Het kwam al eens aan bod in een artikel, de plantdatum van aardbeien. Er is inderdaad wat verwarring daarrond. Tuincentra verkopen volop aardbeiplanten in het voorjaar. En toch, het traditionele planttijdstip van aardbeiplanten is augustus! Vroeger, als er geen sprake was van frigoplanten, noch van aardbeiplanten in potjes, was dit het enige mogelijke planttijdstip. De aardbeiplant maakt de bloemen aan tijdens het najaar en het is dus goed als de plant dan al op zijn definitieve plek staat. Over die bloemaanleg maakten we vroeger al eens een overzichtelijke tabel >>> groei en bloei bij aardbeien.
In dit artikel wil ik kort nog even de aandachtpunten bij het planten van een traditionele aardbeiteelt op een rijtje zetten. Voor meer info verwijs ik graag naar >>> het dossier aardbeien op GroentenInfo en naar de >>> rubriek aardbeien.
Aardbeien planten in augustus, tien tips voor een geslaagde aardbeiteelt.
1. De grond
Aardbeien groeien best op gronden die in het voorjaar en de vroege zomer het water goed vast houden. Anderzijds mag er in de winter geen wateroverlast zijn. Het is daarom aan te raden aardbeien te planten op een licht verhoogd bed, zodat er zeker geen water blijft staan tijdens de winter.
Heb je een lichte grond (zandgrond) dan heb je ’s winters geen problemen met wateroverlast, maar in het voorjaar wel met droogte. Vooral aardbeiplanten waarvan de vruchten aan het groeien zijn vragen voldoende water. Een iets zwaardere grond (leem, zavel) is ideaal voor aardbeien, zolang er ’s winters geen stagnatie van water bij de planten optreedt.
Ideaal is de grond een viertal weken voor het planten al klaar te leggen. Zo kunnen de meststoffen zich verspreiden en is de grond voldoende bezakt om er dan een folie of doek over aan te brengen. Het doek of de folie leggen we dan best als de grond voldoende vochtig is.
2. De vruchtwisseling
Aardbeien worden pas om de vier, beter vijf jaar opnieuw op hetzelfde stukje grond geplant. Zeker de rassen die gevoelig zijn voor wortelziekten. Wat betreft de voorvruchten is het zo dat aardappelen afgeraden worden, ook al omwille van één van de wortelziekten waaraan ze gevoelig zijn : Verticillium. Ook vlinderbloemigen zijn in dat verband te mijden. En natuurlijk ook de planten die familie zijn van aardbeien zoals frambozen, steenfruit en pitfruit. Professionele telers geven er de voorkeur om aardbeien te planten op omgeploegd grasland.
3. De bemesting
Aardbeien houden niet van veel stikstof. Ook de soort meststof is belangrijk. Het gebruik van minerale meststoffen vlak voor het planten is gevaarlijk voor wortelverbranding. We gebruiken best organische handelsmeststoffen met een hoog kaliumgehalte en weinig stikstof, bijvoorbeeld 130 g/m² 6-5-10 . Stalmest wordt gegeven aan de voorteelt, dat wil zeggen ten laatste in het vroege voorjaar. Goed verteerde compost kan wel nog voor het planten. Bekalken is bij een aardbeiteelt uit den boze, aardbeien verkiezen een iets lagere zuurtegraad van de grond.
4. Het planttijdstip
Aardbeien worden best geplant tot half augustus, ten laatste 20 augustus. Want ze hebben nog een flinke groeiperiode in het najaar nodig om inwendig bloemen te maken. Zeker als de plantjes wat dunner zijn, is het belangrijk ten laatste rond 15 augustus te planten. Te laat planten geeft dan minder bloemen in het voorjaar.
5. Grondbedekking
Aardbeien groeien beter als je ze kan planten op een grondbedekking. Dit kan een zwarte folie zijn, maar beter is nog een worteldoek dat waterdoorlaatbaar is. Zo blijft de grondstructuur tijdens de lange winter beter bewaard. De grond warmt in het voorjaar sneller op en blijft onkruidvrij.
6. Plantdiepte en plantafstand
Aardbeien mogen niet al te diep geplant worden. Te diep planten veroorzaakt een slechte groei, net zoals te ondiep planten. Deze tekening van www.aardbeiplantje.nl illustreert dit. Afhankelijk van hoeveel aardbeien u teelt kunt u het plantschema aanpassen. Teelt u een redelijk grote hoeveelheid, dan is het best in enkele rijen te planten. Tussen de rijen laat je zo’n 70 cm en in de rij 25 cm. Zo zorg je ervoor dat de vruchten tijdens een regenachtig voorjaar toch goed kunnen opdrogen en minder vruchtrot zullen hebben. Heb je een kleinere oppervlakte, dan plant je bijvoorbeeld op een afstand van 40×40 cm op een bed dat je van beide kanten kan bereiken. Bij beide plantsystemen kom je aan 6 planten per m², wat eigenlijk voldoende is. Een ander plantsysteem is dat met dubbele rijen. Je plant twee rijen op een afstand van 30 cm tussen de rijen en 30 cm in de rij en laat dan 80 cm over om dan weer twee rijen te planten. Ook zo kom je aan een zestal planten per m². Zie ook de foto verder in dit artikel. Het systeem met de enkele rijen maakt dat het gewas beter opdroogt en luchtiger staat, minder vruchtrot dus.
De wortels moeten ook goed gestrekt zijn, dat zie je op deze afbeelding (www.vissers.com) de foto daarnaast toont een perfecte kwaliteit verse aardbeiplanten (bron foto onbekend). Je maakt dus best een diepe sleuf in de grond met een spade waar je dan gemakkelijk deze lange wortels kan laten in zakken.
7. Rassenkeuze
Aardbeien bij de professionele telers zijn bijna altijd van het ras Elsanta, dit is echter voor liefhebbers niet noodzakelijk het beste ras. Als u al problemen had met wortelziekten, dan is het beter een ander ras te kiezen. Verder is voor de liefhebber vooral de smaak en de ziektegevoeligheid belangrijk. In dit artikel vindt u enkele bevindingen van liefhebbers over enkele rassen >>> Ervaringen met aardbeirassen. In onderstaande tabel vind je een overzicht van enkele aardbeirassen volgens hun gevoeligheid voor Verticillium.
8. De plantkwaliteit.
Aardbeiplanten zijn van betere kwaliteit als het “rhizoom” dikker is. Hoe dikker het rhizoom, hoe meer bloemen het jaar daarna. Dunne aardbeiplanten maken het jaar daarna misschien slechts één tros bloemen, terwijl dit bij dikke rhizomen dit twee of drie trossen zijn. Professionele telers mijden soms de dikste planten omdat ze weten dat deze meer bloemen geven en dat er zo te kleine vruchten ontstaan.
9. Water geven
De plantjes hebben de eerste dagen regelmatig water nodig. Zeker deze met blote wortel. De planten worden na het planten goed aangedrukt en aangegoten. Daarna worden ze dagelijks nat gemaakt en bij zonnig weer meerdere keren per dag. Indien dit laatste niet mogelijk is, dek ze dan bij zonngie weer de eerste dagen af met krantenpapier. Zodat de bladeren niet zoveel moeten verdampen en de bladeren ook koel blijven. Na een week zie je het eerste nieuwe blaadje in het hart van plant, een teken van een geslaagde planting. Op de volgende foto zie je een wel heel speciaal systeem om aardbeien water te geven. Toen ik een tweetal jaren later daar nog eens voorbij reed, stond het systeem er nog bij een nader aardbeiperceel, blijkbaar dus ook een goed systeem. Eén fles per vier planten.
Verder kan je ook een druppeldarm onder de folie of doek voorzien. Zo kan je tijdens de periode van de vruchtzetting voldoende water geven zonder het gewas nat te maken.
Deze aardbeien zijn geplant volgens het schema van de professionele aardbeitelers (bron e-learning cursus Inagro)
10. Uitlopers
Na het planten verschijnen soms nog enkele uitlopers, deze worden verwijderd. Hou de planten gezond, controleer vooral op rupsen, dit lijkt mij de meest voorkomende plaag in het najaar bij aardbeien. En hou uw plantjes onkruidvrij, maar dit lijkt mij geen probleem als je grondbedekking gebruikt. Tot slot, ook in september kan het soms nog droog zijn. Geef dan ook nog wat water. Het is belangrijk dat de groei in de planten blijft zodat ze ongestoord kunnen verder gaan met de inwendige bloemaanleg.
kleine rupsen bij aardbeien in het najaar (bron foto onbekend)
Lees ook het artikel >>> Waar aardbeiplanten kopen ?