De dag van de aardbei gaat dit jaar door in Diest, op zondag 9 mei.
Met
- Tentoonstelling
- Culinaire demonstraties
- Proeverij
- Bedrijfsbezoek
- Promotieverkoop
- Gezondheid
- Wandeling
- Recepten
Alle info op www.dagvandeaardbei.be
De dag van de aardbei gaat dit jaar door in Diest, op zondag 9 mei.
Met
Alle info op www.dagvandeaardbei.be
Er staan al heel wat vroege aardappelen een flink eind boven de grond. Zeker deze onder folie of doek.
Als het nog niet gebeurd zou zijn, dan wordt het tijd om het doek of folie eventjes aan de kant te schuiven en aan te aarden (artikel). Daarna de afdekking toch nog even terug leggen, want aanstaande woensdag wordt in sommige streken in het binnenland nog een koude ochtend voorspeld, kans op vorst aan de grond dus! Ook bij de aardappelen zonder doek of folie wordt het uitkijken naar woensdagochtend. Zelfs als ze nog geen tien centimeter hoog zijn kan het dan nodig zijn toch al aan te aarden, als op dat moment zou blijken dat er inderdaad nachtvorst aan de grond aankomt.
Als het loof zo’n tien tot vijftien centimeter lang is kan je de aardappelplanten een eerste maal aanaarden. Dit betekent dat je aarde aan de voet van de plant brengt. Het aanaarden bevordert de ondergrondse stengelontwikkeling. Dan groeien er ook meer knollen. Verder voorkom je ook dat de aardappelknollen nadat ze dikker worden boven de grond uitkomen en dan groen worden door het licht. Bij vroege aardappelen kan aanaarden een remedie zijn tegen late lentenachtvorst.
Maak van de gelegenheid gebruik om extra kalium aan de aardappelen te geven. Hoe lichter de grond, hoe meer een kaliumgift noodzakelijk is. Ook kan je nog andere meststoffen geven, indien je niet genoeg gaf voor het planten.
In dit artikel wordt het belang van kalium en stikstof bij de teelt van aardappelen nagegaan. Het artikel wordt afgesloten met een direct uitvoerbaar advies voor bemesting bij de teelt van aardappelen. Om het even welke bemesting toegepast wordt, aanvullen met een extra kaliumbemesting is altijd noodzakelijk. Lees het artikel en ga na of u al voldoende voeding aan de aardappelen gegeven hebt: bemesting bij aardappelen
Aanaarden kan je doen met de hak. Dan haal je de aarde tussen de rijen weg en leg je die tegen de aardappelplanten. Als achteraf de toppen van de plant nog net boven de grond uitkomen is dit voldoende (tenzij nachtvorst verwacht wordt, dan stop je ze helemaal onder)
Aanaarden kan ook met een aanaarder.
Om het werken met een aanaarder minder lastig te maken kan het nodig zijn de grond tussen de rijen los te maken met een spitvork. Zo kan je de aanaarder makkelijker door de grond halen.
En dit is het resultaat na een eerste keer aanaarden, geultjes tussen de rijen, aarden wallen waar de planten bovenop lijken te staan en geen onkruid meer te bespeuren. Binnen de twee weken wordt er nog een tweede maal aangeaard, meestal iets minder dan de eerste keer.
Wat vooraf ging : Aardappelen, het pootgoed aankopen, voorkiemen en poten , zoals je in dat artikel kan lezen werd in iedere rij een ander ras geplant, daardoor zie je duidelijk verschil tussen de rijen, de twee buitenste rijen zijn immers vroege variëteiten, de binnenste rijen zijn halfvroege soorten en zijn nog niet zo sterk ontwikkeld.
Verleden jaar op 13 mei schreef ik er al een berichtje over. Toen had ik echter niet gedacht dat diezelfde plant dit jaar er nog steeds zou zijn. En minstens even mooi zou bloeien en groeien als vorig jaar. Voor de tweede keer de blikvanger van het vroege voorjaarsterras dit jaar! Wil je meer weten over de voorgeschiedenis van deze terrasplant : lees dan dit artikel over de paarse boerenkool.
Is dit dan een groente(!) die het perfect doet als winterharde kuipplant of terrasplant? Het ziet er wel naar uit, want ook nu staan de gele bloemen bij de donkerpaarse bladeren beeldig. En, wat meer is, ik zie geen reden om te denken dat dit het laatste jaar zou zijn.
Hoe is het nu verder gegaan sinds mei vorig jaar?
Als de plant uitgebloeid was, werden de zaadstengels netjes afgeknipt. Ondertussen waren ook al nieuwe scheuten gevormd vanuit de basis van de plant. Ook de zaadstelen snijden we niet tot helemaal beneden af. Zo was er nog voldoende stengel over om ook daar nieuwe scheuten te vormen.
Vanaf toen leidde de paarse boerenkool een ietwat verborgen bestaan achteraan de kuipplanten. Echter niet zonder nu en dan eens de plant te controleren. Want in tegenstelling tot wat ik verleden jaar schreef moest er de afgelopen zomer wel één keer behandeld worden tegen rupsen. (Conserve, Pyrethrum) Misschien dat paarse boerenkool minder gevoelig is voor rupsenplagen, maar onmogelijk is het zeker niet dus.
Deze harde winter was trouwens een goede test voor veel planten. Veel spruitbroccoli en winterbloemkool hebben deze winter niet overleefd, zo lezen we in enkele reacties van onze lezers. De boerenkool dus wel! Zelfs al stond die in pot.
april 2010
augustus 2009 : uitgebloeide plant met veel zaadstengels.
augustus 2009 : zaadstengels verwijderd, jonge scheuten zijn overgehouden.
Vorige jaren.
november 2008 (links) en april 2009 (rechts)
Het is ieder jaar een terugkerend item in de pers : de start van de asperge-oogst uit de koude grond (vollegrond). Dit krijgt telkens heel wat aandacht in de pers, zie de berichten verderop in dit artikel. De artikels met recepten met asperges ontbreken daarbij ook niet. Het artikel van 15 april op vilt.be vond ik wel interessant om hier even neer te zetten, omdat het op duidelijke wijze iets zegt over de teelt van asperges over de verschillende jaren.
Alhoewel ik mij wel afvraag of de asperges echt zoveel later zijn. Want ik zie vandaag hier de asperges de zwarte plastiek omhoog steken. Morgen al eens oogsten dus, 18 april. En dit is maar 4 dagen later dan vorig jaar, zoals je kon lezen in het artikel Asperges oogsten, het tweede jaar na planten.
Bent u al begonnen aan de asperge-oogst?
Aspergeoogst pas eind april volop van start
(bron Nieuwsblad/Gazet van Antwerpen/Vilt.be)
De eerste asperges uit eigen land laten op zich wachten. Door de lange, koude winter, de natte grond en het koude lenteweer is het wellicht nog een week wachten op de eerste exemplaren van het ‘witte goud’. “Je weet nooit wanneer de oogst precies begint, maar de laatste dag is altijd 24 juni, de dag waarop patroonheilige Sint-Jan wordt gevierd”, zegt aspergeteler Toon lavrijsen uit Herk-de-Stad.Asperges kunnen enkel geteeld worden op lichte, zachte grond. De zandgrond in de Limburgse en Antwerpse Kempen is er ideaal voor. De aspergeteelt is geen sinecure. De aspergeplant wordt geplaatst in een geul van 30 centimeter diep in rijen van zo’n 200 meter. Om de twee weken wordt er wat grond bijgebracht. Asperges mogen absoluut geen licht zien, want dan verkleuren ze onherroepelijk.
Na een jaar is de grond genivelleerd en schiet de plant volop wortel. “In het tweede jaar heb je de eerste goede asperges, en dan nog maar enkel gedurende een half seizoen”, weet Lavrijsen. Pas vanaf het derde seizoen is de oogst optimaal. Aspergetelers proberen het seizoen dat gemiddeld van half april tot 24 juni loopt, te rekken. Dat doen ze door aan het begin van het seizoen een zwarte plastiek te leggen die het zonlicht aantrekt. In juni wordt een witte plastiek gelegd voor het omgekeerde effect.
Door het koude en natte weer tijdens de afgelopen maanden zal er dit jaar pas vanaf eind april of begin mei geoogst kunnen worden. “De precieze datum hangt af van de warmte: hoe warme de dagen, hoe sneller de asperges groeien”, weet hobbyteler Louis Cools. De productie is dan ook zeer grillig. Een hittegolf kan de productie verdrievoudigen. Topmaand blijft evenwel mei, dan groeien de asperges het hardst en zijn ze ook op hun best.
Eens geoogst, gaat de witte groente rechtstreeks van het veld naar een waterbad. Daar worden ze minstens zes uur ingelegd om niet te verkleuren. Vervolgens gaan ze in een koelcel van 1 à 3 graden. “Zo behouden ze hun krokante beet”, weet aspergeteeltster Roos Peeters uit Noorderwijk. Hoewel de telers nu ook volop van hun ‘wit goud’ smullen, was dit vroeger anders. “In de jaren ’60 was het ronduit ondenkbaar om zelf asperges te eten. In die tijd kwam de groente enkel op het bord van de welgestelden”, weet Peeters.
De eerste asperges uit de volle grond zijn inmiddels gestoken in Brabant. Het is nog te vroeg om te zeggen of het een goed aspergejaar wordt, …
Aspergeseizoen vrij laat van start RTL Nieuws
‘Asperges naar Hawaï’ Het Nieuwsblad
HERK-DE-STAD – De familie Lavrijsen uit Berbroek bewijst dat asperges ook buiten de klassieke zandstreek gewonnen kunnen worden. …
Nu is het dijkje waar de Aspergehof aan ligt eigenlijk te smal voor de vele, vele klanten die er hun asperges zo vers mogelijk komen halen. …
AMSTERDAM – "Hoe weet ik of de asperges goed geschild zijn. Ik heb nog regelmatig harde delen op de schil." Esther Vrieskoop uit Steenwijk. …
De Aspergehoeve Lavrijsen aan de Herkkantstraat47 teelt twintig jaar asperges en ligt op de grens van Schulen en Berbroek. Straffer nog, de grenslijn loopt …
Markant stelt voor: ‘Asperges anders’
Het Nieuwsblad – 7 apr. 2010
OOSTERZELE – Nu we de eerste lentekriebels voelen, denken we aan asperges. Deze draadvormige groente doet menige fijnproever het water in de mond komen. …
Hoogdagen voor aspergeteler Kris Bossuyt ‘Alleen een verse asperge is echt lekker’ Het Nieuwsblad – 31 mrt. 2010
OOSTROZEBEKE – Pasen blijft voor velen hét moment bij uitstek om asperges op het menu te zetten. Voor Kris Bossuyt, één van de weinige tuinbouwers in …
Ik vraag me af of dat inderdaad zo is en ook of asperges uit Brabant lekkerder zijn dan die uit Limburg. Wie het weet mag het zeggen. …
Proefkonijn: Royale De Morgen – 11 apr. 2010
We beslissen om in het zeerepertoire te blijven met tomaat-garnaal, garnaalkroket, vissoep en? de eerste asperges van het seizoen. …
De koningin der groenten of het witte goud, dat is de lange, slanke asperge. En als ze vers is, kun je haar zelfs horen zingen
NOORDERWIJK – Warenhuisketen Carrefour lanceert een nieuwe kwaliteitsketen voor asperges. Daarvoor wordt samengewerkt met elf producenten, voornamelijk uit …
Dit veel gelezen artikel van april 2009 is nu weer actueel en gaat over de verschillende aandachtspunten bij de aankoop en het uitplanten van groenteplanten. Bij mijn bezoek aan het tuincentrum werd ik aangesproken door een dame die mij vroeg “of die slaplantjes al buiten kunnen geplant worden??”
Ik vond het dan ook een goed idee om even het aangeboden vroege assortiment van groenteplanten één voor één te bespreken en de verschillende aandachtspunten bij de aankoop en het uitplanten de revue te laten passeren. Sommige groentesoorten zijn inderdaad op hun best als ze zo vroeg mogelijk geplant worden. Maar er zijn ook groenten die nu beter nog niet geplant zouden worden, of in ieder geval in beperkte hoeveelheid.
Ondertussen, is de Groente & Fruit Encyclopedie al aan de vierde druk toe en het meest gewaardeerde moestuinboek geworden.
Onlangs stond ik bij het rek met de nieuwe tuinboeken van de bekende Belgische boekhandelketen Club. Het was ook voor mij een aangename verrassing de Groente & Fruit Encyclopedie tussen de vele nieuwe uitgaves te zien staan. Tuinboeken komen en gaan. Maar de Groente & Fruit Encyclopedie, die blijft. Niet alleen een klassieker onder de tuinboeken, maar ook nog steeds een echte tuinboek-bestseller!
Was de Groente en Fruit Encyclopedie een cd in plaats van een boek, dan hadden de auteurs dit voorjaar zelfs een “gouden plaat” gekregen!
Vooral de mond aan mond reclame van de vele tuinliefhebbers die het boek kochten zorgt ervoor dat het boek steeds in de aandacht blijft. Daarom mijn dank aan iedereen die het boek in de afgelopen jaren gekocht heeft.
Het valt op dat de boeken in verband met de eetbare tuin, t.t.z. over groenten kweken en over fruit kweken ook dit voorjaar weer goed vertegenwoordigd zijn. Maar de Groente & Fruit Encyclopedie is nog steeds anders en uniek. Het boek is allesomvattend wat groenten en fruit telen betreft. De beknopte schrijfstijl maakt opzoeken van informatie gemakkelijk. Het belandt zelden in het rijtje in de boekenkast, maar wel in het tuinhuis of op de keukenkast. De Groente & Fruit Encyclopedie is dan ook een praktisch opgevat naslagwerk dat je telkens opnieuw ter hand neemt bij het voorbereidende en uitvoerende werk in de moestuin. Het is mooi meegenomen dat je met dit boek twee werken in huis haalt, één over groenten en kruiden telen en één over fruit telen.
Lees meer over waarom het boek bij veel tuiniers op één staat in deze twee vroeger verschenen artikels.
** de derde druk van de Groente & Fruit Encyclopedie
** het boek voor in het tuinhuis
Foto : De Groente & Fruit Encyclopedie (2de van links in de bovenste rij) houdt zijn prominente plaats tussen de vele nieuwe tuinboeken in de boekhandel.
De Groente en Fruit Encyclopedie blijft het best verkopende tuinboek, zowel op Proxis.be als op Azur.be. Getuige daarvan onderstaande twee hitlijstjes.
Lees hier meer info over hoe je het boek kan aanschaffen.
(klik op de figuur om te lezen)
Wie al vroeg in het voorjaar groenten wil zaaien of planten kampt met twee problemen : te koud en te nat. Dat mochten we dit jaar nog meer dan anders ervaren.
Is het zonder kas dan moeilijk om de groenten te vervroegen en te beschutten tegen regen en kou? Toch niet. De moestuinder gebruikt de twee afdekmaterialen –(gaatjes)plastiek en vliesdoek- op een creatieve manier.
Getuige daarvan zijn deze foto’s genomen op het volkstuincomplex van Gentbrugge, vorig jaar op 1 april.
Er is vast nog meer van dit in de moestuinen van de de Lage Landen. Gebruikt u ook folie of doek op een speciale manier in uw vroege moestuin? Stuur dan een foto van uw creatie, die nu in uw tuin staat, naar lezersbijdrage@plantaardig.com. Dan komt uw foto hier te staan. Alvast bedankt voor uw bijdrage.
1. De aspergerug is afgedekt met zwarte plastiek, dit geeft extra warmte en vervroeging.
2. Zaai je vroeg in het voorjaar spinazie of sla dan je het zaaibed afdekken met folie.
3. Een tunnel kan je maken met gebogen PVC buizen en plastiekfolie. Bij aardbeien een veel toegepaste methode. Plaats dan het tunneltje begin maart.
4. Vroege geplante sla kan je ook in zo’n zelf gemaakt tunneltje planten. Gaatjesfolie (flodderfolie) zorgt er in dit geval voor dat we dan niet iedere dag moeten luchten.
5. Alhoewel het niet gebruikelijk is, kan je met vliesdoek ook een tunneltje maken. Vliesdoek (agryldoek) wordt veelal gebruikt voor een vlakke afdekking.
6. Deze met plastiek afgespannen houten kaders vormen een mooie miniserre en zijn makkelijk op te bergen na gebruik.
7. Deze kasjes zijn iedere jaar te koop bij een bekende Duitse discounter. Hier gebruikt men ze om de aardbeien te vervroegen.
8. Zwarte doek zorgt ervoor dat de grond droger blijft en sneller opwarmt. In deze grond zullen de zaadjes of plantjes een snellere start nemen.
9. Nog een manier om de afvalberg te verkleinen : recyclage van de ramen in de moestuin.
Info
Voor de bescherming van de vroege zaaibedden en jonge plantjes wordt meestal vliesdoek of (gaatjes)folie gebruikt.
Vliesdoek is duurder en gevoeliger voor scheuren. Maar heeft toch wel wat voordelen, toch zeker als je de afdekking rechtstreeks op de plantjes plaatst. Zo veroorzaakt het minder schade aan de plantjes bij winderig weer. En is er minder gevaar voor verbranding als het dan toch eens een paar dagen warmer wordt. Je kan het dan ook tot veel later in het seizoen op het gewas laten liggen dan folie. Het zou ook enkele dagen voorsprong geven t.o.v. plastiek.
Plastiekfolie is steviger en goedkoper. En het is veel beter geschikt om er kleine tunneltjes of andere constructies mee te maken. Het klimaat onder folie is iets vochtiger dan bij vliesdoek.
Er is vast nog meer van dit in de moestuinen van onze Lage Landen. Gebruikt u ook folie of doek op een speciale manier in uw vroege moestuin? Stuur dan een foto van uw creatie, die nu in uw tuin staat, naar lezersbijdrage@plantaardig.com. Dan komt uw foto hier binnen de 24 u te staan. Alvast bedankt om dit bericht te helpen groeien.
12/04 Een bijdrage van Lenn, hartelijk dank daarvoor!
Beste,
Ik heb al veel van jullie site opgestoken! proficiat trouwens.
ik wil daarom een kleine bijdrage leveren. Ik heb het nieuwe artikel ‘vroege groenten telen zonder kas’ gelezen en wou daar een methode bij toevoegen die jullie ongetwijfeld ook kennen. Tenminste als jullie het met mij eens zijn dat deze methode er bij past. Ik spreek over een soort ‘mini serre’ door middel van een doormidden gesneden fles, die dan over de sla, kool of eens andere groenten word gezet. Vervangt makkelijk een serre. Ik heb zelf een serre maar gebruik deze methode toch nog als ik nu sla buiten plant. Zo groeien de plantjes de eerste weken nog beter en heb ik sneller sla.
Hopelijk ben je iets met de foto’s in de bijlage!
mvg Melotte Lenn, helchteren
(http://dezelfvoorziener.blogspot.com/)
Bedankt voor deze originele tip!
Klik op de foto voor een vergroting!
Michiel schrijft :Hallo,
deze kas uit gerecycleerde dubbelglas ramen wordt na de ijsheiligen afgebroken. Bij strenge nachtvorst wordt zij extra toegedekt met dekens en plastiek. Zo is het bij mij (Oost-Duitsland) mogelijk om vroeg voor te zaaien en verpotten. Komkommers kunnen ook al vroeg in deze bak geplant worden. Nadat de kas is afgebroken kunnen ze verder klimmen langs het gaas dat voorlopig nog aan de ‘nok’ van de serre opgerold hangt.
Al broccoliplantjes gezien in het tuincentrum?
Ja maar, wegens het aanhoudend koude en natte weer, is de moestuin nog niet klaar? Of misschien hebt u helemaal geen (groente)tuin?
En toch wil u broccoli telen?
Wel, dat kan! Broccoli doet het heel goed in pot! Zo kon ik zelf ervaren. Leest u mee en kijkt u mee naar de teelt in potten van de gezondste groenten?
Broccoli is gezond, dat weet ondertussen zowat iedereen, wekelijks staat er wel een bericht over in de krant. Geen enkele groente waarvan het gezondheidseffect zo diep doorgedrongen is. Met dit artikel zorgen we ervoor dat iedereen deze groente kan telen. U heeft geen groentetuin nodig om broccoli te telen. De teelt in pot lijkt wonderwel te lukken.Neem ze dus toch maar mee, die leuke broccoliplantjes. Heb je een pot van 20-25 liter inhoud, dan kan je daar maar liefst vier broccoliplantjes in kwijt. Vanaf nu kan dat in open lucht, beschutting is niet meer nodig.
Vergeet ook niet het vierdelige dossier over Broccoli op deze website te raadplegen, klik hier.
In dit artikel in Het Nieuwsblad zegt Marcel Vossen van de museumtuin van Gaasbeek :
Uit onze ervaring blijkt dat kruiden het best gedijen in potten. Daarnaast groeien ook sla, tomaten, paprika’s, selder en boontjes goed. Zelfs fruitbomen in potten zijn mogelijk voor wie alleen een terras ter beschikking heeft. Wat minder goed gaat zijn de koolsoorten. Waarom dat zo is, moeten we nog uitzoeken.’
Zowel de heer Marcel Vossen, als ikzelf zeiden tot nu toe dat kolen in potten niet van de gemakkelijkste zijn om te telen. Reden is de lange groeiduur en de constante groei, zonder schokken, die deze gewasgroep nodig heeft. De groeiduur van broccoli is eerder kort, dus misschien zijn deze dan toch makkelijker in pot te telen? De groeitijd van broccoli is veel korter dan deze van sluitkolen, zoals rode kool en witte kool, en van spruitkool. Daarom experimenteerde ik afgelopen zomer met het telen van broccoli in pot.
Neem een goed doorlaatbaar en tegelijk vochthoudend grondmengsel. De richtlijn is zo’n 50% kwaliteitspotgrond en 50% tuingrond. Heb je te maken met vrij stugge (zware) tuingrond (klei, leem) neem dan 50% potgrond, 35% tuingrond en 15% zand.
Plant de vier plantjes aan de buitenkant van de pot. Plant ze met de kluit net onder. Vul de pot niet helemaal met grond. Dit is ook wel om een gietrand te bekomen, maar vooral om later nog een 5-10 cm grond te kunnen toevoegen. Dit naar analogie met het gebruikelijke aanaarden enkele weken na het planten bij de gewone teelt van koolgewassen.
De groei van de broccoli in de pot gaat aanvankelijk sneller, maar wel vlokker dan de plantjes in de vollegrond. Het leek er eerst op dat deze in de pot een voorsprong aan het opbouwen zijn. Plots vertraagt de groei echter en is het blad harder en stugger geworden. De bladeren vertonen zelfs een paarse schijn en de onderste bladeren vergelen. Dit wijst op stikstofgebrek!
Alhoewel de planten nog niet zo lang in de ruime pot met voedzame potgrond staan lijkt het er inderdaad op dat ze voeding te kort hebben. Tijd voor een vergelijkende test. Eén pot wordt bemest met vloeibare kamerplantenmest, enerzijds omdat er op dat ogenblik niets anders beschikbaar was, maar vooral omdat deze meststof heel snel effect zal hebben. Dat er we niet veel nodig hebben is ook mooi meegenomen, omdat deze vloeibare mest zo duur is. We vullen een gieter (ong. 10 liter) met water en voegen de voorgeschreven dosis vloeibare meststof toe. Met deze gieter kunnen we de brocollipotten flink begieten. Blijf gieten tot het water onder uit de pot loopt en stop dan. Als we te maken hebben met een luchtig grondmengsel dan is er geen gevaar voor te natte grond.
Een paar dagen later, als het weer tijd is om water te geven, zullen we deze bijbemesting nog eens herhalen.
foto : toestand een tiental dagen na bijbemesting van de linkse pot, rechts kreeg geen bijbemesting.
Een week later is het resultaat verbluffend: mooie grijsgroene bladeren en een herwonnen groeikracht. Ik besluit om de andere pot niet langer teloor te laten gaan en deze ook te bemesten.
Ook met deze pot komt het nog goed, alhoewel de opgebouwde achterstand niet helemaal meer kan ingehaald worden. In ieder geval valt de oogst goed mee en dit van acht broccoliplanten.
foto : toestand een tiental dagen na bijbemesting van beide potten.
Deze planten zouden normaal gezien een oppervlakte van twee vierkante meter innemen en stonden nu in een grondvolume van om en bij de 40 liter. In vollegrond zou dit ongeveer (2 m² x 0,2 m wortel hoogte) 400 liter zijn.
Het is logisch toch dat de bemesting, maar ook de watergift, zeer intensief moet gebeuren. Na één zonnige dag en bijna volgroeide potten is de pot gegarandeerd uitgedroogd en gaan de planten verwelken. Dagelijks controleren is de boodschap! Zeker in de tweede helft van de teelt.
Ondanks de onvermijdelijke groeistress in de potten viel de oogst goed mee. Reken op zo’n 4 tot 6 kilogram broccoli van 8 planten.
Jammer dat het einde seizoen was, anders konden we zeker nog na enkele weken wat zijspruiten oogsten.
Samengevat : aandachtspunten bij broccoli in potten
(Lees ook : het vierdelige dossier over broccoli op deze site,
klik hier.)
- Je kan broccoli in pot planten van einde maart tot de eerste dagen van augustus
- Neem een ruime pot van 20 tot 25 liter.
- Zorg voor een luchtig, en toch vochthoudend grondmengsel.
- Plant de vier broccoliplanten langs de buitenkant van de pot, maximaal één plant per 5 liter grondvolume.
- Voeg na drie weken nog wat extra grond aan de pot toe. (cf. aanaarden)
- Doe vanaf halfweg de groei aan bijbemesting.
- Vermijd paars en geel blad, dit wijst op voedingsgebrek, onmiddellijk bijbemesten dan.
- Vermijd droge potten, de groei mag nooit stil vallen.
- Controleer regelmatig op ei-afzet van vlinders en verwijder deze onmiddellijk.
- Oogst de broccoli met een korte stam, zodat er nog veel ruimte is voor de oogst van zijscheuten
Extra : Fotogalerij van dit artikel, klik op de “i” rechtsboven om meer info over de foto te bekomen. En klik ook eens op de knop FS rechtsonder voor volledig scherm.
[flagallery gid=1 name=”Broccoli-in-pot”].
Heel veel lezers halen ook in de wintermaanden groenten uit eigen tuin. Daarbij is prei met ettelijke lengten voorsprong de koploper. Een enquete op de site daarover werd zopas afgesloten. Hieronder vindt u de volledige uitslag van de enquête “wintergroenten”, gebaseerd op 710 deelnemers
Lees verder ’s Winters groenten uit eigen moestuin?
Volgens de enquête “wintergroenten” op de website heeft 30 % van de moestuinders in februari nog knolselder uit eigen tuin.
Tijd om wat gebruikstips en recepten met knolselder de revue te laten passeren. En ook aankooptips voor wie niet het geluk heeft nu nog knolselderij uit eigen moestuin tuin te kunnen eten.
Aankooptips
De knol wordt gekenmerkt door een knoestig uitzicht, een echte ‘bodem’look. Je kiest best stevige exemplaren uit: dit kan je testen door eens te kloppen op de knol en te luisteren of die niet te hol klinkt. Koop niet de grootste exemplaren want die kunnen soms wat ‘houterig’ zijn van binnen.
Ook let je op de buitenkant: die moet stevig zijn en geen zachte plekken vertonen. Soms bezit de knolselder nog wat blad, dat vrij bitter en sterk smaakt. Het blad wordt niet gegeten maar de kwaliteit van het blad is zeker een goede indicatie voor de versheid van de knolselder.
Bewaren
Losjes in plastic verpakt, kan de knolselder lang vers blijven in de koelkast.
Gebruik
Knolselder (ook wel knolselderij genoemd) is gezond op tafel en bevat veel ijzer, vezels,vitamines en etherische oliën.
De knolselder wordt altijd geschild waarna het witte vruchtvlees tevoorschijn komt. Hier kun je veel kanten mee op: toevoegen bij een rauwe salade, koken of bakken of pureren samen met aardappel. Gekookt of gebakken krijgt het witte vruchtvlees een zachte, romige smaak.
Om te voorkomen dat het witte vruchtvlees te vlug verkleurt, gebruik je best wat citroensap.
Bereidingstips
Ø Snijd de knol doormidden en elke helft in tweeën. Schil alleen de stukken die je zal gebruiken. De snijvlakken van de andere besprenkel je met citroensap tegen bruinverkleuring. Wikkel ze strak in vershoudfolie.
Ø Knolselderij kun je zowel rauw als gekookt gebruiken. De rauwe groente kun je raspen en gebruiken als broodbeleg of in salades. Of je kan de rauwe groente ook in staafjes of dunne plakjes snijden en als tussendoortje eten. Van knolselderij maak je bovendien lekkere soep. En de gekookte groente kun je met wat aardappelen stampen tot een pittige puree of ze in plakjes serveren bij vis.
Ø Bewaring: de hele knolselderij bewaar je in een koele berging, aangesneden stukken in de koelkast.
Recepten
Wortel-knolselderijsalade met kaas
Ingrediënten per persoon: 1 Flandria wortel, ¼ van een Flandria knolselderij, het sap van ½ citroen, 80 g harde kaas (type Oud-Brugge, Comté…), 3 eetlepels lightsladressing, peper, zout, 2 sneden bruin- of volkorenbrood.
Schraap de wortel schoon en rasp hem. Snijd de schil van het stuk knolselderij en snijd het vruchtvlees in grote stukken. Rasp elk stuk (of snijd het in fijne reepjes). Meng de knolselderij met het citroensap tegen het verkleuren. Meng de wortel met de knolselderij en de in blokjes gesneden kaas.
Doe de salade in een kom en overgiet ze met de dressing. Serveer ze met de geroosterde sneden brood. Meenemen naar het werk? Rooster het brood niet en wikkel het in vershoudfolie. Neem de salade en de dressing mee in aparte doosjes en meng alles aan tafel.
Knolselderij met een dipsausje
Ingrediënten per persoon: één vierde van een Flandria knolselderij, ½ citroen.
Voor de dipsaus: 2 eetlepels magere yoghurt, 1 koffielepel lightmayonaise, 1 eetlepel gehakte peterselie, peper, zout.
Schil de knolselderij en snijd de groente in staafjes. Besprenkel ze met citroensap tegen het verkleuren. Meng alle ingrediënten voor de dipsaus. Dip de groentestaafjes in het sausje en eet ze.
Lasagne van knolselderij met kip en aardappelpuree
Ingrediënten voor 4 personen: 4 Flandria tomaten, ½ Flandria knolselder, 2 kippenborstfilets, oregano, 100 g geraspte Parmezaanse kaas, 12 aardappelen, 2 eetlepels magere melk, nootmuskaat, peper en zout.
Pel de tomaten en snijd ze in plakjes. Schil de knolselderij. Snijd de knol met een scherp mes in dunne plakken. Kook de plakken 10 minuten in gezouten water en schep ze uit de pan. Snijd de kip in reepjes. Bedek de bodem van een grote ovenschaal met plakken knolselderij. Bedek ze met de helft van de plakjes tomaat en van de reepjes kip. Kruid met peper, zout en oregano. Leg een tweede laag knolselderij en bedek ook deze met plakjes tomaat, kippenreepjes en kruiden. Dek af met de rest van knolselderij en bestrooi met de geraspte kaas. Zet de lasagne in een voorverwarmde oven van 180°C en laat 30 minuten bakken. Maak ondertussen de puree: schil de aardappelen, snijd ze in stukjes en laat ze 15 minuten koken. Giet ze af, stamp ze fijn met een pureestamper en meng ze met de melk, peper, zout en nootmuskaat. Doe de puree in een ovenschaal en zet ze nog even bij de lasagne in de oven.
![]() |
Wie dacht dat in het putje van de winter het aanbod aan seizoensgroenten beperkt was, zal, na het lezen van dit artikel zijn mening toch moeten aanpassen. Je krijgt in dit bericht een handig overzicht van 15 typische wintergroenten, de gezonde effecten ervan en een paar tips wat je er mee kunt doen. Ik heb er nog wat foto’s en nuttige links aan toegevoegd. Ik was ook benieuwd welke van deze wintergroenten bij u momenteel misschien nog uit eigen groentetuin komen.
Doe mee aan de nieuwe enquête in de rechterzijbalk van deze website.
Ik dank iedereen voor het vertrouwen in het afgelopen jaar en ik hoop, samen met uw reacties en bijdragen, de website dit jaar nog interessanter te kunnen maken.
Een speciaal woord van dank wil ik richten aan iedereen die hun eigen ervaringen en tips neerpenden in de reacties bij de artikels. Dit maakt dat GroentenInfo dit jaar meer bezocht werd dan ooit.
Op www.plantaardig.com waren jullie nog nooit zo talrijk aanwezig! Samen bezochten jullie welgeteld 2.320.751 pagina’s!
Hieronder vindt u de 50 meest gelezen berichten van de website www.plantaardig.com/groenteninfo.
Van de hand van Guy De Kinder, co-auteur van de Groente & Fruit Encyclopedie is zopas verschenen :
Een boek voor gepassioneerde plantenliefhebbers.
ABC van het plantenlatijn. Betekenis van botanische namen
Voor docenten, studenten, groenauteurs en alle gepassioneerde tuinliefhebbers en plantenverzamelaars.
Lees verder over dit unieke boek voor het Nederlandse taalgebied!
Inhoud van dit verklarend plantenwoordenboek:
Plantennamen van kamerplanten, kuipplanten, snijbloemen, vaste planten, groenten, keukenkruiden, geneeskruiden, akkerbouwteelten, fruitsoorten (inheems en uitheems) en inheemse planten.
Ruim 2000 geslachtsnamen en 2100 soortaanduidingen werden afzonderlijk alfabetisch geschikt en voor de meeste namen geeft de auteur, de basiswoorden in het Grieks en Latijn, de afleiding en betekenis, de gangbare Nederlandse namen, het gebruik en de plantenfamilie.
Enkele voorbeeldpagina’s, klik om deze groter te maken.
Dit “verklarend plantenwoordenboek” is een grote aanrader voor:
Er staat nog wel wat in de moestuin. Nu en dan wat oogsten kan nog. Maar het is ook tijd om even de natuur te laten rusten. Ook op deze website blijft het de komende weken eventjes aan de stille kant.
Daarom hebben we 30 winterse artikels van uit de website opgediept en op de voorpagina gezet. Je vindt ze dus allemaal hieronder.
Of, als u dit bericht niet op de website leest, klik dan hier om naar GroentenInfo in de winter te gaan.
Een onregelmatige gewasstand en verzwakte groei bij prei kan eventueel een gevolg zijn van een aantasting door de schimmel “rozerot” (Fusarium culmorum). Alhoewel je bij rotting meestal het verband legt met te natte grond hoeft dit niet altijd zo te zijn. Rozerot slaat toe als de plant (tijdelijk) verzwakt is. En deze zomer kon het zijn dat bij de herfst- en winterprei deze zwakte onder andere veroorzaakt was door de hogere bodemtemperatuur en de droogte!
(klik op de foto voor vergroting)
Hoe kan je deze schimmel waarnemen en determineren?
Laat de doorgroei van de prei te wensen over en is de gewasstand onregelmatig, dan is het nuttig eens een plant voorzichtig uit de grond te halen. Dikwijls kan je bij het rooien wat bruine verrotting dicht bij de wortelplaat zien. Niet echt typisch voor Fusarium dus. Het zou ook een (oude) aantasting door preivlieg kunnen zijn. Ook witrot (wit schimmelweefsel, met in een ver gevorderd stadium kleine ronde zwarte bolletjes) kan gelijkaardige bruine verrotting dicht bij de wortelplaat veroorzaken.
Vraag is dus hoe je dan zeker bent dat het Fusarium is of niet?
Nu komt de tip met de plastiekzak goed van pas.
Heb je een schimmelaantasting, maar zie je geen schimmelpluis, breng dan het aangetaste deel van de plant in een plastiekzak en bevochtig lichtjes met fijne nevel en knoop deze dicht. Wacht enkele dagen en ga na of er schimmelpluis aan het groeien is. Zo kan de schimmel veel gemakkelijker gedetermineerd worden.
Dat is het dus wat je ziet op de foto: een zieke preistengel, die drie dagen in een vochtige plastic zak zat.
De roze kleur en het mooie sneeuwwitte schimmelpluis zijn nu duidelijk aanwezig. En laat er geen twijfel meer over bestaan, dit is een aantasting door Fusarium!
Nog meer kenmerken.
In een ver gevorderd stadium, als de rot zich doorzet, kan de hele witte schacht van de prei bruin verkleuren. Zelfs de bladeren kunnen uiteindelijk aangetast worden.
Oorzaken?
Fusarium culmorum of rozerot is een gekende schimmelziekte bij prei.
Het is een zwakteparasiet die kan toeslaan op momenten dat de plant het moeilijk heeft. Zo’n moment is bijvoorbeeld het uitplanten van de jonge preiplantjes. De wortels zijn beschadigd en de overgang van het plantenbed naar de productieplaats is voor de plant zeker en vast een stresserende periode.
Nog een moment dat rozerot gemakkelijk toeslaat is als er wateroverlast is. Langdurig te nat blijven van de wortels zal de groei verzwakken, zuurstofgebrek veroorzaken en de aantasting van Fusarium in de hand werken.
Dit alles wordt nog versterkt door het herhaaldelijk telen van prei op dezelfde plaats. Zo wordt de populatiedichtheid van de schimmel verhoogd en wordt het optreden van de ziekte meer waarschijnlijk.
Droogte!
Fusarium kan dus ook bij droogte toeslaan! Doordat de prei door de droogte moeilijk verder gaat met groeien en sterk verzwakt was, kon de schimmel zich makkelijk vestigen.
Wat te doen?
Jammer genoeg, kunnen we, één maal de aantasting aanwezig, nog weinig doen. Preventie is hier de boodschap.
*Een ruime vruchtafwisseling en vers, groeikrachtig plantmateriaal is daarbij een eerste vereiste.
*Probeer de plantjes onmiddellijk te verplanten na het rooien op het plantenbed en vermijd dat de worteltjes, ook maar een kleine beetje, opdrogen.
*Plant de prei niet te diep. Diep planten veroorzaakt een moeilijkere weggroei. Het is beter om slechts een achttal centimeter diep te planten en dan later twee keer aan te aarden, dan onmiddellijk op 15 of 20 centimeter diep te planten.
*Je moet er dus voor zorgen dat na het planten de prei vlot kan weggroeien, daarom is ook extreme hitte en droogte bij het planten te vermijden.
*Na een felle, zomerse stortbui die zich zou voordoen de eerste maand na het planten moet de grond losgemaakt worden om wortelverstikking te vermijden.
*Verder moet de bekalking van de tuin onderhouden worden. Een lage pH staat bekend als nadelig voor de Fusarium-aantasting.
Hoewel 86% van de Nederlanders dagelijks groenten eten en 46% regelmatig biologische groenten eet, hebben zij vaak weinig kennis over de groeiwijze van groenten, zo blijkt uit onderzoek uitgevoerd in opdracht van Unilever-merk Unox. Zo geeft 33% van de Nederlanders aan niet te weten hoe de meeste groenten groeien en 24% van de Nederlanders is zelfs nog nooit op een locatie geweest waar groenten worden verbouwd.
Uit het onderzoek, uitgevoerd onder 537 mannen en vrouwen van 18 jaar en ouder, blijkt dat Nederlanders betrekkelijk weinig weten over de groeiwijze van groenten. Zo denkt 17% van de Nederlanders dat champignons onder de grond groeien, terwijl dat in donkere, vochtige ruimtes plaatsvindt. En 34% denkt zelfs dat de pompoen in de oksels van bladeren van een plant groeit, terwijl deze aan de stengel van een plant op de grond groeit.
Daarnaast denkt 23% van de Nederlanders onterecht dat spruitjes aan een struik groeien, 18% dat een bloemkool op een steel groeit, 18% dat erwten als vlierbessen aan een struik groeien, 23% dat witlof als een maïskolf aan een stengel groeit en meent 56% dat knoflook als een klimop groeit.
Dit alles is te verklaren, want 24% van de Nederlanders is namelijk nog nooit op een plek geweest waar groenten worden verbouwd. In het onderzoek stelt 40% graag meer te willen weten over de groeiwijze en het verbouwen van groente. Een op de drie zou ook specifiek meer willen weten over biologische groenteteelt.
‘Nederlanders geven aan groenten te eten omdat dit gezond (78%) en vooral lekker (72%) is. Groenten worden door de Nederlanders traditiegetrouw voornamelijk met aardappelen en vlees gegeten (73%), verwerkt in wokgerechten (53%) of in de soep (19%).
Moestuin is hot.
De moestuin is hot, net zoals de biologische boer. Een op de vijf Nederlanders zou graag een eigen moestuin willen hebben om lekkere groenten te verbouwen, zo blijkt uit het onderzoek van Unox. Een vijfde van de Nederlanders (20%) met een moestuin vindt een moestuin de ideale manier om de drukte van de stad en het dagelijks leven achter zich te laten. Andere redenen om een moestuin te hebben: men vindt de smaak van de zelfverbouwde groenten lekkerder (54%) en het is ook nog eens goedkoper (29%). Naast de moestuin staat met name de biologische boer in hoog aanzien bij de Nederlanders. Zo associeert de meerderheid van de respondenten hem met de eigenschappen vriendelijk, sympathiek en modern.
Nederlanders lijken zich steeds bewuster van wat ze eten; zo nemen ze steeds vaker biologisch geteelde groenten op in hun (dagelijkse) voedingspatroon. Nederlanders waarderen biologische groenten om de smaak (27%) en omdat ze denken dat ze gezonder zijn (34%). “De smaak is vaak intenser, minder water” en “bevat geen bestrijdingsmiddelen”, aldus enkele respondenten in het onderzoek van Unox.
(tekst : persbericht Unilever, Unox) (foto : Root Viewer Garden)
BALEN – REPORTAGE TUINIEREN MET ZWARE METALEN
‘Hoe teel ik groenten in zwaar vervuilde grond?’, een vraagstuk waar ze in de Antwerpse en Limburgse Kempen al decennia mee kampen. Een engagementsverklaring om de cadmiumproblematiek te lijf te gaan, biedt een antwoord.
‘Ik heb tomaten, aardappelen, wortelen en erwten in mijn tuin staan’, vertelt Henri Meeuws uit Balen-Wezel. ‘Ik weet dat ik beter geen groenten teel, maar ik sus mezelf met het feit dat ik biologisch composteer. Geen pesticiden in mijn hof. Dat is ook niet gezond en doen ze op een ander wel.’ Enkele jaren geleden werd in de tuin van Henri nog een cadmiumwaarde van 9,4 milligram per kilogram zand gemeten, bijna de hoeveelheid waarbij wordt afgeraden om geen enkele groente uit de tuin te eten.
Cadmium is een toxisch metaal en een bijproduct van de zinkwinning. Een te hoge opname kan leiden tot een verstoorde nierfunctie, osteoporose en longkanker. In de omgeving van de Nyrstar-fabrieken in de Antwerpse en Limburgse Kempen kunnen ze er over meespreken. Jarenlang al wordt hen De engagementsverklaring omvat zes projecten om de blootstelling aan cadmium terug te dringen. Gezien cadmium vandaag vooral wordt opgenomen door de voeding, is het opvallendste project ‘Train de trainer.’ Een vijftigtal compostmeesters, leerkrachten uit de tuinbouw, personeelsleden van tuincentra en andere tuiniers leren hierbij ‘cadmiumarm’ telen om daarna hun kennis door te geven.
‘Boven de 10 mg/kg teel je best niets meer’, onderwijst professor biologie Tim Nawrot van de Universiteit Hasselt. Bewoners kunnen de cadmiumwaarde in hun grond laten meten. ‘Tussen de 5 en de 10 mg/kg kunnen bonen, erwten, paprika’s en tomaten nog. Bladgroente zijn sowieso absoluut te vermijden, want die nemen veel cadmium op.’
De Kempense tuinierders leerden daarbij dat het toevoegen van klei en heel veel compost de opname van cadmium kan verminderen. De belangrijkste factor is echter de zuurtegraad. Door de moestuin te bedekken met kalk neemt de plant minder cadmium op. Helaas is dat niet optimaal voor de plant. (Lees het volledige artikel in De Standaard.)
Tip
Je kan een folder downloaden met meer informatie over hoe je moet groenten telen met Cadmium in de groentetuin, klik hier.
Dit artikel is er vooral voor wie zich afvraagt vanwaar die “puistjes” op de witte kool komen. Inderdaad! Trips. Ook in sluitkool is trips, in warme, droge zomers, veel talrijker aanwezig. Hoe dat komt en andere info over dit insect lees je in het artikel over trips bij prei.
Schadebeeld
Ook in sluitkool is trips in warme, droge zomers dikwijls opvallend aanwezig. De buitenste bladeren van de kool vertonen, afhankelijk van de grootte van de tripspopulatie, lichte tot zware oneffenheden en verruwingen. Een door trips aangetast koolblad ziet er soms uit als schuurpapier. Ook kunnen er grote wratachtige structuren ontstaan. Het is, zoals bij prei, een cosmetische schade. De groei van de kool heeft er niet rechtstreeks onder te lijden. Afpellen van een aantal beschadigde bladeren is nodig vooraleer je weer een gladde kool bekomt. We kunnen min of meer stellen dat voor de hobbytuinder het probleem zich beperkt tot het afpellen van enkele buitenste bladeren, met wat gewichtsverlies tot gevolg.
Onder het blad
De tripsen houden zich schuil onder de buitenste bladeren. Ook in sluitkool speelt het kleine insect immers verstoppertje en laat zich niet direct opmerken als schuldige voor dit soms opvallende schadebeeld.
Meer uitgebreid info over kenmerken en levenswijze van trips lees je in het artikel over trips bij prei.
Onopvallend
Trips in prei is niet direct hét insect waar de moestuinder wakker van ligt. Het beestje is met het oog bijna niet te zien en de schade die het veroorzaakt is vooral cosmetisch en weinig opvallend. De groei van de preiplant heeft er niet altijd onder te lijden.
Warmte en droogte
In 2009 laat het beestje zich wel opmerken. Er worden hier en daar zeer grote populaties trips vastgesteld. Zeker en vast waar er weinig water gegeven werd en de groeikracht uit de plant verdwenen is. De schade is dan opvallend tot op het randje van nadelig voor de groei.
De warmte zorgt voor een snelle voortplanting van het insect (zie verder). Daarbij komt dat de droogte de bladontwikkeling remt waardoor meer insecten op minder blad moeten overleven.
Het is tijd om eens nader kennis te maken met dit verborgen insect: De tabakstrips of Thrips tabaci.
Schadebeeld Trips veroorzaakt witte, ietwat uitgerafelde vlekjes met soms een zilverachtige schijn. De vlekken volgen min of meer de lengterichting van het blad.
In veel zomers is dit te verwaarlozen voor de hobbytuinder. Dit jaar is de schade dikwijls toch zeer opvallend. Zeker waar geen of zeer weinig water gegeven werd tijdens de afgelopen droogte periode. De schade die we zien is zuigschade op de groene bladeren. De tripsen zuigen de celinhoud leeg. Dit zijn eerst geelgroene vlekken, die zich later vullen met lucht. Dit heeft de witte vlekjes op de bladeren tot gevolg. Een deel van de schade is ook veroorzaakt door het afzetten van de eitjes in een door hen gemaakte opening in het bladweefsel.
Deze kleine witte vlekjes vormen voor de groei van de plant en voor de bereiding in de keuken geen probleem. Beroepstelers moeten schade wel zien te vermijden omdat de warenhuizen “vlekkeloze” prei wensen. Prei met teveel tripsschade wordt geweigerd of gedeklasseerd.
Waarnemen. Tijdens een warme zomer kan in prei heel wat trips voorkomen. Ze houden zich schuil tussen de bladeren en de schacht, diep verscholen in de plant. ’s Morgens en ’s avonds komen ze tevoorschijn. Volwassen trips zijn vrij onopvallend en hebben een bruine kleur. Ze zijn slechts 0,8 -1,2 mm groot. Ze zijn gevleugeld en zeer beweeglijk waardoor ze minder goed waar te nemen zijn dan de larven. De larven van de tabakstrips zijn ongevleugeld en weinig beweeglijk. Hun kleur is geel tot oranje. Wil je ze goed waarnemen, dan moet je dieper in de plant kijken en al eens een blad uitbuigen.
Snelle vermenigvuldiging.
Tabakstrips houdt van hoge temperaturen: de ontwikkeling start namelijk pas boven de 11,5 °C. Bij een gemiddelde temperatuur van 15°C duurt de levenscyclus 65 dagen, bij 20°C 27 dagen. Maar, in een warme zomer, bij een etmaaltemperatuur van 25°C, is er al een nieuwe generatie in 17 dagen! Waarbij iedere trips zowat 70 eitjes afzet. Iedere nieuwe generatie wordt dus vele malen groter dan de vorige. De vermenigvuldiging gaat des te sneller omdat de meeste tabakstrips vrouwtjes zijn en nakomelingen ontstaan zonder dat er bevruchting is.
Bestrijding.
In koelere, nattere zomers geeft het insect weinig problemen in de groentetuin. Voldoende water geven én de plant nat maken is dan ook een goed middel om de tripspopulatie onder controle te houden. Zorg ervoor dat er ook water in de schacht van de plant aanwezig is. Vergeet niet dat water geven, vooral vanaf eind augustus, aantasting van roest en bladvlekkenziekten sterk in de hand werkt.
Conserve is een welkom, biologisch, middel in de preiteelt. Het bestrijdt de preimot en de preivlieg en het ruimt een flink deel van de trips op, zodat de schade binnen de perken kan gehouden worden.
Het was tijdens de tuindagen van Beervelde dat de Groente & Fruit Encyclopedie de Beervelde Award voor het beste tuinboek kreeg.
Fruit staat er deze keer over het hele park in de kijker. Het thema van de 42ste editie op 9, 10 en 11 oktober is : Appelen en peren uit de tuin.
Dit thema heeft veel exposanten geïnspireerd en, voor de geïnteresseerden, raden wij de volgende initiatieven en specialiteiten aan. Als eerste kennismaking kan je alvast hun websites aanklikken. Groenten en kruiden krijgen er, zoals gewoonlijk, ook de nodige aandacht.
Praktische Informatie
Data: 9, 10 en 11 oktober van 10u tot 17u. – Toegang: 10 Euro per persoon. B-Dagtrip formule: van €11,60 tot €20,80 naargelang het traject. Het station grenst aan het domein. – Gratis voor kinderen tot en met 14 jaar. – Honden aan de leiband zijn toegelaten.
Waar? Op de E17 (Kortrijk-Antwerpen), 2 km van afrit 11, richting Lochristi. – GPS: Lochristi, Beerveldse Baan 31. – Parking: Gratis in grote weiden.
Uit : De Standaard, 19 september, blz 36-37.
In Parijs zijn ze aan het tuinieren geslagen. Als zelfs Paris Match –niet bepaald een blad met groene vingers- artikels met tuintips publiceert, dan is er toch wel een trend gezet!
Lekker, gezond en goedkoop is een mooie samenvatting waarom een eigen groentetuin ook in deze wereldstad tegenwoordig zo in is. Zelf zou ik er nog “verrassend” en “rustgevend” aan toe voegen.
Tuinieren in de stad, ook bij ons wordt het een trend. Zo heeft Aveve deze week zijn eerste City-winkel geopend. Met dit nieuwe concept wil Aveve het ‘leuke landleven’ naar de stad brengen. In de tuinafdeling staan alle ingrediënten om een balkon op te fleuren of een kleine stadstuin aan te leggen. (bron : artikel vilt.be)
CRISIS DWINGT FRANSEN VOLKSTUINTJES IN — PARIJS – De Fransen slaan dezer dagen massaal aan het tuinieren. De crisis leidt tot werkloosheid en daling van koopkracht. En een eigen tuintje met groenten zorgt juist voor goedkoop, maar toch lekker eten op tafel.
Ronde courgette
Daniele Tenet (60) loopt over een klein tuinpaadje, stapt op de aarde, gaat dan door haar knieën, duwt met haar handen wat groene bladeren opzij en zegt: ‘Kijk! Dat is ‘m! Een ronde courgette.’
Verstopt achter de bladeren hangt een kleine lichtgroene courgette, zo rond als een tennisbal. ‘Hij is nu nog klein, maar hij groeit wel hoor. Gemiddeld pluk ik er elke dag één.’
Tenet heeft midden in Parijs, tussen hoge flats en achter drukke boulevards, haar eigen groentetuin. ‘Ik heb ook sperzieboontjes staan, en tomaten. Kleine tomaatjes hoor, kersentomaatjes. Verder staan hier kool, prei en sla, maar ook kruiden en frambozen.’
Haar groenten, fruit en kruiden beslaan zo’n 20 vierkante meter op een terrein waar tientallen bewoners uit de wijk hun volkstuintje hebben ingericht.
‘Ik heb zes soorten bijzondere tomatenplanten staan’, vertelt Jean Griffault (64). ‘Helemaal zelf gedaan, de zaadjes geplant en gekweekt zonder kunstmest. Hier verderop staat prei en koolraap. En ik heb ook kruiden als basilicum, koriander, peterselie en tijm.’ Achter hem is nog een veldje met alleen maar aarde. ‘Daar komt de spinazie, maar dat is pas voor de winter.’
Aardappeltoren
Aan het uiteinde van het complex met volkstuinen staat Louis Xavier (60) naast een klein perceel met brandnetels. ‘Daar maak ik soep van’, vertelt hij lachend. ‘Ik heb van alles door elkaar staan, bloemen en groenten. Hier staan bijvoorbeeld okra’s, da’s heerlijk voor sauzen. En daar staan mijn aardappelen.’ Hij wijst naar een plastic zak. ‘Ik maak een aardappeltoren. Ik teel ze niet in de grond, maar in de hoogte, verticaal. Je begint met een beetje aarde in een zak, en als de plant groeit doe je er steeds wat aarde bij. Zo kan je met één plant wel 60 kilo aardappelen krijgen.’
Het volkstuinencomplex is in 2001 aangelegd in zuidelijk Parijs, niet ver van het drukke verkeersknooppunt Place d’Italie. Rondom ligt vooral sociale woningbouw en de bewoners daarvan werden uitgenodigd hun eigen tuintje te beginnen.
‘Mijn dochter is hier begonnen’, vertelt Louis Xavier. ‘Ze is jong en lerares. Ze had dus niet zo heel veel geld te besteden. Door haar eigen groenten te gaan telen kon ze aardig wat geld besparen. Als je in de supermarkt moet kopen wat je zelf maakt, ben je echt veel duurder af. En wat je zelf maakt is natuurlijk ook veel lekkerder!’
Jardiniers de France
Daniele Tenet beaamt het. ‘Zelf je eten kweken is véél goedkoper. Dat is voor mij heel belangrijk. Je plukt overdag je groenten en ’s avonds liggen ze op je bord. Bovendien ruilen we onder de mensen die hier hun tuintje hebben. Ik heb bijvoorbeeld heel veel courgettes. Nou, als er een paar tegelijk rijp zijn geef ik die aan een buurman en die geeft mij dan een krop sla uit zijn tuin. Dan heeft iedereen er wat aan.’
Xavier: ‘Ik heb nu de tuin van mijn dochter overgenomen, maar het geld speelt ook voor mij een rol. Je eigen groenten zijn gewoon goedkoper dan in de winkel, en al helemaal als je naar de prijs-kwaliteit verhouding kijkt.’
Tuinieren mag zich al een paar jaar verheugen in een toenemende belangstelling. Het milieu werd een belangrijk maatschappelijk thema en ‘bio’ werd de trend. Maar de economische crisis dwingt de Fransen sinds vorig jaar echt èn massaal de tuin in.
De werkloosheid loopt op, de koopkracht staat onder druk en de supermarkt is duur. Dus wie een paar zaadjes in de grond stopt, kan al binnen een jaar een behoorlijke stuiver besparen. En die trend is overal zichtbaar.
De Franse Federatie van Volkstuinen (FNJFC) is een koepelorganisatie van zo’n 250 verenigingen met volkstuinen in met name de grotere steden. En die constateren een enorme aanloop van belangstellenden. Wie in of rond Parijs een ‘legale’ volkstuin wil, komt op de wachtlijst. Met een beetje geluk ben je over vijf tot zeven jaar aan de beurt. In groot-Parijs zijn 3.500 tuinen beschikbaar die allemaal in gebruik zijn. Op de wachtlijst staan inmiddels meer dan 2.500 mensen.
De Franse tuindersvereniging ‘Jardiniers de France’ heeft vooral leden die al een eigen tuin hebben. Per jaar melden zich nu zo’n 10.000 nieuwe leden, die ook zaadjes, planten en bloemen willen bestellen via de vereniging.
‘De crisis speelt sinds vorig jaar een heel belangrijke rol’, vertelt directeur Daniel Lys. ‘Mensen moeten op hun portemonnee letten en beginnen daarom vaker een eigen groentetuin. Dat horen we van de mensen die zich aanmelden als lid en ook tijdens de workshops die we organiseren in het hele land.’
‘Jardiniers de France’ heeft zelfs een speciale aanbieding gemaakt. Leden kunnen nu voor 5 euro een zakje kopen met 10 verschillende zaden voor groenten. ‘We hebben uitgerekend dat mensen daarmee op termijn duizenden euro’s aan boodschappen kunnen uitsparen.’
En daarmee is het economisch klimaat getekend. Ook kort na de Eerste Wereldoorlog en in crisisjaar 1939 verspreidde de vereniging zaden om de ergste nood te lenigen. De leden kregen zakjes met zaden om een gezin van 6 mensen een jaar lang te kunnen voeden.
Financiele motieven
Ook de Federatie voor Volkstuinen (FNJFC) wil in de huidige crisistijd die ‘economische’ kant van het tuinieren benadrukken. De organisatie liet een studie doen naar de opbrengst van een volkstuin van 150 tot 200 vierkante meter. Daaruit blijkt dat een huishouden gemiddeld 500 tot 700 euro per jaar kan besparen aan boodschappen als het zelf voor eten-uit-de-tuin zorgt.
‘De mensen die zich vandaag de dag bij ons aanmelden voor een volkstuin doen dat vooral uit financiële motieven’, zegt FNJFC-voorzitter Hervé Bonnavaud. ‘De crisis heeft een enorme invloed. Veel families hebben geldproblemen. Ik krijg zelfs mensen aan de lijn die zeggen: ‘Ik wil een eigen tuin om mijn kinderen te kunnen voeden’. Het kweken van eigen groenten bespaart ze gewoon veel geld in de winkel.’
En dat is overal merkbaar. In heel het land worden, als de ruimte het toelaat, nieuwe volkstuinen aangelegd. In het stadje Tarbes, in de Pyreneeën, waren dat er de afgelopen jaren al bijna 80. Dit jaar kwamen de laatste 22 erbij, om aan de enorme vraag van de bewoners te voldoen. ‘Pas dit jaar konden we eindelijk de verzoeken om een volkstuin honoreren die in 2002 werden gedaan’, aldus wethouder Eugène Pourchier.
De burgemeester van Cannes – bekend van vip-gasten en het filmfestival – maakte bekend de komende jaren 300 nieuwe volkstuinen in de stad te willen openen. Dit jaar werden er 10 aangelegd, volgend jaar nog eens 75.
In heel Frankrijk worden vandaag de dag workshops met als thema ‘de anti-crisis-moestuin’ georganiseerd. ‘Ik ontmoet steeds meer jongeren die nooit van tuinieren hielden, maar er nu wel mee beginnen om te bezuinigen’, aldus een van de initiatiefnemers, Michel Jourdain.
Groen balkon
Een van Frankrijks grootste ketens van tuinwinkels, Truffaut, heeft één winkel in Parijs. En daar moest de afdeling met zaadjes voor groenten en fruit worden uitgebreid – zó groot is de vraag van Parijzenaars met een tuintje of een groen balkon. De verkoop stijgt op die afdeling met 10 tot 15 procent per jaar.
Het glossy weekblad Paris Match – meestal gevuld met reportages over artiesten, politici en zakenmensen – ruimde deze zomer ruimte in voor het onderwerp ‘jardinier écolo’: ecologisch verantwoord tuinieren. Met vijf tips werden de Franse tuinders bijgepraat over mest, water en insecten.
Jean Griffault komt in zijn tuin in Parijs aanlopen met een tomaat. Hij snijdt hem in stukken. ‘Moet je proeven.’ De stukjes tomaat worden verdeeld over de aanwezige tuinders en er wordt geproefd en instemmend geknikt. ‘Heerlijk’, zegt de een. ‘Zó smaakvol’, zegt een ander.
Griffault zet daarna zijn zakmes in een perzik. ‘Die was gevallen. Dan kan je ‘m niet laten liggen toch?’. Ook de perzikstukjes gaan rond.
‘Ik ben pas in mei met mijn tuintje begonnen’, vertelt Daniele Tenet. ‘Maar ik ga door tot ik erbij neerval. Het is zo leuk. Je eigen eten kweken, het is goedkoop, en het contact hier met de andere mensen is erg gezellig.’
Over de ‘opbrengst’ zijn ze ook te spreken.
Griffault: ‘Ik heb dit jaar tot nu toe zo’n 30 kroppen sla geoogst. En ik gok ook nog wel zo’n 10 kilo tomaten. En veel kruiden, naar dat weegt natuurlijk nauwelijks iets.’
Tenet: ‘De afgelopen maanden alleen al heb ik wel 10 kilo aan sperzieboontjes geoogst. En ook veel kersentomaatjes, 2 bakken vol, dat is zo’n 5 of 6 kilo. En sla, tsja, dat is gewoon héél, héél, héél erg veel. Bijna elke dag wel een krop.’
Uit : De Standaard, 19 september, blz 36-37.
Ook voor de Vlaamse lezer hoeft voorstellen van Sergio Herman, de driesterren kok van Oud Sluis, niet meer. Zijn deelname aan de VTM-programma’s Mijn restaurant en Hobbykok zorgde daarvoor.
Leuk is bij de voorstelling van zijn nieuwe boek “Puur Zeeland”, dat pas uit is, het volgende te lezen :
"Ik heb een fantastische dame (Dieneke Klompe) in de buurt van Zierikzee ontdekt. Zij doet prachtige dingen met kruiden en groenten. Daar krijg ik kippenvel van."
Sergio Herman pinkt bijna een traan weg als hij het heeft over de vrouw die met zoveel liefde groentjes kweekt. In het boek staat dat hij bij Dieneke zes soorten basilicum heeft gevonden, maar ook bijvoorbeeld zeekool en ijskruid. En allerlei kruiden en groenten die haast vergeten waren. De driesterrenkok maakt er zijn creaties nog verfijnder mee. Zo gebruikte hij ook zeevenkel als hoogtepunt bij één van zijn creaties. Zuur, zoet, zout en fris tegelijk.
Leuk om te lezen, want de kwekerij van Dieneke Klompe, kwam op GroentenInfo al eerder aan bod. We schreven er al een artikel over in mei 2006, je vindt het artikel hier. De website van haar consumptieve kwekerij Zonnemaire in Zeeland vind je hier.
Puur Zeeland is toegankelijker dan zijn twee voorgaande boeken. Die waren meer voor het hogere segment. Sergio Herman koos twintig topproducten uit en maakte daar telkens twee verschillende gerechten van. Sergio en auteur Quinten Lange nemen de lezer bij wijze van spreken aan het handje. Er zijn recepten, maar er is evenveel plaats voor tekst en uitleg over de streek én de producten. ‘Mijn vorige boeken waren voor de gevorderde hobbykoks. Hier kan iedereen mee aan de slag. Er staan heel eenvoudige gerechtjes in die ontzettend lekker zijn.’
Een paar voorbeeldjes uit Puur Zeeland: buikspek met een tartaar van gamba’s; noordzeekrab met witloof en avocado; lamsvlees met aubergine, geitenkaas en geroosterde paprika.
Koop bij Bol.com Puur Zeeland
De Zeeuwse keuken door Sergio Herman en Quinten Lange.
Koop bij Proxis Puur Zeeland,
De Zeeuwse keuken door Sergio Herman en Quinten Lange.
a
Tentoonstelling: Van asperge tot zeekool.
Groenten en keukenkruiden uit het Cruijdeboeck van R. Dodoens (1554)
Waar?
’t Grom, site Midzeelhoeve, Midzelen 25A-27, 2860 Sint-Katelijne-Waver | elke zondag
Wanneer?
van 13 september 2009 tot en met 22 november 2009 | van 14.00 uur tot 18.00 uur | toegang: gratis
Lees meer over deze tentoonstelling en verneem hoe u het historische boek en cd-rom kunt bestellen.
Tentoonstelling
De tentoonstelling handelt over de groenten en keukenkruiden uit het kruidenboek van 1554 geschreven door Rembert Dodoens.
Aan de hand van hedendaagse en toenmalige afbeeldingen van planten worden het gebruik van de plant in de keuken en als geneesmiddel, de vindplaats, de volkskundige aspecten en eventueel taalkundige elementen ontleed. Ter inleiding schetsen we het leven en het werk van Dodoens en gaan we dieper in op het uiterlijk van de publicatie uit 1554, die zelf ook te bewonderen valt. Door middel van eetgerei uit archeologische vondsten kunnen we ook de keuken uit de 16e eeuw visueel voorstellen.
Boek en cd-rom
Tegelijkertijd verschijnt er ook een publicatie. Deze behandelt alle planten die in het verleden in de keuken voorkwamen en die reeds in het Cruijdeboeck van Rembert Dodoens (1517-1585) werden behandeld.
Van de ongeveer 1.000 planten die de arts-kruidenkenner uit Mechelen in zijn eerste Nederlandstalige publicatie uit 1554 behandelde, konden er 200 gedefinieerd worden als planten die in de keuken terechtkwamen. Deze planten werden vervolgens in de loop van de tijd tot ongeveer het jaar 1900 gevolgd worden. Zo konden heel wat onbekende gegevens vanonder het stof worden gehaald. Van deze 200 planten worden de gegevens van Dodoens aangevuld met culinaire, taalkundige, volkskundige, teelttechnische, geschiedkundige en aardrijkskundige aspecten. Ten slotte wordt ook ingegaan op begripsverwarringen uit het verleden, bijvoorbeeld tussen cichorei, andijvie en paardenbloem of tussen de Eerdtappel van Dodoens en de huidige aardappel. De publicatie telt ongeveer 350 pagina’s en een cd-rom met afbeeldingen en bijlagen werd achteraan in het boek toegevoegd.
U kan de publicatie bekomen
*bij de tentoonstelling aan de kostprijs van 15 euro ;
*in het Gemeentelijk Documentatiecentrum Marcel Dillen, Borgersteinlei 203, 2860 Sint-Katelijne-Waver, 015/ 34 35 55 aan de kostprijs van 15 euro ;
*of door overschrijving van 20 euro (verzendingskosten inbegrepen) op rekening 733-0007804-74 ten name van Erf en Heem vzw te 2860 Sint-Katelijne-Waver met vermelding "Dodoens
Meer info bij Willy Van Hoof E vanhoof.willy@telenet.be
Morgen misschien toch eens kijken naar “De beste Hobbykok van Vlaanderen”? Want Peter Goossens leert de kandidaten gekende en minder gekende groenten kennen in een een unieke groentetuin. Ben je ook benieuwd welke speciale groenten in de smaak vallen bij de chef van het driesterrenrestaurant Hof van Cleve? Kijk dan op dinsdag 29 september 2009 om 20u35 naar VTM.
In de 5de aflevering van ‘De beste Hobbykok van Vlaanderen’ heeft Peter Goossens zorgvuldig een unieke tuin uitgezocht om zijn 11 hobbykoks onder te dompelen in de wereld van smaken en geuren. De kandidaten leren met gekende en minder gekende groenten omgaan. Maar voor ze zich aan de smaken van groenten tegoed kunnen doen, moeten ze eerst een perfecte snijtechniek bezitten. Enkele hobbykoks komen verrassend uit de hoek. Niemand die wist dat bodybuilder Gust handig met een demi-chef kan omgaan.
Voor hobbykok Inge is deze tuin een uitgelezen kans om de andere hobbykoks het nakijken te geven. Zij is namelijk thuis in de wereld van groenten en kruiden. Ze is dan ook ambitieus in haar bereiding van soep van vergeten groenten. Karl en Veronique daarentegen hebben al een woelig parcours achter de rug en voelen dat het vijf voor twaalf is.
Goed presteren is ook in deze aflevering de opdracht, want om bij de beste 10 hobbykoks van Vlaanderen te behoren, hebben de driesterrenchefs Peter Goossens en Sergio Herman de lat extra hoog gelegd.
De hobbykoks zullen zich in de trainingskeuken moeten bewijzen van hun buik- en smaakgevoel. Want voor hen liggen 5 verplichte ingrediënten. Sommige kandidaten horen het in Keulen donderen. Andere hobbykoks vrezen dat ze met deze hoofdopdracht wel eens regelrecht in de vuurlinie komen te staan. Dit is voor alle hobbykoks tot hiertoe de moeilijkste opdracht die ze al hebben moeten bereiden in de trainingskeuken. En voor twee kandidaten wordt het kantje boord. Zij zullen in een strijd tegen de tijd het tegen elkaar moeten opnemen en dat alles met maar één verwachting: bij de 10 beste hobbykoks van Vlaanderen horen.
Veldsla (met radijsjes) voor dummies.
Heb je nog nooit geen groenten geteeld? Wil je het nu direct proberen? Of zie je het niet zitten om in deze droge periode te zaaien? Zaai dan eens veldsla in een bloembak. En zaai er dan meteen wat radijsjes als tussenteelt bij, want het duurt wel een tijdje vooraleer de veldsla de bak helemaal vult.
Hierbij het teeltrecept, dat prima geschikt is voor de absolute “moestuinleek”.
Te zaaien vanaf half augustus tot de eerste dagen september om nog een goede uitgroei van de radijsjes te bekomen.“Veldsla met radijsjes voor dummies”
Benodigdheden:
Bereiding
*Zaaigrond
Vul de bloembak met kwaliteitspotgrond. Vul de bak volledig tot aan de rand en druk daarna met de hand of een plankje de grond aan.
*Zaaivoortjes
Trek met een stokje drie lijntjes van één centimeter diep. Twee lijntjes helemaal tegen de beide kanten van de bloembak aan, het andere precies in het midden.
*Zaaien
Leg in de buitenste twee rijen veldslazaadjes, om de twee centimeter een zaadje. In de middelste rij leg je radijszaadjes, om de centimeter één zaadje. Deze zaaiafstand is gekozen in de veronderstelling dat niet alles kiemt. Dek de zaadjes af met een 0,5 cm fijn gemaakte (liefst gezeefde) potgrond.
*Water
Begiet de grond met water, met een fijne straal, bijvoorbeeld met een nevelspuitje, maak de grond de eerste maal voldoende vochtig. Plaats de bak in de schaduw, zo vermijd je verrassingen met uitdrogen. Hou de vochtigheid van de potgrond in de gaten en hou de grond steeds vochtig, maar niet doorweekt.
*Kiemen
Bij warm weer kiemen de radijsjes al na een vijftal dagen, enkele dagen later de veldslazaadjes. Haal onmiddellijk vanaf de opkomst de bak uit de schaduw om zwakke plantjes te vermijden.
*Dunnen
Ongeveer een week na opkomst moet je misschien dunnen. Dunnen is enkel nodig bij de radijsjes. Hou anderhalve centimeter tussen de plantjes. En trek de overbodige radijsplantjes uit de grond.
*Verzorging
De verzorging bestaat uit de controle op water geven en de bak beschutten tegen al te gure weersomstandigheden. Plaats de
*Oogsten
Wie nu zaait kan halfweg oktober dit resultaat verwachten. Oogst nu de radijsjes en laat de veldsla verder groeien.
Vanaf nu gaat het vrij traag. Wil je de veldsla sneller klaar, plaats de bloembak dan in een mobiel kasje (koude bak) dat makkelijk een plaatsje vindt op het terras, zoals op de foto hiernaast.
Ergens in november-december, afhankelijk van het weer en de plaats waar de bloembak stond, krijg je dit mooie resultaat, voldoende om één of twee maal te oogsten, smakelijk!
Droog?
Tijd om veldsla te zaaien, maar te droog in de tuin? Je kan dan best na het zaaien afdekken met geperforeerde folie of vliesdoek. Bij hoge temperaturen is een vochtopslorpende jutezak of doek nog beter. Zomaar water geven na het zaaien kan nadelige effecten hebben, zoals korstvorming en uitdroging van de kiempjes.
Welke maatregelen je kan nemen om in deze droge periode toch met succes veldsla te zaaien kan je lezen in het antwoord op deze veelgestelde vraag “Water geven bij het zaaien?”. (GroentenInfo, juli 2005)
——————————————————————
Veldsla voor (half)gevorderden.
Het veldslaseizoen neemt een aanvang als het voor veel andere groenten stopt. En als de eerste voorjaarsgroenten in de tuin staan is het tijd om de laatste veldsla te consumeren. Je kan met veldsla al starten in augustus en er mee doorgaan tot het vroege voorjaar. In open lucht of onder bescherming of in de kas. De vraag naar veldsla bij de consument neemt nog ieder jaar toe. Maar bij de tuinliefhebber is de teelt al lang een klassieker. Het is daarenboven een teelt die, éénmaal de kieming geslaagd is, een grote oogstzekerheid heeft.
Lees het artikel
Alles over het kweken van veldsla, een gezonde groente.
(GroentenInfo, okt 2008, 7 pagina’s)
———————————————————————–