Alle berichten van GroentenInfo

GroentenInfo

Watermeloen : Sugar Baby & Crimson Sweet

Wat is er heerlijker dan een zomers warme augustusmaand waarbij je als verfrissing zelf geteelde, heerlijk ijskoude en superzoete watermeloen kan gebruiken? Net zo verfrissend als een waterijsje! Maar wel gezonder.

Wie GroentenInfo’s teelthandleiding van watermeloen toepaste kan er deze zomer zeker de vruchten van plukken. Zowel voor teelt als consumptie van watermeloen is deze zomer immers een topper. Wist je trouwens dat een pas gezet watermeloentje al na 35 dagen oogstbaar kan zijn! Van uit het niks een flinke bol van 4 tot wel 8 kilogram in amper 5 weken tijd! Geen enkele groente doet dit na. watermeloen_crimson_sweet_plantjes
Foto (eind april) : te koop aangeboden plantmateriaal van Crimson Sweet (Super, opvallend is dat er vier tot vijf plantjes per pot zitten. Teveel van het goede eigenlijk. Het lijkt mij beter enkele van deze plantjes te verspenen/verpotten en te beperken tot maximaal twee per pot. Zeker in dit jonge stadium kan dit nog. Zo bekom je een betere verdeling van het gewas. En zo heb je met één pot al voldoende! Deze planten zijn ook nog te jong om uit te planten. Best nog een weekje wachten tot de potkluit meer wortels bevat.

Dit jaar kon ik naast mijn favoriete ras Sugar Baby ook het ras Crimson Sweet uitproberen. Er was een verschil in zaaidatum, Sugar Baby werd gezaaid einde maart. Crimson Sweet, afgaande op de grootte van de planten, ongeveer twee weken later. Maar dit gaf eigenlijk geen verschil in groeisnelheid en vroegheid. Niet verwonderlijk, want net zoals gewone meloenen begint de groei pas echt op gang gekomen ergens na half mei of zelfs juni. Na een periode van relatief trage groei wegens nog te koele nachten. Maar dan kan het plots heel hard gaan..

Opvallend was dat de watermeloenen dit jaar echt weelderig groeiden. Eigenlijk nog nooit voorgehad. Een sterk groeiende plant vormt heel veel mannelijke bloemen, terwijl de vrouwelijke bloemen op zich laten wachten. Begin juli pas verschenen de eerste vrouwelijke bloemen op de uiteinden van de ranken. Toen ging het allemaal heel snel en kwamen op 10 dagen veel vrouwelijke bloemen op. Na half juli, als er een aantal vruchten gezet zijn houdt de groei op en steekt de plant veel energie in de vruchten. Slechts enkele vruchten kwamen er achteraf nog bij.

35 groeidagen of meer
Het is niet makkelijk om te zien wanneer een watermeloen rijp is. Je kon al een aantal tips lezen in “teelt watermeloen”, maar deze tip die ik dit jaar aan de praktijk toetste lijkt mij ook wel gemakkelijk : “de tijd tussen vruchtzetting en rijpe vrucht bedraagt zo’n 35 dagen”.  Deze tip wordt ook door professionele kwekers toegepast en het bleek te kloppen.
(Andere kenmerken zijn : de gele verkleuring van de ligplek van de watermeloen, maar vooral het holle geluid als je met de hand op de vrucht slaat.)

Minder dan 35 : Er werd ter controle al een meloen geoogst  rond 10 augustus, maar dit bleek net iets te vroeg, de vrucht had dan ook nog net geen 35 groeidagen. Toch was de vrucht eetbaar, maar ze was nog niet doorgekleurd tot aan de buitenste rand. Een watermeloen begint van binnenuit te rijpen. Oogst je te vroeg dan moet je heel van het vruchtvlees weggooien.

Juist 35 : Een oogst op 15 augustus, slechts vijf dagen later, bleek al veel beter te zijn. Het zonnige weer heeft ervoor gezorgd dat de 35 groeidagen voldoende waren.
Ieder vruchtje een etiketje omdoen met de datum van de zetting zou dus nog niet zo’n slecht idee zijn. Zo hou je alvast oudere en jongere vruchten uit elkaar, want ook dat is niet altijd makkelijk te zien.

Of meer dan 35 : In tegenstelling tot gewone meloenen moet je ze niet direct oogsten. Rijpe watermeloenen bewaren beter aan de plant. Oogst je watermeloenen en laat je ze te lang liggen, dan verliezen ze hun knapperigheid, het vruchtvlees wordt taaier. Beter laten hangen tot je ze kan gebruiken.

meloen vrouwelijk mannelijk bloemenEindelijk vrouwelijke bloemen (links), 7 juli. (mannelijke bloemen rechts op de foto) watermeloen vruchtzettingVruchtzetting zichtbaar drie tot vier dagen later, 11 juli

watermeloen rijp
Vruchten van Sugar Baby, oogstbaar na 35 dagen, 15 augustus.

Vergelijking rassen

Wat betreft groeiwijze werd geen enkel verschil vastgesteld.
De groei was weelderig, wat de vruchtzetting wat vertraagde, maar dit was voor beide rassen net hetzelfde.
Het aantal vruchten lijkt bij Sugar baby net iets groter te zijn. Moeilijk te controleren want op de de duur groeien de verschillende planten kriskras door elkaar en is het niet te doen om het aantal vruchten per plant te bepalen.
De uitwendige vruchtkleur is totaal verschillend, dat merk je wel op de foto’s.
Het vruchtvlees van Sugar baby is meer rood, dat van Crimson sweet meer roze. De vruchten van Crimson Sweet zijn gelijkmatiger van grootte en eigenlijk nooit zo groot dat ze onhandig worden om te gebruiken.
De vruchtgrootte van Sugar baby is onregelmatig en gaat van klein tot groot. Soms te groot (+8kg). De naam “baby” is dan ook met een korreltje zout te nemen.
De vruchtvorm van Crimson Sweet is langwerpig en wat onregelmatig. De vruchten van Sugar Baby zijn werkelijk rond.

In ieder geval zijn de vruchten van beide rassen even zoet en verfrissend.

watermeloen oogsten
Vrucht van Crimson Sweet, nog aan de groei.
watermeloen crimson sweet
Oogstrijpe vrucht. Bij de Crimson Sweet is de “ligplek” niet geel maar eerder wit. De uitwendige kleur van de volgroeide meloen wordt ook iets bleker. Ook bij deze soort lijkt de 35 dagen regel te kloppen.

parisienneboortjeWil je onderstaande watermeloenmand eens proberen, dan is de lange vorm van de Crimson Sweet meloen net iets beter geschikt! Meloenballetjes zijn echt leuk om te maken en kinderen zijn er dol op. Maar het is eigenlijk ook best handige manier om deze vrucht te serveren. Je maakt de balletjes met een speciaal meloenlepeltje, eigenlijk een parisienneboortje. Maar ook een eenvoudige ijslepel of ijsschepper kan. Hoe je de meloenkorf snijdt kan je hier bekijken.

watermeloen korf(Foto : beautifulcataya) watermeloen balletjes(Foto : Smita)

 

20 tips om dikke knolselder te kweken.

knolselder-blad-ontdaanVan half mei tot half juni kan u knolselder planten. Een veel gehoorde klacht bij moestuinders is dat de knolselder niet echt dik wil worden. Dit probleem kan dikwijls samengevat worden als volgt :  te korte groeitijd, ongeschikte grond, droogte en verkeerde bemesting. Als je dit verder ontleedt kom je wel aan zo’n twintig aandachtspunten die allemaal van dichtbij of van ver met de vier genoemde factoren te maken hebben.
Waarschuwing.
Let op, hebt u al ieder jaar goede resultaten met de knolselder, dan moet u niet overdrijven met deze tips. Misschien wordt het loof dan te weelderig en ziektegevoelig of ontstaan er holle en slecht bewaarbare knollen.

1 Kies voor rassen met kort loof.
Alhoewel niet meer zo algemeen verkrijgbaar, bestaat er ook langbladige knolselder (var. Prager Reuzen) . Kies voor de kortlooftypes, deze stoppen minder energie in het blad. Monarch, Prinz, Diamant en Briljant zijn goede rassen.

2 Zaai tijdig.
Knolselder moet u tijdig en in warme omstandigheden zaaien. Het zaaien in een zaaikistje gebeurt best in maart onder glas. Zaai ideaal tussen 5 en 15 maart. Zorg voor een warme grond om in te zaaien, 15°C is ideaal. Nog vroeger zaaien verhoogt de kans op schieters door de lagere temperaturen.

3 Kiem het zaad voor
Selderzaad kan wel 4-5 weken op zich laten wachten. Om deze periode in te korten is voorkiemen nuttig. Meng de zaadjes met vochtig zand en zet dit mengsel bij een temperatuur van 20°C-25°C. Na vijf dagen zie je witte kiempjes op de zaadjes, dit is het uiteinde van het worteltje. Is het kiempje 2 mm lang, dan kan je zaaien en heb je zo’n 10 dagen gewonnen. Voorgekiemde zaadjes verdragen geen droogte meer.

4 Verspeen de plantjes
Wie verspeent kan verwachten dat na het uitplanten de inworteling gemakkelijker zal verlopen. Zo win je groeitijd. Losse planten blijven de eerste week meestal “stil staan”.
Verspeen de plantjes in (pers)potjes als de hartbladen zien zijn. Hou de plantjes nu ook nog in de kas. Niet te diep verspenen! De overgang tussen wortel en het hart van plant is vrij nauw. Het groeipunt moet boven de grond blijven.

5 Plant tijdig als het kan.
Plant de knolselder in de tweede helft van mei.  Het plantje moet wel een vier tot vijf blaadjes tonen en de potkluit moet doorworteld zijn.  Je kan  ook nog tot half juni planten, maar dan verlies je potentiële groeitijd. Vroeger dan half mei geeft meer kans op schieters.

6 Kies een vochthoudende grond
Kies een grond die in de zomer voldoende vocht vast houdt, maar geen waterzieke grond uit. Dat wil zeggen vanaf een zandleemgrond tot leemgrond en zelfs lichte klei. Is het lichtere (zand)grond, dan is het wel één met veel humus. Op lichtere  grond is voor knolselder het gebruik van bentoniet zeker aan te raden. Bentoniet is een kleimineraal en verhoogt de waterbuffer van de grond.
Bezitters van lichte gronden zijn hoe dan ook  bij de teelt van knolselder toch steeds in het nadeel. Niet alleen het gewicht, maar ook de kwaliteit zal minder goed zijn. Met kwaliteit wordt dan vooral de bewaarbaarheid bedoeld, maar ook de grotere kans op holheid en bruin vruchtvlees.

7 Vruchtwisseling
Zorg ervoor dat er de vier jaren voordien geen schermbloemigen op het perceeltje stonden. (peterselie, wortelen, pastinaak,…..)

8 Vermijd storende lagen
Doe een diepe grondbewerking en breek storende lagen. Dit is nodig omdat knolselder  diep wortelt (tot zelfs 100 cm diep in sommige omstandigheden). Grond met een harde laag op geringe diepte is in het nadeel.

9 Voorzie een goed aangesloten grond bij het planten
Leg de grond bij het planten niet te los. Doe de grondbewerking ruime tijd vooraf en hark juist voor het planten enkel de bovenste vijf centimeter van de grond los. Zo hebt u meer capillariteit van het diepere grondwater naar de bovenste grondlagen.

10 Ruim planten
Kies een ruime plantafstand. Te dicht planten veroorzaakt sneller bladvlekkenziekte en houdt de knol kleiner. Plant zeker niet dichter dan  50 x 40 cm, 5 planten per m²

11 Kies de juiste plantdiepte.
Zorg voor de juiste plantdiepte, te diep planten veroorzaakt moeilijke weggroei.De overgang tussen wortel en blad is kort. Het hart van de plant mag niet onder de grond. De wortels mogen niet boven de grond uitkomen. In beide gevallen bemoeilijkt dit de weggroei en verkort dus de potentiële groeitijd.

12 Geef een bekalking
Zorg voor een bekalking van het knolselderperceeltje. De gewenste pH voor knolselder is hoog (6,5 tot 7). Strooi 100 gram kalk per m² in de late herfst of ten laatste in februari.

13 Gebruik organische bemesting
Geef voldoende organische mest of compost. Alhoewel knolselder een wortelgroente is, geven we toch de organische bemesting zoals bij bladgroenten. Gebruik bijvoorbeeld 10 liter compost per m² of de helft daarvan stalmest.  In de Groente & Fruit Encyclopedie staat knolselder dan ook gerangschikt bij de bladgroenten en niet bij de wortelgroenten.

14 Doe aan fractionering van de bemesting
Splits de bemesting op, doe in augustus en in september nog een bijbemesting met een samengestelde meststof, zeker als het een natte zomer is, want anders speelt u een flink deel van de doorgespoelde meststoffen kwijt. Geef de helft van de voorziene bemesting voor de teelt, geef één vierde acht weken na het planten en één vierde  3 maanden na het planten.

Gebruik een samengestelde meststof met de juiste verhoudingen. Deze verhouding is voor knolselder N-P-K 2-2-3, extra kalium is dus belangrijk. 
Een meststof  (12-12-17) aan 150 gram per m² (of 8-8-12 aan 200 gram per m²) voldoet ongeveer. Bij de grondbewerking gebruik je  daarvan 75 gram per m² (of 100 gram per m²). Daarna nog twee maal 35 gram (of 50 gram per m²) bijstrooien.

15 Vermijd boorgebrek.
Knolselder is tijdens een droge en warme zomer gevoelig voor boorgebrek. Het is dan ook aan te raden tijdens de maand augustus en september een paar keer te spuiten met een boorhoudende meststof. Doe dit een drietal keer met twee gram borax per liter water, op te lossen in warm water. Gebruik 1 liter water per m².

16 Voldoende water geven.
Vermijd groeistilstand. Geef zeker al vanaf eind juli en ook in september en oktober tijdens droogteperiodes water. Laat de grond niet uitdrogen. Doe dit ‘s morgens zodat de selderplaag geen kans geeft. Bij extreme weersomstandigheden en op lichte gronden zorg je ook in juli al voor voldoende vocht. Enkel de eerste weken na het planten geven we zo weinig mogelijk water zodat de plant zijn weg kan zoeken en voldoende diep kan wortelen

17 Laat de knolselder lang groeien.
Knolselder groeit exponentieel. Dat wil zeggen hoe groter de plant hoe sneller de groei verloopt.
Dat wil zeggen dat de knolgroei per dag in oktober vele malen groter is dan in augustus. Dus, oogst niet voor 1 november. Hou vanaf dan het weerbericht in de gaten. Voorspelt men meerdere dagen nachtvorst, dan wordt het toch tijd om te oogsten. Van één of twee dagjes –1 of –2 zal de knolselder geen last hebben.  Uit metingen blijkt dat er in oktober per week zo’n 0,3 kg per m² bijkomt! Stel de oogst uit tot half november. Tenzij nachtvorst van meer dan -2°C gedurende meer dan één nacht voorspeld wordt. Of dek de knolselder tijdelijk af met folie om een korte vorstperiode van een paar dagen te overbruggen

18 Vermijd bladvlekkenziekte
Geef bladvlekkenziekte geen kans. Behandel van zodra de eerste symptomen zichtbaar worden. Doe dit tijdens een regenachtige zomer om de twee weken.

19 Denk aan de wortelvlieg
De kans bestaat dat wortelvlieg de knolselder aantast. Kweek op lichte gronden en bij hoge infectiedruk de eerste maanden onder insectengaas. Maar wortelvliegaantasting bij knolselderij is zeker niet algemeen verspreid.

20 Blad verwijderen onderaan de knol?????
Iets wat ik regelmatig zie : blad verwijderen onderaan de knol in september-oktober. Zoals op de onderstaande foto’s. Persoonlijk twijfel ik aan het nut hiervan. Tenslotte neem je toch bladeren weg die aan fotosynthese doen. De voeding aangemaakt in het blad wordt, vooral in het najaar, naar de knol gestuurd. Anderzijds kan teveel blad overmatige verdamping veroorzaken en extra voeding afnemen van de knol. Ik weet dat er  veel moestuinders zijn die het toch wel doen. Wie heeft hier (positieve of negatieve) ervaring mee?

knolselder-blad

knolselder-blad-ontdaan

Foto’s : Heeft blad verwijderen bij knolselder om de knol te laten dikken wel zin?

21 Uw tip komt hier!
Hebt u  goede resultaten met de knolselderij? Laat uw tips en trucs weten in de commentaarbox hieronder.

Stengelui, een makkelijke groente

 

stengelui Stengelui doet het  ieder jaar goed in mijn tuin. Weinig zorgen aan. En je kan zowat een hele zomer en herfst geleidelijk en zonder haast oogsten. Met stengelui zijn er geen productiepieken die tot een spontane “weggeefactie” leiden. Een plant die tegen een stootje kan, zowel wat betreft belagers als groeiomstandigheden. Alhoewel een vrij onbekende groente, is het toch één om toe te voegen aan het assortiment van de beginnende moestuinder.

Een kort artikeltje over deze interessante groente schrijven leek mij dan ook wel wat. Maar zoals dikwijls bij het schrijven van een nieuw artikel kon ik het niet laten om in de boekenkast te grabbelen. En wat blijkt, deze soms als “nieuw” bestempelde groente heeft toch wel een heel rijk genetisch verleden. Daarover gaat het  in het eerste deel van de mini-serie “Stengelui, een makkelijke groente”.

Deel 1 : Stengelui : nieuw, maar toch al tweeduizend jaar oud.

Uit de boeken
In  recente boeken en catalogussen wordt deze groente als “nieuw” bestempeld. Niet helemaal waar. Toch niet als je de botanische naam “Allium fistulosum” in beschouwing neemt.  In het boek van Em. Stappaerts,  “Onze groenten en hun teelt” (1923), dat in de eerste helft van vorige eeuw talrijke herdrukken kende wordt de Allium fistulosum al beschreven. Daar krijgt de plant de benaming “pijplook”. Naast deze benaming wordt in het boek van Hendrik Ickx,  “Praktische wenken over groenteteelt” (1938), ook de benaming stengellook gebruikt. In het boek van Em. Stappaerts staat de Allium fistulosum vermeld bij de kruiden en in beide boeken wordt enkel melding gemaakt van het gebruik van de bladeren.

Naamgeving in Vlaanderen en Nederland
Vroeger dus pijplook of grove look genoemd. Vandaag de dag kent Allium fistulosum nog steeds verschillende benamingen. Grove bieslook, stengelui,  Japanse bosui. Pijpajuin en  lente-ui wordt ook gebruikt. En dat schept verwarring. Want in de handel zijn pijpajuin of lente-ui de jonge plantjes die geoogst worden van de plantajuin, nog vooraleer de bolvorming plaats vindt.  Het verschil met jonge geoogste stengelui is op het eerste zicht dan ook moeilijk te maken.

Op onderstaande foto’s ziet u wel degelijk de pijpajuin geteeld door middel van plantajuintjes en niet de stengelui.

pijpajuinbosui

Naamgeving in het buitenland.
De buitenlandse benamingen van Allium fistulosum zijn de volgende : Ciboule in Frankrijk. Ciboulette lijkt wel het verkleinwoord hiervan en is de Franse naam voor gewone, fijne bieslook. Dus hier ook de verwijzing naar grove look.
Welsh onions in Engeland. In tegenstelling tot wat ik vermoedde, wijst de benaming “Welsh” niet op “afkomstig uit Wales”, maar heeft het de betekenis van vreemd, ver weg.
Schnittzwiebeln of lauchzwiebeln in Duitsland.
Een overzicht van diverse benamingen uit heel wat Europese landen staat op deze pagina : Allium fistulosum – Foodlexicon

Herkomst
Als herkomst van deze Alliumsoort wordt zowat overal het Verre Oosten genoemd.  Soms ook Siberië. Al meer dan 2000 jaar geteeld in China, en nu nog steeds een zeer populaire groente in de Aziatische landen.

De knoop ontwart
In het Verre Oosten ligt dan ook de “verwarring” tussen de ouderwetse grove bieslook (stengellook, pijplook) en de moderne stengelui of japanse bosui. Daar is in een recent verleden immes de veredeling gebeurt van de ouderwetse grove look, een doorlevende plant, naar de moderne stengelui, die als eenjarige geteeld wordt.
Dit verhaal lijkt dan ook heel sterk op dat van een andere Oosterse groente, de daikon.  Ook een relatief nieuwe groente, ontstaan uit de witte radijs en/of rammenas. Op dezelfde manier is de “stengelui” ontstaan, uit de oorspronkelijke vormen van de stengellook.

Foto’s :
Toevallig zaaide ik vorig jaar de ciboule commune rouge, de gewone pijplook genoemd in het boek van Em. Stappaerts. Toen had ik er nog geen idee van dat dit eigenlijk een oude vorm van stengelui was. Het zaad kon ik op de kop tikken op de oude bloemenmarkt in  Parijs, net zoals de gele honingmeloen destijds.

ciboule commune rougegrove-bieslook-rode-doorlevende.

De verschillende vormen van Allium fistulosum.

Gewone pijplook
Veel in Frankrijk geteeld als “Ciboule commune rouge”. De stengels zijn roodachtig en vertonen dicht bij de wortels een lichte verdikking. Je kan deze zaaien in rijtjes op 25-30 cm afstand en tegen het einde van de zomer is de plant al volop uitgestoeld tot een struikje. Duidelijk de kenmerken van een kruidachtige, doorlevende, vaste plant. Deze pijplook is ook zeer winterhard. Eerder toevallig kon ik vorig jaar deze groente telen omdat ik een pakje zaad op de kop kon tikken in Parijs (zie foto’s hierboven)

De vroege witte pijplook.
In Frankrijk bekend als “Ciboule blanche hative”. De bladeren zijn korter en minder talrijk. De plant sterft af tijdens de winter. Net zoals bij bieslook herschiet de plant in het voorjaar en bloeit in de maanden mei en juni met groenachtige bloemen. Wordt ook als doorlevende plant geteeld, net als fijne bieslook

De stengelui van het type “”Ishikura”
Hiervan werden de laatste decennia diverse rassen ontwikkeld , ook F1-hybriden. Voorbeelden van deze rassen vind je hier. Het is precies deze vorm van stengelui die als “nieuw” omschreven wordt.

Besluit
Zo is het dus gegaan met de stengelui, oorspronkelijk een doorlevende groente of kruid, dat uiteindelijk veredeld en gecommercialiseerd werd tot een éénjarige, veel productievere groente.
Dit wordt alvast bevestigd door de vermeldingen in het boek Fruit & Vegetable Gardening van Michael Pollock. Daar staat Allium fistulosum twee keer beschreven. De eerste keer als Welsh onion, een doorlevende ui-achtige en de tweede keer als Japanese bunching onion, vrij vertaald, de japanse bosui (busselajuin).

leekspin

Leuk weetje
De stengelui maakte een tweetal jaren geleden deel uit van een hype op het internet , namelijk via de flash-animatie “leekspin”, of “het meisje met de prei”. Alleen is de prei geen prei, maar stengelui, want in Japan kent men de prei nauwelijks ( www.leekspin.com)

Hebt u de doorlevende vorm van de pijplook, stengellook, grove bieslook in de tuin? Laat weten wat uw ervaringen zijn.

De taxuskever bij aardbeien

De taxuskever is een heel gekend probleem bij tuinierend Vlaanderen en Nederland. Maar wist je dat de larven van de taxuskever naast de wortels van taxus en heel wat sierplanten ook schade kan doen bij framboos, aardbei, bosbes, druif, kruisbessen en citrussoorten? Guy De Kinder (Auteur “Fruit” van de Groente & Fruit Encyclopedie) heeft het  vandaag over de taxuskever in zijn Fruitblog.
Dit deed er mij aan denken dat ik nog eens moest vertellen hoe het vergaan is met de doordragers in pot die besproken worden in het artikel over Aardbeien, doordragers in pot.

Het is, na een mooi seizoen en een mooie opbrengst in 2007, achteraf namelijk iets minder goed gegaan. Ik was wat verrast toen er in het voorjaar 2008 weinig hergroei was bij deze aardbeien. Op zoek naar de oorzaak bracht een klein beetje graafwerk onmiddellijk de oorzaak aan het licht: taxuskeverlarven! Dat een groot deel van de siertuin omheind is met taxushaag heeft waarschijnlijk de aantasting in de hand gewerkt.

Het is dan ook aan te raden om de doordragers in pot jaarlijks te verpotten om zo de taxuskeverlarven te kunnen verwijderen en te kunnen starten met een insectenvrije grond. Of toch op zijn minst de potten aan een grondige voorjaarscontrole te onderwerpen.

Onderstaande foto’s tonen de boosdoeners, maar de schade viel nog mee en de plantjes konden gered worden. De plantjes waren begin april al aan de hergroei, en de larven waren al volop actief. De preventieve controle gebeurt dus best nog iets vroeger!taxuskever-aardbeien taxuskever-larven-aardbeien

Hebt u tips om de taxuskever weg te houden?

Radijs wordt paddestoel.

Dit kwam ik enkele weken geleden per toeval tegen, en vond het zo plezant, dat ik het toch even hier neerzet. Misschien niet iets wat je verwacht op deze site, maar  zeker een goede start van de maaltijd om de  saladeschotels mee te versieren en de lachspieren wat op te warmen.
Een mooie versmelting van lente(radijs) en herfst(paddestoel).

Hier vind je de stap-voor-stap, in het Engels, maar de uitgebreide fotoreeks is eigenlijk al wat je nodig hebt.

Er zijn vast nog wel leuke tips om groenten te snijden?

Je eigen snoeptomaatjes telen.

De snoeptomaatjes zijn een trend (Tommies©, TomBons©, Candiezz©).

Twee jaar geleden zag je ze zelden. Nu vind je ze bij de meeste supermarkten, soms in plastic doosjes, soms in bekers én in echte snoepzakjes. De snoeptomaatjes zijn, zoals soms gedacht wordt,  niet de gekende ronde cherrytomaatjes. De snoeptomaatjes bevatten net iets minder sap en het velletje is iets meer krokant, waardoor ze nog makkelijker en zonder morsen weg te happen zijn op op kantoor of op het werk, voor TV, in de wagen, of door de kinderen thuis en op school.TomBons_snoeptomaatjes 
candiezz_snoeptomaatjesDe moderne F1 rassen van de snoeptomaatjes zijn feitelijk zeer kleine  en zeer stevige mini pruimtomaatjes (Santa-types) De smaak is uitstekend, ze zijn ongevoelig voor scheuren, hebben een blinkend uiterlijk en zijn na de oogst lang houdbaar. Ze hebben een vruchtgewicht van ongeveer 10 gram. Uit onderzoek is naar voren gekomen dat Santella een wel 2 keer zo hoog lycopeen- en suiker gehalte heeft, als dat van een  gewone tomaat.

Rassen en exclusiviteit voor de beroepstuinbouw
De commercieel geteelde snoeptomaatjes zijn o.a. afkomstig van twee rassen :  Ministar F1 (Sakata) en Santella F1 (Western Seeds). Het zijn mini-pruimtomaatjes van het type “Santa”. Voor deze rassen geldt een exclusiviteitsrecht, dat wil zeggen dat slechts enkele telers dit ras mogen telen op een vastgelegde oppervlakte.

Vrij te telen door de hobbytuinder
Eigenaardig genoeg geldt dit exclusiviteitsrecht niet voor de particuliere zaad- en plantenverkoop. Zo kan je bij Vlaams Zaadhuis zaden bestellen van het ras Ministar. En kan je in het voorjaar in sommige tuincentra planten kopen van het ras Santella, geteeld door Superprof.

Proef
Van Superprof, dat planten teelt voor diverse tuincentra, kreeg ik enkele tomatenplantjes van het ras Santella om uit te proberen. En het werd een meevaller, echt niet verwacht. Zeker een aanrader voor wie eens iets anders wil. Het plantmateriaal wordt aangeboden in een ruime 10 cm pot. De planten op de foto zijn nog niet zo groot en kunnen nog wat verder opgekweekt worden in hun ruime pot. Uitplanten kan je, indien nodig, uitstellen tot net voor de bloei van de eerste tros. snoeptomaatjes vruchtgewicht is 9 gram

De plantjes worden aangeboden als Mini-Roma tomaten. Maar er zijn ook Mini Roma tomaten waarvan de vruchtjes nog net iets groter zijn dan deze zeer kleine snoeptomaatjes. 

En daar zit nu net het verschil : de echte snoeptomaatjes zijn heel klein, en mogen eigenlijk niet meer wegen dan 9-12 gram. Veel van de aangeboden “Grape” tomaten (= “druiven” tomaatjes zoals ze wel eens genoemd worden) zijn dikwijls groter met vruchtgewichten tot 20-25 gram. En dan is het snoepgehalte ervan  sterk verminderd.

Mini-Roma Santella plantgoed van Superprof

Plant- en vruchteigenschappen
pruimtomaatjes santellaDe groeikracht van Santella is zeer goed. De teelt schept dan ook geen enkel probleem. Doordat de groeikracht zo goed is en het een kleinvruchtige soort betreft kan je best meteen drie stengels per plant telen. Koop je twee plantjes, dan heb je korte tijd daarna eigenlijk zes planten. Dat is voldoende om zo twee tot drie keer per week een aardbeidoosje met snoeptomaten te kunnen plukken. Hou dus, na de bloei van de eerste tros enkele extra dieven aan om te dienen als extra stengel op dezelfde plant. 
Als je dan toch een  nadeel wil noemen, dan is dat misschien de vrij gerekte groei, waardoor de planten een weekje vroeger het dak van de serre zullen bereiken. Top ze dan echter niet, maar laat de toppen van de planten terug naar beneden komen, best over een horizontaal gespannen draad.  De vruchtdracht is overvloedig. Het zijn zeer grote, langgerekte en vertakte trossen. De vruchtjes hebben in onrijpe toestand een groene kraag, maar dit belet niet dat de kleuring van de vruchten zeer goed is. Je kan de vruchten zeer lang aan de plant laten hangen, zonder dat ze plots gaan barsten (iets waar veel cherrytomaten wel zeer gevoelig voor zijn).

 snoeptomaatjes in de keuken

Wacht met oogsten tot de vruchten dieprood verkleurd zijn. Oogsten met een kroontje is vrij moeilijk en als het al lukt, dan valt het kroontje er binnen de kortste keren vanzelf af. De vruchten zijn stevig en schitteren in het licht. De smaak en de knapperige ‘bite’ van deze tomaatjes zijn uniek.grape tomaten, santa type, druiventomaatjes dus.

 

Besluit : Zowel de groeiwijze, de vruchtkwaliteit en nog het meest de sublieme smaak en het bijtgevoel van deze tomaatjes zijn een echte meevaller. Een soort waarvan je toch een tweetal planten moet in de kas staan hebben zodat je altijd wat tomatensnoepjes bij de hand hebt.

PS Ondertussen is van het aardbeidoosje gevuld met druiventomaatjes dat hier op het aanrecht staat nog maar de helft over. Ze verdwijnen langzaam maar zeker, één per één door voorbijwandelende huisgenoten :-)

Groenten zaaien en planten in juli en augustus

De kalender met de uiterste data om een groenteteelt op te starten.

Het is een echte aanrader om in deze periode van het jaar ook op de uiterste data nog wat te zaaien of te planten. Zo kunt u tot diep in het najaar (en de laatste drie jaar, dank zij het zachte najaar tot de jaarwisseling) groenten oogsten. Voordeel is dat de groenten door het koele klimaat in het najaar lang kunnen bewaren op het veld. Terwijl in volle zomer de bloemkolen, broccoli’s, sla binnen de week oogstbaar zijn en snel moeten geoogst worden wil men geen kwaliteitsverlies hebben, kan dit in het najaar over een veel langere periode gespreid worden.

Vanaf juli kan de aftelling van de laatste zaaiingen en plantingen van de verschillende groenten beginnen.
Verschillende stukjes grond komen vrij en het loont de moeit deze nog met een nieuwe teelt op te vullen. Sommige groentes kennen al begin juli hun laatste zaaidatum, terwijl andere nog wel tot half augustus of zelfs begin september kunnen gezaaid worden.

Lees verder Groenten zaaien en planten in juli en augustus

Andijvie, een groente voor na de langste dag.

Zaaien van andijvie  kan tot 25 juli, met een speling tot uiterlijk eind juli, daarna wordt het echt te laat. Planten kan tot 15 augustus, eventueel tot vijf dagen later. Als je andijvie zaait bij een te lage temperatuur (minder dan 15 graden) is er veel kans dat de krop niet voldoende uitgroeit en al snel zal doorschieten. Ook lange dagen (meer dan 14 uur licht) tijdens de uitgroei van de krop zijn ideaal om de plant snel te doen bloeien. Wie nu andijvie zaait kan dit doen bij voldoende hoge temperaturen. De uitgroei van de krop zal verlopen bij korter wordende dagen. De beste teeltperiode voor andijvie is nu aangebroken. Dan kunt u misschien wel kroppen telen zoals in het artikel  andijvie weken van een halve meter en anderhalve kilogram (klik) (met talrijke foto’s). Zaaien kan tot 25 juli, met een speling tot uiterlijk eind juli,  daarna wordt is het echt te  laat. Planten tot 15 augustus, eventueel tot vijf dagen later. Een laat zaai- en planttijdstip is steeds de moeite waard, omdat de groenten dan ook een langer oogsttraject hebben zodat de overschotten beperkt blijven. Er is natuurlijk steeds een klein risico aan verbonden, maar de laatste jaren valt dit beste mee. Mooie voorbeelden van wat een laat zaai- en planttijdstip kan opbrengen vind je in dit artikel “wat met de bodembedekking na de aardbeiteelt” en “Een mandje vol met groenten dankzij de warme herfst“. Het is ook gekend dat andijvie in het najaar de grootste kroppen vormt. Kies dan ook een zeer ruime plantafstand. 40 cm tussen de planten is zeker niet overdreven. Als er een voedingsbehoeftige voorteelt stond is het voor andijvie  nodig om opnieuw te bemesten, dergelijke zware kroppen groeien niet vanzelf. Wist u dat krulandijvie moelijker te telen is dan breedbladige andijvie? En dat er binnen de krulandijvie er ook nog een verschil is wat betref moeilijkheid van telen? Rand is bij krulandijvie namelijk een groot probleem. En de types “tres fine maraichère” zijn hieraan heel gevoelig. Kies voor een ras van het type “Wallonne”, als je ietwat wil toegeven op de “fijnheid” van het blad, maar niet graag bruine randjes op de jonge bladeren hebt net voor de oogst. Lees nog wat teeltinformatie in het artikel over de teelt van andijvie (met talrijke foto’s).

Groenten bewaren : de drie meest gemaakte fouten.

Dit artikel gaat over de bewaring  van groenten en fruit in de winkels en in de handel, maar bevat zeker ook nuttige info voor de moestuinder en/of consument die zijn groenten zo lang mogelijk vers wil houden.  

Meest gemaakte fouten

Volgens het VCBT zijn dit de fouten die het meest worden gemaakt in het handelskanaal. Ik heb ze wat aangepast zodat wij, consument en/of hobbytuinder er ook iets kunnen van opsteken.

· Te lage temperatuur voor zuiderse groenten. Bij tomaten ontstaat zo lagetemperatuurbederf. Uit onderzoek van het VCBT blijkt dat courgettes bij minder dan 12 °C sneller zacht worden en een gebobbelde schil krijgen.
Ook tomaten, aubergines, paprika’s en komkommers en ook aardappelen en uiten worden best bij minimum 12°C tot maximaal 16°C  bewaard.

· Te lage luchtvochtigheid. Een hoge, relatieve luchtvochtigheid (85-95%) is aangewezen. Dit kunnen we ook bekomen door de groenten te voorzien van plastiekfolie en zeker te bewaren in de daartoe voorziene groente- en fruitbak van de koelkast.

· Het niet in acht nemen van de ethyleengevoeligheid van sommige groenten. Ethyleen is een rijpingsstof die wordt afgescheiden door rijpende groenten en fruit zoals  appels, peren, kiwi’s  en bananen. Maar ook door tomaten bijvoorbeeld. Probeer deze dus apart te houden van andere groenten.

Aangewezen temperatuurzones

· Moeten altijd gekoeld liggen in een koeltoog overdag in de winkel, in de koelruimte ‘s nachts (temperatuurzone van 0 tot 1 °C): asperges, witloof, broccoli, champignons, oesterzwammen.

· Moeten koel liggen, overdag liefst (niet noodzakelijk) in een koeltoog en ’s nachts in een koelruimte (max. 4 °C): alle slasoorten en bladgroenten, spruiten, prei, bloemkool, pitfruit en steenfruit.

· Moeten fris bewaard worden, dit betekent overdag in een niet gekoeld rek in de winkel, ’s nachts in een koelruimte en een temperatuurzone van 6 tot 7 °C: alle koolsoorten, wortelen en alle boonsoorten.

· Worden best bij gematigde temperaturen bewaard, zowel ’s nachts als overdag, in een temperatuurzone van 12 tot 16 °C: tomaten, paprika’s, komkommers, aubergines, courgettes, aardappelen en uien. Groenten van zuiderse oorsprong bewaar je best niet te koud, anders worden ze slap of verwelkt de steel, aubergines verliezen hun kroontje enz.

Afdekken tegen uitdroging

Als u groenten afdekt in de koeling verkleint u de kans op uitdroging. Gebruik de oorspronkelijke dekvellen of deksels. Bij niet-afdekking valt de koude rechtstreeks op de producten. Dit veroorzaakt uitdroging. Tegen uitdroging verdient het ook aanbeveling om de producten in de koelruimte met nevel te bevochtigen.

Ethyleengevoeligheid

Aubergines, broccoli, champignons, komkommer, tomaten, witloof, andijvie en koolsoorten zijn zeer ethyleengevoelig. Er zijn groenten die ethyleen afgeven zoals tomaten, rijpe appels, kiwi’s. Let erop dat groenten die ethyleengevoelig zijn nooit naast groentesoorten liggen die ethyleen afgeven (zoals tomaat).

In de koelruimte speelt de ethyleengevoeligheid minder. Door de lage temperatuur is er immers minder ethyleenproductie. Buiten de koelruimte, in de rayons, plaatst u nooit ethyleengevoelige naast ethyleenafgevende groenten, bv. nooit tomaten naast aubergines.

Rekken aanvullen vanuit koelruimte

Zet ’s morgens geen stapel dozen met producten klaar in de winkel. Vul groente- en fruitrekken altijd rechtstreeks vanuit de koelruimte aan.

Meest gemaakte fouten

Volgens het VCBT zijn dit de fouten die het meest worden gemaakt:

· Te lage temperatuur voor zuiderse groenten. Bij tomaten ontstaat zo lagetemperatuurbederf. Uit onderzoek van het VCBT blijkt dat courgettes bij minder dan 12 °C sneller zacht worden en een gebobbelde schil krijgen.

· Te lage luchtvochtigheid. Een hoge, relatieve luchtvochtigheid (85-95%) is aangewezen. De koelruimte moet hiertoe voldoende koelcapaciteit hebben (minimaal 40 watt per m³).

· Het niet in acht nemen van de ethyleengevoeligheid van sommige groenten.
(Bron Flandria, met toestemming)
Voor meer info: Vlaams Centrum voor de Bewaring van Tuinbouwproducten, W. de Croylaan, 42, B-3001 Heverlee, t. +32/(0)16 32 27 32, website: www.vcbt.be.

Elk weekend wokdemonstraties met groenten

Deze zomer staat elke vrijdag en zaterdag  een wokstand in de nabijheid van het groente- en fruitrayon van verschillende grote Belgische winkelpunten.  Bij Colruyt, Carrefour, Champion, Makro en Spar kan u het wokteam tegenkomen en proeven van lekkere seizoen-wokgerechtjes.  In de zomer komen paprika en aubergines aan bod; in het najaar prei en bloemkool.

Hieronder vindt u de data en de plaatsen waar een wokdemonstratie doorgaat. Zeker en vast ook bij u in de buurt (als u in Vlaanderen woont tenminste). Klik hier om de data en plaatsen van de wokdemo’s te kennen.

En bekijk alvast ook eens de mini-website van GroentenInfo over wokken met groenten.

Lees verder Elk weekend wokdemonstraties met groenten

Broccoli een ware gezondheidsboost!

Omdat Dominiek Degraeve, een van mijn oudleerlingen bij vabi is en broccoli een zeer populaire groente geworden is vond ik het zeker interessant om dit interview met deze broccoliteler hier te publiceren (met toestemming van Flandria).

clip_image002

“Ik ben zeker dat er nog groeipotentieel is voor onze gezonde en lekkere Flandria-broccoli. Broccoli is een groente met talrijke gezondheidskwaliteiten. Bij jongere consumenten wordt broccoli een populaire groente. Ouderen moeten we nog wat overtuigen, maar dat lukt wel! Er is zeker nog groeipotentieel voor Flandria-broccoli”, aldus Dominiek Degraeve, enthousiast vollegrondsgroenteteler.

Broccolo, broccoli

Broccoli (Brassica oleracea var. italica) is een van de allerfijnste koolsoorten en is nauw verwant met bloemkool. De oorsprong van broccoli is te vinden in Klein Azië (het huidige Turkije), net zoals de hele koolfamilie trouwens. Geen groente klinkt zo Italiaans als broccoli: het is het meervoud van het Italiaanse broccolo, wat koolkrop betekent. De oude Romeinen waren al bijzonder op broccoli gesteld.

Broccoli is een ideale teelt voor ons gematigd klimaat. Het is een vollegrondsgroente die iets later dan bloemkool op de markt komt en waarvan de smaak pittiger en fijner is.

Juiste oogsttijdstip belangrijk

Dominiek Degraeve, vollegrondsgroenteteler uit Passendale, levert sinds een drietal jaar Flandria-broccoli.

“Het is een teelt die weinig gevoelig is voor ziekten en de laatste jaren zijn er ook meer resistente rassen ontwikkeld. Voor de bestrijding van koolvlieg, een lastige belager, volgen we strikt het advies van een waarschuwingssysteem. Alle gebruikte gewasbeschermingsmiddelen, bemesting en mechanische bestrijding worden geregistreerd.”

Bij de teelt van broccoli is het oogsten van de krop (de bloem van de plant) op het juiste moment héél belangrijk.

“De kunst bestaat erin niet te vroeg en niet te laat te oogsten. Het juiste moment is net voordat de bloemkrop wil bloeien”, verduidelijkt Dominiek Degraeve. “We snijden altijd in de voormiddag als de groente nog fris staat en de krop héél stevig is. Om de krop niet te beschadigen, gebeurt dit manueel en ook de blaadjes van de korte stam (10 cm) worden met de hand afgehaald.”

Voeding en geneeskracht

“Broccoli is een groente met talrijke gezondheidskwaliteiten. Bij jongere consumenten wordt broccoli een populaire groente. Ouderen moeten we nog wat overtuigen, maar dat lukt wel! Er is zeker nog groeipotentieel voor Flandria-broccoli”, aldus Dominiek Degraeve.

Broccoli heeft aanzienlijke, beschermende kwaliteiten.

  • Broccoli is rijk aan praktisch elke vitamine (bevat tweemaal zoveel vitamine C als sinaasappel) en vele mineralen zoals calcium en magnesium, en sporenelementen zink, ijzer, koper.
  • Bevat sulforafaan in hoge concentratie. Deze chemische stof activeert anti-oxidanten en enzymen en verhoogt het immuunsysteem.
  • Door de aanwezigheid van anticancerigene bestanddelen werkt broccoli preventief tegen darm- en blaaskanker, maagkanker en maagzweren (labo-effecten).
  • Broccoli zou ook de effecten van het verouderingsproces vertragen (Amerikaans onderzoek).
Voedingswaarde per 100 g
Energie 84 kJ
20 kcal
Vezels 3,6 g
Koolhydraten 2 mg
Vet 0 g
Eiwit 3 g
Vitamine C 110 mg

Koel, koeler, koelst

Broccoli is een groente met een lange bewaartijd mits een belangrijke voorwaarde in acht wordt genomen. “Na het oogsten brengen we de kroppen onmiddellijk naar koelruimtes. Pas als de groente goed koud is, wordt ze handmatig in folie verpakt. Het personeel draagt handschoenen bij dit werk. Door sealing blijft de koude goed in de groente opgeslagen. Dit voorkomt uitdroging en verhoogt aanzienlijk de bewaartijd.”

De gesealde broccolikroppen (500 gr) worden voorzien van een sticker met de vereiste aanduidingen en het Flandria-logo voor aanlevering bij de Flandria-veilingen. Broccoli wordt ook los aangeleverd in EPS-medium (5 kg netto) of EPS-hoog (6 kg netto).

“Het allerbelangrijkste voor het kwaliteitsbehoud en de lange bewaring van broccoli is dat alle schakels in de vermarkting de koudeketen van ‘grond tot bord’ respecteren. De veilingen hebben een gesloten koudeketen waarin de producten gekoeld worden aangeleverd, gekoeld worden gestockeerd en gekoeld vertrekken”, vult Rik Decadt, directeur Productie van de REO-veiling, aan.

Uitstekende conveniencegroente

Voor veel consumenten is broccoli de favoriete kool geworden, maar er is meer. Kopers willen ook levering in roosjes. De groente wordt dan aangeboden in bakjes van 300 gr of stukjes in bulk, vacuüm gekoeld.

“De interesse van de verwerkende industrie voor deze groente groeit sterk. Broccoli is goed op weg om een echte conveniencegroente te worden, want ze is uitermate geschikt voor kant-en-klare maaltijden. Specifiek voor levering aan versnijders wordt een ras met platte schermen ontwikkeld. Die broccoli laat zich gemakkelijker versnijden in roosjes. Zo kunnen we beter inspelen op de wensen van de versnijderijen”, zegt Rik Decadt.

Lees meer over broccoli telen in het dossier broccoli. Er is nog een paar dagen tijd om broccoli te zaaien (tot 15-20 juli) of te planten (tot 10 augustus).

Bestuiving en bevruchting bij courgettes is belangrijk om misvormde en rotte vruchten te voorkomen

Courgette_bestuivingDat er bij courgettes zo nu en dan een misvormde vrucht ontstaat is moeilijk te vermijden. Ook rot aan het uiteinde van de vrucht zal iedereen die ooit al courgettes teelde wel eens gezien hebben. Het is zaak te voorkomen dat er te veel misvormde of rotte vruchten ontstaan. In dit artikel wordt uitgelegd hoe het komt dat vruchten misvormen en rotten. Daarna wordt stap voor stap met foto’s uitgelegd hoe je zelf handmatig een courgettebloem kunt bestuiven.

Bijen, hommels en andere insecten zorgen voor de overdracht van het stuifmeel van de mannelijke bloemen naar de vrouwelijke bloemen. Dit moet altijd ’s morgens vroeg gebeuren omdat courgettebloemen na de middag verwelken. Bij minder goed weer vliegen er ’s morgens soms niet voldoende insecten en verloopt de bestuiving niet goed.

Als er geen bestuiving is van de stamper van de vrouwelijke bloem kan er ook geen bevruchting van het vruchtbeginsel plaats vinden. Er is dan ook geen zaadvorming. De zaadvorming stimuleert de vrucht om uit te groeien. Zonder zaadvorming groeit de vrucht slechts een heel klein beetje. Het gedeelte bij de steel groeit nog wat uit, terwijl het uiteinde van de vrucht dun blijft. Het is beter niet te wachten op de uitgroei van deze vruchten, verwijder ze onmiddelijk. Zo komt er extra groeikracht vrij voor de plant en zullen er makkelijker nieuwe vruchten gevormd worden.

Watergebrek kan ook een oorzaak zijn van misvormde vruchten, maar dan moet het toch wel extreem droog zijn.

Courgette_misvormd Een misvormde courgettevrucht, let op het smalle uiteinde.

Courgette_rot Rot begint steeds aan het uiteinde van de vrucht.

Samengaand met een slechte vruchtuitgroei zien we dikwijls ook dat de punt van de vrucht aan het rotten gaat. Het gaat meestal om grijs schimmelpluis. Het is de schimmel Botrytis cinerea die ook bij veel andere (vrucht)groenten wel eens voor problemen kan zorgen.

Ook bevruchte courgettes kunnen rotten. Bij vochtig weer ontstaat een schimmel op het verdroogde bloempje dat aan het uiteinde van de vrucht overblijft. Deze schimmel kan dan, bij koude en vochtige omstandigheden, de punt van de vrucht aantasten. Zo’n vruchten moet je onmiddellijk verwijderen.

Courgette_verdroogde_bloem foto : de verdroogde bloem aan het uiteinde van de vrucht kan bij vochtig weer makkelijk rotten en dan ook de vrucht besmetten.

Vrees je dat er de vruchtzetting niet goed zal zijn, dan kan je best handmatig bestuiven. Je brengt dan zelf het stuifmeel van mannelijke naar vrouwelijke bloemen over. Zeker als je maar twee of drie courgetteplanten hebt is deze werkwijze aan te raden. Hoe je de bestuiving van courgette best aanpakt zie je stap voor stap op de volgende foto’s.

fotoreeks Een handje toesteken bij de bestuiving van courgettes.

Courgettebloem_mannelijk Een mannelijke bloem, onder de bloem is enkel het bloemsteeltje te zien.

Courgettebloem_vrouwelijk Een vrouwelijke bloem, te herkennen aan het vruchtbeginsel onder de bloem.

Courgettebloem_mannelijk_bestuiving Ontdoe de mannelijke bloem van de kroonblaadjes.

Wrijf voorzichtig met de meeldraden tegen de stamper van de vrouwelijke bloem. Er is voldoende stuifmeel om zo een drietal bloemen te bestuiven.


Lees ook het uitgebreide artikel over de teelt van courgettes.

Verse doperwten kosten 13,5 euro per kilogram

peulenontdraden

Juni is de erwten- en peulenmaand bij uitstek. (foto : peultjes toppen en “ontdraden”)

Wie een eigen groentetuin heeft, met erwten en peulen,  kan zich gelukkig “prijzen”. Dat is zowat het besluit van Nick  Trachet in zijn rubriek Culinair ontdekt op Brusselnieuws.be. Doperwten en sluimerwten moet je echt wel dagvers eten!

Doperwten
Nick komt ook tot het verrassende besluit dat gedopte erwten 13,5 euro per kilogram kosten. Gelukkig doet hij er meteen een tip bij om ook de lege peulen nog te kunnen gebruiken. Hoe Nick tot die verrassende vaststelling komt dat doperwten eigenlijk 13,5 euro per kilogram kosten lees je in dit citaat.

Peulen
Ook peultjes kosten best veel. In juni toch zeker 10 euro per kilogram leert mij wat opzoekingswerk. Want zelf koopt een moestuinder die natuurlijk nooit. Een snelle rekensom : 10 m² sluimerwten (peulen) brengen minstens 10 kilogram op. Dit is dus 100 euro opbrengst voor 10 m² peulen. En die kun je zeker zaaien met één pakje zaaizaad van 100 gram (400 zaden). 2 tot 2,5 euro investeren brengt u binnen de maande een kapitaal van 100 euro! Uw aankoop van  de Groente & Fruit Encyclopedie is zo wel heel snel terug verdiend :-)

Anderzijds is het wel heel logisch dat de prijs per kilogram van erwten en peulen hoog ligt. Er is immers heel wat arbeid nodig voor het plukken van een kilo erwten en daar komen nog de teeltwerkzaamheden bij.

Citaat uit de rubriek Culinair ontdekt op Brusselnieuws.be.:

Wie Edward Bunyard, Brits levensgenieter en vooraanstaand lid van de machtige Britse tuiniersvereniging NHS schreef schreef in de eerste helft van de vorige eeuw: “Om te zonnebaden moeten we ver reizen, maar erwtjes zijn nergens zo goed als thuis.” Hij vermeld ook het ultieme geheim  van goede erwtjes: versheid. “Alleen wie een tuin heeft, kan ze eten zoals dat moet: onmiddellijk na de pluk!” Enkele uren al beroven de erwt van haar heerlijke versheid.

Wat een trompetterend argument voor groenten uit eigen tuin!

Aangezien ik geen tuinderambities heb, moest ik voor een compromis gaan. Verse peulen van de markt. Ze zagen er behoorlijk vers uit (dat ziet men aan de steeltjes, hoe minder verlept, hoe verser). Ik schrok wel van de prijs: 3,50 euro per kilo. Dat is bijna zoveel als een bot asperges.
Maar dan begint het pas. Het moeilijkst is om eraf te blijven. Ik popte een peul open (een grappige bezigheid) op weg naar huis en proefde een rauw erwtje. Hééérlijk. Eigenlijk hoeven die niet eens gekookt te worden. Terug in de keuken heb ik ze dan snel gedopt. Er waren er bij die al wat groot en zelfs gelig begonnen te worden, andere waren nog minuscuul.
Het doppen verliep vlot, en al snel lag er een hoopje erwtjes op het aanrecht. Met nadruk op hoop-je. Wat zielig, van mijn hele kilo bleef amper 260 gram over. Dat is minder dan na het pellen van een kilootje garnalen. Mijn handgepeulde erwtjes kostten dus 13,50 per kilo, zonder arbeidsuren. Over luxevoedsel gesproken!

Meer prettige info over erwten en hoe je de lege peulen nog nuttig kan gebruiken lees je in het artikel op Brusselnieuws.be, klik hier

Lees meer over de teelt van erwten op Plantaardig.com.

Lezertips in de kijker op GroentenInfo.

Er gaat geen dag voorbij of er is iets nieuws te lezen op de website.

“Hoe dat?”, vraag u zicht af. 

Heel eenvoudig, lezers brengen dagelijks zeer interessante reacties op de site.

Zo was er onlangs de tip over tomaten zaaien met groeilampen of het voorkiemen van aardappelen in eierschalen of de tip hoe je best de zaadjes uit snoeptomaten verwerkt. Andere lezers stellen vragen die al zeer snel  beantwoord worden.

Ondertussen staan er op de website al meer dan 2000 reacties! Ook ik leer nog dagelijks bij!

Dus : mis voortaan geen enkele reactie meer! Abonneer u nu meteen op de mail met alle nieuwe reacties die bij  GroentenInfo gegeven werden. Zo krijgt u  dagelijks een overzicht van de tips, vragen en antwoorden van de duizenden lezers op GroentenInfo.

Werkwijze nadat u op onderstaande link geklikt hebt :
Vul  uw emailadres in, typ dan de letters ter preventie van spam over, klik dan op “Complete subscription request”. Wacht enkele seconden of minuten op een bevestigingsmail en klik dan onmiddellijk op de bevestigingslink.

Klik hier om in te schrijven voor de update per mail van  “Reacties bij GroentenInfo”

36 verdwenen en vergeten groenten

De website www.groentevragen.be heeft het deze maand over ‘ bijna of volledig verdwenen groenten en keukenkruiden’. Sommige zijn geheel in onbruik sinds langere of kortere tijd, andere  komen weer in de keuken terecht. Willy Vanhoof heeft aandacht voor naamgeving, gebruik en herkomst van deze groenten tot in de 16de, 17de eeuw, in de Lage Landen, maar ook elders in Europa.
Enkele van de besproken groenten behoren tot de ondertussen opnieuw bekend geworden vergeten groenten zoals aardpeer, warmoes, zeekool of pastinaak. Maar er worden minstens evenveel groenten besproken die je als “verdwenen” kunt bestempelen. In totaal 36 groenten passeren de revue.
Lees hier het interessante artikel op www.groentevragen.be

Cadeau | Geschenk voor vaderdag

De Groente en Fruit Encyclopedie
Een standaardwerk

Een bestseller
Ook in 2009
 

Door mond aan mond reclame van heel veel tevreden gebruikers van het boek blijft de Groente en Fruit Encylopedie, ook in de derde druk (2009) één van de best verkopende tuinboeken.

Al meer dan tienduizend groente- en fruittelers in Vlaanderen en Nederland hebben dit boek!
Twee auteurs, twee boeken in één. Fruitteelt én Groenteteelt.
Elk behandeld door een specialist in zijn vakgebied.

 
Een recente reactie van een koper van het boek op Bol.com

5 mei 2009, GOIRLE, Marielle
All you need is…..this!
Voor alle mensen die een moestuin hebben, mag deze niet in de kast ontbreken. Heb al veel van dergelijke boeken gehad en gezien, maar nooit zo’n compleet exemplaar. Alle groenten en fruit die je mogelijkerwijs kunt kweken op het westelijk halfrond staan vernoemd, (alle denkbare soorten en kruisingen, noem maar op). Hoe het groeit, bloeit en hoe je het snoeit, alles staat erin. Dit alles vergezeld door prachtige fotografie en heldere beschrijvingen maakt dit boek tot een prachtig naslagwerk en het ideale cadeau voor elke tuinder!

Recente reacties van tevreden kopers op Azur.be.

Wat vonden kopers van dit product?

"Een ideaal naslagwerk voor alles wat met groenten en fruit te maken heeft. Leuk om te lezen, duidelijke uitleg en handige tuintips!! Een niet te missen boek." door Leen Dierckx op 03/06/2009:

"Mijn verwachtingen waren hoog gespannen gezien de positiever commentaren van de kopers van dit boek. Wel desondanks ben ik nog in positieve zin verrast, ook vind ik het voor mezelf toch wel heel handig dat men uitgaat van de gebruikelijke Nederlandstalige benaming Luc " door Luc Meuleman op 03/06/2009:

"Ik vind het een uitstekend boek. Ik heb er enorm veel van bijgeleerd en het resultaat staat nu te pronken in de serre en mij groenten hof." door Patrick De Clercq op 31/05/2009:

""Het referentiewerk voor elke amateur-tuinder. Duidelijke teksten en mooi geïllustreerd." door Theo Bois d’Enghien op 26/05/2009:

"Mooi boek, goed duidelijk met mooie foto’s en beschrijving." door P. de Maijer op 26/04/2009:

"Het beste boek voor de tuinliefhebber, een boek om zeker te bezitten. Prachtig in een woord." door Jac. Swinnen op 16/04/2009:

"Prachtig en praktisch tuinboek, een aanrader voor ieder die in zijn tuin aktief wil zijn" door Colenbier Ronald op 14/04/2009:

Meer info en recensies over dit unieke naslagwerk vind je hier


*Het boek is het  best verkopende tuinboek bij internetboekwinkel Proxis
Klik hier

* Het boek is het best verkopende tuinboek van boekenwinkel Azur.
Klik hier

*Het boek staat in de top tien bij de categorie tuinieren bij Boekhandel Bol.com
Klik hier
   

Paprika kweken, bestuiving en bevruchting

Bloem_paprika_peper

Foto’s boven en onder: Na een goede bloei wordt het bloempje geel en valt af. Wat is de oorzaak?
Paprika_bloem_rui
Veel mensen vragen zich af hoe het komt dat de bloempjes van de pepers of paprika’s afgestoten worden.
Misschien heb je het ook wel eens gezien: het bloemsteeltje wordt geel, de bloemblaadjes verdrogen en na een paar dagen valt het bloempje van de plant. Een slechte bestuiving kan niet de oorzaak zijn, paprika is namelijk een zelfbestuiver.
Omdat paprika een zelfbestuiver is moet het stuifmeel niet verplaatst worden naar een andere bloem. Het is voldoende als het stuifmeel loskomt en op de stamper van dezelfde bloem valt. Bij paprika gaat dit veel vlotter dan bij tomaat. De meeldraden omsluiten als het ware de stamper van de bloem waardoor het stuifmeel heel gemakkelijk op de stempel terecht komt. Daarom is trillen bij paprika of pepers niet nodig.
De oorzaak van bloemrui is dus te zoeken bij een slechte bevruchting, niet bij een slechte bestuiving.

Vruchtbelasting
Bloemrui is dikwijls een signaal dat er iets misloopt met de groei van de plant. De bevruchting verloopt dan niet optimaal of het geproduceerde stuifmeel is slecht van kwaliteit. De stuifmeelkorrels groeien niet door naar het vruchtbeginsel. Er volgt geen bevruchting en het bloempje sterft af.

Met name bij de grootvruchtige paprika’s kan de plant maar een beperkt aantal vruchten doen uitgroeien. Dit zijn ongeveer zes tot hoogstens tien vruchten. Als het een kleinvruchtige soort betreft zal de plant een groter aantal vruchten kunnen verdragen. Hoe dan ook, als een aantal vruchten bereikt wordt stopt de plant alle energie in de vruchten en wordt de wortel-, blad- en bloemgroei benadeeld. Er verschijnen weinig nieuwe scheuten en bladeren. De bloempjes openen zich nog wel, maar vallen af omdat de plant geen energie meer stopt in de bevruchting.Als je de kans ziet een aantal vruchten te oogsten in groene toestand, dan zal je zien dat de plant zijn groei herneemt en er opnieuw een goede vruchtzetting is.

Temperatuur
Te hoge temperaturen verstoren de bevruchting en de kwaliteit van het stuifmeel. Er komt wel stuifmeel op de stamper, maar de bevruchting gaat niet door. Als er verschillende dagen temperaturen van boven de 30-32°C voorkomen is het heel normaal dat er bloemrui optreedt. Ook bij tomaat is dit een bekend verschijnsel. Te lage temperaturen (’s nachts onder de 10 graden en overdag onder de 15 graden zal ook een negatieve invloed hebben op de vruchtzetting.

Groeiomstandigheden
Tenslotte zal de groeikracht van de plant ook een invloed hebben op de bloemrui. Door te nat of te droog te telen kan de plant tijdelijk in een stresssituatie (groeistilstand) komen waardoor de vruchtzetting achterwege blijft. Ook lichtgebrek kan de groei van de plant verstoren. Zelfs in een goed lichtdoorlatende kas kan een langere periode van bewolkt weer met weinig zonlicht de groei verstoren.

paprika kweken

Gekrulde bladeren in de kop van de tomatenplant : krulkoppen.

Ieder jaar in het begin van de teelt worden hier en daar ‘krulkoppen’ bij tomaat gesignaleerd. Krulkoppen zijn een signaal dat de plant heel wat energie over heeft en het gaat ook wel vanzelf weer over. Het verschijnsel is zichtbaar bij planten die al een week of drie geplant zijn, maar die nog weinig vruchten dragen. Toch is het interessant om even na te gaan wat de oorzaken zijn, want veel liefhebbers stellen vragen hierover.

 

Wat is het?
De hoofdnerf van de bladeren in de kop van de plant krult naar beneden en naar binnen toe, als een varkensstaartje. ’s Avonds is dit verschijnsel zeer frequent. ’s Morgens is het blad dikwijls min of meer recht, of in ieder geval veel minder gekruld.
Wat is de oorzaak?
Als de bladeren zich ‘s morgens wat ontkrullen is het probleem veel minder groot. Want dit betekent dat de plant overdag wel heel wat bouwstoffen (= assimilaten (suikers, zetmeel van de fotosynthese) aangemaakt heeft, maar die ’s nachts opnieuw kon gebruiken (=ademhaling, verbranding) voor de groei van bladeren, vruchten en wortels.
Blijven de bladeren ook ’s morgens zo sterk gekruld? Dan is dit een signaal dat de plant wel zeer veel reservestoffen aangemaakt heeft. De aanmaak van bouwstoffen door de fotosynthese is veel groter dan het verbruik ervan. Door het teveel aan fotosyntheseproducten die niet kunnen getransporteerd worden (zetmeel, suikers) krult het blad. Het verschijnsel gaat dan ook dikwijls samen met een donkere kleur (na de middag)van de bladeren, ’s ochtends zijn de bladeren dan weer bleker. De bladeren zijn ook korter dan we gewoon zijn.
Wat kan je er aan doen?
Korte en donkere bladeren zijn kenmerken die je ook ziet bij planten die heel veel zonlicht ontvangen.
– Een eerste maatregel om het ontstaan van krulkoppen wat in de perken te houden is ervoor te zorgen dat de planten tijdelijk wat afgeschermd worden voor de zon. Doe dit enkel indien het probleem te groot wordt.
– Ook kan het zijn dat de planten wat meer water kunnen gebruiken, dit zal immers het verbruik van de aangemaakte bouwstoffen stimuleren.
– Is er veel zon overdag en lage temperaturen ’s nachts dan zal de plant ’s nachts weinig bouwstoffen kunnen omzetten, met opnieuw een overschot tot gevolg.
– Krulkoppen komen frequenter voor bij sterk groeiende rassen.
– Krulkoppen zijn enkel waar te nemen de eerste weken van de teelt. Eénmaal de plant beladen is met twee tot drie trossen tomaten zal het verschijnsel vanzelf overgaan. Dan heeft de plant immers veel meer energie nodig voor de uitgroei van de vruchten.

Tot slot nog dit : je moet er ook niet teveel aandacht besteden aan dit verschijnsel. Want alles wat je doet om krulkoppen te vermijden zijn ook maatregelen die de groei afremmen. Neem enkel in extreme situaties maatregelen. Het verschijnsel gaat hoe dan ook over. Het enige wat overblijft zijn enkele bladeren aan de plant hebt die een ietwat ‘verfomfaaidd’ uitzicht hebben.

Een groente met paarse bladeren en gele bloemen.

De titel klinkt niet alleen als een raadseltje, het artikel is het ook.

De bladeren van deze groente zijn zeer sierlijk. Bovendien zijn ze donkerpaars gekleurd, net zoals de stengel. De groente groeit een gans jaar aan één stuk. Je kan er van oogsten de hele herfst en winter lang. In het voorjaar wordt ze zowat anderhalve meter hoog en het contrast tussen het paars van de bladeren en het intense geel van de bloemen is gewoonweg prachtig. Dan pas wordt het een echte blikvanger op het terras. Eigenlijk niemand die merkt dat het hier eigenlijk om een groente gaat die de show teelt.

Nu deze onbekende groente nog een weekje te pronken heeft op het terras, vooraleer de zomerbloeiers er de show stelen wil ik u deze “groentetip in pot” toch niet onthouden.  Het is een voorbeeld van hoe je met groenten in pot op een andere manier kan omgaan dan in de moestuin. Terwijl het meestal niet de gewoonte is om groenten te laten bloeien in de volkstuin of moestuin, kan dit met groenten in pot immers wel. Ze staan dan ook niet in de weg voor de volgende voorjaarsteelt.

De teelt van deze prachtige “groente in pot” was dan ook een mooie ervaring. Enige voorwaarde is dat je er tijdig mee begint, in de komende maand ongeveer.
Zaai  deze groente in mei of juni. Voor het mooiste resultaat in het voorjaar is zaaien in juni eigenlijk best. Verspeen de plantjes in potjes en plant ze, als ze drie tot vier bladeren hebben in de moestuin. Maar plant er ook enkele over in een grote pot. Hou je één plant apart, dan is een pot van 10 liter goed. Maar mooier is het nog als je drie van deze groenten in één pot plaatst. Kies dan een grotere pot van zo’n 20 liter.

Plaats de pot op het terras tussen de de andere kuipplanten. In het begin valt ze dan ook nog niet zoveel op. Pas in het najaar begint ze stilaan op lengte te komen. En als de andere kuipplanten  moeten beschut worden tegen de vorst en dus van het terras verdwijnen, dan is het tijd voor  om op de voorgrond te treden. Want de groente is voor 100% winterhard.

Benieuwd? Of denkt u het al te weten?

Klik hier voor de naam en de foto’s van deze verrassing op het terras.

Paarse boerenkool!

boerenkool_pot

boerenkool-paars2 

boerenkool-paars3

boerenkool_paars_geel4

Groenten en vis combineren

viskalender

Regelmatig wordt op Plantaardig.com een mini-website met recepten gepubliceerd. Deze keer gaat het over welke groenten je bij welke vis kan serveren. Op deze mini-website vind je een lijst met een aantal populaire vissen, schaal- en schelpdieren en de groenten waarmee ze goed samengaan.
We serveren er nog vijf zomerse visgerechten bij!
Je kan er ook de link vinden naar de viskalender.

Klik hier voor de mini-website Groenten & Vis.

Asperges oogsten, het tweede jaar na planten.

Dit artikel is een opvolging van de artikels over asperges zaaien (2007) en asperges planten (2008). In het tweede artikel vind je ook al heel wat info over het verdere teeltverloop.

Na een vrij probleemloos groeiseizoen waarbij noch de aspergekever, aspergevlieg of aspergeroest roet in het eten gooiden werden de stengels van het afgestorven loof in november 2008 een tiental centimeter diep onder de grond afgesneden. Zo haal je eventuele overwinteringspoppen van aspergevlieg ook weg. Door de koude winter gevolgd door een donkere en koude februarimaand met daarna een allesbehalve zachte eerste helft van maart leek het er op dat de groei maar traag op gang zou komen.

Ruggen maken.

Tijdens een droge periode in maart werd de grond boven de aspergerij al eens oppervlakkig los gemaakt met een spitvork. Zo zal de grond sneller drogen en opwarmen.

Een plotse ommeslag in het weer bracht  al snel verandering in de trage groei. Eén van de eerste dagen van april was er al de eerste aspergestengel die zijn kopje boven de grond stak. Door het warme weer en de zandgrond waarin ze groeien kwam de hergroei toch vroeg op gang.

Tijd om aan te aarden dus. Het is gebruikelijk dit in twee keer te doen. Om zo een snellere opwarming van de berm te bekomen. Daarom wordt er eerst een laag van zo’n 15 centimeter  bovenop de asperges gelegd. Door het warme weer duurde het echter niet lang of ook daar kwam er een asperge bovenuit. Tijd dus om de aspergerug volledig te maken, zodat ze zowat 35 centimeter hoog wordt ten opzichte van de naastliggende geulen (dit is ongeveer de plantdiepte van de asperges). Druk de berm daarbij stevig aan en maak deze bovenaan voldoende breed (35 cm breed bovenaan, 60 cm onderaan). Let er goed op dat het midden van de berm perfect boven de aspergerij ligt. Eventueel zet je lange bamboestokken om de planten te markeren en maak je daarna de grondberm.

Zwart/wit folie

asperge-oogsten

Om niet iedere morgen te moeten controleren of er asperges de kop opsteken en om te vermijden dat ze het aspergekopje verkleurt wordt er best zwart doek of plastic op de rug gelegd. Het zwarte afdekmateriaal zal tevens de oogst vervroegen. Toch wacht je best niet te lang met oogsten onder de zwarte folie. Zeker bij warm weer worden ze dan te lang en kleuren ze roze.
Best is zwart/wit folie te gebruiken. Tijdens een koud voorjaar kan je dan de zwarte kant boven leggen om de groei te versnellen. Tijdens een warm voorjaar leg je beter de witte kant boven om zo een te snelle groei van de asperges te vermijden. Bij een te snelle groei door een te hoge temperatuur onder de plastic zijn de asperges dunner en is de culinaire kwaliteit minder goed. Droge grond bovenop de ruggen moet vermeden worden. Maak ze desnoods eens nat. Zo vermijd je roze koppen.

Oogst

Tot voor kort werd steeds voorop gesteld om van een tweedejaarsplanting niet te oogsten. De laatste jaren raadt men aan een kleine oogst te doen van bijvoorbeeld 3 tot vier stengels per plant, wat overeen zou komen met een oogstperiode van twee à drie weken.
Voordelen die dan aangehaald worden zijn :

– stimulatie van de knopvorming op de wortelstok, en dus tijdens de zomer meer stengels en meer loof per plant. Daardoor wordt de groei van de vlezig wortels bevordert, zodat deze extra veel reservestoffen kunnen opslaan voor het volgende jaar.

– bescherming tegen nachtvorst, aspergestengels zijn namelijk gevoelig voor bevriezing. Om te vermijden dat de eerste stengels bevriezen is het dus misschien beter om ze te oogsten. Dit jaar lijkt dit (voorlopig) niet van toepassing.

De eerste oogst van de asperges, geplant in 2008, had al plaats op 16 april 2009, een tweede oogst op 23 april 2009. Er wordt langsheen de asperge wat aarde weggegraven, zodat de asperge op een lengte van zo’n 25 centimeter kan afgesneden worden. Daarna wordt het putje weer dicht gemaakt.

In de vorige artikels kon u lezen dat het om slechts 11 planten gaat. Nog een geluk dat het zo’n groeizaam weer was. Zo kon de oogst meteen flink van start gaan en was het niet nodig om wat asperges in de koelkast te bewaren om, dan samen met een tweede oogst enkele dagen later, een volledig maal te vormen. Want eigenlijk is 11 planten wat weinig. Dat kan je hier lezen in dit bericht van Jan.
Door deze snelle groei zit de oogst van deze tweedejaarsaanplanting er ook snel op. Er werd besloten om na de tweede oogst de asperges te laten uitgroeien. Zo spelen we op zeker en vermijden we dat de plant te veel verzwakt wordt. Volgend jaar kunnen we dan al iets meer en langer oogsten, tot einde mei. Daarna kan de oogst steeds plaatsgrijpen tot 24 juni. 
Het is best de geoogste asperges eerst een paar uren in koud water te leggen. Daarna wikkel je ze in een vochtige doek en wat folie en bewaar je ze zo in de ijskast. Maar vers zijn ze natuurlijk op hun best.

Na de oogst

Straks zal het loof hard gaan groeien en is het zaak het loof gezond te houden, maar ook van voldoende voeding te voorzien.
Je kan vooraleer de ruggen lichtjes af te graven een matige hoeveelheid compost in de geulen tussen de ruggen aanbrengen. Dit kan ook tijdens het vroege voorjaar bovenop de aspergebedden om deze dan wat door de grond te mengen met een spitvork.
Na het afgraven strooi je nog een matige hoeveelheid samengestelde meststof (bv 40 g/m² 12-10-18 of 80 g/m² 6-7-8) Half juli zullen we nog eens bijbemesten met dezelfde  hoeveelheid samengestelde meststof. De eerste dosis meststof kan ook vroeger op het jaar gegeven worden tijdens de maand maart.
Vergeet niet om toch tweejaarlijks  tijdens de winter  het aspergeperceel te bekalken met 100g/m².

De vroegste groente uit openlucht : spruitbroccoli!

 collage_broccoli2

Spruitbroccoli, niet in de winkel, maar wel een delicatesse uit eigen tuin.

  • Nu verse broccoli uit de eigen moestuin oogsten, de eerste verse groente van het nieuwe openluchtseizoen en dat terwijl alle broccoli die in het groentenschap te vinden is als herkomstbenaming “Spanje” draagt!
  • Verse, gezonde broccolischeutjes  in het vroege voorjaar vanaf maart tot eind april, en dit zonder kas, tunnel, koude bak of enige andere bescherming. Het kan!

 
paarse-broccoli_hoofdknop_sfeer Dit jaar was het, door de strenge winter,  wat later en kon er pas begin april geoogst worden, maar in een zachtere winter is een oogst van jonge, verse spruitbroccoli vanaf maart zeker en vast mogelijk!

Om welke groente gaat het eigenlijk?

Het gaat dus alvast niet om de bekendste broccoli, de  zomerbroccoli (Brassica oleracea var. italica, – Calabrese rassen) die kan geoogst worden van juni tot december (planten maart tot begin augustus).  Op  deze site is er een volledig dossier aan gewijd : “Broccoli? Gezondheid!

We hebben het hier wel over een zeer gekende groente in Engeland die nu ook stilaan bij onze moestuinders stilaan bekend en bemind raakt : ***de winterbroccoli of spruitbroccoli.  Soms gebruikt men ook de benaming speerbroccoli of aspergebroccoli.

Spruitbroccoli is de verzamelnaam voor een groep van tweejarige broccolirassen die purperen of witte kleine, bebladerde, langwerpige, paarse of witte bloemhoofdjes vormen nadat ze op het veld hebben overwinterd. Men noemt ze ook winterbroccoli.

Teelt van spruitbroccoli/winterbroccoli.

Deze lente staat op de proeftuin van GroentenInfo de variëteit “Purple Sprouting” van Thompson & Morgan. Hier volgt een uitgebreide beschrijving van deze zeer interessante liefhebbersteelt die begon op 15 juni van vorig jaar.

Kenmerken
De winterbroccoli is tweejarig, dat wil zeggen dat de plant groeit tijdens het eerste jaar en bloeit vroeg in  het tweede jaar. Deze tweejarige rassen vormen pas bloemhoofdjes nadat ze op het veld zijn overwinterd.  Er is  koude nodig vooraleer deze broccolisoorten tot bloei kunnen overgaan. Er zijn paars-spruitende of wit-spruitende winterbroccoli’s. Pas onlangs zijn er ook spruitbroccoli’s ontwikkeld die geen  koude nodig hebben en dus eigenlijk als zomerbroccoli kunnen geteeld worden. Zo is er de paarse variëteit Bordeaux F1.

 

paarse-broccol_broccoletto_zaaien15juniZaaien
Deze winterharde broccoli wordt gezaaid in de vroege zomer en uitgeplant in juli. De ideale zaaiperiode is 10-15 juni. Tijdens de zomer en het najaar gaat de groei heel hard. De planten schieten flink hoog op en vormen een dikke stengel. Het lijkt eigenlijk wel op hoge boerenkool. Vanzelfsprekend moet deze broccoli ook beschermd worden tegen alle typische koolplagen. De teeltwijze is vergelijkbaar met deze van winterbloemkool, die vroeger in bepaalde regio’s ook wel winterbroccoli genoemd werd.  Het voornaamste verschil is dat de spruitbroccoli best zo’n twee weken vroeger gezaaid wordt en evenveel weken vroeger uitgeplant wordt. De plant moet immers voldoende hoog (ca. 70 cm) kunnen groeien voor de winter invalt.

Planten
Uitplanten gebeurt op een ruime afstand van zo’n 70 cm. De plant is vrij hoog en volumineus. In september moet er zeker en vast ook nog eens aangeaard worden, de plant heeft absoluut wat steun nodig. Kies ook een geschikte standplaats, want deze groente staat in de tuin als alle andere groenten geoogst zijn. Zorg dat ze niet in de weg staat van het teeltschema voor het komende seizoen. Een standplaats die ook in de winter niet te nat is, is noodzakelijk. Wat betreft andere gewaszorgen kunt u te rade gaan in het artikel over winterbloemkool en over zomerbroccoli. Het is zowat een teeltmix van deze twee groenten.

Foto’s van de opkweek: uitzaaien in een zaaikistje en uitplanten als losse plant (Losse planten vergen extra zorg na het planten, beter is verspenen en opkweken in potjes)
Zaaien op 15 juni, verdere opkweek in open lucht,  uitplanten op 15 juli, de laatste foto toont de gewasstand op 4 oktober.

paarse-broccol_broccoletto_opkomst28juniuitplanten-winterbroccoli uitplanten-winterbroccoli3uitplanten-winterbroccoli4gewasstand-winterbroccoli2

Winterhard 
spruitbroccoli_14_januari_2009 Vanaf de eerste koude, zo  begin december valt de groei helemaal stil. Dit jaar duurde deze groeistilstand zowat tot eind februari. Maar, wat het belangrijkst is, de winterbroccoli overleefde ook deze vrij strenge winter. Er was wel wat van het onderste blad beschadigd, maar de meeste bladeren en het groeipunt bleven intact. In tegenstelling tot de bladbroccoli (broccoletto) ernaast. Deze overleefde de vorst niet. (zie artikel 14 januari : vorstschade bij wintergroenten)

Hergroei
Bij de eerste zachte temperaturen herneemt de groei. Maar nu meer gedrongen en minder weelderig. In de kop van de plant groeien talrijke kleine blaadjes en in de bladoksels op de hoofdstam zien we de zijscheuten verschijnen.

Lang oogsttraject
Dank zij de relatief lage temperaturen in het voorjaar heeft deze groente een lang oogsttraject. Je kan, mits wat toe te geven op de opbrengst, vroeg beginnen met oogsten en lang doorgaan. Als, bij een zachte winter, de oogst kan starten begin maart, dan kan deze doorgaan tot eind april. Het duurt dus vrij lang tot de bloemhoofdjes de eerste gele bloempjes vertonen. Dit is bij zomerbroccoli wel anders.

Eerste oogst
winterbroccoli_oogst_maart

Einde maart kon al een eerste keer geoogst worden, alhoewel de hoofdjes nog wat klein waren.

(foto : een eerste oogst op 29 maart, de hoofdknop en de zijscheutjes zijn nog niet op volle grootte en lengte, er moet nog wat ‘rek’ inkomen)

Volop oogsten

Begin april waren de hoofdknoppen al groter uitgegroeid en kon de hoofdknop met enkele onderliggende zijscheuten geoogst worden. Tot op heden (10 april) is er van de planten die nog niet geoogst zijn is nog geen enkel schermpje tot bloei over gegaan. Het is nog even afwachten hoe lang het duurt vooraleer er bloei is van de schermen. In ieder geval is de oogst ondertussen al twee weken bezig.

winterbroccoli_oogst1winterbroccoli_oogst2
Foto’s boven : hoofdscherm wegsnijden, daarna de hoogste en voldoende uitgegroeide zijscheuten wegsnijden. Laat er een voldoende lange stengel aan en enkele van de kleinste blaadjes.

Foto’s onder : na de oogst van het hoofdscherm en de grootste zijscheuten, de bovenste bladeren wat wegsnijden. Dit zorgt voor meer licht en stimuleert de uitgroei van de onderste scheuten.

winterbroccoli_oogst3

spruitbroccoli_oogst4

Zijknoppen stimuleren.

Hou er rekening meer dat het uitsnijden van de hoofdknop, samen met enkele van de bovenste zijscheutjes de lager gelegen zijscheuten sterk stimuleert. Deze zijn nu al veel groter dan de zijscheuten van planten die waarvan nog niet geoogst is. Oogst dus nooit een volledige plant in één keer.

Opbrengst.

De opbrengst per plant is vrij groot. Per plant kan je nog net iets meer oogsten als van zomerbroccoli. Weliswaar niet in één scherm, maar verdeeld over veel verschillende scheutjes en over verschillende oogstbeurten.

Foto : een oogst van drie planten volstaat ruimschoots voor vier personen. Dit zijn drie hoofdschermen en per plant een vijftal zijspruiten. Oogst de zijscheuten met een lange steel en met enkele kleine blaadjes.
Hou rekening met de bereidingstijd : vijf minuutjes koken en klaar, ook de steel is snel zacht! Te lang koken doet smaak en structuur verdwijnen.

oogst-purple-sproutsspruitbroccoli gaar

Hebt u ervaringen met deze of andere soorten spruitbroccoli, laat het  dan weten. Alvast bedankt!

Tomaten : variëteiten kiezen (F1 hybriden 2008)

Tijdens de zomer van 2008 werden door mij acht vlot verkrijgbare rassen van tomaten vergeleken. De meeste, zijn verkrijgbaar in het ene of het andere tuincentrum. Zelden vind je ze allemaal in één en hetzelfde tuincentrum. Op één uitzondering na zijn het ook allemaal F1 hybriden. Ze werden gezaaid half maart en geteeld in de kas. U leest en ziet hier de resultaten. Behalve één ras voldoen ze naar mijn gevoel allemaal, en moet de keuze vooral gemaakt worden op basis van de kleur in het onrijpe stadium. Namelijk: zijn het donkergroene, halfgroene of bleke rassen? Wat dit betekent zie je wel op de foto’s. Ook de hardheid van de vrucht kan voor sommigen een parameter zijn.  Wens je tomaten zoals je ze bij de groenteboer ziet liggen, dan zijn er slechts enkele (bleke) rassen aanbevolen.

Wat vooraf ging
Dit nadat in 2007 al enkele F1 hybriden getest werden.  Dan werden Sampei F1, Tamaris F1 en Cristal F1 naar voor geschoven als goede rassen en deze voldoen vanzelfsprekend nog steeds. Cristal enkel als er geen bodemmoeheid is. Het zijn allemaal “bleke” rassen met een goede stevigheid. Je kan de foto’s en de resultaten van deze teeltproef bekijken
F1 hybriden bij tomaten : enkele rassen vergeleken(2007). Je leest er ook waarom we steeds kiezen voor F1 hybriden rassen.

***Opmerking. Voor de vruchtgrootte : vergelijk de foto’s, deze zijn steeds op schaal van het kistje waarin de vruchten liggen. Het kistje is 30 cm breed. Ook in het artikel 2007 werd gebruik gemaakt van deze kistjes.

Bespreking van de variëteiten

Agora F1 (Vilmorin)

Tomaar ras AgoraTomaat van het donkergroene type, dat wil zeggen een kraag die in het onrijpe stadium groener blijft dan de rest van de tomaat. Een goede groeikracht. De grote, licht geribde vruchten zijn niet helemaal stevig (kunnen lichtjes ingedrukt worden), maar zijn zeker stevig genoeg en dus lang genoeg bewaarbaar. De donkergroene kraag kleurt niet altijd even goed, er zijn soms enkele gele vlekken rond het kroontje. Grotere vruchten vertonen soms één enkele kleine sterscheur vanuit het kroontje. Maar dit is heel beperkt. Zeker en vast een goed ras voor wie zich kan verzoenen met het donkergroene type.

 tomaat ras agora

 

Supersteak F1 (Abraham Sluis, Garden Seeds)

supersteak tomaten ras

Deze Amerikaanse veredeling is voor mij de revelatie van 2008! Een aanrader voor wie van grote vleestomaten houdt. Ras van het bleke vruchttype. Ietwat eigenaardige, lang gerokken groeiwijze. Zeer grote trossen met dubbele bloemen en dus echte geribde vleestomaten (bonken). Een zeer goede opbrengst dank zij de grote vruchten.

De kleuring van de vruchten is goed. Niet echt intens donkerrood. De stevigheid van de vruchten is zeer goed. De structuur van de vruchten is dan ook echt vlezig. De tomaat is ideaal om te versnijden. Goed bewaarbaar. Vruchtgewicht gemakkelijk tot 400 gram, heel wat vruchten wogen meer dan 500 gram met uitschieters van 800 en 1000 gram. Misschien niet om de hobbykas mee vol te zetten, maar zeker de moeite om een paar planten te hebben voor wie houdt van grote vleestomaten.

 supersteak tomaten ras

Buffalo F1 (Bakker)

buffalo tomaten rasMooie, ronde, grote tomaat van het bleekgroene type. Zeer goede groeikracht, zeer mooie vorm, goede kleuring en stevige vruchten. Kortom, een echte handelstomaat die zo naar de veiling en de winkel kan. Dit ras was trouwens eind jaren tachtig een standaardras bij de Belgische en Nederlandse vleestomatentelers.

 

 

 

 

 

buffalo tomaten ras 

Coeur de Boeuf (Aveve)

coeur de boeuf aveveDeze Coeur de Boeuf is geen f1-hybride en eerder per toeval in deze proef terecht gekomen. Zelden zo’n rare tomatenplant gezien. Gekrulde bladeren tot en met. En alle bladeren vertoonden gele vlekken alsof het magnesiumgebrek was. Nochtans stonden alle andere rassen mooi groen. De plant zelf groeide veel hoger dan de andere rassen en vormde overmatig dieven. De vruchtzetting daarentegen was wel goed. De kleuring van de vruchten was echter ook slecht. En de vorm? Volgens mij zeker niet de echte ossehartvorm. De ossehartvorm staat wel op de verpakking, met een mooie rode kleur. In het echt zijn het eerder sterk geribde tomaten in diverse vormen met een rozige kleur. Mooi voorbeeld hoe je met de verpakking de inhoud kan verdoezelen.

Volgens mijn bescheiden mening zou het zonde zijn om de kleine hobbykas met dit ras te vullen.Coeur de boeuf oogst

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Dona F1 (Vilmorin)

Dona F1 tomatenras

Van dezelfde veredelingsfirma als Agora F1 en wat betreft groeikracht en groeiwijze overeenstemmend met Agora F1. Maar de vruchten lijken beter mee te vallen dan deze van Agora F1. De vruchten zijn eveneens met donkergroene kraag (“Frans” type) maar toch minder opvallend dan Agora F1 (halfgroene type). Dit uit zich in een betere kleuring, en ook zijn er quasi geen sterscheuren aanwezig. De vruchten zijn nog altijd groot, maar iets kleiner dan Agora. Ook de hardheid van de vrucht is goed, je kan de vrucht enkel lichtjes indrukken, maar helemaal niet ten koste van de bewaarbaarheid. Ik zou dit tomatenras bestempelen als de “verbeterde” vorm van Agora F1. Zeker en vast een ras om eens uit te testen in de eigen situatie.

 Dona f1 ras tomaat 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Durinta F1 (Somers)

Durinta F1 tomaten

Een mooie, ronde tomaat met goede groeikracht. Vruchten wel vrij klein, maar wel met zeven of acht aan één langgerekt, mooi gevormde tros. Mits trossnoei ook te telen als trostomaat. Een stevige, donkerrode vrucht met goede kleuring, kortom een echte winkeltomaat voor wie niet houdt van de grotere (vlees)tomaten. Ook dit ras was tot voor kort een veel geteeld ras bij de beroepstelers. Dat het eigenlijk een grove trostomaat is blijkt uit de plukbaarheid. Er is niet echt een breukvlak op het kroontje waardoor het plukken van afzonderlijke vruchten al eens moeilijker gaat.

 

Rassen tomaten : durinta F1

Robin F1 (Sluis Garden)

Robin f1 tomatenvariëteit

Een bij heel veel hobbytuinders gekend ras. Een echte, geribde vleestomaat van het donkergroene type. De vruchten zijn toch wel tamelijk stevig. De kleuring is voldoende, ondanks dat het een donkergroen type is. De productie is zeer goed. Zeker een ras, het beproeven waard. Zowat vergelijkbaar met Agora F1. 

 

 

 

 

 

robin tomatenvariëteit

Trust F1 (Somers)

variëteit trust

Nog zo’n ronde vleestomaat die vijf jaar geleden nog volop door beroepstelers geteeld werd. Op het oog weinig verschil met Buffalo F1.
Uitstekende soort. Ook een stevige, mooi kleurende vrucht, dus een echte “winkeltomaat”.

 

 

 

 

 

 

variëteit trust

Tien tips voor primeuraardappelen

aardappelen telen in plastiek tunnel Dit is het derde artikel in de reeks “Primeurgroenten telen, dat kan je zelf.”
Het is de bedoeling om met dit artikel de teelt van aardappelen in een stappenplan te overlopen, met telkens daarbij de aandachtspunten om een zo vroeg mogelijke oogst te bekomen. Simultaan daarmee krijgt u ook een teeltverslag van primeuraardappelen in plastiek koepel in het voorjaar van 2008.

Waarom?
Wie primeuraardappelen wil telen, doet dit niet om heel grote hoeveelheden te telen en zeker niet om lang te bewaren. Het is enkel de bedoeling om een aanvaardbare opbrengst te bekomen, zowel in kilo’s als in grootte van de aardappel, maar dan wel zo vroeg mogelijk.

Hoe zeer vroeg aardappelen telen?
Hebt u een ruime kas of plastic tunnel, dan kunt u eind januari-begin februari een vroegste teelt van aardappelen starten. Ongeveer met een maand vertraging kan u dit ook in open lucht, natuurlijk op lichte, snel opwarmende en drogende grond én met afdekking van geperforeerde folie.

Het teeltverloop in onderstaand artikel gaat over de teelt van primeuraardappelen in een plastictunnel, in het relatief zachte voorjaar van 2008.

Onder overkapping
De teeltwijze in de kas of tunnel lijkt mij  interessant om begin mei over een kleine hoeveelheid zeer vroege aardappelen te beschikken en zeker niet om deze aardappelen volledig te laten uitgroeien en afrijpen. Dan bent u beter af met een vroege buitenteelt onder folie.

Groot voordeel
Doordat deze teelt tegen ten laatste begin juni volledig geoogst is, zal de bestrijding van aardappelplaag niet nodig zijn!

Aandachtspunten

1. Heel vroeg voor pootgoed zorgen.
Wie het pootgoed al ter beschikking heeft voor nieuwjaar is zeker in het voordeel. Koop in ieder geval uw pootgoed half januari, tijdstip waarop de meeste tuincentra het eerste pootgoed in stock hebben.
Ons pootgoed was beschikbaar op 6 januari. U kunt hetzelfde pootgoed gebruiken ook gebruiken voor de vroege teelt in open lucht.

2. Vroeg ras kiezen
Zorg dat u een zeer vroeg ras hebt. Vroege rassen gaan sneller over tot knolvorming dan half vroege, half late of late rassen. Ze maken ook minder loof.
Wij kozen voor het ras “Première”.
Ook vindt u in de tuincentra Witte Eersteling en Berber e.a. als zeer vroege rassen.

3. Voorkiemen door  warmtestoot geven.
aardappelen voorkiemenGeef het pootgoed een warmtestoot, dat wil zeggen, zet het bij hoge temperatuur van zodra je het ter beschikking hebt.  In ons geval was dit op 08/01/2008/ bij 18-20°C in de warme kas en bij lichtrijke omstandigheden. Zo komen de scheuten veel sneller. Laat de kiemen goed doorkomen. Laat ze eventueel iets langer worden dan je voor de gewone openluchtteelt gewend bent.

Worden de kiemen te lang (langer dan 1 cm) en is het planttijdstip nog niet in zicht, zet ze dan op een koelere 5-10°C), maar toch zeer lichtrijke plaats. Voor ons pootgoed was dit niet nodig. Maar wilt u een deel van het pootgoed ook gebruiken voor de openluchtteelt, dan is het natuurlijk nodig dit in een koele, lichtrijke ruimte te zetten. Zoniet worden de kiemen te lang.

4. Patenkali zorgt voor groeibeheersing
Zorg dat u in de kas voldoende patentkali voorziet. In onze situatie stelden wij, bij de grondontleding, vast dat de voorraad stikstof in de bodem heel hoog was. Eigenlijk té hoog. Want een grote hoeveelheid stikstof veroorzaakt een overdadige loofgroei en te late knolvorming.
Dit werd gecompenseerd door een hoge kali-bemesting onder de vorm van patentkali te gebruiken als remming. Er werd dan ook bij het planten 100/m² patentkali door de grond gewerkt. Later, vlak voor het aanaarden (ophogen) werd nog eens 50g/m² patentkali gestrooid. In dit artikel wordt het belang van kalium en stikstof bij de teelt van aardappelen nagegaan.

5. Zorg voor warme en voldoende opgedroogde grond
Maak dat de grond tijdig bewerkt wordt en kan opwarmen. Voer in de kas of tunnel  de grondbewerking uit rond de jaarwisseling en dek de grond af met doorzichtige  geperforeerde folie of met agryldoek om deze nog sneller te doen opwarmen. Deze folie is later toch nog nodig om later in de de teelt voor vorstbescherming te zorgen. Hetzelfde principe kan ook voor de openluchtteelt gebruikt worden, maar dan wel op lichtere grondsoorten.

6. Snijd het pootgoed of zorg voor pootgoed met kleine maat.
Ga het pootgoed één week voor het planten doorsnijden, of kies voor een kleine maat poters, dan is (28/35) dit niet nodig. Zo zul je toch een voldoende grove sortering bekomen bij een vroege oogstdatum.
Voor meer achtergrondinfo over snijden van pootgoed klik hier
pootgoed snijden pootaardappelen snijden 29/01/2008 Het pootgoed wordt overlangs gesneden. En in de warmte geplaatst, afgedekt met folie, dit om wondheling te bespoedigen.

Lees ook Pootgoed kopen, voorkiemen en poten

7. Vrij dicht en niet diep planten
plantgaten maken met aardappelplanter05/02/2008 Planten van het pootgoed, op een iets nauwere afstand van 60 x 30 cm. Een hogere stengeldichtheid bevordert de vroegheid. Het pootgoed wordt ondiep (5-7cm)  geplant, dit bevordert de opkomst en dus ook de vroegheid.  Zijn de putjes dieper dan 10 centimeter, vul ze dan niet helemaal op.

Speciaal voor teelt onder overkapping : water geven : na het planten beregenen, om de aansluiting van het pootgoed met de grond te verzekeren en zo een snellere weggroei.

8. Afdekken
Ook wie eind januari, februari in de kas plant gebruikt best agryldoek als afdekking. Als het weer zachter wordt, vanaf de tweede helft van maart wordt het afdekmateriaal in de kas verwijderd.Zo vermijd je een te gerekte loofgroei.
Primeuraardappelen geplant in open lucht worden ook best met folie afgedekt. In het begin om de groei te bevorderen en later om late nachtvorstschade te vermijden. De geplante aardappelen afdekken met agryldoek en afwachten tot er opkomst is.

patenkali strooien aardappelen05/03/2008 Enkele dagen voor het aanaarden, patentkali strooien en water geven indien nodig.

9. Aanaarden in verschillende beurten.

Het is aan te raden om een zo vroeg mogelijke oogst te bekomen het aanaarden in minstens twee, beter drie beurten te doen.
Lees  hier het artikel over aanaarden.

 

Eerst de grond wat losmaken, bemerk de patentkali. Daarna aanaarden

aardappelen aanaardenaardappelen ophogen aanaarder

09/03/2008 Als alle loof boven staat en ongeveer tien centimeter lang is,  aanaarden van de aardappelen.  Het is niet nodig heel veel aan te aarden, het loof wordt best niet helemaal ondergewerkt. Er zal later nog één of wee keer aangeaard worden.

25/03/2008 Het wordt zachter, geen koude nachten meer in het vooruitzicht. Om overdreven loofgroei te vermijden moeten we de folie in de tunnel verwijderen

10. Water geven indien nodig. De grond niet te vochtig houden.
Te veel water geven stimuleert de loofgroei en de stikstofopname, met nog uitbundiger loofgroei tot gevolg.

06/04/2008 Al heel wat loofgroei, tijd om een tweede keer aan te aarden.

11. Vermijd te hoge temperaturen.
Te hoge temperaturen stimuleren de loofgroei en stellen de knolvorming uit.
04/2008 Overdag wordt de kas meestal enkele uren wat gelucht om temperaturen boven de 25°C te vermijden, in de late namiddag al gesloten om de nachtelijke kou of grondvorst buiten te houden. aardappelen in tunnelprimeuraardappelen in tunnel


begin knolvorming aardappelen 24/04/2008
Eerste knolvorming. Vanaf nu kan alles snel gaan. Binnen drie weken zal al kunnen geoogst worden.
Ondertussen heeft ook het luchten van de tunnel aandacht nodig. Overdag wordt gelucht, ‘s nachts wordt de tunnel gesloten, zeker als nachtvorst voorspeld wordt.

 

 

 

oogst primeuraardappelenoogst aardappelen 13/05/200 en 20/05/2008 eerste en tweede oogst, dit is met de bedoeling vroeg te oogsten, niet om een hoge opbrengst of grote aardappelen te oogsten. Het is niet nodig om nu al alles te oogsten. De knoldiameter neemt zeer snel toe, dit was ook al het geval tussen 13 en 20 mei. Maar misschien hebt u de plaats nodig voor de vruchtgroenten.

Lees ook Aardappelen telen : een beknopte handleiding