in potjes te zaaien (om te planten half oktober) of rond 5 oktober in potjes te zaaien (om te planten eind oktober). Op die manier kan je op hetzelfde tijdstip oogsten als iemand die zijn kas eind september al leeg had. Leg een viertal zaadjes per (pers)pot en leg er een halve cm wit zand over. Bevochtig het zand en zet de bakken zo warm mogelijk. De werkwijze is dezelfde als deze beschreven bij de teelt van spinazie in perspotjes.
Door het telen in perspotjes heb je ook zekerheid omtrent de kieming en is onkruid makkelijker te bestrijden. De kiemduur is iets meer dan een week. Tonen de plantjes in de perspotjes  twee tot drie  echte blaadjes, dan kan je ze best al uitplanten. Wacht niet langer om groeiremming en ongelijkheid in de groei te voorkomen. Een veel gebruikte plantafstans is 15 cm tussen de rijen en 10 cm in de rij.

Links geplante veldsla, rechts het resultaat
M4110040 M4110105

Heb je eerder plaats in de kas, dan kan je natuurlijk ook ter plaatse zaaien. Echte tijdswinst levert het planten pas als de kas grond niet vrij is voor eind september.
De ganse winter, te starten vanaf september kan u veldsla planten onder koud glas of in de plastiektunnel. Een plantdatum tussen half oktober tot begin november (zaaien drie weken vooraf) geeft u een teelt waar u de volledige winter vanaf half december tot in het voorjaar kan van oogsten. In november en december is veldsla zaaien in de kas ook mogelijk, maar hou dan wel rekening met de zeer lange groeiduur, door de korter wordende  dagen is  de groeisnelheid miniem. Zaaien van veldsla op 11 november, betekent ten vroegste oogsten rond 10 maart. Vier maanden dus.

Doortelen van veldsla
Voor wie echt verknocht is aan veldsla is het mogelijk deze groente een groot deel van het jaar te telen. Zaaien kan dan vanaf half augustus tot begin april. Hou er wel rekening mee dat je vanaf januari slechts kleine hoeveelheden mag zaaien, want deze veldsla schiet sneller op dan de zaaiingen van in het najaar

Bemesting

De voedselbehoeft van veldsla, is gezien de omvang van het gewas gering. Daarom dient een onderscheid gemaakt te worden tussen In open lucht kan je, een kleine hoeveelheid samengestelde meststof toedienen. Gebruik liefst gedroogde, commerciële, organische meststof om zoutschade tijdens de kieming te vermijden. Alles hangt natuurlijk af van de voorteelt, de grondsoort, en de hoeveelheid regen die gevallen is tijdens de zomer. Maar een heel kleine gift van 60 gram per are gedroogde, commerciële, organische meststof is een goede middenmaat.

In de kas is het aan te raden te spoelen vooraleer rechtstreeks in de grond te zaaien. Om de zoutconcentratie te verlagen. De uitgespoelde voedingsstoffen kan je dan compenseren door dezelfde hoeveelheid meststof als in open lucht te gebruiken.

Klimaat

Hou er rekening mee, dat als het niet vriest buiten, de kas, koude bak of tunnel best altijd op een kiertje staat. Een vochtig, besloten klimaat bevordert de groei van schimmels. Enerzijds dus voldoende luchten, anderzijds beschermen tegen de regen.

Water geven

Bij vroeg gezaaide veldsla en een zonnig najaar zal veldsla best niet te droog geteeld worden. Zorg wel dat de blaadjes droog zijn tegen de avond, best even het weerbericht checken vooraleer water te geven.

Vana half oktober is water geven delicaat. Veel hangt af van de grondsoort, de standplaats, de grondwaterstand en het weer. In de kas zal er toch wel eens water gegeven moeten worden, maar veel meer dan één keer in twee weken zal dit niet zijn. Maak een balletje van de grond tussen de veldsla en duw dit met duim en wijsvinger uiteen. Valt dit onmiddellijk uit elkaar, dan is de grond droog genoeg om een (kleine hoeveelheid) water te geven. Blijft het balletje kleven dan is de grond nog voldoende vochtig.

Oogst

Veldsla oogst u naar behoefte. Alleen de vorst kan de oogst onderbreken. Bij strenge en aanhoudende vorst, treedt met name in open lucht bladschade op, maar als het zachter wordt herstelt de plant zich. In de kas of grote tunnel kan de oogst een groot stuk van de winter doorgaan. Vriest  het in de kas, dan is dit geen probleem. Meestal kunt u dan oogsten in de namiddag, als de blaadjes gedooid zijn. Ook jonge veldsla verdraagt best wat vriestemperaturen in de kas. Groeien doet ze natuurlijk wel niet temperaturen onder nul graden.
Het is de gewoonte veldsla  als volledig plantje net boven de grond af te snijden.  Vooral bij langbladige veldsla kan u in het begin ook de grootste blaadjes oogsten, en het hart van de plant ongemoeid laten waarna de groei kan verder gaan. Is het gewas wat onregelmatig gegroeid of staan de plantjes dicht opeen dan kan je “oogsten en dunnen” waardoor de resterend plantjes groter kunnen uitgroeien zonder bladvergeling.

Problemen


Al bij al vallen de problemen bij de teelt van veldsla reuze mee. De oogstzekerheid is heel groot, alleen kan dit de ene keer al een grotere oogst zijn dan de andere keer.

Wie veldsla teelt moet op zijn hoede zijn voor slakkenvraat. Ook op grond die veel onkruidzaden bevat is de teelt moeilijker. Door de vrij lange kiemduur en zijn gedrongen groeiwijze kan veldsla snel door onkruid overwoekerd worden. Soms komt er echte meeldauw op veldsla voor. Dit meestal bij een vroege teelt onder glas of tunnel. Door de veldsla te beschutten tegen de regen, of bij de teelt onder glas, goed te luchten en de plant te laten opdrogen kan u rot door de grijze schimmel (Botrytis) voorkomen. Soms is er een slecht opkomst door te hoge zoutconcentratie (in de kas). Dan biedt zaaien in potjes een uitkomst.
Geel blad bij veldsla heeft twee oorzaken. Ofwel een slechte beworteling, vooral door een te hoge zoutconcentratie of het uitplanten van te grote planten. Of de veldslaplantjes staan te dicht opeen waardoor sommige blaadjes geen licht meer krijgen.

Links echte meeldauw, rechts rot door Botrytis.

veldsla_meeldauw_begin veldsla_botrytis

“Alles over de teelt van veldsla” is een ambitieuze titel, die moeilijk bereikbaar is. Eén mens alleen kan niet alles weten. Ondanks het feit dat dit artikel zeven gedrukte pagina’s degelijke teeltinfo telt.
Wat ontbreekt zijn de tips en trucs van tuinliefhebbers van Friesland tot West-Vlaanderen. Daarvoor is er plaats in de commentaarbox onder dit artikel.

© 2008 Copyright tekst en foto’s :  ing. Luc Dedeene

Witloof telen in de koude bak

IMG_4854

Sofie Devalckeneer stuurde foto’s over hoe zij te werk gaat bij het telen van witloof. Sofie maakt gebruik van de koude bak, die op die manier ook in de winter een nuttige bestemming krijgt. Sofie woont in Sint-Pieters-Leeuw, midden de streek van het Brussels grondwitloof (www.grondwitloof.be), dat geteeld wordt in de driehoek Brussel-Mechelen-Leuven. De foto’s vindt je onderaan dit bericht. Eerst wat uitleg, geschreven door Sofie.

“Ik probeer altijd de eerste tafel zo eind september, begin oktober in te zetten. Normaal (afhankelijk van de temperatuur in oktober) kan ik dan een eerste keer proeven rond Allerheiligen. Dat is dan ook meteen de periode dat de laatste (grotere) tafel erin gaat bij mij. Ik doe zo om de 2 weken een tafel. En dan kan ik toch wel tot maart of april volgend jaar oogsten. De werkwijze is misschien niet die volgens het boekje, maar het is gewoon de wijze die ik van mijn grootvader zaliger heb geleerd.

Koude bak
Ik gebruik dus de koude bak. Er staat eind september nog voor de helft sla in, maar toch begin ik dan al met het inzetten van de witloofwortels. Ik graaf die systematisch ongeveer een spade diep uit en doe de overtollige aarde langs de zijkanten als extra vorstbescherming tijdens de winter. Er zijn planken gezaagd op de breedte van die bak. Die duw ik tegen de wortels en pin ze vast met stokjes zodat die overeind blijven. 2 op elkaar, zodat de bovenste een 10-tal cm boven de koppen van de wortels uitkomt. En dan doe ik er 7 à 8 cm (droge!) dekgrond op. Wordt het flink koud dan komt er nog een laag stro op. Dit kunnen ook droge bladeren zijn, maar ik werk toch liever met stro.

Golfplaten
Over de bak komen die typische (heel oude…) ijzeren gebogen golfplaten. Het zijn bij mij wel gehalveerde want de klassieke overspannen al snel 2m en zoveel plaats heb ik niet…

Eerste oogst.
Ik heb vorige zondag (28 okt) eens gespiekt en er een 3-tal kropjes uitgehaald, ze zijn nog klein, maar ik heb de blaadjes bij de laatste sla gedaan, zalig van smaak, niks bitters aan, om zo op te knabbelen! Nu ja, ik laat ze zelden zo dik/groot worden als deze in de handel en al zeker niet zo vroeg op het seizoen (ongeduld :-)
). En bovendien heb ik er zeker meer dan genoeg…
Ik ga trouwens vandaag nog (2 nov),tussen de buien misschien),of morgen de laatste 150 wortels in leggen De oogst daarvan zal in maart zijn. Bij een zeer zachte winter wat vroeger, als het lang koud blijft, wat later.
Ik zal dan zo’n 600 wortels ingelegd hebben dit jaar… met dank aan een gulle kweker, die bij elke bestelling er zo’n 50 tot 70 wortels bovenop cadeau deed… dat wordt witloofsoep, witloofwok, witloof in hesp, witloofsalades dus deze winter…
En zal er best ook wel wat uitdelen wellicht…

Wortels kopen?
Hier vind je ze op de wekelijkse markt bij iemand die allerlei groenteplanten verkoopt. Maar die is niet uit onze buurt zelfs, dacht Buggenhout. Er zijn nog kwekers die wel wat wortelen willen verkopen, maar ze hebben dit jaar erg veel tegenslag met de teelt, hoor ik overal, dus begrijpelijk dat ze niet verkopen. Ze hebben maar een klein deel op het ideale moment kunnen zaaien, en het late voorjaar was te koud, De oogst is dit jaar later, met niet al te dikke wortels.

In Kampenhout is er een witloofkweker die wortelen verkoopt.

Verkoop witloofwortelen voor eigen teelt, tot eind december.
Wellens Francois – Streekweg 14 – 1910 Kampenhout
email:
monique.van.steenweghen@telenet.be

Maar niet iedereen kan wortels kopen in Kampenhout. Daarom doet GroentenInfo een poging om alle adressen waar witloofwortels te koop zijn, te verzamelen. Dus, heb jij een goed adres waar je witloofwortels koop, zet het zeker op
Het prikbord Gezocht, witloofwortels van GroentenInfo. (17/11 : het prikbord veroorzaakte een overbelasting op de site, is nu buiten gebruik)

Wil je meer weten over de teelttechniek van witloofwortels lees dan ook deze artikels:
Witloof, de forcerie Witloof telen zonder groentetuin

Hieronder de foto’s van Sofie.

.IMG_0908

De koude bak, eind september. De eerste ronde witloofwortels is ingezet.

IMG_0909IMG_4850 (1)

De wortels om in te zetten zijn onderaan al ingekort. Dit omdat ze machinaal gerooid zijn en dan meteen “op maat” worden gesneden.

IMG_4851

Het loof wordt bijgesneden (2 à 3 cm) en de rotte blaadjes verwijderd.

IMG_4854

De wortels zijn ongeveer 18 cm lang bij het inzetten.

IMG_4861

De plank zorgt ervoor dat de wortels mooi rechtop kunnen ingezet worden.

IMG_0911

Er wordt een tweede plant bij geplaatst en afgedekt met ongeveer 8 cm aarde.

IMG_4987

4 november. Dit is een eerste oogst, de kroppen zijn nog niet volgroeid, maar het is moeilijk te wachten natuurlijk. De rest kan nog wat bijgroeien.

IMG_4988

Deze kroppen komen van de zijkant en hebben wat licht gezien, waardoor de punten wat groen zijn.

IMG_4989

Met dank aan Sofie voor de foto’s en de tekst.
Hoe zetten jullie de witloofwortels in?

Ook nog :

Winterui (winterajuin) planten en oogsten.


Planten
Het is een eigenaardig zicht, plantajuin in de herfst. Maar winterui moet nu eenmaal in het najaar geplant worden. Bij voorkeur tussen 15 september en 15 oktober. Maar het kan ook nog tot half november.
Winteruien hebben als voordeel dat ze altijd minimaal 2 weken vroeger oogstbaar zijn dan de vroegste voorjaars(plant)uien. De nadelen zijn de zwakke huid, en de minder goede bewaarbaarheid. “RADAR” is kwalitatief een van de betere winteruien. Er zijn ook nog andere rassen winterajuin en zelfs rode winterui. Electric is een gekend ras van rode winterplantajuin. Rode winterplantajuin kan interessant zijn omdat de rode zaaiui niet zo lang bewaart. Op het moment dat je de rode winterplantajuin kan oogsten is er dan ook geen rode bewaarajuin van het vorige jaar meer beschikbaar. Lees verder Winterui (winterajuin) planten en oogsten.

Knolselder : gebruik en recepten

knolselder-blad-ontdaan

Volgens de enquête “wintergroenten” op de website heeft 30 % van de moestuinders in februari nog knolselder uit eigen tuin.

Tijd om wat gebruikstips en recepten met knolselder de revue te laten passeren. En ook aankooptips voor wie niet het geluk heeft nu nog knolselderij uit eigen moestuin tuin te kunnen eten.

Aankooptips
De knol wordt gekenmerkt door een knoestig uitzicht, een echte ‘bodem’look. Je kiest best stevige exemplaren uit: dit kan je testen door eens te kloppen op de knol en te luisteren of die niet te hol klinkt. Koop niet de grootste exemplaren want die kunnen soms wat ‘houterig’ zijn van binnen.

Ook let je op de buitenkant: die moet stevig zijn en geen zachte plekken vertonen. Soms bezit de knolselder nog wat blad, dat vrij bitter en sterk smaakt. Het blad wordt niet gegeten maar de kwaliteit van het blad is zeker een goede indicatie voor de versheid van de knolselder.

Bewaren
Losjes in plastic verpakt, kan de knolselder lang vers blijven in de koelkast.

Gebruik
Knolselder (ook wel knolselderij genoemd) is gezond op tafel en bevat veel ijzer, vezels,vitamines en etherische oliën.

De knolselder wordt altijd geschild waarna het witte vruchtvlees tevoorschijn komt. Hier kun je veel kanten mee op: toevoegen bij een rauwe salade, koken of bakken of pureren samen met aardappel. Gekookt of gebakken krijgt het witte vruchtvlees een zachte, romige smaak.

Om te voorkomen dat het witte vruchtvlees te vlug verkleurt, gebruik je best wat citroensap.

Bereidingstips

Ø Snijd de knol doormidden en elke helft in tweeën. Schil alleen de stukken die je zal gebruiken. De snijvlakken van de andere besprenkel je met citroensap tegen bruinverkleuring. Wikkel ze strak in vershoudfolie.

Ø Knolselderij kun je zowel rauw als gekookt gebruiken. De rauwe groente kun je raspen en gebruiken als broodbeleg of in salades. Of je kan de rauwe groente ook in staafjes of dunne plakjes snijden en als tussendoortje eten. Van knolselderij maak je bovendien lekkere soep. En de gekookte groente kun je met wat aardappelen stampen tot een pittige puree of ze in plakjes serveren bij vis.

Ø Bewaring: de hele knolselderij bewaar je in een koele berging, aangesneden stukken in de koelkast.

Recepten


Wortel-knolselderijsalade met kaas

Ingrediënten per persoon: 1 Flandria wortel, ¼ van een Flandria knolselderij, het sap van ½ citroen, 80 g harde kaas (type Oud-Brugge, Comté…), 3 eetlepels lightsladressing, peper, zout, 2 sneden bruin- of volkorenbrood.

 

Schraap de wortel schoon en rasp hem. Snijd de schil van het stuk knolselderij en snijd het vruchtvlees in grote stukken. Rasp elk stuk (of snijd het in fijne reepjes). Meng de knolselderij met het citroensap tegen het verkleuren. Meng de wortel met de knolselderij en de in blokjes gesneden kaas.
Doe de salade in een kom en overgiet ze met de dressing. Serveer ze met de geroosterde sneden brood. Meenemen naar het werk? Rooster het brood niet en wikkel het in vershoudfolie. Neem de salade en de dressing mee in aparte doosjes en meng alles aan tafel.

Knolselderij met een dipsausje

Ingrediënten per persoon: één vierde van een Flandria knolselderij, ½ citroen.
Voor de dipsaus: 2 eetlepels magere yoghurt, 1 koffielepel lightmayonaise, 1 eetlepel gehakte peterselie, peper, zout.

 

Schil de knolselderij en snijd de groente in staafjes. Besprenkel ze met citroensap tegen het verkleuren. Meng alle ingrediënten voor de dipsaus. Dip de groentestaafjes in het sausje en eet ze.

Lasagne van knolselderij met kip en aardappelpuree

Ingrediënten voor 4 personen: 4 Flandria tomaten, ½ Flandria knolselder, 2 kippenborstfilets, oregano, 100 g geraspte Parmezaanse kaas, 12 aardappelen, 2 eetlepels magere melk, nootmuskaat, peper en zout.

 

Knolselderij receptPel de tomaten en snijd ze in plakjes. Schil de knolselderij. Snijd de knol met een scherp mes in dunne plakken. Kook de plakken 10 minuten in gezouten water en schep ze uit de pan. Snijd de kip in reepjes. Bedek de bodem van een grote ovenschaal met plakken knolselderij. Bedek ze met de helft van de plakjes tomaat en van de reepjes kip. Kruid met peper, zout en oregano. Leg een tweede laag knolselderij en bedek ook deze met plakjes tomaat, kippenreepjes en kruiden. Dek af met de rest van knolselderij en bestrooi met de geraspte kaas. Zet de lasagne in een voorverwarmde oven van 180°C en laat 30 minuten bakken. Maak ondertussen de puree: schil de aardappelen, snijd ze in stukjes en laat ze 15 minuten koken. Giet ze af, stamp ze fijn met een pureestamper en meng ze met de melk, peper, zout en nootmuskaat. Doe de puree in een ovenschaal en zet ze nog even bij de lasagne in de oven.

Dit artikel werd mogelijk gemaakt door Flandria, het kwaliteitslabel voor groenten.

Gezonde groenten in januari?

Wie dacht dat in het putje van de winter het aanbod aan seizoensgroenten beperkt was, zal, na het lezen van dit artikel zijn mening toch moeten aanpassen.  Je krijgt in dit bericht een handig overzicht van 15 typische wintergroenten, de gezonde effecten ervan en een paar tips wat je er mee kunt doen. Ik heb er nog wat foto’s en nuttige links aan toegevoegd. Ik was ook benieuwd welke van deze wintergroenten bij u momenteel misschien nog uit eigen groentetuin komen.
Doe  mee aan de nieuwe enquête in de rechterzijbalk van deze website.

Lees verder Gezonde groenten in januari?

3x Veldsla : voor dummies, half gevorderden en gevorderden.

Veldsla (met radijsjes) voor dummies.
veldsla-december-klein Heb je nog nooit geen groenten geteeld? Wil je het nu direct proberen? Of zie je het niet zitten om in deze droge periode te zaaien? Zaai dan eens veldsla in een bloembak.  En zaai er dan meteen wat radijsjes als tussenteelt bij, want het duurt wel een tijdje vooraleer de veldsla de bak helemaal vult.

Hierbij het teeltrecept, dat  prima geschikt is voor de absolute “moestuinleek”.
Te zaaien vanaf half augustus tot de eerste dagen september om nog een goede uitgroei van de radijsjes te bekomen.

“Veldsla met radijsjes voor dummies”

Benodigdheden:

  • 1 bloembak, lengte zelf te kiezen.
  • 1 zak kwaliteitspotgrond.
  • 1 zakje radijszaad
  • 1 zakje veldslazaad
  • 1 stokje

Bereiding

*Zaaigrond
Vul de bloembak met kwaliteitspotgrond. Vul de bak volledig tot aan de rand en druk daarna met de hand of een plankje de grond aan.

*Zaaivoortjes
Trek met een stokje drie lijntjes van één centimeter diep. Twee lijntjes helemaal tegen de beide kanten van de bloembak aan, het andere precies in het midden.

*Zaaien
Leg in de buitenste twee rijen veldslazaadjes, om de twee centimeter een zaadje. In de middelste rij leg je radijszaadjes, om de centimeter één zaadje. Deze zaaiafstand is gekozen in de veronderstelling dat niet alles kiemt. Dek de zaadjes af met een 0,5 cm fijn gemaakte (liefst gezeefde) potgrond.

*Water
Begiet de grond met water, met een fijne straal, bijvoorbeeld met een nevelspuitje, maak de grond de eerste maal voldoende vochtig.  Plaats de bak in de schaduw, zo vermijd je verrassingen met uitdrogen. Hou de vochtigheid van de potgrond in de gaten en hou de grond steeds vochtig, maar niet doorweekt.

*Kiemen
Bij warm weer kiemen de radijsjes al na een vijftal dagen, enkele dagen later de veldslazaadjes. Haal onmiddellijk vanaf de opkomst de bak uit de schaduw om zwakke plantjes te vermijden.

*Dunnen
Ongeveer een week na opkomst moet je misschien dunnen. Dunnen is enkel nodig bij de radijsjes. Hou anderhalve centimeter tussen de plantjes. En trek de overbodige radijsplantjes uit de grond.

radijs dunnenzaailingen dunnenuitgedunde zaailingen

*Verzorging
De verzorging bestaat uit de controle op water geven en de bak beschutten tegen al te gure weersomstandigheden. Plaats de

*Oogsten
Wie nu zaait kan halfweg oktober dit resultaat verwachten. Oogst nu de radijsjes en laat de veldsla verder groeien. radijs-veldsla

lidl-koude-bak

 

Vanaf nu gaat het vrij traag. Wil je de veldsla sneller klaar, plaats de bloembak dan in een mobiel kasje (koude bak) dat makkelijk een plaatsje vindt op het terras, zoals op de foto hiernaast.

 

Ergens in november-december, afhankelijk van het weer en de plaats waar de bloembak stond, krijg je dit mooie resultaat, voldoende om één of twee maal te oogsten, smakelijk!veldsla-december

zaaibed-klein Droog?
Tijd om veldsla te zaaien, maar te droog in de tuin? Je kan dan best na het zaaien afdekken met geperforeerde folie of vliesdoek. Bij hoge temperaturen is een vochtopslorpende jutezak of doek nog beter. Zomaar water geven na het zaaien kan nadelige effecten hebben, zoals korstvorming en uitdroging van de kiempjes.

Welke maatregelen je kan nemen om in deze droge periode toch met succes veldsla te zaaien kan je lezen in het antwoord op deze veelgestelde vraag “Water geven bij het zaaien?”. (GroentenInfo, juli 2005)

——————————————————————

 vedsla-klein Veldsla voor (half)gevorderden.
Het veldslaseizoen neemt een aanvang als het voor veel andere groenten stopt. En als  de eerste voorjaarsgroenten in de tuin staan is het tijd om de laatste veldsla te consumeren. Je kan met veldsla al starten in augustus en er mee doorgaan tot het vroege voorjaar. In open lucht of onder bescherming of in de kas.  De vraag naar veldsla bij de consument neemt nog ieder jaar toe. Maar bij de tuinliefhebber is de teelt al lang een klassieker. Het is daarenboven een teelt die, éénmaal de kieming geslaagd is, een grote oogstzekerheid heeft.

Lees het artikel
Alles over het kweken van veldsla, een gezonde groente.
(GroentenInfo, okt 2008, 7 pagina’s)

———————————————————————–

Vorstschade bij de wintergroenten!

rode_boerenkool_vorstschadeDe titel van dit artikel lijkt een contradictie, maar is het deze winter helemaal niet! volgens het artikel “Spruiten helemaal om zeep door vorst” in  Het Nieuwsblad is er schade in de professionele spruitenteelt en in mindere mate in de preiteelt. Update 17/01 In dit artikel worden naast spruiten en prei, ook beschadigingen bij de traditioneel winterharde savooikool gemeld.
Zeven wintergroenten stonden hier nog in de moestuin van GroentenInfo.
Helaas is het ze tijdens de vorstperiode die zowat drie weken duurde niet zo goed vergaan. Is er bij u ook schade aan de spruitjes of de boerenkool?

Op de proeftuin van GroentenInfo stonden nog een zevental groenten die het in de winters zoals we die de afgelopen tien jaar kenden zeker zouden uitgehouden hebben. En waarvan we hoopten, hetzij deze winter, hetzij in het zeer vroege voorjaar te kunnen oogsten.
Het waren achtereenvolgens winterspinazie, rode boerenkool, winterbroccoli (speerbroccoli), bladbroccoli, palmkool, raapjes en oerprei. Geen enkele van deze groenten is heelhuids uit de vorst gekomen, zoals onderstaande foto’s en bijgaand filmpje aantonen.

Veel zal ook wel afhangen van de regio. Zo vroor het in de proeftuin van GroentenInfo, op zo’n 30 kilometer van de kustlijn twee nachten tot -10°C, maar meer landinwaarts duidde de thermometer verschillende nachten, zowel in Vlaanderen als in Nederland soms wel -15°C aan of nog meer. In sommige streken waar het hard vroor lag er een dik pak sneeuw, wat normaal gezien de kans op schade door de harde vorst sterk doet afnemen. In ieder geval zal het op sommige plaatsen nog wel wat erger zijn dan hier.

Bekijk hieronder het filmpje met tekst en foto’s over de vorstschade in de groentetuin van GroentenInfo.

Het filmpje toont wat hier opviel, maar spruitjes, prei en groene boerenkool  kan ik niet beoordelen, die waren er dit seizoen niet of zijn al geoogst. Hoe staan de wintergroenten in uw tuin erbij na deze strenge vorstperiode? Valt er nog iets te oogsten, nu of in het voorjaar, denkt u? Laat het weten in de commentaarbox hieronder, of stuur een berichtje naar lezersbijdrage@plantaardig.com

Groenten oogsten als het vriest?

spruiten bevroren

De prei en de pastinaak zitten momenteel muurvast in de grond. Wie zijn voorzorgen niet genomen heeft moet noodgedwongen wachten met oogsten tot de grond aan het dooien gaat. De spruitkool, savooikool en boerenkool kan je wel nog oogsten en zullen na de vorst dan ook geen schade opgelopen hebben.

Alle wortelgroenten zoals knolselderij, rode biet, witloof en wortelen (peen) moesten al een tijdje de grond uit zijn. En bewaard worden op een koele, maar vorstvrije plaats. Best in kisten gevuld met vochtig zand. Soms laat men de wortelen (peen) in de grond. Maar dan moesten ze, sinds begin deze week al, afgedekt zijn met een dikke laag stro of bladeren, en daar overheen een laag plastic. En dan nog een laagje stro of bladeren. Bewaring op het veld heet dat.

Diverse bladgroenten zoals andijvie, chinese kool, slasoorten en zelfs suikerbrood, zelfs onder een plasticfolie, zullen er nu wel het loodje bij neerleggen. Indien je ze nog in de tuin staan hebt, bijvoorbeeld van een perceeltje laat gezaaide nateelt van snijandijvie of babyleaf.

peterselie vorst ijskristal Sterkere bladgroenten zoals veldsla, snijbiet (warmoes), peterselie en snijselder kunnen wel tegen een stootje. Best raak je ze nu niet aan, maar na de vorst zal de groei hernemen en kan er ook geoogst worden. Ook al is er vorstschade bij deze groenten, na een aanhoudende strenge vorst, dan nog kan je na de winter opnieuw oogsten omdat ze dan nieuwe, jonge blaadjes maken (hergroei). Maar na deze gematigde vorst, die na het weekend ophoudt, denk ik niet dat er veel schade aan deze groenten zal zijn.

foto : vervroren peterselie in open lucht. Update : na één week vorst tot -5°C is deze jonge peterselie uitstekend bewaard en groeit nu langzaam verder.

Roodlof van Verona (foto onder), de radicchio met opgericht groeiwijze, kan je inzetten zoals witloof, maar ook op het veld laten. Dan komen er na de winter nieuwe blaadjes en kan je een klein kropje oogsten.

Lees verder Groenten oogsten als het vriest?

10 tips voor de moestuin tijdens ijsdagen.

Lees ook het bericht dat vorig jaar verscheen : Groenten oogsten als het vriest.
26/12/2008 Het gaat nog eens flink vriezen. Ook overdag. Ijsdagen noemen ze dat bij het KNMI. Jammer genoeg ligt er geen beschermend sneeuwlaagje en staat er een strakke oostenwind. Het effect van de vrieskou op de natuur is dan ook veel groter. Ervaren tuinders weten wat hen te doen staat. Maar het is al zo lang geleden dat dit nog eens voorkwam dat het niet slecht is enkele tips mee te geven aan de “recente” moestuinbezitters.

Dit zijn  mijn tips, laat zeker niet uw ervaringen en tips hieronder aan te vullen. Ik ga er van uit dat de groenten die echt vorstgevoelig zijn al geoogst zijn.

1. Groenten in potten
Potten met vorstbestendig groenten, worden toch best binnen geplaatst. Of op zijn minst afgedekt. Ook aardbeien in potten moeten nu binnen gezet worden tot het overdag niet meer vriest. Dat geldt trouwens ook voor buxus, coniferen en andere zogezegd niet vorstgevoelige planten die in pot staan.  Deze planten vervriezen inderdaad niet als ze in de grond staan. Maar staan ze in pot dan vervriest de hele wortelkluit en zijn ze niet meer in staat water op te nemen. Door uitdroging zal uiteindelijk schade aan deze potplanten ontstaan. Nog een reden om groenten in potten binnen te plaatsen is om schade aan de potten vermijden

2. Oogsten boven de grond?
Wie in dit vriesweer toch wat boerenkool, spruitjes, savooikool, palmkool enzovoort wil oogsten doet er best aan daarbij de te oogsten delen zo weinig mogelijk aan te raken. Dit gebeurt het best door de hele plant uit te trekken of af te snijden en binnen te laten ontdooien, en daarna te oogsten.

3. Oogsten onder de grond?
Pastinaak en prei, twee typische wintergroenten, zullen geen schade oplopen, maar oogsten is er natuurlijk niet bij. Dus is het goed nu een voorraad aan te leggen en te bewaren op een vorstvrije plaats.  Lukt het niet om een voorraad aan te leggen, dan kunt u ook een deel afdekken met vliesdoek en folie zodat de grond op die plaats nog wat langer vorstvrij kan blijven.

4. Winterbloemkool.
Gelet op het feit dat er geen sneeuw ligt en de oostenwind vrij hard te keer zal gaan is het beter de winterbloemkool af te dekken. De beste afdekking is vliesdoek, mat daarover een transparante folie. Maar vergeet niet deze afdekking te verwijderen van zodra de temperaturen overdag positief (dwz meer dan 3°C) worden. Dit om vroegtijdige hergroei te vermijden.

5. Aardbeien in de vollegrond.
Wist u dat aardbeien in de grond ook schade kunnen oplopen bij ijsdagen met veel wind. Kapot vriezen doen ze niet, maar ze lopen inwendige en onzichtbare schade op. Daarover werd al eerder een artikel gepubliceerd: Strenge vorst veroorzaakt onzichtbare schade bij aardbeien.

6. Vorst in de kas?
Misschien hebt u nog wat bladgroenten in de kas staan? Kropsla, suikerbrood, andijvie worden best geoogst om ze te bewaren op een koele plaats of in de frigo. Bij te grote hoeveelheden kunt u proberen de vorst uit de kroppen te houden door er  een vliesdoek en dan een plastiekfolie op te leggen.

Uitzondering hierop is veldsla. Veldsla in de kas kunt u afdekken met vliesdoek en transparante folie en in de late namiddag oogsten, als de blaadjes waarschijnlijk gedooid zijn. Bent u niet van plan veldsla te oogsten, dan hoeft u ook niet af te dekken. Veldsla is immers vorstbestendig. Hetzelfde verhaal van vorstbestendigheid en afdekken geldt ook voor peterselie.

7. Weeuwenteelt.
Behoort u tot de zeldzame telers van de weeuwenteelt, zoals Cor, dan weet u dat u deze planten, ook al staan ze in de kas, best beschermd worden bij strenge vorst. Cor gebruikt daarvoor een kleine constructie (tunnel) waar je dan een vliesdoek kan op leggen.

8. Keukenraapjes.
Alhoewel keukenrapen best vorst kunnen verdragen zullen ze, als het aantal ijsdagen te groot wordt, kapot vriezen. Best de rest van de rapen oogsten en binnen leggen, of als de hoeveelheid te groot is, afdekken met stro of bladeren en dan daar vliesdoek, folie en een zeil erover. Niet verwarren met de koolraap natuurlijk, want die is wel vorstbestendig.

9. Snijbiet.
Ook snijbiet is vrij vorstbestendig, maar bij deze temperaturen zullen de bovengrondse delen vrijwel zeker kapot vriezen. Oogsten is ook hier de boodschap. In het voorjaar kan de plant weer wat jong blad geven vooraleer in de maand mei een bloemstengel te maken.

10. De tiende tip wordt hopelijk de langste . Daarvoor doen we een beroep op jullie, beste lezers. Laat weten welke maatregelen jullie genomen hebben om deze ijsdagen in de groentetuin door te komen. Uw ervaringen en tips zijn welkom in de commentaarbox hieronder of stuur ze naar lezersbijdrage@plantaardig.com.

Lees ook het bericht dat vorig jaar verscheen : Groenten oogsten als het vriest.

Leg eens wat sneeuw in de groentekas.

In een kas kan de zoutconcentratie (=totale concentratie aan mineralen in de grond) na een tijdje te hoog worden. De niet verbruikte mineralen stapelen zich op en tijdens de verdamping van het water uit de grond blijven heel wat mineralen aan het grondoppervlak achter.

In open lucht worden de overtollige zouten tijdens de wintermaanden door regen uitgespoeld.

Je kan voorkomen dat de accumulatie van mineralen te hoog wordt door om de twee jaar de kas te spoelen. Dit kan door in meerdere beurten, maar kort na elkaar, water te geven. Niet alle situaties lenen zich echter om de grond overvloedig te begieten. Je kan de stijgende trend van de zoutconcentratie alvast wat vertragen door samengestelde organische ipv minerale meststoffen te gebruiken. Of je kan in plaats van door te spoelen, de bovenste teeltlaag na drie jaar vervangen door verse tuingrond. Twintig cm is voldoende, zouten blijven vooral achter in de bovenste laag. Maar niet echt haalbaar voor grotere kassen.

Een alternatieve methode die sommige tuinliefhebbers toepassen is het binnenbrengen van sneeuw in de kas. Dit doe je best als de kasgrond (nog) niet vervroren is. De geleidelijk smeltende sneeuw zorgt dan voor een uitspoeling van de grond. Hoe dikker de laag sneeuw hoe beter, een halve meter is niet te veel.

Meer uitleg over de grond en de zoutconcentratie in de serre: klik hier.

Interessant artikel van BDB over de zoutconcentratie in de hobbyserre : klik hier (pdf)

Groenten en gevoeligheid voor vorst, een overzicht.


sla_vorst Volgens de weersvoorspellingen komt de eerste nachtvorst vroeg dit jaar.
In de volgende tabel vindt u een schatting van de vorstgevoeligheid van groenten als ze niet afgedekt worden. Het is niet makkelijk dit in tabelvorm te zetten. Ik heb het toch geprobeerd. Het is een goed hulpmiddel voor de beginnende of de twijfelende moestuinder.

Er zijn hier en daar wel opmerkingen te maken, die zich niet in tabelvorm laten gieten. Zo bijvoorbeeld de gevoeligheid voor lentenachtvorst van de aardbeibloemen, maar niet de planten. Of dat sommige rassen bloemkool wel de vrieskou van niveau 2 kunnen verdragen, of dat aardpeer en rabarber wel degelijk bovengronds afsterft. Ook dat de vorstgevoeligheid afhangt van de hoeveelheid loof op de wortelen of op de knolselder.

Lees verder Groenten en gevoeligheid voor vorst, een overzicht.

De rode en witte kool groeit tot ze barst.

Wie sluitkool wil bewaren moet niet te vroeg zaaien. Bewaarkool wordt best gezaaid omstreeks half april en uitgeplant in juni. Voor een geslaagde bewaring is ook de rassenkeuze van belang. De bewaarrassen zijn rustige groeiers wat resulteert in een stevigere, langer bewaarbare kool.
Wie te vroeg zaait of plant zal al vlug merken dat de kolen niet langer kunnen blijven staan omdat ze zullen barsten. Ook wie de bewaarkool te lang op het land laat kan te maken krijgen met opengebarsten kolen. Zeker in dit uitzonderlijke zachte najaar bleven de bewaarkolen langer staan, en groeiden ze verder waardoor sommige exemplaren gevoeliger waren voor dit verschijnsel. Het kan verkeerd zijn te wachten op de eerste vorst vooraleer de bewaarkool binnen te halen. Ook kleinere kolen kunnen al vroeg tijdens de teelt barsten doordat er een groeistilstand (…droogte) is gevolgd door plots groeiherstel (…regen).
Er zijn verschillende bewaarwijzen. Er moet op gelet worden dat uitdroging, maar ook schimmelvorming geen kans maken. Een koele, maar vorstvrije plaats is ideaal.
Dan kan je ervoor kiezen de kolen omgekeerd op te hangen met stam en wortel, of in open houten kratten te bewaren, of gewoon op een rek in de kelder. klik op de foto’s voor vergroting
Lees alles over de teelt van rode kool
Teeltschema’s rode en witte kool
Tip van een lezer:

Om het barsten van witte en rode kolen te vermijden, geef ik volgende tip. Vrees je dat de kolen zulen gaan barsten omdat ze helemaal volgroeid zijn dan kan je proberen de plant met de spitvork wat op te lichten. Zo vermindert de groei en zal de kool minder snel barsten.

Deze methode moet je wel met de nodige omzichtigheid toepassen. In te droge periodes en bij te veel losmaken van de wortels kan de plant té veel vocht verliezen.

Knoflook telen

“Knoflook moet bij voorkeur in oktober, ten laatste begin november worden geplant. Wanneer toch later wordt geplant kan structuurbederf optreden, waardoor de opbrengst lager uitvalt. Vooral op wat zwaardere grond is dat het geval. Daar komt nog bij dat de bodemtemperatuur niet lager mag zijn dan 7 à 10°C, omdat anders de planten niet goed weggroeien. Later planten – in het voorjaar – kan wel maar dan met andere rassen. Voor een goede ontwikkeling heeft knoflook een koudeperiode nodig van een tweetal maanden. Daarom geeft planten in het najaar de beste opbrengst. Vooral in een flauwe zomer is een voorjaarsplanting dikwijls een tegenvaller. ”

Lees dit artikel op Groenteninfo

Rode en groene spruiten kweken en vergelijken

Op hetzelfde tijdstip, op dezelfde plaats en onder gelijkaardige omstandigheden werd groene en rode spruitkool geteeld. rode-spruitenHet gaat om een vergelijking tussen de rassen ‘Topline F1’ en de rode (paarse) spruitkool ‘Falstaff’. Beide rassen werden aangekocht via de zaadfirma Thompson and Morgan. Topline F1 eerder toevallig, als extraatje bij een bestelling. Falstaff met de bedoeling rode spruitkool beter te leren kennen. Topline is trouwens ook verkrijgbaar bij een aantal Nederlandse zaadleveranciers. Er werd voor gekozen om de neerslag van deze vergelijking rijkelijk te illustreren met (25) foto’s.
Zowel ‘Topline’ F1 als ‘Falstaff’ zijn een middenlate herfst- en winterspruitkool, met een vrij groot oogsttraject, oogstbaar van half oktober t.m. eind januari. Rubine is een ander gekend rood Lees verder Rode en groene spruiten kweken en vergelijken

Chinese kool zaaien in juli of augustus en oogsten tot in de winter!

Een aangenaam voordeel van het kiezen voor het uiterste zaai- of planttijdstip is dat je de groenten als het ware in de tuin kan bewaren. Eenmaal ze oogstbaar zijn groeien ze niet snel meer door en kan je er meerdere weken na elkaar van oogsten. Dit is in de zomer helemaal niet het geval.
Natuurlijk zal dit niet ieder jaar lukken. Maar als de eerste vorst niet te lang duurt en niet te diep gaat kan wat vliesdoek een tijdelijk oplossing bieden.
Zouden we dan toch stilletjes aan de uiterste zaai- of planttijdstippen van de groenten kunnen aanpassen aan een veranderend klimaat?

Je kon op GroentenInfo alvast een aantal voorbeelden lezen over een  uitzonderlijke warme herfst (en begin winter) die telkens opnieuw voor een “primeur in laatheid” zorgden.

Het teeltschema van chinese kool geeft als uiterste zaaidatum 15 augustus. Als je je voorzorgen niet genomen hebt en dan nog op zoek gaat naar een pakje zaad is het nogal wiedes dat je even moet zoeken. In de tuincentra is men dan al lang niet meer bezig met het aanvullen van de rekjes met groentezaden. Daarbij komt dat de keuze bij Chinese kool zich meestal beperkt tot één of twee rassen. Daardoor werd er pas zaad op de kop getikt eind augustus, en werd het zaaien uitgesteld tot 2 september. Er werd zaad gekocht van het hybrideras Kinap.

  • Het zaaien gebeurde in een zaaibakje met doorzichtig deksel. Na hooguit drie dagen was het zaad al gekiemd, want ook begin september was het warm! Doordat de plantjes vrij dicht gezaaid werden moest al vlug verspeend worden. Dit kon al op 11 september. En het bleef warm in september….

Hieronder de stap-voor-stap foto’s bij het zaaien en verspenen (zie ook Broccoli zaaien,verspenen)
Meng de potgrond met ongeveer één vijfde wit zand. Dek na het zaaien af met wit zand tot je de zaadjes net niet meer ziet. En maak goed nat met een nevelspuitje. Zet het bakje onder het plastic deksel zodat de temperatuur voldoende hoog blijft en het zaaibakje niet veel uitdroogt.
klik op de foto’s voor een vergroting

Het verspenen gebeurde in een met potgrond gevulde tray. Maak na het vullen de tray eerst goed nat. Maak dan met een bamboestok de gaatjes. Maak de kiemplantje voorzichtig los en hou ze steeds vast bij de kiemblaadjes. Laat de plantjes voorzichtig in het gaatje zakken en druk aan. Zet de pas verspeende plantjes de eerste drie dagen continu in de schaduw.

Na een drietal dagen kan je de plantjes best uit de schaduw halen, zoniet blijven ze te zwak.

  • Op 24 september kon er geplant worden. (zie ook Broccoli planten stap voor stap) Normaal wordt chinese kool maar geplant tot eind augustus. En het bleef warm in oktober….
  • Eind oktober was het gewas al mooi dicht gegroeid. Maar nog geen koolvorming te bespeuren. Het bleef warm in november….

  • En,… wat niet voor mogelijk gehouden werd, lukte, dankzij de warmste herfst, toch : chinese kool oogsten eind november in de moestuin. En verder oogsten tijdens deze decembermaand. Chinese kool in de winter!

De koolkwaliteit is perfect, maar de buitenste bladeren hadden door het vochtige najaar heel veel vlekken van alternaria, een schimmelziekte. De onregelmatige vlekken met donkere, concentrische ringen zijn een typisch kenmerk voor deze ziekte. Alternaria komt op heel wat koolgewassen voor (en en variant de laatste jaren ook op aardappelen)  Meestal is deze ziekte niet zo agressief en sterven de planten er niet door af. Vooral bij spruiten gaat de kwaliteit door de ziekte snel achteruit.

De buitenste bladeren verwijderen en je hebt een malse, mooie geelgroene krop van chinese kool.

Na het versnijden kan deze zo in de wok.

Recepten wok met groenten: Chinese kool en Asperges

Recepten wok met groenten: Chinese kool en radijzen

Meer teeltinfo over chinese kool

De teelt van doorlevende prei in zeven (foto)stappen (Oerprei, parellook).

Een groente die tijdens de zomer afsterft, en waar je tijdens de herfst, winter en voorjaar doorlopend kan van oogsten. Misschien niet om in grote hoeveelheid te telen, maar eerder als smaakmaker zo nu en dan. En makkelijk te telen in pot.
Dat is doorlevende prei, oerprei, parellook, drie namen voor de soort Allium ampeloprasum.

De groeiwijze kan je het beste vergelijken met knoflook. De smaak daarentegen eerder met die van prei. Oerprei behoort dan ook tot dezelfde familie als ajuin, sjalot, knoflook en prei. Je kan bijna het hele jaar het groen oogsten, met uitzondering van de zomer, maar dan oogst je de bollen.
Als je een teelt kan starten met een tiental bolletjes, dan heb je na een jaar zeker vijftig, waarschijnlijk nog meer plantjes. Wil je grote prei en later grote bollen bekomen dan moet je de bollen ieder jaar verplanten.

 

SSA52136 (800x800)
Foto 1 (November 2006), oerprei planten.

In september worden er kleine bolletjes uitgeplant, die snel inwortelen en uitgroeien tot miniprei. Of je kan later in het najaar nog steeds kleine preiplantjes rooien en opnieuw uitplanten. Je kan dit dan bijvoorbeeld in een pot doen. Oerprei doet het namelijk heel goed in pot. Gebruik dan een mengsel van kwaliteitspotgrond en 30 % tuingrond. Goed verteerde compost kan ook toegevoegd worden. In vollegrond wordt er uitgeplant op 30 cm tussen de rijen en 15 cm in de rij. De plantdiepte van de bolletjes is 5 cm. Ook als je de  kleine plantjes gebruikt, plant je ze voldoende diep, net iets dieper dan ze zaten voor ze gerooid werden.

De bemestingsbehoefte van oerprei is matig, minder dan prei, meer dan ajuin, liefst een matige hoeveelheid compost gebruiken bij het uitplanten. Een lichte bijbemesting met een samengestelde, maar kaliumrijke meststof, toedienen in het voorjaar om de hergroei te bevorderen. Maar ook zonder extra bemesting en in minder goede grond blijft deze sterke plant gezond.

SSA52888 (800x800)
Foto  2 (april 2007) Oerprei na de winter.
Gedurende de herfst en zachte periodes tijdens de winter blijven de jonge plantjes doorgroeien. De jonge preitjes groeien vanaf het vroege voorjaar snel uit tot grote planten. Rondom de oerprei verschijnen er dan al kleine plantjes, die later ook bollen zullen vormen. Per plant worden jaarlijks ongeveer acht bollen gevormd. Het ganse voorjaar kan er geoogst worden.

SSA53551 (800x800)
Foto 3 (Juni 2007) Oerprei op het einde van de teeltcyclus – Roest.
De plant is sterk tegen ziekten, van insecten heeft de doorlevende prei absoluut geen last. Enkel op het einde van de teelt kan, zoals op de foto, roest de kop opsteken. Net zoals dat ook gebeurt bij knoflook als de teelt ten einde loopt. De roest luidt de natuurlijke verdorring van de bladeren in.

SSA53913 (800x800)

Foto 4 (Juli  2007) Oerprei in bloei.
Vanaf juli verdorren de bladeren, ook deze van de jonge plantjes die zich in het voorjaar al even lieten zien. De bloemen en bloemstelen zijn zeer decoratief en meer dan één meter lang. Je kan er zaden van over houden, maar weet dat de opkweek van doorlevende prei uit zaad lange tijd in beslag neemt. Wil je de bolvorming bevorderen, dan moet je de bloemstengels verwijderen, maar ook met de bloemstengels hou je nog wel voldoende over, zoals je op de volgende foto ziet.  Op het einde van de zomer worden alle planten gerooid. Een deel van de bollen kunt u gebruiken om opnieuw uit te planten, de rest kunt u gebruiken in de keuken.

SSA54569 (800x800)

Foto 5 (September 2007) De zaaddragers en jonge scheutjes.

SSA55140 (800x800)

Foto 6  Snijprei. (November 2007)
Maar je kan er ook voor kiezen om de bollen niet te oogsten. U kunt de planten dan één of meerdere jaren laten staan om dan te oogsten als snijprei. De vele plantjes vormen  als het ware een bos van preiblaadjes. Zo kunt u regelmatig vers groen oogsten, ook in het voorjaar, als de prei uit de moestuin zeldzaam geworden is.

SSA55142 (800x800)

Foto 7 Scheuren (November 2007)
U kunt in het najaar ook een deel van de prei rooien, en de kleine plantjes op eindafstand uitplanten, zie foto 1 in het begin van dit artikel. U merkt het de naam doorlevende prei is terecht! De teeltcyclus is rond.

Doorlevende prei is rijk aan mineralen en vitaminen en kan bereid worden in sausen, soepen en stoofpotten.

© 2008 Copyright tekst en foto’s :  ing. Luc Dedeene.

Ziekten en plagen bij prei : gratis brochure nu beschikbaar.

ziekten en plagen prei

Voor de gevorderde moestuinder is er nu een zeer nuttige brochure beschikbaar.

Op onderstaand adres vindt u een pdf – brochure van zowat alle ziekten en plagen die zich bij prei voordoen.  Ik heb deze brochure al een paar jaar, maar heb zopas gemerkt dat ze sinds kort ook elektronisch beschikbaar is. Vergeet niet om ze op uw pc op te slaan, want straks wordt ze misschien weer van het internet gehaald!

U vindt in dit document beschrijvingen en foto’s van het schadebeeld, oorzaken van de ziektes, levenscyclussen van de plagen, preventiemaatregelen en een tijdsbalk met tijdstip van voorkomen. Als u nog eens voor een raadsel staat als een ongewenste gast zich in uw moestuin komt nestelen kan deze brochure u alvast helpen om de indringer te ontmaskeren. En dan kan u, door de gevonden Nederlandse naam en de wetenschappelijke naam op Google te gebruiken, nog meer info zoeken

Gratis brochure ziekten en plagen in prei, klik hier om te downloaden. 

(eventueel rechtermuisknop gebruiken en kiezen voor “doel opslaan als”)

Je vindt in de brochure volgende ziekten en plagen.

Plagen

Bladluizen, (diverse)
Preimot, Acrolepiopsis assectella
Preivlieg, Delia antiqua
Spintmijt, (diverse)
Trips, Thrips tabaci
Uienmineervlieg, Liriomyza cepea

Schimmelziekten

Colletotrichum, Colletotrichum circinans
Fluweelvlekkenziekte, Cladosporium allii-porri
Papiervlekkenziekte, Phytophthora porri
Purpervlekkenziekte, Alternaria porri
Roest, Puccinia allii
Rozerot, Fusarium culmorum
Witrot, Sclerotium cepivorum
Witte bladvlekkenziekte, Stemphylium botryosum

Bacterieziekten

Erwinia, Erwinia carotovora
Pseudomonas, Pseudomonas syringae

Fysiologische afwijkingen

Bruine schachtstrepen en verkurking van het blad
Witte vlekjes

Andere

Aaltjes
Herbicideverbranding
Preigeelstreepvirus

Wintergroenten : Rutabaga of Koolraap

Koolraap is een groente die we in Vlaanderen eigenlijk niet kennen, maar hoe noordelijker je gaat in Nederland, des te beter ze daar bekend is.  Bij de modale Vlaming al even onbekend als raapsteeltjes, tuinbonen of zelfs peultjes.
In Nederland (en alleszins in het Noorden, denk ik…) wordt de koolraap (soms?) wel gegeten. Het is dus geen koolrabi, geen keukenraap, maar een koolraap. Het is een typische groente van de Scandinavische landen. In het Engels noemt men de groente dan ook “swede” en de benaming rutabaga zou afkomstig zijn van een Zweeds dialect. In Amerika spreekt men van Swedish turnip (Zweedse raap). Afbeeldingen kan je hier zien.

Kort iets over de teelt:
Lees verder Wintergroenten : Rutabaga of Koolraap

Schorseneer maakt comeback.

Schorseneer is ook één van de weinige groenten die tijdens de winter in de groentetuin kunnen blijven.image De verse schorseneer is terug en gemakkelijker schoon te maken.
De Belgische veilingen lanceren verse schorseneren onder het Flandriakeurmerk.
Alleen de beste schorseneren komen daarvoor in aanmerking. De “stokken” zijn lang, dik en gelijkmatig en dat maakt de schoonmaak veel gemakkelijker. Op die manier krijgen we de kans om de echt verse en boterzachte smaak van deze vergeten groente te herontdekken.
Onder het wat minder aantrekkelijke uiterlijk verbergt zich een heerlijke groente met een milde, boterzachte en zelfs ietwat zoete smaak. Ze leent zich ook tot een heel brede waaier van bereidingen (topkoks hebben dat al lang ontdekt). En ze is een nog echt typische seizoensgroente. Ze is alleen te krijgen in de herfst en de winter.

Schoonmaken in minder dan 5 minuten

Lees verder Schorseneer maakt comeback.

Veldsla bevat uitzonderlijk veel omega 3 vetzuren.

De laatste jaren komen steeds meer voedingsmiddelen op de markt die rechtstreeks of onrechtstreeks zijn verrijkt met omega-3-vetzuren. Zo ver hoef je het echter niet altijd te zoeken. Naast vette koudwater-zeevis (makreel, haring, zalm, ansjovis, sardinen) bevatten ook sommige plantaardige producten Omega 3. Veldsla is niet alleen een makkelijk te telen groente, maar ook heel gezond. 100 gram van deze groente bevat 12 % van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid van Omega 3 vetzuren van plantaardige oorsprong.(Zou de oude benaming van veldsla ‘broeivet’ hiermee verband houden?)
Omega 3 wordt over het algemeen aanbevolen voor de gezondheid van de bloedvaten en de vermindering van het
risisco op een hartaanval. Ook heel wat hersenfuncties worden ook door Omega 3 bevorderd. De gemiddelde persoon consumeert helaas dagelijks slechts 25% van de dagelijkse aanbevolen hoeveelheid.

In Frankrijk spelen de groentetelers duidelijk in op de Omega-3-trend. Zo zag ik deze verpakking van veldsla onlangs op de grootste groothandelsmarkt van de wereld (Rungis, bij Parijs).

Klik om te vergroten.

De nutritionele samenstelling staat op de verpakking, volledig terecht trouwens. Heel dikwijl vind je bij de meest natuurlijke en gezonde producten die je kan indenken – groenten dus – geen vermelding van de samenstelling. Terwijl andere “gemaakte” producten niet nalaten allerlei gezondheidsaspecten te benadrukken.

Veldsla per 100 gram
Energetische waarde 81 kJ
Eiwitten 2 g
Suikers 2 g
Vetten 0,4 g
waarvan verzadigde vetzuren 0,068 gram
waarvan 0,25 gram Omega-3-vetzuren

Het bakje veldsla is afkomstig van de Loire Vallei, met meer dan 5.000 hectare één van de grootste veldslaregio’s (Mâche Nantaise). Hun campagnes gericht op de Engelse markt, waar de omzet aan veldsla spectaculair toeneemt, wezen de consumenten in 2006 op de gezonde eigenschappen van veldsla en vooral op de aanwezigheid van Omega-3.

Ook andere groene bladgroenten zoals spinazie en koolsoorten bevatten meer omega 3 vetzuren. 100 gram veldsla bevat 0,24 gram van het gezonde ALA Omega 3, vergeleken met “slechts” 0,13 gram in spinazie en 0,02 gram in broccoli en waterkers. De zachte bladgroente die veldsla is, is nu ook veelzijdig gezien haar geschiktheid als gezonde voeding en als alternatieve voeding voor vegetariërs. Ook kan veldsla door haar milde, niet overheersende smaak goed gebruikt worden als bijgerecht en in salades. (Lees veldsla gebruiken in de keuken )

Alleen postelein bevat nog meer Omega 3 dan veldsla. Postelein bevat 0,30 gram per 100 gram. Postelein is trouwens bekend als een belangrijk onder deel van het dagelijkse menu van de inwoners van Kreta. Kreta staat bekend voor het zeer lage percentage hartaanvallen die er voorkomen. Over het algemeen is de mediterrane levenswijze met veel bladgroenten en meer vis gekend voor zijn hogere inname van omega 3 vetzuren.

Ook zaden en noten bevatten heel veel Omega 3. Logisch want het zaadje heeft een reserve nodig bij de kieming. Gekende plantaardige omega 3 leveranciers zijn koolzaadolie, lijnzaad, noten. Eén koffielepel lijnzaadolie bevat zwoat 2,5 gram omega 3. Vijf okkernoten bevatten 2,25 gram Omega 3.

Omega-3 of n-3 vetzuren, soms ook vitamine F genoemd, zijn meervoudig onverzadigde vetzuren. Het zijn zg. essentiële vetzuren , wat betekent dat ons lichaam ze nodig, maar ze niet zelf kan aanmaken en dus uit de voeding moet halen, net zoals vitamines.
De belangrijkste omega-3-vetzuren zijn:
• alfa-linoleenzuur (ALA of LNA), van plantaardige oorsprong
• eicosapentaeenzuur (EPA), van dierlijke oorsprong
• docosohexaeenzuur (DHA), van dierlijke oorsprong
Het wordt alsmaar duidelijker dat de drie soorten omega-3 vetzuren (ALA, EPA en DHA) complementair zijn aan elkaar en tegelijkertijd in de voeding moeten aanwezig zijn.

Het wordt aanbevolen om dagelijks 2,22 g Omega 3 van plantaardige oorsprong (ALA) te gebruiken en 0.67 g Omega 3 afkomstig van visolie (EPA en DHA). Soms wordt ook gesteld dat de dagelijkse inname van Omega 3 (ALA) 1 % van de totale energiebehoefte mag zijn en deze van DHA en EPA 0,3 % van de dagelijkse energiebehoefte.

Lees ook
Het rapport van de hoge Gezondheidsraad over Omega-3-vetzuren, zin en onzin van Omega 3.
Veldsla kweken