Alle berichten van GroentenInfo

GroentenInfo

In memoriam : Herman De Moor

Helaas moeten we deze week afscheid nemen van Herman. Op zondag 12 februari 2017 is Herman van ons heen gegaan.

Ik ben Herman enorm dankbaar  om zijn niet aflatende inzet om met grote precisie zijn verhaal over de teelt van groenten,  te delen met Vlamingen en Nederlanders.

Zijn artikels zullen zeker en vast nog lange tijd een inspiratiebron  zijn voor menig hobbytuinder. Hij leerde Vlaanderen en Nederland wat de slawortelboorder is. Dagen heeft hij besteed om dit insect beter te leren kennen. Er was weinig informatie beschikbaar, nu wel. Nog iedere dag lezen mensen zijn artikel over het gebruik van worteldoek in de tuin. Ieder tuinseizoen zetten mensen de stap om het worteldoek ook in hun moestuin te gebruiken. De teelt van tomaten in potten werd door Herman volledig op punt gesteld. Voordien was er daarover niets te vinden en waren er ook veel foute methodes. Het juiste grondmengsel, de juiste bemesting, de juiste pot, … Herman zocht het allemaal uit. Bodemmoeheid in de kas bij de tomatenteelt hoeft nu geen probleem meer te zijn. Over de teelt van tomaten kan je in Herman zijn artikels zowat alles vinden, tot het enten toe. Je kan er van op aan dat tomatenteelt zeker en vast lukt na een grondige lezing van de artikels van Herman.

Je blijft verder in ons leven Herman, jou tientallen artikels zullen mensen nog iedere dag inspireren. Bedankt voor de talrijke babbels, artikels en inspirerende ideeën.

Mijn oprechte deelneming aan de kinderen en kleinkinderen, familie en vrienden.

Dankbaar, zeer dankbaar,

Luc

Kookdemo en proeven van vergeten historische groenten.

pagina2 (Kopie)
Beste moestuinder,

De open dagen van onze Historische Moestuin bij VABI (www.vabi.be) waren een zeer groot succes. Op twee dagen mochten we meer dan 1000 geïnteresseerde tuinliefhebbers ontvangen.
Door de drukte was het voor mij soms moeilijk om één ieder van jullie te woord te staan. Bij deze wil ik iedereen hartelijk danken voor het bezoek indien ik daar toen de kans niet toe kreeg!

Velen vroeg zich ook af hoe deze groenten smaken en hoe je ze kan bereiden. Daarom organiseert VABI, in samenwerking met het professioneel personeel van onze keuken een kookdemo. Dit alles gekaderd in de tentoonstelling “Op zoek naar voedsel op de akkers van de dood”.

Ervaar de smaak van de vergeten groenten uit onze historische moestuin op vrijdagavond 13 november om 20u. VABI organiseert dan een kookdemonstratie met met tal van minder bekende tot bijna onbekende groenten. Wat we dit jaar met veel liefde en zorg kweekten in onze historische moestuin kunt u dan proeven. U ontdekt er vast en zeker onbekende smaken en u leert ook diverse bereidingswijzen kennen.
U proeft er van een 10-tal gerechten op basis van vergeten groenten (zoals crosne, aardpeer, rode biet, wortelpeterselie, kardoen, rammenas, haverwortel, lepelblad, quinoa, enz …..)

U krijgt de groenten ook te zien vergezeld van de nodige uitleg.
Vooraf inschrijven noodzakelijk via vabi@sint-michiel.be , stuur voor donderdagmiddag (morgen dus) een mail naar vabi@sint-michiel.be . Dan kunnen we het juiste aantal inschatten.
Kostprijs: 7 euro, drankje inbegrepen.
Wie inschrijft en dit wenst, kan van 19 uur tot 20 uur een gratis rondleiding krijgen doorheen de tentoonstelling rond voedsel in WOI (Voedsel op de akkers van de dood).

Alle info over de tentoonstelling op http://www.vabi.be/index.php/vabi-stelt-voor-op-zoek-naar-voedsel-op-de-akkers-van-de-dood/

U kunt bent natuurlijk ook hartelijk welkom het komende weekend op de tentoonstelling. Je ziet er hoe de voedselschaarste tijdens WOI het ontstaan gaf aan de “Het Werk van de Akker”, de latere volkstuinen. En nog veel meer over de creativiteit die mensen aan de dag moesten leggen om voldoende voedsel te hebben.

De brochure “Historische Moestuin” met de beschrijvingen van meer dan 40 vergeten en onbekende groenten was een groot succes. Meer dan 400 exemplaren zijn ondertussen gedrukt.
U kunt ze ook nabestellen door te antwoorden op deze mail. Dan stuur ik u de betalingsinstructies, de prijs is 5 euro en verzendkosten 2 euro. De brochure kan dit weekend ook gekocht worden aan de prijs van 3 euro.

vriendelijke groeten,
Luc

pagna4 (Kopie)

Bezoek de Historische Moestuin van VABI dit weekend!

DSCN6699Beste lezers van GroentenInfo Plantaardig.com

Afgelopen seizoen was ik, samen met collega’s en leerlingen van de land- en tuinbouwschool VABI, bezig met de aanleg en het onderhoud van een historische moestuin met 43 bijzondere groenten. We zijn gelukkig dat we bijzonder goed in ons opzet geslaagd zijn. We zijn er dan ook van overtuigd dat deze moestuin ook voor u leerrijk kan zijn.
Daarom kan u komende zaterdag- en zondagnamiddag  gratis de historische moestuin van tuinbouwschool VABI in Roeselare bezoeken. Zelf zal ik ook telkens aanwezig zijn om u samen met mijn collega’s  te gidsen. Het is beslist de moeite waard om langs te komen. De moestuin staat er nu echt prachtig bij!
Er zal ook een A4 brochure met kleuromslag en 50 blz zorgvuldig bijeengezochte en nageziene  info over de 43 verschillende groenten aangeboden worden. De prijs zal hoogstens 5 euro zijn, aan kostprijs dus.

Het zou mij plezier doen u te mogen verwelkomen. U kunt in de serre ook nog even napraten onder het genot van een frisdrank, koffie of biertje.

Lees ook het persbericht http://www.hln.be/regio/nieuws-uit-roeselare/van-quinoa-tot-hofmelde-en-rammenas-a2472709/

vriendelijke groet,

Luc Dedeene
Webmaster www.Plantaardig.com & Tuinbouwdocent bij  www.vabi.be

Klik op de afbeelding hieronder om de uitnodiging in pdf te lezen.capture-20150924-193238

 

 

Broccoli : zaaien, verspenen, planten en teelt.

Dit herwerkt artikel is gebaseerd op een serie uit drie delen : broccoli zaaien (stap-voor-stap), broccoli planten (stap-voor-stap) en de teelt van broccoli (van A tot Z). Een longread over broccoli.
 

Broccoli zaaien.

Broccoli kan gezaaid worden van februari tot begin juli. Reken ongeveer 4 (zomer) tot 6 (vroege voorjaar) weken voor de opkweek van de plantjes.
Hieronder vindt u de werkwijze als u zelf broccoliplantjes wil telen.  Voor de teelt van Broccoli kan u kiezen voor hybriderassen als u houdt van grote opbrengsten. Vindt u het leuk om na het oogsten van het grote bloemscherm later nog te kunnen oogsten van de zijscheuten dan kiest u beter voor de oudere, zaadvaste rassen.


Wat je nodig hebt: (van boven naar onder) : nevelspuitje, zakje zaad, zeef (hier eentje uit de zandbak van de kinderen), een zaaibakje (hier margarinepotje), universele potgrond, wit zand. Het wit zand maakt dat de universele potgrond luchtiger wordt en dus ook kan gebruikt worden als zaaigrond.


Meng wit zand en potgrond in een verhouding één op vijf.

 


Vul het zaaibakje en druk dit aan zodat het oppervlak mooi vast, maar ook effen ligt.  Ligt het oppervlak niet mooi vlak, dan rollen de zaadjes in hoopjes bij elkaar. Bevochtig nu met de nevelspuit. Het zaaibakje hoeft niet zo diep te zijn als dit op de foto, half zo diep is ook goed.

 


Verdeel het zaad gelijkmatig. Zorg voor ongeveer één centimeter ruimte tussen de zaadjes in.

 


Dek af tot u het zaad net niet meer ziet. Doe dit  met potgrond gemengd met wit zand, elk de helft deze keer. Het witte zand vergemakkelijkt de opkomst als de plantjes door de grond heen moeten breken.  Bevochtig nogmaals het grondoppervlak.


Zet het zaaibakje bij kamertemperatuur in de huiskamer. Een minikasje is hier nuttig opdat het grondoppervlak niet te snel zou uitdrogen. Koeler kan ook, maar 18° C is ideaal voor een snelle en vlotte kieming.


Dit is het stadium, maximaal 24 uur na opkomst, waarbij het zaaibakje onmiddelijk naar een koelere plaats moet verhuizen. In de warme huiskamer zouden ze ‘fileren’, d.w.z. een veel te lang stengeltje en dunne blaadjes. Broccoli (en vele andere koud te telen groenten zoals sla) reageren sterk op een slechte verhouding tussen temperatuur en licht. Een plaats in de kas, koude bak, plastiektunnel of veranda is natuurlijk optimaal.  Als u het zaaibakje bij het raam moet zetten, kies dan een raam op het zuiden gericht. Het moet wel een koele plaats zijn. Vanaf de maand april is er al meer licht en kunnen de plantjes ook bij een lichtrijk raam in de warmere huiskamer of keuken. Draai dan het zaaibakje nu en dan opdat de plantjes niet helemaal scheef naar het licht toe zouden groeien.

 

Deze plantjes zijn nog niet  klaar om te verspenen, wacht tot u het eerste echte blaadje tussen de kiemblaadjes ziet verschijnen.

Foto’s verspenen


Maak de plantjes voorzichtig los en haal de wortels voorzichtig uit elkaar zonder al de aarde los te schudden.

Vul de potjes (diameter ongveer 6cm) met universele potgrond en druk goed aan, maak daarna een gaatje in de potgrond. Hou de plantjes vast bij de kiemblaadjes.


Laat het kiemplantje in het gaatje zakken tot er nog 1 tot 1,5 cm van het gedeelte onder de kiemblaadjes boven de grond uitkomt. Zo kunt u kiemplantjes die wat gefileerd (gerokken) zijn toch weer stevig maken. De kiemblaadjes moeten steeds boven de grond blijven! Druk de grond rond het plantje lichtjes aan. Daarna wordt de potgrond nat gegoten met de gieter.

De planten staan nu best in de kas, koude bak of plastiektunnel. Vanaf juni kunt u best de plantjes buiten opkweken, wat beschut tegen de regen. Dan is het te warm om broccoliplanten in de kas op te kweken.

Een week voor het uitplanten worden de planten verder opgekweekt in open lucht, dit om de plantjes af te harden.

Het planten van broccoli

Broccoli wordt geplant vanaf einde maart tot begin augustus. De opkweekduur van de plantjes is ongeveer één tot anderhalve maand.
De normale plantafstand is 45*45 centimeter. Een iets dichtere plantafstand (bv 40*40 of 35*35) geeft kleinere bloemschermen, maar ook dunnere, langere stengels, wat het gaar koken vergemakkelijkt.

Losse planten uitplanten is af te raden. Alles gaat veel vlotter met planten in kluit. De vroege teelten zijn grotere planten. Voor de zomer- en herfstteelt wordt uitgeplant bij drie echte bladeren. Jong uitplanten zorgt hier voor een goede doorgroei. De vroege teelt kunt u uitplanten zodra de bodemvochtigheid dit toelaat.  De potkluit moet vochtig zijn bij het uitplanten. Ook de grond maakt u beter een dag vooraf vochtig indien nodig. Druk de grond aan bij het planten. Water geven aan de plantjes na planten kan de aantasting door knolvoet bevorderen omdat de grond dan dichtslaat.

De volgende foto’s zijn foto’s van het planten van (groene) bloemkool, maar bij broccoli verloopt dit volledig gelijkaardig!

Indien nodig maakt u de grond twee dagen voor het spitten goed nat. Dit zal vooral nodig zijn tijdens de zomermaanden. Nadat de grond gespit werd, strooit u de meststoffen (zie deel 2). Met een grove hark mengt u deze meststoffen door de bovenste 15 centimeter. Daarna kunt u met een fijne hark de grond nog wat meer effenen.

Het plantmateriaal mag niet te groot zijn.  Als je in potjes teelt hebben de plantjes zo’n drie tot vier echte bladeren.

Schuif de potkluit voorzichtig uit de pot. Doe dit door de bovenkant van de pot  te kloppen tegen de palm van de hand, terwijl u lichtjes drukt op het onderste van de pot. De plantvoet zit geklemd tussen twee vingers, en de vingers houden ondertussen ook het grondoppervlak van de pot tegen. Zo zal de potkluit tijdens het kloppen en het uitschuiven niet breken.

Plangaten kunt u makkelijk maken met een bollenplanter.


De teelt van broccoli

Broccoli en bloemkool zijn zeer nauw verwant.  Pas sedert een twintigtal jaar kent de groente bij ons een stijgende populariteit.
Broccoli heeft een iets krachtigere smaak dan bloemkool. Het deel dat geoogst wordt is een eindstandig scherm met een verzameling uitgegroeide bloemknoppen, en daarnaast ook dikwijls de schermen op de zijscheuten die ontstaan na het oogsten van hoofdscherm.

Bij broccoli komen één- en tweejarige rassen voor. Spruitbroccoli is de verzamelnaam voor een groep van tweejarige rassen die purperen of witte kleine, bebladerde, langwerpige, paarse of witte bloemhoofdjes vormen nadat ze op het veld hebben overwinterd. Men noemt ze ook winterbroccoli.
Zomerbroccoli (of Calabrese rassen)(zie foto) is beter gekend en groeit veel sneller. De rassen zijn éénnjarig. De bloemschermen zijn donkergroen met een blauwe gloed. Dit is in onze streken de meest geteelde rassengroep. Tijdens de verdere teeltbeschrijving wordt, tenzij anders vermeld, de teelt van zomerbroccoli bedoeld.

De grond en vruchtwisseling
Broccoli is iets minder veeleisend dan bloemkool. Toch moet de grond ook goed vochthoudend zijn, zonder wateroverlast. Een hoge pH (6,5-7,5) zorgt voor een vlotte opname van de voedingselementen en werkt de uitbreiding van knolvoet tegen.  Een humusrijke bodem zorgt eveneens voor een doorlopende aanvoer van voedingselementen. Vooral op lichte gronden doet broccoli het goed onder wat koelere omstandigheden Op deze gronden kan  kan halfschaduw een voordeel zijn tijdens de zomerperiode.

Water geven
Tijdens de eerste weken na het planten moet de wortelvorming gestimuleerd worden en wordt er, tenzij in uitzonderlijke situaties geen water gegeven. Pas als de broccoliplant zes tot zeven bladeren is bijgegroeid mag er geen droogtestress meer zijn. Vanaf dat moment is beregenen of water geven aangewezen, zeker op droogtegevoelige en lichte gronden.

Teeltrotatie
Broccoli hoort thuis op het perceel van de koolgewassen. Het is ideaal als slechts om de zes jaar koolgewassen geteeld worden op een bepaald stuk grond.

Bemesting
Broccoli  vraagt voldoende organische bemesting met compost (10 kg per m²) of verteerde stalmest (5 kg per m²) Dit wordt dan bij het planten aangevuld met een minerale meststof  120g/m² (N+P+K) 8+6+12.  Stikstof is nodig voor voldoende bladvorming. Alleen dan kan een voldoende groot bloemhoofd gevormd worden. Teveel stikstof veroorzaakt, vooral in het najaar, schermrot. Kalium is nodig om een stevige bloem te bekomen.
Vooral bij de vroege teelten is het aan te raden nog eens  bij te bemesten zes weken na planten met een snelwerkende stikstofmeststof. De vroege teelten kunnen de organische bemesting soms nog niet optimaal benutten, er is nog te weinig mineralisatie van het organische materiaal in de grond.

Opkweek
Broccoli wordt niet zo vroeg en zo laat geteeld als bloemkool. De vroege teelt wordt gezaaid in februari onder koud glas. De vroegste oogst bij broccoli is begin juni. De uiterste zaaidatum van zomerbroccoli is begin juli met oogst eind oktober.

Planten
Broccoli wordt geplant vanaf einde maart tot begin augustus. De opkweekduur van de plantjes is ongeveer één maand.

Oogsten en bewaren.
Broccoli wordt geoogst net voor het opengaan van de bloemknopjes. Bij te vroeg oogsten zijn de bloemschermen te klein, later oogsten geeft bloei en losse bloemschermen. De hoofdknop kunt u met een stuk lange steel afsnijden, dat ook eetbaar is. Snijdt u een kortere steel af, dan kunnen er zich meer zijscheuten vormen, waaruit drie weken later kleinere bloemknoppen groeien.
Bewaar broccoli in de koelkast verpakt in folie. De houdbaarheid is dan slechts 7 dagen. Wanneer de kleur bij de bewaring naar de gele kant gaat wordt de smaak bitter. Broccoli kunt u geblancheerd (2-4 minuten) invriezen.

Mogelijke problemen
Soms is de steel van het bloemscherm hol. Dit komt vooral voor bij sterke groei en een ruime plantafstand.
Vooral in het najaar kan het scherm soms rot vertonen.. Te hoge stikstofbemesting en magnesiumgebrek zijn mogelijke oorzaken.

Aan de voornaamste ziekten en plagen werd op deze site al wat aandacht besteed. Je moet vooral rekening houden met

Knolvoet, lees dit artikel
Vruchafwisseling en voldoende hoge pH kunnen al veel ellende voorkomen!
De eerste symptomen op de bovengrondse delen variëren met de weersomstandigheden. Tijdelijke verwelking van de bladeren op zonnige dagen is dikwijls het eerste kenmerk. Later verwelken de planten soms helemaal of zullen een duidelijke groeivertraging oplopen. De loodachtige kleur van de bladeren is ook typisch voor geïnfecteerde planten. De geïnfecteerde wortels zullen snel opzwellen en nemen allerlei eigenaardige vormen aan. Bij sommige planten zien we dat de wortels een getordeerde vorm krijgen. Bij andere wortelen worden ze bolvormig. Lees voor meer info en preventie  dit artikel

Koolvlieg, lees voor meer info en preventie dit artikel .
Broccoli leent zich vrij makkelijk om onder insectengaas geteeld te worden. Alleen zo kunt u de kans op aantasting bijna uitsluiten. Laat het insectengaas zo lang mogelijk op de planten, zo vermijdt u ook een aantasting door rupsen.

Rupsen

Enkele dagen onoplettendheid en zo ziet het eruit als je even naar de broccoli gaat kijken. De rupsen die in groep zitten zijn deze van het kleine koolwitje. De lichtgroene solitaire rups is deze van de kooluil. Ze zijn nog niet volgroeid, maar de schade heeft alvast de schadedrempel bereikt.
Tijdig opmerken is hier de boodschap. Op enkel dagen tijd kan de plant aangetast zijn door een rupsenplaag. Vangen behoort tot de mogelijkheden. Afdekken met insectengaas voorkomt problemen en is meteen ook goed om de koolvlieg weg te houden. Rupsen bestrijden lukt het best in een jong stadium.

Zorgen na aanhoudende regen in de moestuin

Vergeelde boontjes zijn dikwijls een gevolg van te veel regen.Vergeelde boontjes zijn dikwijls een gevolg van te veel regen.Deze zomer heeft iedereen wel zijn deel van de zondvloed gehad. Vergeelde boontjes of koolsoorten met paarse bladranden zijn enkele gevolgen hiervan.

Overvloedige regenval doet wortels afsterven door zuurstofgebrek. Slagregen veroorzaakt een dichtgeslagen grond die niet meer ademt. Wie mulching gebruikt of een grond die al veel organisch materiaal bevat zal dat minder ondervinden. Aanhoudende regen doet de voeding uit de grond wegspoelen. Ook hier is een grond met veel humus in het voordeel, die houdt de voeding beter vast. Net zoals een zware grond.

Een cultivator is het ideale gereedschap om de grond los te maken na ettelijke dagen regen.Een cultivator is het ideale gereedschap om de grond los te maken na ettelijke dagen regen.Hierbij enkele tips om de gevolgen wat te milderen.

– Zorg dat het water niet lang blijft staan, 24 u is echt een maximum voor de meeste planten. Maak greppeltjes dat het water weg kan of schep het water weg met een potje.

– Wacht een paar dagen om iets te ondernemen, het is waarschijnlijk nog te nat, en je maakt bij een grondbwerking dan alleen maar kluiten en structuurbederf

– Maak dan de grond bovenop lichtjes los met een cultivator

– Laat dit één of twee dagen opdrogen- Doe hetzelfde één of twee dagen later, maar maak nu dieper los

Bloedmeel zorgt voor een groeistimulans na een periode van koud en nat weerBloedmeel zorgt voor een groeistimulans na een periode van koud en nat weer– Geef nu een snelwerkende meststof met voldoende stikstof in. Bloedmeel en vloeibare meststof werkt snel.

– Stel dat het niet meer regent, dan zal je een lichte gietbeurt moeten geven om de meststof ter plaatse te krijgen.

– Heb je regelmatig stilstaand water in de moestuin, dan kan je denken aan het telen op verhoogde bedden of bakken.

paarsverkleuring wijst op stikstofgebrek en zuurstofloze grond (Broccoli)paarsverkleuring wijst op stikstofgebrek en zuurstofloze grond (Broccoli)

Door regen kan de grond helemaal dichtslaan. Hoe minder humus in de grond, hoe slechter.Door regen kan de grond helemaal dichtslaan. Hoe minder humus in de grond, hoe slechter.

Wie op worteldoek teelt heeft alvast minder problemen met dichtgeslagen grond, maar ook met uitspoeling. Bij hevige regen loopt het water van het doek af.Wie op worteldoek teelt heeft alvast minder problemen met dichtgeslagen grond, maar ook met uitspoeling. Bij hevige regen loopt het water van het doek af.

Aardbeien planten in augustus? Lees deze 10 tips.

Het kwam al eens aan bod in een artikel, de plantdatum van aardbeien. Er is inderdaad wat verwarring daarrond. Tuincentra verkopen volop aardbeiplanten in het voorjaar. En toch, het traditionele planttijdstip van aardbeiplanten is augustus!  Vroeger, als er geen sprake was van frigoplanten, noch van aardbeiplanten in potjes, was dit het enige mogelijke planttijdstip. De aardbeiplant maakt de bloemen aan tijdens het najaar en het is dus goed als de plant dan al op zijn definitieve plek staat. Over die bloemaanleg maakten we vroeger al eens een overzichtelijke tabel >>> groei en bloei bij aardbeien.
In dit artikel wil ik kort nog even de aandachtpunten bij het planten van een traditionele aardbeiteelt op een rijtje zetten. Voor meer info verwijs ik graag naar >>> het dossier aardbeien op GroentenInfo en naar de >>> rubriek aardbeien.

Aardbeien planten in augustus, tien tips voor een geslaagde aardbeiteelt.

1. De grond
Aardbeien groeien best op gronden die in het voorjaar en de vroege zomer het water goed vast houden. Anderzijds mag er in de winter geen wateroverlast zijn. Het is daarom aan te raden aardbeien te planten op een licht verhoogd bed, zodat er zeker geen water blijft staan tijdens de winter.
Heb je een lichte grond (zandgrond) dan heb je ’s winters geen problemen met wateroverlast, maar in het voorjaar wel met droogte. Vooral aardbeiplanten waarvan de vruchten aan het groeien zijn vragen voldoende water. Een iets zwaardere grond (leem, zavel) is ideaal voor aardbeien, zolang er ’s winters geen stagnatie van water bij de planten optreedt.

Ideaal is de grond een viertal weken voor het planten al klaar te leggen. Zo kunnen de meststoffen zich verspreiden en is de grond voldoende bezakt om er dan een folie of doek over aan te brengen. Het doek of de folie leggen we dan best als de grond voldoende vochtig is.

2. De vruchtwisseling
Aardbeien worden pas om de vier, beter vijf jaar opnieuw op hetzelfde stukje grond geplant. Zeker de rassen die gevoelig zijn voor wortelziekten. Wat betreft de voorvruchten is het zo dat aardappelen afgeraden worden, ook al omwille van één van de wortelziekten waaraan ze gevoelig zijn : Verticillium. Ook vlinderbloemigen zijn in dat verband te mijden. En natuurlijk ook de planten die familie zijn van aardbeien zoals frambozen, steenfruit en pitfruit. Professionele telers geven er de voorkeur om aardbeien te planten op omgeploegd grasland.

3. De bemesting
Aardbeien houden niet van veel stikstof. Ook de soort meststof is belangrijk. Het gebruik van minerale meststoffen vlak voor het planten is gevaarlijk voor wortelverbranding. We gebruiken best organische handelsmeststoffen met een hoog kaliumgehalte en weinig stikstof, bijvoorbeeld 130 g/m² 6-5-10 . Stalmest wordt gegeven aan de voorteelt, dat wil zeggen ten laatste  in het vroege voorjaar. Goed verteerde compost kan wel nog voor het planten. Bekalken is bij een aardbeiteelt uit den boze, aardbeien verkiezen een iets lagere zuurtegraad van de grond.

Afbeelding2

4. Het planttijdstip
Aardbeien worden best geplant tot half augustus, ten laatste 20 augustus. Want ze hebben nog een flinke groeiperiode in het najaar nodig om inwendig bloemen te maken. Zeker als de plantjes wat dunner zijn, is het belangrijk ten laatste rond 15 augustus te planten. Te laat planten geeft dan minder bloemen in het voorjaar.

5. Grondbedekking
Aardbeien groeien beter als je ze kan planten op een grondbedekking. Dit kan een zwarte folie zijn, maar beter is nog een worteldoek dat waterdoorlaatbaar is. Zo blijft de grondstructuur tijdens de lange winter beter bewaard.  De grond warmt in het voorjaar sneller op en blijft onkruidvrij.

6. Plantdiepte en plantafstand
Aardbeien mogen niet al te diep geplant worden. Te diep planten veroorzaakt een slechte groei, net zoals te ondiep planten. Deze tekening van www.aardbeiplantje.nl illustreert dit. Afhankelijk van hoeveel aardbeien u teelt kunt u het plantschema aanpassen. Teelt u een redelijk grote hoeveelheid, dan is het best in enkele rijen te planten. Tussen de rijen laat je zo’n 70  cm en in de rij 25 cm. Zo zorg je ervoor dat de vruchten tijdens een regenachtig voorjaar toch goed kunnen opdrogen en minder vruchtrot zullen hebben. Heb je een kleinere oppervlakte, dan plant je bijvoorbeeld op een afstand van 40×40 cm op een bed dat je van beide kanten kan bereiken.  Bij beide plantsystemen kom je aan 6 planten per m², wat eigenlijk voldoende is. Een ander plantsysteem is dat met dubbele rijen. Je plant twee rijen op een afstand van 30 cm tussen de rijen en 30 cm in de rij en laat dan 80 cm over om dan weer twee rijen te planten. Ook zo kom je aan een zestal planten per m². Zie ook de foto verder in dit artikel. Het systeem met de enkele rijen maakt dat het gewas beter opdroogt en luchtiger staat, minder vruchtrot dus.

imagemtenrchh

 

De wortels moeten ook goed gestrekt zijn, dat zie je op deze afbeelding (www.vissers.com)  de foto daarnaast toont een perfecte kwaliteit verse aardbeiplanten (bron foto onbekend). Je maakt dus best een diepe sleuf in de grond met een spade waar je dan gemakkelijk deze lange wortels kan laten in zakken.

tux5kr45Afbeelding3

7. Rassenkeuze
Aardbeien  bij de professionele telers zijn bijna altijd van het ras Elsanta, dit is echter voor liefhebbers niet noodzakelijk het beste ras. Als u al problemen had met wortelziekten, dan is het beter een ander ras te kiezen. Verder is voor de liefhebber vooral de smaak en de ziektegevoeligheid belangrijk. In dit artikel vindt u enkele bevindingen van liefhebbers over enkele rassen >>> Ervaringen met aardbeirassen. In onderstaande tabel vind je een overzicht van enkele aardbeirassen volgens hun gevoeligheid voor Verticillium.
image
8. De plantkwaliteit.
Aardbeiplanten zijn van betere kwaliteit als het “rhizoom” dikker is. Hoe dikker het rhizoom, hoe meer bloemen het jaar daarna. Dunne aardbeiplanten maken het jaar daarna misschien slechts één tros bloemen, terwijl dit bij dikke rhizomen dit twee of drie trossen zijn. Professionele telers mijden soms de dikste planten omdat ze weten dat deze meer bloemen geven en dat er zo te kleine vruchten ontstaan.

9. Water geven
De plantjes hebben de eerste dagen regelmatig water nodig. Zeker deze met blote wortel. De planten worden na het planten goed aangedrukt en aangegoten. Daarna worden ze dagelijks nat gemaakt en bij zonnig weer meerdere keren per dag. Indien dit laatste niet mogelijk is, dek ze dan bij zonngie weer de eerste dagen af met krantenpapier. Zodat de bladeren niet zoveel moeten verdampen en de bladeren ook koel blijven. Na een week zie je het eerste nieuwe blaadje in het hart van plant, een teken van een geslaagde planting. Op de volgende foto zie je een wel heel speciaal systeem om aardbeien water te geven. Toen ik een tweetal jaren later daar nog eens voorbij reed, stond het systeem er nog bij een nader aardbeiperceel, blijkbaar dus ook een goed systeem. Eén fles per vier planten.

Verder kan je ook een druppeldarm onder de folie of doek voorzien. Zo kan je tijdens de periode van de vruchtzetting voldoende water geven zonder het gewas nat te maken.

Digimax A50 / KENOX Q2clip_image002

 

Deze aardbeien zijn geplant volgens het schema van de professionele aardbeitelers (bron e-learning cursus Inagro)

10. Uitlopers
Na het planten verschijnen soms nog enkele uitlopers, deze worden verwijderd. Hou de planten gezond, controleer vooral op rupsen, dit lijkt mij de meest voorkomende plaag in het najaar bij aardbeien. En hou uw plantjes onkruidvrij, maar dit lijkt mij geen probleem als je grondbedekking gebruikt. Tot slot, ook in september kan het soms nog droog zijn. Geef dan ook nog wat water. Het is belangrijk dat de groei in de planten blijft zodat ze ongestoord kunnen verder gaan met de inwendige bloemaanleg.

aardbeien-kleine-rupsjes

kleine rupsen bij aardbeien in het najaar (bron foto onbekend)

Lees ook het artikel >>> Waar aardbeiplanten kopen ?

10 tips om deze plotse hittegolf op te vangen.

Morgen en overmorgen wordt het extreem warm. De afgelopen weken was het weer tamelijk gematigd. Deze bruuske temperatuurstijging met meer dan 10°C vraagt om de nodige aandacht bij de groenten in de kas. Probeer de planten in de kas voor te bereiden op deze weersovergang. Toch zullen slap hangende bladeren dikwijls onvermijdelijk zijn. De groenten zijn deze temperaturen immers niet gewoon. Een ietwat verzwakt wortelstelsel zal nu aan het licht komen. Bij tomaten kan tijdens dit weertype de basis gelegd worden voor neusrot, die pas veel dagen later zichtbaar wordt. Enkele eenvoudige tips:

Lees verder 10 tips om deze plotse hittegolf op te vangen.

Aardappelziekte : waarschuwing en bestrijding (syn aardappelplaag, phytophthora)

Inleiding

4 juni 2014. We kregen al regelmatig wat regen te verwerken. Het aardappelloof is al goed ontwikkeld waardoor het minder goed opdroogt. Kortom, de ideale omstandigheden voor aardappelziekte zijn al een hele tijd aan de gang. Er was al aardappelziekte gesignaleerd. Met de huidige regen en de aangekondigde opwarming zullen er nieuwe infecties optreden. Controleer uw gewas vanaf nu elke dag! En grijp bij vaststelling van de ziekte onmiddelijk in. Maar omdat de omstandigheden zo slecht zijn, is preventief ingrijpen aan te raden. Omdat er ook na het weekend opnieuw regen voorspeld wordt blijft de situatie de komende twee weken zeer gunstig voor de ontwikkeling van de aardappelziekte.
Als de bladeren van aardappelen gedurende een bepaalde tijd nat blijven, dan is de kans op de kieming van de sporen van de schimmel groot. Een preventieve bestrijding moet nu zeker uitgevoerd worden, indien nog niet gebeurd. Hebt u al eens behandeld, dan is het nu tijd voor een nieuwe gewasbescherming.

De vrees bestaat dat gewone preventiemaatregelen, zonder bespuiting, dit jaar, 2014,  onvermijdelijk tot catastrofes zal leiden in veel tuintjes!!!!  

Preventief
Het is zaak de kieming van de sporen van de aardappelplaag voor te zijn. In principe moet de behandeling tijdig gestart worden zodat ook de onderste bladeren beschermd worden. Dit is nog moeilijk te verwezenlijken als het gewas helemaal dicht gegroeid is en al in bloei staat. Best wordt met de bespuiting begonnen als de planten elkaar in de rij beginnen te raken.

Indien er al aardappelplaag aanwezig is moeten de zieke plekken zo grondig mogelijk verwijderd worden en onmiddellijk gevolgd worden door een bespuiting. Zo kan je de kieming van sporen – (afkomstig van de zieke planten) –  op het gezonde aardappelloof voorkomen.

Bespuiting

Gebruik bij de bespuiting voldoende water zodat het loof volledig nat wordt. De planten goed bevochtigen, maar afdruipen van de spuitvloeistof voorkomen. Dit betekent bij een volgroeid gewas meestal zo’n tien later water per 100 m².
De aandroogtijd van de middelen schommelt, afhankelijk van het middel,  tussen de 1 en maximaal 6 uur. Het hoeft dus geen hele dag droog te blijven vooraleer een behandeling kan uitgevoerd worden. Een viertal uur is meestal voldoende.

Hou rekening met de wachttijd van het product, meestal twee tot drie weken voor het oogsten. Vooral belangrijk bij de vroege aardappelen. Behandel enkele rijen die je binnenkort wenst te oogsten dan maar niet.

Bespuiting gebeuren bij vochtig, warm weer met bijna dagelijks regen op zijn minst wekelijks. Bij normaal weer, toch op zijn minst drie keer tijdens de junimaand. Daarna zou het ergste achter de rug moeten zijn, behalve bij de late aardappelen, waar we langer door moeten gaan met de bespuitingen.
Het behoort tot de wettelijke plicht van iedere aardappelteler, professional of liefhebber, om de aardappelplaag te voorkomen en indien nodig te bestrijden!

Productkeuze
Vraag advies in uw professioneel (tuin)centrum omtrent de te gebruiken producten. Door het verschil in erkenningen tussen Vlaanderen en Nederland is het niet mogelijk hier producten te publiceren. Zo is  bijvoorbeeld in België het gebruik van koperhoudende producten (contact, preventief) erkend in de biologische teelt van aardappelen, maar in Nederland niet.
Gebruik een afwisseling van minstens twee producten, liefst één met preventieve contactwerking die de kieming van de sporen verhindert en één met terugwerking (curatief) die de kieming van de sporen onderbreekt (moderne middelen).

De contactmiddelen : Preventieve behandeling zonder knolbescherming. (producten op basis van mancozeb, chloorthalonil en eventueel koperhoudende producten en Bordeauxse pap)
Contactmiddelen met knolbescherming
-beter regenbestendig
-preventieve werking, sterke werking tegen sporen.
Zo’n middel is  Unikat Pro (in België).
Lokaal systemische of translaminaire middelen
– middelen die worden opgenomen door het gewas.
– weinig gevoelig voor afspoeling door regen.
4 juni 2014 : In België zijn heel wat middelen voor de bestrijding van aardappelziekte in aardappelen beschikbaar voor de liefhebber, al deze producten hebben een toelatingsnummer dat eindigt op G/B (Garden producten). Volgens opzoekingen op Fytoweb.be zijn dit de volgende Cuprex Garden (contactmiddel), Dithane Garden (contactmiddel), Infinito Garden (systemisch middel) , Proxamil Garden (systemische werking) en Revus Garden (systemische werking);

4 juni 2014 : Volgens opzoekingen op ctgb.nl zijn in Nederland Revus Garden en Infinito ter beschikking voor de liefhebber. Misschien zijn er nog, maar het systeem laat een concrete opzoeking niet toe.

Preventie
Natuurlijk mogen wij de preventie van aardappelplaag niet uit het oog verliezen.

  • Een ruime rijafstand zodat het loof goed kan opdrogen.
  • Pas om de vier jaar terugkeren op hetzelfde perceel met aardappelen.
  • Opslagplanten en afvalhopen verwijderen.
  • Gekeurd pootgoed gebruiken (dit is op diverse ziekten en aantastingen gekeurd en onderzocht).
  • Vroeg gewas (voorkiemen of vroeg rijpend ras nemen).
  • Evenwichtige bemesting en juiste plantenafstand.
  • Op percelen die aangetast zijn wordt het aangetast loof verwijdert, de knollen kunnen dan nog afrijpen. Het loof gaat mee met het huisvuil.
  • Tolerante rassen kiezen. Let wel, resistentie bestaat niet!

De cyclus
(klik figuur voor groter)De ziekte verspreidt zich via sporen en overwintert in knollen en in afvalhopen. Oösporen zijn (geslachtelijke) overlevingssporen die in de grond en in loofresten achterblijven. Ze kunnen in de grond enkele jaren overleven. Aantasting door oösporen kunt u voorkomen door niet vaker dan eenmaal per 4 jaar op hetzelfde stuk tuin aardappelen of tomaten te telen. Als u ziek loof op de composthoop gooit en later de compost onderspit, verspreidt u de oösporen met de compost over uw hele tuin.

De gewone (ongeslachtelijke) sporen zijn de ziektekiemen die zich via de lucht verspreiden en zo de buurpercelen kunnen aantasten. Ze worden gevormd in het witte schimmelpluis op de onderkant van aangetaste bladeren en stengels. Verwijder daarom onmiddelijke aangetaste plantendelen.

Overwintering van de aardappelziekte.

Ongeslachtelijk.
De schimmel overleeft de winter in aangetaste aardappelen die op het veld achterblijven. Als deze aardappelen in het voorjaar opnieuw kiemen en het loof boven de grond komt, is het loof onmiddellijk aangetast.


De laatste 10 jaar is er ook sprake van overleving via oösporen (geslachtelijke sporen) in de grond. Deze kunnen dan in het voorjaar kiemen en aardappelloof infecteren. Het zijn deze geslachtelijke sporen die ervoor zorgen dat de aardappelziekte in deze eeuw zoveel agressiever geworden is. Het is ook door de geslachtelijke vermenigvuldiging (die vroeger in Europa niet voorkwam) dat de resistentie bij resistente rassen dikwijls doorbroken wordt.

Ziekteverloop (zie nummers op de foto)

Bron van deze foto:
vegetablemdonline.ppath.cornell.edu/factsheets/Potato_Latehtm

PotatoLateColl
1. De spore van aardappelziekte heeft water nodig om te kiemen bij een gematigde temperatuur. 3 tot 5 dagen na de infectie zijn kleine vlekjes zichtbaar op de bladeren, maar ook op de stengels.

2. Deze vlekjes worden snel groter.

3. In het begin zien deze vlekjes er waterachtig, glazig uit.

4. Enkele dagen later zijn dit droge, verdorde vlekken.

5. De vlekken zijn dikwijls omringd door een lichtere gele zone.

6. Ook de stengels kunnen aangetast worden.

7. Bij sterke aantasting en veel regen kan de infectie doorgaan tot in de knollen.

Rassen en aardappelplaag

Vroeg
Vroege aardappelen zijn over het algemeen gevoelig voor aardappelplaag, vandaar een selectie van drie rassen die in deze groep behoren tot de minst vatbare voor aardappelplaag, zeker wat betreft overzetting naar de knol.
’Première’ – Kan zeer vroeg geoogst worden. Bloemige aardappel met gele gladde schil en lichtgeel vruchtvlees.
‘Prior’ – Vast in de kook. Geschikt voor kleigrond.
‘Fresco’ – Vroeg aardappel. Vastkokend. Zeer goede keukenaardappel, geschikt voor frieten. Lang bewaarbaar.
Halfvroeg
Eén ras is bijzonder tolerant tegen aardappelplaag en wordt zelfs aangeraden voor biologische teelt.
‘Sante’ Bloemige aardappel met lichtgeel vruchtvlees. Geschikt voor alle bereidingen. Goede bewaaraardappel.
Middenlaat en laat
‘Agria’, ‘Nicola’,  ‘Charlotte’ zijn gekende, vrij tolerante soorten tegen aardappelplaag.
Bijzonder resistent tegen aardappelplaag zijn :
‘Ditta’, ‘Remarka’ , ‘Disco’,  ‘Surprise’, ‘Allure’, ‘Aziza’  en ‘Texla’ , deze laatste heeft eigenlijk nooit last van aardappelplaag.

Waarom aardappelplaag voorkomen?

Niet alleen sterft het loof volledig af en zal de productie dus niet heel groot zijn. Het meest vervelende  is dat een groot deel van de knollen ziek worden en niet meer geconsumeerd kunnen worden, ook tijdens de bewaring worden nog veel knollen ziek.

Kenmerken

Phytophthora herkent u aan bruinzwarte vlekken op het blad, waarbij aan de onderkant van het blad op de grens van ziek en gezond, groen weefsel onder vochtige omstandigheden wit schimmelpluis ontstaat. Op de stengels kunnen bruinzwarte vlekken ontstaan, die vaak beginnen in de bladoksels. Op de knollen vormt Phytophthora bruinachtige, iets ingezonken plekken; de knol is roestbruin verkleurd met ‘eilandjes’ van gezond weefsel. De knol verrot.

Tip : lees ook het artikel van Cor over aardappelplaag, met adviezen: klik hier

kenmerken aardappelplaag  op het loof, klik om te vergroten

Kenmerken op de knol (uit het artikel Aardappelen met zwarte of bruine huid) klik op de foto om te vergroten.

 

10 tips voor een oogst van 10 kilogram spinazie op 1 vierkante meter!

Soms zorgt moestuinieren op kleine schaal er voor dat je meer aandacht hebt voor de opbrengst.

In een vierkante meter bak waren dit jaar vierkantjes met een zijde van 60 cm. Dus een oppervlakte van 0,36m². Van één zo’n vierkantje kon de afgelopen weken 3,45 kg spinazie geoogst worden. Voldoende voor drie maaltijden met vier personen.
Groot was mijn verbazing dat,  toen ik begon te rekenen,  ik er achter kwam dat dit maar liefst 9,58 kg spinazie was. Bijna 10 kg spinazie op één vierkante meter dus!
De basis hiervoor is dat  je ruim zaait en de oogst uitvoert door plukken, zodat de spinazie een paar keer kan hergroeien.

Wil je meer info over deze specifiek teeltwijze van plukspinazie, bekijk dan deze fotoreportage  over plukspinazie

Zie ook de grotere  foto’s onderaan dit artikel.

1. Zaai niet te dicht.
Het is aanbevolen dat je twee zaadjes samen zaait op een afstand 15×15. Dunnen is dan niet meer nodig. Vrees je voor een minder goede opkomst, zaai dan drie zaadjes en dun uit tot maximaal twee plantjes. Bij een grotere zaaiafstand bekom je veel grotere bladeren, we spreken dan van plukspinazie.

2. Moderne rassen
Kies een recent hybrideras, te herkennen aan de bijvoeging F1 bij het ras. Uniforme groei, meer opbrengst en betere resistentie tegen valse meeldauw zijn twee voordelen. Kies een ras aangepast aan de zaaiperiode, er zijn vroege rassen, beter bestand tegen de kou, en late rassen die beter bestand zijn tegen opschieten. Het is vooral belangrijk een ras te kiezen dat bestand is tegen de voorjaarswarmte. Een ras dat aanbevolen wordt als jaarrond te telen is ook interessant.

3. Vroeg zaaien.
Zaai de spinazie zo vroeg mogelijk. Laat gezaaide spinazie zal minder tijd hebben om te groeien vooraleer die gaat opschieten. Een tweede of derde plukbeurt wordt dan moeilijk. Spinazie zal immers door hoge temperaturen en droogtestress snel beginnen met een bloemstengel te maken. Maart tot half april is de beste zaaiperiode. Dek na het zaaien de spinazie af met een vliesdoek tot ze een viertal blaadjes heeft. Het blijft vochtig en warm onder het vliesdoek, de kieming en eerst groei verloopt veel sneller. Te lang afdekken zorgt, door een te hoge temperatuur onder het doek, voor een lagere opbrengst.

4. Zorg voor voldoende goed verteerde compost of goed verteerde stalmest. Strooi een laagje van 5 cm goed verteerde compost en werk dit zeker 20 cm in. Heb je geen compost, gebruik dan organische grondverbeteraar voor groenten (type Vivimus e.a.). Goed verteerde stalmest is nog een zeer goed alternatief.

5. Dien voor de grondbewerking een ruime hoeveelheid meststof toe, in aanvulling op de organische voorraadbemesting uit punt 4. Strooi bijvoorbeeld 200 g/m² 7-5-10 of 300 g/m² 5-5-5 en werk dit over een diepte van 20 cm zeer goed in. Het is de bedoeling dat, als je de formule op de verpakking bekijkt, de vermenigvuldiging van de hoeveelheid (in gram/m²) met het eerste cijfer (de stikstof) als resultaat ongeveer 1500 geeft. (Voor de kenners, dit is 1,5 kg N/are of per 100 m²). Dit is tegelijk de maximale hoeveelheid om overdreven nitraataccumulatie in het blad te voorkomen.

6. Als het een koud en regenrijk voorjaar is, zal je twee weken voor de oogst best nog eens bijbemesten met een kleine hoeveelheid stikstofrijke meststof. Bijvoorbeeld één derde van de hierboven aangegeven hoeveelheden. Maar het is beter een snelwerkende stikstofmeststof te gebruiken. Dus kan je 40 g/m² bloedmeel (13% N) toedienen.
.
7. Geef voldoende water.
Naarmate de oogst nadert nog meer. Het is zelfs een goed idee om de spinazie drie dagen voor de oogst nog eens flink water te geven.

8. Oogst niet te vroeg.
De groeisnelheid stijgt naarmate de teelt vordert. Dit is een exponentiële groeicurve. Dus op het einde neemt de opbrengst per dag veel meer toe dan bijvoorbeeld halfweg de teelt. Hoe groter de bladeren, hoe meer fotosynthese ze kunnen doen, hoe meer groei.

9. Oogst door blad voor blad te plukken. Zodat het hart van de plant intact blijft. Telkens één week of tien dagen later kan je opnieuw oogsten. Normaal mag je rekenen op drie oogstbeurten.

10. Verwijder al het onkruid zo snel mogelijk. Onkruid concurreert met de spinazie en zorgt later voor meer werk bij het oogsten.

 

Hoe de vruchtzetting bij 6 soorten vruchtgroenten verbeteren.

Een veelgestelde vraag en/of probleem bij de liefhebbersteelt van vruchtgroenten.

“Waarom komen er geen vruchten aan mijn tomaten, paprika, komkommer, courgette, meloenen, … ?”

vruchtzetting-moestuin-gorenten

Er is hieromtrent al heel wat gepubliceerd bij GroentenInfo, een overzicht

1. Slechte vruchtzetting bij tomaten

Verderop in dit artikel vindt u waar u moet op letten voor geen goede bestuiving en wat de oorzaken zijn van een mindere vruchtzetting.
(artikel Tomaten : over de bestuiving en vruchtzetting)

2. Bloemrui bij paprika

Hoe komt het dat, vooral bij de grove, geblokte, paprika op een bepaald moment wel eens bloemrui kan optreden?
(artikel Paprika kweken, bestuiving en bevruchting)

3. Slechte vruchtzetting bij aubergine.

Tijdens het begin van een eerder koel zomerseizoen lukt de vruchtzetting bij aubergine soms niet zo goed.
(artikel Aubergines gaven slechte vruchtzetting deze zomer.)

4. Puntige vruchten bij courgette

Hoe komt het dat sommige courgettes een tamelijk scherpe punt hebben, die dikwijls overgaat in rot?
(artikel Bestuiving en bevruchting bij courgettes is belangrijk om misvormde en rotte vruchten te voorkomen)

5. Slechte kwaliteit van de komkommers

Alhoewel komkommer eigenlijk geen bestuiving/bevruchting nodig heeft, zijn er toch soms problemen met het niet voldoende uitgroeien of afstoten van de vruchten. Om voldoende sterke vruchten te hebben bij komkommer is een goede snoei en vruchtdunning belangrijk.
(artikel Vruchtdunning en snoei bij komkommers)

6. Te weinig meloenen.

Meloenen hebben insecten nodig voor de bestuiving. Die komen niet zo gemakkelijk de kas binnen. Daarom is het best om een handje toe te steken bij de bestuiving van meloenen. (artikel Meloenen telen | Bestuiven en bevruchting)

Wanneer en hoe tomaten planten in de kas.

 

IMG_6217

Foto: Deze plant is klaar om te planten.

Update 2015

Nog enkele zeer koude nachten in ’t verschiet. Tot zaterdagochtend. Wie al geplant heeft, en dat zijn er wel wat, sluit best vroeg in de namiddag de serre zodat er veel warmte kan gespaard worden. Als je kan wachten met planten , dan zijn de planten beter af als ze overdag in de kas staan en ’s nachts afgedekt worden.  Of wachten met planten een optie is lees je in het begin van dit artikel.

Update 2014

Nog wat koude dagen dit paasweekend, maar daarna gaan de temperaturen omhoog en ook de nachttemperaturen.  Het weekend daarna halen we opnieuw bijna 20 graden. En met de nodige zonneschijn. Heb je al voldoende grote planten, dan kunnen die volgende week eigenlijk wel de kas in. Zijn de planten nog wat kleiner en doen ze het goed in de pot, dan kunnen we het weekend daarna aan de slag. Door het mooie weer is de grond wel voldoende warm, dus dat is geen punt. Dit jaar hoeven we niet te wachten tot 1 mei, zoals vorig jaar wel het geval was (zie hieronder). Zelf voorzie ik het uitplanten het weekend van 26-27 april.

(Update 2013 Nog wat koude nachten tot eind deze maand (april). Maar vanaf 1 mei lijkt er niets in de weg te zitten om de tomaten in de kas uit te planten. Deze tekst uit een ander artikel  is nu wel heel toepasselijk : “In regel kan men ten vroegste vanaf half april tomaten in de kas brengen. Toch zijn er heel wat jaren waarin het beter is om te wachten tot 1 mei om de tomaten definitief in de kas te brengen, wegens al te koude nachten, nog niet opgewarmde grond en onvoldoende uitgegroeide planten” Zelf kwam ik ook niet aan planten toe. De planten zijn nog te klein en de voorteelt is nog niet geoogst!)
 

Het goede planttijdstip kiezen?

Of je al dan niet kan planten hangt van veel dingen af. Van de grootte van de planten die je teelde of gekocht hebt. En van de voorbereidingen die je al genomen hebt. Die voorbereidingen, zijn na een koude aprilmaand extra belangrijk. Kleinere planten kun je nog wat verder in de pot opkweken. Je kan ze wel al naar de kas brengen om af e harden. En de grond kan je best nog wat laten opwarmen. Maar waarschijnlijk is dit laatste dut jaar niet echt nodig.

Ten eerste, hoe groot zijn de planten al?

Als je zelf opkweekte is er veel kans dat de planten ook wel al vrij groot zijn. Als de bloemen nog niet zichtbaar zijn, en als de groei nog in de plant zit, met een mooie bladkleur, dan is er geen haast bij. Zo kan je nog een weekje wachten. Maar toch al de voorbereidingen treffen. Zelf zal ik nu nog niet planten, omdat de planten nog geen bloemtrosje laten zien. En omdat de grond nog te koud en te nat is, na een voorafgaande slateelt. Volgend weekend, dan wel.

Afkweken, Afharden (wat is dat)?

Is er al bloei of is het eerste trosje zichtbaar, dan kan er toch wel aan uitplanten gedacht worden. Ook planten waar de groei er uit is, omdat ze al te lang in dezelfde pot staan, kunnen best uitgeplant worden.

Deze planten, die al dan niet een zeer kleine, bloemtros hebben maken we best al gewoon aan de kas. Breng deze planten, die in een aparte opkweekruimte stonden, of die je kocht in het tuincentrum naar de kas, maar laat ze in de pot. De eerste dag laat je ze nog bij elkaar. De volgende dag zet je ze uit elkaar, zodat ze elkaar niet meer raken. Een vijftal dagen laten we de planten zo in de pot. Sommige jaren is dit goed om de planten gewoon te maken aan de fellere lichtinval in de kas. Soms is het om gewoon te worden aan de lagere temperaturen. Hoe dan ook, de overgang maken van de opkweekruimte of het tuincentrum naar de kas, door ze eerste enkele dagen in de pot te laten is een goed idee. Wil je het helemaal perfect maken, dan haal je ze, bij nachttemeraturen onder de 7-8 graden, de eerste twee dagen ’s nachts naar binnen.

De grondvoorbereiding (verhoog de bodemtemperatuur).

Foto : Bloemtrosje net zichtbaar

Dit alles geeft ons de tijd voor de grondvoorbereiding, om de grond los te maken en te bemesten. Strooi een 80 gram van een samengestelde minerale meststof, bv 12-8-16, of 150 gram van een organische handelsmeststof bv 6-3-12. Dit is voldoende als er de grond ieder jaar ook voorzien wordt van compost of stalmest en er vanaf de derde tros aan bijbemesting gedaan wordt. Specifiek voor tomaten strooien we op lichte grondsoorten nog wat extra kalium voor een betere kwaliteit en kleuring van de vruchten? Strooi zo’n 45 gram per m².

Werk alles zeer goed in. En maak zo de grond goed los. Dit bevordert de opwarming van de grond.

Maak droge grond wel eerst wat vochtig, maar niet (te) nat. Doe dit voor de grondbewerking en bemesting. Een iets vochtiger grond zal wat trager opwarmen, maar geeft ’s nachts minder snel zijn warmte af.

Als alles klaar is leggen we een plastiekfolie, zo warmt de grond sneller op. Eind deze week kan je planten.

Hoe planten?

Maak een voldoende ruime plantput. Plaats de potkluit daar in. Vul aan met aarde, tot je even hoog zit als de potkluit en druk met de hand aan. Aarde op de potkluit vermijd ik liever de eerste weken. Dit doet de mogelijkheid ontstaan dat er sporadisch een stengel net boven de grond gaat rotten door verschillende varianten van voetziekten. Dit is zeker van belang bij komkommers, paprika en meloen die gevoeliger zijn dan tomaat voor voetziekten

De bovenkant van de potkluit zit iets dieper dan het omringende grondniveau, zo ontstaat er een klein putje rondom de plant. Op die manier wordt het makkelijk om de plant aan te gieten met, bij voorkeur, lauw water. Tomaten verdragen wel wat in verband met de temperatuur van het water, maar koud en te veel water aangieten bij komkommers en meloenen kan de wortels onmiddelijk doen afsterven.

Enkele weken later, als de plant goed ingeworteld is, de stengel harder en beter bestand tegen voetziekten is, kan het putje rondom de plant dicht gedaan worden, waardoor er nu ook kasgrond tegen de stam zal komen. Maar noodzakelijk is dat volgens mij niet. Een wijd verbreid gebruik bij volkstuinders is het schuin in de grond zetten van (iets te lang uitgegroeide) tomatenplanten. Ook hier zou ik het planten in twee keer uitvoeren en dus pas later de hele plantput vullen.
Foto : goed doorwortelde potkluit.

Tomaten planten

Hoe ziet een ideale tomatenplant er uit als die klaar is om uit te planten?

  • De potkluit is voldoende doorworteld, zodat deze bij het uitplanten niet uiteen valt.
  • Het eerste tomatentrosje wordt net zichtbaar. Dit is de ideale grootte van de plant. In een grotere potmaat (diameter 12 cm) kunt u wachten tot net voor de bloei. Als u het planten uitstelt, let er dan op dat de bladeren mooi groen blijven, zoniet moet u uitplanten of bijbemesten indien dit niet mogelijk is.
  • De potkluit is voldoende vochtig (de planten enkele uren vooraf water geven ofwel de potten water laten opzuigen)
  • De planten zijn al gewoon aan de lichtrijke – warme en (in andere jaren) koude omstandigheden van de kas. Ze zijn afgekweekt/afgehard.

Nader verklaard : afharden/afkweken van tomatenplanten.
Met name planten die voor het raam opgekweekt zijnzet u de eerste dagen niet de ganse dag in de volle zon. Zoniet zou er bladverbranding kunnen voorkomen. De planten moeten afgekweekt (= afharden, maar dan in de kas) worden, dat wil zeggen gewoon maken aan het klimaat in de kas. Breng ze bij zeer zonnig en warm weer de eerste twee dagen slechts enkele uren in de kas, hetzij voor 11 uur, hetzij na 16 uur. Na een drietal dagen laat u ze de hele tijd in de kas, maar wel nog even in de pot. U zal merken dat de bladkleur donkerder wordt en de stengel steviger.

Tot slot : beter een iets kleinere plant uitplanten dan één die al volop in bloei staat. Jonge planten slaan beter aan en maken meer blad vooraleer de eerste tros bloeit. Planten die bloeien in de pot zijn dikwijls niet sterk genoeg om deze eerste tros goed te doen uitgroeien.

 

 

Foto : Ruim en voldoende diep plantgat

Foto : Niet helemaal bijvullen, die plantput, doe dit binnen enkele weken

Lees hier tientallen artikels over tomaten telen

Tomaten poten

Uw leidraad voor de moestuin van half april tot half mei.


Het wordt zo stilaan tijd om afscheid te nemen van de zaai- en plantperiode van de typische voorjaarsgroenten. Met het aanhoudende mooie weer zal dat niet zo moeilijk zijn. Velen zijn al een eind opgeschoten met het werk. Busselwortelen, ajuin, erwten, tuinbonen en nog veel meer groenten waarvan sprake in het artikel over vroege voorjaarsgroenten van  maart zijn al aan de groei of werden toch al in of onder de grond gebracht.

Half april in de moestuin, tijd voor een nieuwe lichting.

Relevante link.spitskool na afharden
De groentetuin in april, plantjes kopen.

Een groot deel van de  typische vroege voorjaarsgroenten waarvan sprake in de nieuwsbrief van maart kunnen we nog de hele zomer op regelmatige basis zaaien of planten. Voor wie het dit voorjaar allemaal wat te snel ging, en het mooie weer niet zo goed kon bijbenen is er  goed nieuws. De echte vroege voorjaarsgroenten zoals erwten, tuinbonen, plantajuin, sjalot kunnen op de valreep nu ook nog  de grond in. Voor vorstgevoelige en warmteminnende groenten zoals courgette, pompoen, bonen, suikermaïs is half april nog geen startpunt. Zij vrezen immers de lentenachtvorst die nog kan optreden tot half mei. Er zijn echter ook veel groenten die het prille, koude voorjaar schuwen, maar niet zeer vorstgevoelig zijn. Voor deze groenten is half april, begin mei het tijdstip om ermee te starten. Over zulke groenten gaat het grootste gedeelte van deze nieuwsbrief.

  • Groeizaam weer, maar soms te droog.

De weersomstandigheden zijn opvallend goed. De temperaturen liggen uitzonderlijk hoog. Alleen zou op veel plaatsen  wat regen welkom zijn. Wie nu wat water kan geven in de moestuin kan optimaal profiteren van de vele zonneschijn en hoge dagtemperaturen.

Relevante artikels

Moeilijk groenten zaaien dit voorjaar (april 2007)

Groenten water geven tijdens of na het zaaien?

Water geven is waarschijnlijk nodig bij bladgroenten zoals spinazie en sla. Ook bij groenten die onlangs gepoot of gezaaid zijn. Dit om het niet ingeworteld plantgoed of de jonge zaailingen een duwtje in de rug te geven.
Planten die al goed ingeworteld zijn zoals tuinbonen of erwten kunnen nog wel even zonder. Moest de droogte aanhouden en de eerste bloemen komen er aan, dan zal een extra watergift de peulvorming bevorderen. Wees dus selectief in het water geven, want je kan planten ook verwennen met water. Dan maken ze weinig wortels aan, waardoor ze niet alle voeding uit de grond kunnen opnemen en de minste vochtschok niet zullen verdragen.  Toch is dit voorjaar niet zo uitzonderlijk. In 2007 en 2009 en 2011 was april ook uitzonderlijk zacht. En toen was ook de droogte van de partij. Wordt een droge en warme aprilmaand een terugkerend verschijnsel?

 

  • Nu al denken aan zomergroenten?

Het mooie weer doet ons denken aan zomerse groenten zoals courgette en pompoen. Maar daarvoor is het nu nog te vroeg, niemand die kan zeggen welk weer het wordt na Pasen. Lentenachtvorst kan voorkomen tot half mei. Sommige zijn wel al volop in de groei in de kas zoals tomaten en paprika’s. Om pompoenen, courgettes en suikermaïs te zaaien is de tweede helft van april tot begin mei het ideale tijdstip.


De teelt van courgettes
11 tips om langer van uw courgetteplanten te genieten .

Dat wil zeggen, voorzaaien in potjes, niet rechtstreeks in de grond. Zo heb je in de tweede helft van mei een jonge en groeikrachtige plant. Zaai ook eens wat courgettes later op het seizoen. Zo kom je half augustus niet te zitten met “versleten” courgetteplanten. Je kan half juni ook nog courgettes zaaien.

 

  • Wel al zomer in de kas of tunnel?

In de kas kunnen we, met het goede weer in het vooruitzicht voor de komende tien dagen, stilaan denken aan tomaten planten. Als de planten groot genoeg zijn tenminste. Zijn de plantjes nog vrij klein, de potkluit nog niet goed doorworteld, en de aanzet van het eerste bloemtrosje nog niet goed te zien, dan kweek je de planten beter nog een tijdje verder in de pot. Dat kan, met het huidige goede weer wel in de kas. Paprika en aubergine houden we ook beter nog wat onder controle door ze nog niet in de vollegrond te planten. Kweek ze verder op in de kas, maar hou de nachttemperatuur in de gaten. Komkommers en meloenen zijn het gevoeligst en houden we beter nog tot 10 mei in de pot. Deze planten verdragen een koude nacht veel minder goed dan tomaten. Ze zijn zeer gevoelig voor wortelproblemen bij het uitplanten en verdragen eigenlijk geen te lage nachttemperaturen en te koude grond om in te planten.

Relevante artikels
Tomatenplant klaar om uit te planten
De teelt van komkommers. oogst-19oktMini-paprika’s telen in de kas én in open lucht.

Waarschijnlijk is het plantmateriaal ervan ook nog niet zo groot, omdat de aanbevolen zaaidatum einde maart-begin april is. Heb je nog geen planten, dan is het zeker nog niet te laat om enkele planten te zaaien. Komkommers en meloenen zijn snelle groeiers. Heb je nog geen komkommerplanten en lukt de teelt van gewone komkommers niet zo goed, overweeg dan eens de teelt van minikomkommers (artikel)

a De Groente en Fruit Encyclopedie, zesde druk is uit! De Groente en Fruit Encyclopedie heeft nogmaals zijn kwaliteit bewezen! De mond aan mond reclame van duizenden volkstuinders in Vlaanderen en Nederland doet nog steeds zijn werk. Iedereen die het boek in zijn bezit heeft prijst het boek bij beginnende en gevorderde moestuinder. Een boek voor in het tuinhuis, een boek om te gebruiken, een tijdloos boek voor iedere echte liefhebber van de moestuin en de fruittuin. Het enige boek dat én de moestuin én de fruittuin uitgebreid behandelt.

Meer info, klik hier.

Het startschot voor de mid-voorjaarsgroenten.

  • Zomerprei planten, late herfst- en winterprei zaaien.

In open lucht wordt het zo stilaan tijd om een andere lichting groenten te planten of te zaaien. Wie graag jonge prei heeft tijdens de zomer kan nu al prei planten. Wil je ook in de herfst en winter prei oogsten, dan wachten we nog even. Plant niet teveel zomerprei, de groei gaat vrij hard waardoor de prei ook sneller versleten is. Een voordeel van zomerprei is de geringere gevoeligheid voor roest. Als schimmelziekten in de herfst lastig worden is de zomerprei al bijna geoogst.
Om een voorraad prei aan te leggen telen we beter winterprei. Winterprei kan je nu nog zaaien in open lucht en dit tot eind april. Voor late herfstprei zaaien we nu in een grote en diepe isomobak of in de vollegrond in de kas. De zaaiperiode van de late herfstteelt loopt slechts tot 20 april. Vroege prei wordt best niet al te diep geplant om de groeisnelheid te bevorderen. Het is beter achteraf wat aan te aarden. Maak je de (pons)gaten in de grond te diep, dan zal de prei een langere groeistilstand ondervinden.

Relevante artikels
Plastic tunnels om prei in te zaaien. (maart 2005)
preimot_zaagmeel
De preimot is nu actief .

De teelt van prei (Brochure uit 1986)

De grond voor prei moet voldoende meststof krijgen. Prei is een vrij gulzige plant die best wat stikstof kan hebben. Strooi, naast voldoende organische basisbemesting met stalmest en compost, een samengestelde meststof. Een richtlijn is 100 g/m² 12-12-17 of 12-10-18 bij gebruik van kunstmest. Kies je voor een organische meststof, dan strooi je daarvan 150-200 g/m², de (N+P+K) cijfers zijn immers meestal lager bij deze meststoffen. (zie artikel welke meststof koop ik in de winkel?)

  • Knolselderij: vroeger maakt dikker.

Prei komt op het perceel van de bladgroenten en daar kan er binnenkort ook knolselder geplant worden. Alhoewel knolselder eigenlijk een wortelgroente is komt de groente toch terecht op het perceel van de bladgewassen. Alleen met voldoende stikstof en kalium kan er voldoende dikke knolselder gekweekt worden. En dat mogen we niet strooien op het perceel van de wortelgroenten. Een extra dosis kaliummeststof (bv 30 g/m² patenkali) is wel aan te raden.
Een veelgestelde vraag bij knolselder is de tegenvallende diktegroei van de knol. Is dat ook bij u het geval dan is het artikel twintig tips voor dikke knolselder een aanrader.
Het planttijdstip van de knolselder is de laatste decennia sterk vervroegd. Terwijl in veel teeltschema’s voor de moestuinder dikwijls nog sprake is om te planten tussen 15 mei en 15 juni, wordt door de professionele tuinders volop knolselder geplant in de tweede helft van april. De verbeterde (lees ‘verwarmde’) opkweekmethodes van het plantmateriaal hebben daar mee te maken. Door in verwarmde serres planten te kweken kan er vroeger gezaaid worden, zelfs al begin februari, en zijn de planten eerder plantklaar.

Relevante artikels.knolselder apium graveolens var rapaceum
De teelt van selder, een enorme variatie
.
knolselder-blad-ontdaan
Twintig tips om dikke knolselder te kweken.

Bruinverkleuring van knolselderij, zwarte harten.

Alhoewel soms een groter aantal schieters (bloemstengels) vastgesteld worden bij vroege plantingen blijven beroepstelers er toch aan vasthouden. Immers hoe langer knolselder kan groeien, hoe dikker de knol. En, in tegenstelling tot sommige andere groenten zoals koolrabi en rode biet, is het niet zo dat knolselder culinair minder waarde krijgt als die te groot wordt. Wil je ook in jouw moestuin een vroegere plantdatum uitproberen, dan zal dit waarschijnlijk enkel mogelijk zijn met aangekochte planten. De opkweekduur van knolselder is  vrij lang en bij eigen opkweek kan je ten vroegste zaaien half maart.

  • Spruitkool ook vroeger planten?

Ook nog zo’n groente waarvan de plantdatum bij professionele telers danig vervroegd is de laatste decennia, is de spruitkool. Ook hier zorgt een vroegere plantdatum voor een langere groeiduur en een hogere opbrengst. Zelfs de late rassen, met oogstdatum december worden dikwijls al begin mei geplant. De vroegheid van spruitkool wordt immers voor een groot deel bepaald door het ras. Bij de nieuwe rassen (F1 hybriden) is het meestal niet de plantdatum die het oogsttijdstip bepaalt. Er zijn immers rassen met een verschillend aantal groeidagen, waardoor je, als je op dezelfde dag drie rassen plant, de oogst toch kan gespreid worden tussen oktober en januari.
Maar dit betekent niet dat je als amateur deze evolutie moet volgen. Het gaat immers over een koolsoort en hoe langer ze in de tuin staan, hoe meer zorgen (lees ‘rupsen’) er bijkomen.
Een andere, en voor de amateur waarschijnlijk betere mogelijkheid, om te spreiden is een (ouder?) spruitkoolras telen met een piramidale spruitzetting, zo oogst je regelmatig spruitjes van onder naar boven. Met de nieuwste rassen is dit minder het geval, deze hebben veelal een cilindrische spruitzetting, waardoor de spruitjes quasi allemaal tegelijk oogstbaar zijn. Niet zo interessant als je spruitjes teelt voor eigen gebruik.
Je kan trouwens nog de hele maand april  spruitkool zaaien, met de bedoeling einde mei of in juni uit  te planten.

 

  • Nu sluitkolen zaaien.

Van zaaien en van koolsoorten gesproken, half april is ook een goed moment om  de rode en witte kool te zaaien. Voor rode kool best niet veel later. Witte kool kan tot eind april. Op die manier plant je voor half juni , en dat is een goed planttijdstip voor de bewaarteelt. Zie je ook in augustus en september een rode of witte kool op het menu wel zitten, dan kan je ook al in april of mei planten. Maar voor de zomerteelt vind ik persoonlijk spitskool een beter alternatief. En die kan je nu ook nog zaaien.


De teelt van rode kool.
spitskool oogst2
De teelt van spitskool

Rode en groene spruiten kweken

Savooiekool zaaien kan op beide hierboven aangegeven tijdstippen, maar in tegenstelling tot de andere sluitkolen kan je savooiekool ook nog zaaien in mei of zelfs begin juni. Savooiekool is immers de enige sluitkool die ook in de winter op het veld kan blijven.

 

  • Broccoli en bloemkool blijf je zaaien en planten

Ondertussen is de doorlopende teelt van bloemkool en broccoli al van half maart aan de gang. Plant vanaf maart tot juli maandelijks bloemkoolplantjes en broccoliplantjes. En nog een laatste keer begin augustus. Zo ben je de hele zomer en herfst voorzien van deze gezonde groenten. Na het aanslaan moet je de watergift wat beperken. Maar als de koolvorming aanbreekt kan je best zorgen voor een steeds vochtige grond. Zoniet blijft de broccoli en vooral de bloemkool te klein. Een flinke bemesting is bij alle koolgewassen een noodzaak. Zelfs nog net iets meer bemesten als prei. Want zonder sterke bladgroei is er achteraf ook maar een kleine (bloem)kool.

 

  • Kolen zijn niet van de gemakkelijkste

Van kolen gesproken, gezond zijn ze wel. Maar het blijven niettemin moeilijke gasten in de moestuin. Enkel wie teelt op zware grond heeft geen problemen met koolvlieg. Alle anderen hebben er onvermijdelijk mee af te rekenen. En de schade kan zonder preventieve maatregelen ontzettend groot zijn. De maden wreten aan de wortels waardoor de planten geen water meer kunnen opnemen. Bloemkool en broccoli zijn het meest gevoelig. Sluitkool en spruitkool zijn minder geliefd bij deze  lastige belager.

Bloemkool en broccoli preventief aangieten met Conserve, een biologisch middel, is, indien goed uitgevoerd, een goede verzekering. Als je insectengaas gebruikt zal je niet alleen de koolvlieg verhinderen om zijn eitjes bij de plantvoet af te zetten. Ook de vlinders krijgen dan niet de kans hun eitjes te deponeren. Voor wie grote hoeveelheden kool kweekt is het gebruik van een koolkraag iets minder omslachtig dan insectengaas. De koolkraag moet zeer dicht aansluiten bij de plantvoet. Zo kunnen de eitjes niet dicht genoeg bij de plantvoet afgezet worden en raakt de made niet tot bij de wortels. Verder is een bekalking en ruime vruchtafwisseling noodzakelijk om knolvoet in kolen te voorkomen


De teelt van broccoli.
koolvlieg, made en pop
De koolvlieg ontwaakt vroeg
.

Knolvoet bij kolen .
a
De Groente en Fruit Encyclopedie, zesde druk is uit! De Groente en Fruit Encyclopedie heeft nogmaals zijn kwaliteit bewezen! Het enige boek dat én de moestuin én de fruittuin deskundig bespreekt. Geschreven door twee tuinbouwdocenten met ervaring.

Meer info, klik hier.

  • Half april, tijd om aan wortelgroenten te denken.

Wortelen
De tweede helft van april is ook het moment om stilaan aan het zaaien van enkele wortelgroenten te denken. Wie niet alleen busselwortels in de tuin wil, maar ook wel eens zeer grote winterwortels wil telen (Berlikumer-type) kan deze best vanaf begin mei zaaien. Voor zomerwortelen (waspeen, Nantes types) was het in maart nog net iets te vroeg, maar vanaf april kunnen ze zeker gezaaid worden. Zaai maandelijks wat busselwortels of zomerwortels. Zomerwortels zaai je tot eind juli, busselwortels (type Amsterdamse Bak) kan zelfs tot half augustus.
Zoals de koolsoorten de koolvlieg als vijand hebben, zo hebben de wortels de wortelvlieg als schadeverwekker. Hier is enkel insectengaas ter beschikking als preventie. En je kan rekening houden met nog een aantal andere factoren, zoals opgesomd onderan het artikel wortelen telen.
Dunnen is bij peen meestal wel noodzakelijk. Een ander mogelijkheid is dun zaaien met een zaaidoosje, of pillenzaad kopen, of een zaailint gebruiken. Dan hoef je niet te dunnen, maar moet je wel hopen op een optimale opkomst. Moet je toch dunnen, verwijder dan het insectengaas ‘s morgens, dan is de wortelvlieg nog niet actief. Strooi  geen meststof vlak voor het zaaien van de wortelen. En gebruik ook geen stalmest. Kortom, op een goed onderhouden grond is bemesting van wortelen eigenlijk niet nodig.
Enkel wat kalium (onder de vorm van patentkali of vinasse en voldoende vroeg en diep door de grond gemengd) kan de kwaliteit van de wortel verbeteren.
Relevante links :

De teelt van wortelen.Wortelen telen achter de omheining Over wortelvlieg en resistentie. Teeltschema wortelen-peen.
  • Schorseneer, groeit graag rustig, ongestoord en diep.
image
Schorseneren schoon maken.

Kalium voor wortelgroenten.

Bij de maandwisseling april-mei zijn we ook aanbeland bij het ideale zaaitijdstip van schorseneer. Op zich een makkelijke teelt. Behalve voor wie moet telen op zware grond of op geringe diepte met een harde laag te maken heeft. Ziekten kent schorseneer vrijwel niet. En bemesten is niet nodig. De trage groei maakt dat de plant alle tijd heeft om de aanwezige voeding in de grond geleidelijk te benutten. Een extra stikstofbemesting zou de groei opjagen, met verslechterde wortelkwaliteit tot gevolg. Een kaliumgift zorgt voor een betere kwaliteit van de plant, maar dit is eigenlijk iets dat we mogen toepassen bij alle wortelgroenten. 40 g/m² patenkali dus, voldoende vroeg en niet oppervlakkig toegediend. Het voornaamste probleem dat zich kan voordoen zijn te veel vertakte wortels. Geen stalmest gebruiken, zorgen voor een diep bewerkte grond zonder harde kluiten of steentjes, groeistilstand vermijden, en geen overmatige bemesting zijn de voornaamste tips om vertakte wortels te voorkomen. Niet alleen voor schorseneren, maar ook voor alle andere groenten die op het perceel van de wortelgewassen geteeld worden.

  • Pastinaak, al even sober als schorseneer.

De teelt van pastinaak

Pastinaak kan ook al in deze periode. Maar als je geen behoefte hebt aan pastinaak in september, oktober, dan zaai je beter de tweede helft van mei. Bij vroeg gezaaide pastinaak worden de wortels uiteindelijk te dik tegen dat de winter begint. Bij dikke pastinaakwortels is de kern houtig. Zo kan je bij te dikke pastinaak alleen maar de buitenste schil van de wortels gebruiken. Vergeet niet om op de ouderdom van de zaden te letten, want pastinaak is één van de weinige groenten waarvan de kiemkracht van de zaden al na één jaar sterk achteruit gaat. Pastinaak is het meest gediend met weinig voeding en een diep bewortelbare en lichtere grondsoort. Voor de zwaardere grondsoorten die minder diep bewortelbaar zijn, zijn er ook zogenaamde halflange rassen. Vergeet immers niet dat het puntje van de pastinaakwortel tot zestig centimeter diep gaat. Zo diep bewortelbaar is niet iedere tuingrond.
Ook voor witloofwortels is vanaf begin mei de zaaiperiode aangebroken. Voorzie een stukje grond waar niet bemest werd en het jaar voordien ook al zo weinig mogelijk.

  • Rode biet telen kan zonder risico vanaf april.

Nitraten in rode biet.

Ook die andere wortelgroente kan je nu volop zaaien zonder gevaar voor al teveel opschieters. Dat gevaar bestaat wel als je te vroeg rode biet zaait er daarna een koude periode aanbreekt. Misschien wordt er dit jaar meer rode biet geteeld, nu de media er deze winter volop aandacht aan besteedden. Dankzij de nitraten wordt het uithoudingsvermogen veel beter als je regelmatig rode bietensap drinkt. Alhoewel we rode biet ook op het perceeltje van de wortelgewassen telen, geven we ze best een kleine extra bijbemesting. Deze groente is toch net iets gulziger dan de andere wortelgroenten. Een 75 gram per m² organische meststof is hierbij een richtlijn Zaai gerust de rode biet wat dikker dan voorzien. Het dunnen levert geen gevaar op in verband met geuraantrekking van insecten, zoals dat bij de de wortelvlieg of koolvlieg wel het geval is. De plantafstand is ongeveer acht centimeter voor de zomerteelten, voor de bewaarteelt wordt dit twaalf centimeter. De uitgedunde plantjes kan je gebruiken als “pousse de blète” blaadjes bij de slamix. Ben je liefhebber van rode biet, zaai die dan vanaf nu maandelijks. De laatste keer dat er kan gezaaid worden is half juli.

  • Van koolrabi kan je beter plantjes opkweken.

Alhoewel koolrabi een knolvormig verdikte stengel aanmaakt is het toch geen wortelgroente. Als lid van de kolenfamilie zullen we koolrabi ook niet telen op het perceel van de wortelgewassen. Ze moeten op het perceel van de koolgewassen, niet in het minst omwille van de broodnodige preventie van knolvoet in de moestuin. Koolrabi heeft meer voeding nodig, en dat is nog een reden om koolsoort niet te telen op het perceel van de wortelgroenten.
Het is nu een goed moment om koolrabiplantjes op te kweken die je dan in mei kan uitplanten. Vroeger koolrabi uitplanten wordt afgeraden, tenzij het onder afdekking van folie of plastiek gebeurt. Het is aangewezen om koolrabi op te kweken als plantjes onder de bescherming van een koude bak of kas. Zoals je met bloemkool of broccoli zou doen.

Relevante link
Teelt van koolrabi

Pas vanaf eind mei kan je koolrabi ook ter plaatse zaaien in vollegrond. Maar door de vrij grote plantafstand (30×30) zal het meestal economischer zijn om met plantjes te werken. Omdat koolrabi culinair het meest waardevol is in jong stadium plant je best niet teveel ervan in één keer. Je kan immers de zaaiperiodes spreiden tot 20 juli.

 

  • De aardappelen
Relevante linkAanaarden_aanaarder2
Aardappelen aanaarden.

Eind april zijn de vroege aardappelen waarschijnlijk al aan aanaarden toe. Vergeet niet om ze voor het aanaarden nog een extra dosis patentkali te geven. Tot half mei kunnen de late soorten van aardappelen geplant worden.
Verwijder de folie van op de aardappelen niet te vroeg, of berg het doek in ieder geval nu nog niet op. Ook de eerste helft van mei kan  er nog grondvorst zijn. Als je op dat moment het groen niet kan beschermen door aan te aarden, dan is folie de enige oplossing om het afsterven van het loof te verhinderen bij lentenachtvorst.

Alle info over aardappelen vind je via de link ‘gratis cursus aardappelen telen

  • Wat met de afdekking.

Nu we het toch over folie hebben.

Relevante link
folie of vliesdoek?
Plastiekfolie en vliesdoek voor de vroege moestuinder.

Misschien heb je nog groenten onder doek of gaatjesfolie staan. Met de huidige warmte overweeg je misschien  om het doek of de gaatjesplastiek te verwijderen. Toch nog even afwachten. De nachten zijn momenteel zeer koud. Het wordt heus nog niet te warm onder vliesdoek of gaatjesfolie. Heb je volle folie liggen (bijvoorbeeld over een kleine tunnel) dan is het wel opletten geblazen. De verluchting hieronder is een stuk minder en er zou verbranding kunnen optreden.
Wil je folie of doek verwijderen omdat deze de planten hindert, doe dit dan best op een bewolkte dag. Of als het niet anders kan, ’s avonds. Maak in dat geval bij zonnig weer de groenten ’s morgens nat. Zo vermijd je verbranding van de bladeren. De verdamping en lichtsterkte is zonder doek of folie immers plots heel veel groter.

  • De aardbeien.
Relevante link.wpe1.jpg (2711 bytes)
Aardbeien telen.

Bij het begin van deze nieuwsbrief had ik het nog over vruchtgroenten. En was ik de aardbeien vergeten. Niet verwonderlijk eigenlijk, want gezien hun tweejarige teelt is het moeilijk ze in te passen op het perceel van de vruchtgewassen. Het is stilaan tijd om stro tussen de planten en onder de vruchten te schuiven. Voor de aardbeien die niet onder kleine of grote folietunnels staan wachten we nog even. Bloemen boven de strolaag zullen meer schade ondervinden van lentenachtvorst. Blote grond geeft tijdens de nacht warmte af waardoor de temperatuur net boven de grond net iets hoger is.
Om die reden werkt mulching in het vroege voorjaar soms groeivertragend. De grond kan niet zo goed opwarmen. En bij koude nachten is het daarboven nog net iets koeler.

  • En de peulgewassen?
Relevante link

Erwten telen

In deze periode van het jaar zullen we op het perceel van de peulgewassen het steunmateriaal aanbrengen, voor zover dit al niet aanwezig was bij het zaaien van de erwten en de peulen. Wacht zeker niet te lang om dit te doen. Je kan rijshout (vertakt snoeihout) gebruiken of draad met mazen plaatsen. Bij de tuinbonden (labbonen) gebruiken we palen en touw.
Om bonen in de moestuin te zaaien is half april eigenlijk nog te vroeg. De vroegste zaaidatum is begin mei, als je bereid bent er een klein risico aan te verbinden. 10 mei is de zaaidatum die 100% zekerheid biedt. Alhoewel, met bonen weet je nooit. Ze houden nu eenmaal niet van koude en te natte grond. Een goed-weer periode afwachten is steeds aangewezen. Wil je meer kans op slagen bij deze vroege zaaiperiodes, dat kan je nu boontjes voorzaaien in potjes, die we dan half mei kunnen buiten planten. Zaai drie zaden per potje, en plant ze uit op 25 centimter in de rij (50 cm tussen de rijen).

Relevante artikels.
Nu al bonen zaaien ?
Relevante artikels
De teelt van bonen.

Nog eens een droge aprilmaand? 20 teelttips bij droogte in de moestuin.


Weinig regen in het vooruitzicht de eerste tien dagen, het lijkt wel een herhaling van april 2007 en April 2009 en april 2011. Komt er zo bijna om de twee jaar een warme aprilmaand? Plaatselijk is het zeer droog, vooral in de groentetuinen op lichte grond (zandgrond). De volgende dagen komt er regen aan, maar slechts een beperkte hoeveelheid en zeer verspreid. De kans is dan ook groot dat de tuin in relatief droge toestand blijft de komende tien dagen.

Bladgroenten in de tuin zoals spinazie en slasoorten en ook de radijzen kunnen best eens een extra gietbeurt krijgen.

Bij de erwten, tuinbonen, aardappelen, ajuin, broccoli, bloemkool die al een tijdje in de groei zijn kunnen we nog eventjes de kat uit de boom kijken. Voor die groenten kan je het weekend afwachten, en hopelijk valt er in uw tuin dan wat regen. Valt er slecht een paar liters, dan zal, naarmate deze groenten in bloei komen of het oogststadium naderen een gietbeurt zich binnenkort toch opdringen.

Maar misschien bent u pas onlangs met de groentetuin begonnen. Groenten die nog niet lang geplant of gezaaid zijn hebben nog te weinig wortels om het vocht uit de diepere lagen te halen. Eén extra gietbeurt kan hen al vooruit helpen. Maak zeker niet de fout te veel en in te kleine beurten te gaan gieten.

Hebt u nog nog één en ander te planten of te zaaien? En is de grond toch wel droog? Dan zijn de 20 tips bij droogte in dit artikel zeker nuttig. Ze werden ook al aangevuld met tips van lezers.

( Archief : april 2007 : Het is  niet zo erg als in april-mei  van twee jaar geleden, want in april 2007 viel in België en Nederland geen druppel neerslag. Toch is er ook nu hier en daar droogte, die in sommige noordelijke regio’s al enkele weken aanhoudt (zoals hier in de Belgische Kuststreek). April 2009 was relatief droog, maar ook warm, en deze tendens zet zich nu in veel regio’s verder. De felle oostenwind van de laatste dagen zorgt ervoor dat de planten heel veel verdampen. April 2011: Uitzonderlijk zacht, zeer droog en zeer zonnig)

Hoe pakt u deze droogte aan in de moestuin? Laat het weten in de reactiebox onderaan het artikel. Er zijn al heel wat interessante tips van lezers in het artikel opgenomen.

Je kan het planten of zaaien even uitstellen  tot er een weersverandering optreedt. Maar je kan natuurlijk niet blijven wachten. Sommige plantjes zijn misschien te groot aan het worden, en sommige teelten zijn op het einde van hun ideale zaaiseizoen.

 

Vandaar deze twintig tips voor wie tijdens een droge periode toch aan de slag wil.

  • Voer de grondbewerking, voor zover deze nog niet gebeurd is uit vlak voor het planten of zaaien.
  • Druk na de grondbewerking de grond goed aan, rollen is daarbij een goed idee, anders gewoon met de voet overlopen en aandrukken. Terwijl dit in natte grond te vermijden is, is dit in droogte juist heel goed. Zo kan de vochtaanvoer vanuit de ondergrond verder gaan (dit noemt men de capillaire werking van de grond)
  • Nadat de grond goed aangedrukt is harkt u enkel het bovenste laagje los, net diep genoeg om te kunnen zaaien. Druk nu enkel het laagje grond boven het zaarijtje aan.
  • Vooraleer de grondbewerking uit te voeren, of vooraleer te zaaien of te planten, maak de grond één dag vooraf (niet te) nat. Zo vermijd u dat u een te harde grond (bij klei) of een zandhoop (op een lichte grond) moet bewerken.
  • Vermijd een te diepe grondbewerking, indien mogelijk enkel het bovenste laagje losmaken met de spitvork, zo behoudt u de capillaire werking van de grond.
  • Vooraleer te zaaien giet u water in het zaaigeultje en laat dit bezinken. Daarna zaad afdekken met licht vochtige grond.
  • Op pas gezaaide groenten water geven met een fijne druppel, zo vermijdt u structuurbederf (korstvorming) van het bovenste laagje.
  • Ook goed om korstvorming te vermijden is pas gezaaide groenten afdekken met een doek of jute(zak). Hierop water geven en regelmatig controleren op vochtigheid onder het doek. Enkele dagen voor de kieming het doek verwijderen. Afdekken van pas gezaaid goed met gaatjesfolie of agryldoek kan ook uitdroging voorkomen.
  • Onthoud de leuze : wie water geeft moet blijven water geven. Eénmaal water gegeven na het zaaien moet u blijven doorgaan, tot er regen valt, anders loopt u het risico op uitdrogen van het kiempje.
  • Geef in deze periodes van lage luchtvochtigheid  ’s avonds water. Het nadeel dat het gewas langere tijd nat blijft, weegt hier niet op tegen het feit dat de grond langer de tijd krijgt het water op te nemen.
  • Groenten planten gebeurt ook best in een vochtige grond. Water geven de dag voor het planten tot de grond weer licht vochtig is indien nodig. Giet water in ieder plantgat en vul na het planten aan met een licht vochtige grond. Daarna de planten aangieten in het plantgat. De volledige plantoppervlakte water geven is niet nodig in het begin.
  • Na één maal goed aan te gieten wacht u best iets tijd om water te geven. Pas als de grond rond het onlangs geplante plantje droog is, giet u nogmaals aan. Het plantje moet ook de tijd hebben om zelf zijn vocht te zoeken en zo een sterker wortelstelsel te ontwikkelen.
  • Dagelijks water geven in de moestuin is af te raden. Geef voldoende water in één keer, met een fijne druppel. Geef desnoods op één avond twee keer water, met een tussenperiode van één uur. Wacht daarna meerdere dagen tot de grond weer te droog dreigt te worden. Dagelijks water geven veroorzaakt zwakke planten met een te klein wortelstelsel.
  • Ook het groeistadium van de plant is belangrijk, planten in het oogststadium moeten meer water krijgen. (Denk aan aardbeien, spinazie, slasoorten, radijs en vroege bloemkool en broccoli)
  • Zorg ook dat het potkluitje van het plantmateriaal voldoende vochtig is (water geven voor het planten)
  • Pas geplante planten met losse wortel dekt u (niet meer) dan twee dagen af met één velletje krantenpapier.
  • Als je water gegeven hebt aan al langere tijd geplant gewassen, schoffel de grond dan de volgende dag. Maak enkel de bovenste millimeters van de grond los. Dit los gemaakte laagje beperkt de verdamping van de ondergrond
  • Mulching, waar mogelijk is ook een goed idee. Dit kan met een fijn laagje compost, of een dun laagje grasmaaisel.
  • Groenbemesters worden best tijdig afgemaaid om zo het verder uitzuigen van de grond te vermijden.
  • Dit is een lijstje met tips voor de droogte. Maar dat is ondertussen al flink aangevuld. Er werden immers al heel wat tips opgestuurd naar lezersbijdrage@plantaardig.com.
    Deze zijn hieronder gepubliceerd. Je kan nog altijd blijven opsturen naar het bovenstaande mailadres, of je kan gewoon rechtstreeks jouw reactie typen in de commentaarbox hieronder. Alvast bedankt!

     


    Reacties

     

    Jan schrijft op zijn website Jan’s moestuin volgende tips

    Elke keer na het water geven probeer ik zo snel mogelijk te schoffelen. Ik maak dan een isolerend laagje op de bovengrond, zodat de ondergrond minder uitdroogt.

    Een andere truc tegen de droogte die ik toepas is het afdekken met oude vitrage, dat gaat de verdamping tegen, zorgt voor een iets lagere temperatuur overdag en voorkomt vraat door duiven. Ook pas uitgeplante planten krijgen een minder grote overgang met afdekking van vitrage.

    Mijn advies is om niet te vaak water te geven en geef vooral veel in een keer. Krab eens in de grond met een stokje om te kijken hoever het water is doorgedrongen. Vaak valt dit zelfs na een half uur water geven nog erg tegen. Je kan op de website van Jan nog veel meer lezen over moestuinieren in de tweede helft van april.

    Nella schrijft

    Als je jonge plantjes uitplant in een droge periode is het handig om gaas op een frame te nieten, dit frame over de jonge plantjes te leggen en over het frame een katoenen lap (b.v. met knijpers vastzetten) vast te maken. Dit beschermt de plantjes enigszins tegen uitdrogen. Ik maak frame’s van ongeveer 60 bij 1 meter, die zijn goed te hanteren. Een leuke bijkomstigheid is dat je zo ook de kippen ervan weerhoudt om in zo’n bedje te gaan krabben. Ook over zaaibedden die ik water gegeven heb zet ik vaak zo’n beschermend frame.

    Robert schrijft

    Ja ik heb het ook moeilijk met deze droogte en dit zoals vele andere. Dagelijks water geven behoort tot onze taken en een bijkomende factor is dat het zeer zware kleigrond is, de grond barst van de warmte en en de droogte, eens gieten is blijven gieten en nu met de harde noordoosten wind is het veel slechter.

    Maar allee het loont de moeite we kunnen volop sla eten(serre)en de buren profiteren er ook van.

    Andere groenten(buiten)komen ook tot hun recht(spinazie,struikbonen,radijzen,bloemkool,witte-,groene kolen,ajuin,look,sjalotjes,bieslook en meer andere groenten komen tot hun recht.

    de heer Kolk schrijft

     

    Tijdens de huidige droogte doe ik veel onkruid wegnemen, dat nu snel opkomt, maar als je het uittrekt ook snel verdroogt en dus niet weer aanslaat.

    Erik schrijft

     

    ik tracht de droogte te bestrijden door een laag compost tussen de planten aan te brengen

    Hanneke schrijft

     

    Wij hebben in onze tuin een waterput laten slaan van zo’n 25 meter diep en door de hele tuin een beregeningssysteem ( www.aukekoops.nl) aangelegd die onze beplanting/grasmat én moestuin voorziet van grondwater. Het is een éénmalige investering maar het idee dat er geen schoon drinkwater aan te pas komt vind ik een goede zaak én de sla en aardbeien hebben er nog nooit zo mooi bijgestaan, ondanks de droogte.

    Bij de moestuin hebben we ook nog een wat kleinere put laten slaan, waar een handpomp op zit. Prima water voor de moestuin……

    Hennie schrijft

    a:jaarlijks goed bemesten
    b:alles op rijen zaaien en poten
    c:veel licht schoffelen

Straks nog lentenachtvorst? Geen paniek!


sla_vorst Volgens de weersvoorspellingen komt er lentenachtvorst aan. De thermometer gaat op sommige plaatsen onder nul, dus aan de grond wordt dat nog een paar graadjes lager. 

In de tabel onderaan dit artikel kan je even checken of bescherming van de plantjes in open lucht al dan niet nodig is. Heb je je niet laten verleiden door het zachte voorjaar om bepaalde groenten vroeger dan aanbevolen te planten, dan is er in principe geen probleem. 

Twee uitzonderingen misschien : het aardappelloof en de bloemen van de op sommige plaatsen al bloeiende aardbeien. Zit het aardappelloof niet onder gaatjesplastiek of vliesdoek, dan is aanaarden een oplossing om het jonge loof te beschermen. Heb je daar de tijd niet meer voor of is het al gedaan, leg dan folie of vliesdoek of ander textiel over de aardappelen. De voorspelde lentenachtvorst duurt voorlopig maar één nacht.  Misschien staan  de aardbeien in een kleine tunnel of koude bak? Sluit deze dan tijdig vandaag zodat de warmte langer behouden blijft. Wil je geen bloemen van aardbeien verliezen, leg er dan een groeivlies over, maar ’s nachts tijdelijk afdekken met iets anders (krantenpapier, deken, jutezak) helpt ook.

Toch kunnen bijna alle voorjaarsgroenten  een wit rijmlaagje wel verdragen. Sla, spinazie, radijs, erwten, tuinbonen, ajuin, wortelen, peterselie, … , afdekken ervan is niet noodzakelijk. Maar misschien hebt u al andere dan de typische voorjaarsgroenten in de tuin. Dan kan afdekken wel noodzakelijk zijn, zelfs in de kas. Staan er al tomaten in de kas? Leg er toch maar een krantenpapier over. ’s Morgens vroeg kan de kastemperatuur gemakkelijk de buitentemperatuur benaderen. 

Een uitzondering zijn pas gekochte plantjes, helemaal nieuw uit het tuincentrum. Deze zijn de lage temperaturen nog niet gewoon en kunnen bij plotse blootstelling aan een zeer lage temperatuur toch schade oplopen. Daarom dat het zo belangrijk is om aangekochte plantjes eerst enkele dagen af te harden (zie dit artikel)

De open, heldere hemel en windstil weer zorgt ervoor dat de temperatuur aan de grond nog een paar graadjes lager uitvalt dan de luchttemperatuur.
De grond is droog, waardoor deze de zonnewarmte van vandaag niet zo goed kan vasthouden. Daardoor koelt het morgenochtend boven de grond nog wat meer af. Dek je de voorjaargroenten niet af, dan is het dus wel een goed idee om de tuin vandaag eens te gieten. Zo is de afkoeling morgenochtend minder groot.

Hetzelfde geldt voor grond die gemulcht is, ook die kan zijn warmte morgenochtend minder goed afgeven. Ook in iets lager gelegen en  afgeschermde moestuinen is er meer  grondvorst. Koude lucht gaat naar de laagste plaatsen en doordat er geen luchtbeweging is kan die niet gemengd worden met warmere luchtlagen. Ook de randen van de tuin, dicht bij een graskant of haag, waar de grond door de groenbedekking minder goed zijn warmte kan afgeven zijn gevoeliger.

Foto : op gemulchte grond verschijnt er sneller een laagje rijm (rijp).
rijm rijp sla mulch compost

In de volgende tabel vindt u een schatting van de vorstgevoeligheid van groenten als ze niet afgedekt worden. Het is niet makkelijk dit in tabelvorm te zetten. Ik heb het toch geprobeerd. Het is een goed hulpmiddel voor de beginnende of de twijfelende moestuinder. Overloop de tabel en check even de groenten die nu in de tuin staan. In sommige streken hebben we te maken met lentenachtvorst type 1, in het binnenland en meer noordelijk is het lentenachtvorst type 2.

Legende

Lente2= Lentenachtvorst, vroege voorjaar : enkele graden vorst in het voorjaar, maar niet overdag. Komt voor vanaf maart en ook nog in april.
Lente1 = Lentenachtvorst, later: vooral vorst aan de grond, soms een graadje vorst in de lucht. Typisch voor de maand april tot soms de eerste helft van mei
Herfst1 = Herfstnachtvorst, sporadisch : slechts enkele verspreide nachten grondvorst, eventueel een graadje onder nul in de vroege ochtend, kan voorkomen vanaf half oktober.
Herfst2= Herfstnachtvorst, regelmatig : enkele dagen luchttemperatuur onder nul, komt voor vanaf eind oktober. Eventueel af te remmen door afdekking met vliesdoek. Afdekking van groep “Herfst1” helpt nu niet meer.
Winter = : december tot februari, vriestemperaturen, aanhoudend, dikwijls ook overdag

+ :bestendig

: niet bestendig, verdraagt dit weertype niet.

± : risico op beschadiging, soms rasafhankelijk

: uitzonderlijk in de tuin op dat moment

Opmerking: door af te dekken met plastiekfolie of vliesdoek kunt u de vorstgevoeligheid één trapje verbeteren. Zo kan je door afdekken de bestendigheid “opwaarderen” van “Herfst1” naar “Herfst2”. Of van “niet bestendig” tegen nachtvorst naar bestendig tegen het type “Herfst1”.

Lente2

Lente1

Herfst1

Herfst2

Winter

Aardbeien

+

+

+

+

+

Aardpeer

+

+

+

+

+

Ajuin
Winterajuin

+
+

+
+


+


+


+

Andijvie

±

Artisjok

+

+

+

+

Asperge

+

+

+

+

+

Aubergine

Augurk

Bleekselder

Bloemkool

+

+

+

Boerenkool

+

+

+

Bonen

Broccoli

+

+

+

Chinese
kool

+

+

Courgette

Erwten

+

+

Groene selder

+

Groene
witte kool

+

+

±

Groenlof
Suikerbrood

+

±

Kardoen

+

+

+

+

Keukenraap

+

+

+

+

±

Knoflook

+

+

+

+

+

Knolselder

+

Knolvenkel

+

Komkommer

Koolraap

+

+

+

Koolrabi

+

+

Meloen

Nieuwz. spinazie

Paprika

Pastinaak

+

+

+

+

+

Patisson

Peterselie

+

+

+

+

Pompoenen

Prei

+

+

+

+

+

Raapstelen

+

+

+

Rabarber

+

+

+

+

+

Radicchio
Roodlof

+

±

Radijs

+

+

+

±

Rammenas

+

+

+

±

Rode biet

+

±

Rode kool

+

+

+

Savooikool

+

+

+

+

Schorseneer

+

+

+

+

+

Sjalot

+

+

Slasoorten

±

+

±

Snijselder

+

+

+

+

+

Spinazie
Winterspin.

+
+

+
+

+

+


+

Spruitkool

+

+

+

+

Suikermais

Tomaten

Tuinbonen

+

+

Veldsla langbladige

+

+

+

+

Veldsla
roosjes

+

+

+

+

+

Warmoes Snijbiet

+

+

+

+

Watermeloen

Witloof

+

+

±

Wortelen

+

+

+

±

Zeekool

+

+

+

+

+

De groentetuin in april : plantjes kopen?

Dit artikel gaat over de verschillende aandachtspunten bij de aankoop en het uitplanten van groenteplanten. groenteplanten  collage

Het lenteweer bracht een grote drukte op gang in de tuincentra deze week. In de afdeling groenteplantjes is het assortiment aangevuld. Bij mijn bezoek aan het tuincentrum werd ik aangesproken door een dame die mij vroeg “of die slaplantjes al buiten kunnen geplant worden??”

Ik vond het dan ook een goed  idee om even het aangeboden vroege assortiment  van groenteplanten één voor één te bespreken en de verschillende aandachtspunten bij de aankoop en het uitplanten de revue te laten passeren. Sommige groentesoorten zijn inderdaad op hun best als ze zo vroeg mogelijk geplant worden. Maar er zijn ook groenten die nu beter nog niet geplant zouden worden, of in ieder geval in beperkte hoeveelheid.

Perspotjes

Niet laten uitdrogen.
Zowat alle groenteplantjes worden momenteel aangeboden in perspotjes. Laat perspotjes, tijdens het afharden, niet helemaal droog worden. Dit is nefast voor de gezondheid van de wortels en ze zijn moeilijk te herbevochtigen. Enkele uren voor het uitplanten laat je de perspotjes voldoende water opzuigen door ze een kwartiertje in een laagje water te plaatsen.

Voldoende diep planten
Plant, de perspotjes zodanig dat ze volledig in de grond zitten. Perspotjes die boven de grond uitsteken, zullen bij zonnig of winderig weer zeer snel uitdrogen.

De eerste week moet het perspotje immers steeds vochtig blijven omdat er nog niet voldoende doorworteling is.
Dit kan enkel door

  • de perspot water te laten opzuigen
  • door voldoende diep te planten
  • door na het planten aan te gieten zodat de tuingrond goed aansluit tegen de perspot.

Afharden

Zijn de plantjes pas geleverd aan het tuincentrum of worden ze te koop aangeboden in de kas van het tuincentrum, dan is het best alle groenteplanten nog even te laten afharden vooraleer uit te planten. Dit schept de gelegenheid om het blad en stengel sterker te maken.

Waarom afharden?
Deze groenteplantjes zijn opgekweekt in de kas. Dat betekent dat ze een vrij constante opkweektemperatuur en regelmatig water gekregen hebben. Dit maakt dat, als je ze direct uitplant in de groentetuin, ze een sterke klimaat- en vochtschok zullen ondervinden. ‘s Nachts kan de temperatuur nog flink dalen, overdag kan de oostenwind en de zon voor een sterke verdamping zorgen. Dit kunnen de nog zachte ‘serreblaadjes’ nog niet zo  goed aan. Ook al omdat de plantjes allemaal afzonderlijk komen te staan en geen bescherming hebben van de buurplantjes zoals dat tot voor het uitplanten het geval was. Met andere woorden : er is geen beschermend microklimaat meer. Tot slot is het zo dat bij het uitplanten de perspotjes uit elkaar gehaald worden en zo de wortelgroei voor korte tijd verstoord wordt.
Heel wat veranderingen dus voor die kleine plantjes. Dit alles samen zorgt zeker en vast voor een al dan niet kortstondige groeistilstand. Door af te harden kunnen we de overgang minder bruusk maken en de groeistilstand alvast minimaliseren

Hoe afharden?
Het is dus goed de plantjes  een tijdje in hun potjes of bakjes te laten en nog enkele dagen in open lucht, op het terras of op een andere ietwat beschutte, maar wel zonnige plaats te laten afharden. Zo worden de planten gewoon aan de lagere nachttemperaturen en de blaadjes worden steviger. Bij het uitplanten zijn ze dan minder gevoelig voor koude en overmatige verdamping. Door het afharden zal ook de kleur van de blaadjes donkerder groen worden of zullen de plantjes een lichte, paarse verkleuring vertonen. Deze paarse kleur is afkomstig van de kleurstof anthocyaan die bij lage temperaturen minder vlot getransporteerd wordt doorheen de plant.

Spitskool afharden
Voor : let op de bleekgroene stengel van de plantjes Na vier dagen afharden : lichte paarse verkleuring op de steel en een paarse schijn op de blaadjes.
spitskool_plantjes_voor afharden spitskool na afharden

Slaplantjes

Er is dikwijls keuze uit een ruim assortiment : rode eikenbladslaKropsla, Lollo Rossa, Lollo Bionda, Rode eikenbladsla, Groene eikenbladsla, Batavia en ijsbergsla.
Al deze slaplantjes kunnen vanaf begin april in open lucht geplant worden, zonder gevaar op vorstschade. Een graadje nachtvorst zal de plantjes niet vernietigen, hoogstens het oogsttijdstip wat verlaten. Daarom, om een zekere spreiding in de oogst te hebben, kan je op hetzelfde moment ook enkele plantjes onder een klein tunneltje of in de koude bak planten. Denk er ook aan dat de groene slasoorten sneller groeien dan de rode slasoorten.

Lollo rossa geplant Plant, in tegenstelling tot de kasteelt, de perspotjes voldoende diep. Zo vermijd je dat op een sterk drogende dag de perspotjes op één dag droog staan. De plant kan in het begin immers nog geen vocht uit de omliggende, vochtige grond halen. Voor zowat alle slasoorten is 30 cm tussen en in de rij een goede plantafstand. Vermijd uitdroging in het begin, geef water indien nodig.

Het is nu zeker en vast een goed moment om sla te planten in de moestuin. Reken ongeveer 6 weken vooraleer je de eerste, nog  jonge kropjes,  kan oogsten. De oogst kan dan ongeveer twee weken doorgaan, daarna is er kans op opschieten. Daarom dat het goed is telkens, om de twee tot drie weken, nieuwe slaplantjes in de tuin te zetten.

Spitskool

Lente-kool
spitskool plantjesApril is zeker en vast een goede maand om spitskool te planten. Deze snel groeiende lente- en zomerkool heeft een zachtere smaak dan de andere sluitkolen. Spitskool is dan ook goed bruikbaar in zomerse gerechten, gestoofd in de wok, of rauw in salades.

spitskool diep planten spitskool diep planten2 Diep planten
Spitskool vormt  een vrij lange stengel. Grote planten worden dan ook diep geplant. Het “hart” (= groeipunt) van de plant blijft echter altijd boven. Spitskool mag iets minder ruim geplant worden dan de andere sluitkolen. 50 cm tussen de rijen en 40 cm in de rij is een goede afstand.

spitskool oogst2

spitskool oogst Oogst
De vroege geplante spitskool kan al eind juni geoogst worden. Plant niet teveel in één keer, want spitskool is gevoelig voor barsten als die te lang blijft doorgroeien. Dan zijn de kolen ook minder lekker. Je kan in mei nog eens een paar plantjes kopen, om ook in juli nog over spitskool te beschikken. Of je later ook nog spitskool wil planten hangt een beetje af van wat je zelf wil, want spitskool is toch wel een typische vroege groente die in de late zomer wat van zijn charme verliest.

kool insectengaas

Koolvlieg en rupsen

Spitskool is  een koolsoort, wat betekent dat de koolvlieg en rupsen zeker van de partij zullen zijn. Hoe vroeger je de spitskool plant, hoe minder last je er van zal hebben. Koolkragen en insectengaas (foto) kunnen uitkomst bieden, maar je kan ook twee biologische middelen gebruiken: i Conserve (i koolvlieg, rupsen) en i Pyrethrum (rupsen).

Rode kool, witte kool

rodekool plantenOok de andere sluitkoolsoorten worden in april al te koop aangeboden. Toch even opletten hier bij de aankoop. Hou er rekening mee dat de oogst midden in de zomer zal vallen. En dat lijkt nu niet echt het moment om al heel veel kool op tafel te brengen. Daarbij komt dat je deze kolen ook niet lang kan overhouden in de tuin en dat ze al zeker niet geschikt zullen zijn voor de bewaring. De rode kool en witte kool zal snel i openbarsten en kan dus slechts een korte tijd geoogst worden. Wie toch graag rode kool in de zomer wil, kan nu enkele plantjes uitplanten, maar hou de rest voor later. Wil je in de herfst rode kool of witte kool oogsten, of  wil je bewaarkool telen, plant dan half mei (herfst) tot half juni (bewaarkool) nog wat vers plantgoed.
(zie ook i de teelthandleiding rode kool)

Spruitkool

Jawel, ook spruitkool staat begin april al in de rekken. Dit is echt wel heel vroeg. Misschien ben je een echte spruitjesfanaat en wil je in augustus al de eerste spruitjes op het menu. Het is logischer spruitkool te planten in mei (voor oogst september-oktober) of begin tot half juni (oogst november-december en later). Het oogsttijdstip bij spruitkool is echter slechts gedeeltelijk afhankelijk van het planttijdstip. Ook het ras speelt een grote rol. Gelijktijdig uitgeplant, zal het ene ras verschillende weken vroeger oogstbaar zijn dan het andere (late ras). Zie ook i de tekst over teeltspreiding bij spruitkool.

Peterselie

peterselie plantenHet loont zeker de moeite om nu enkele peterselieplantjes aan te kopen. Deze zorgen binnen een goeie maand voor een mooie eerste oogst. En door regelmatig plukken kun je er nog een flink stuk van de zomer van genieten vooraleer ze opschieten. Doordat er meerdere plantjes in één perspot staan moet je de peterselie voldoende ruimte geven, plant ze uit op 30 x 30 cm.

peterselie insectengaas

Geelverkleuring

Peterselie houdt van wat schaduw. Verder heeft peterselie dikwijls last van geelverkleuring door zwakke wortels en wortelvlieg Ook een virus- of bladluisaantasting speelt een rol bij de geelverkleuring van peterselie. Heel veel  moestuinders telen het bedje peterselie dan ook onder insectengaas. Dan heb je extra schaduw en kunnen de bladluizen en de wortelvlieg niet bij de plantjes.

Snijselder, groene selder, bleekselder.

bleekselder plantenIn april bleekselder of knolselder planten is vrij vroeg. Het vroegste planttijdstip is  eventueel eind april. Zo vroeg op het jaar selder uitplanten schept een aantal risico’s. Ten eerste is bleekselder tamelijk vorstgevoelig. Voor het begin van mei planten is dus af te raden.  Groene selder of snijselder verdraagt beter de vorst en kan eventueel al de  grond in. Maar ook dan nog in beperkte hoeveelheid, en enkel voor een vroege oogst. Het is beter in mei (oogst zomer) en juli (oogst herfst) bladselderij te planten. Ook knolselder voor de bewaring planten we beter in mei. Vind je nu knolselderplantjes in het tuincentrum, plant er dan enkele, alleen voor een vroege oogst.
groene selder schotZoals je kan lezen in i de teelthandleiding van selder, moet selder warm opgekweekt worden. Komen de plantjes te vroeg buiten, dan krijgen ze toch nog een koude-inductie met opschieten tot gevolg. Staan de plantjes al een tijdje in het tuincentrum, dan zijn ze ook daar al een tijdje blootgesteld geweest aan de koude.   De selder zal, afhankelijk van het voorjaarsklimaat,  hoogstwaarschijnlijk vroegtijdig opschieten. Vroegtijdig wil hier zeggen : “voor de plant een redelijk hoeveelheid blad gevormd heeft”. Zoals dat vorig jaar het geval al half juni (foto) het geval was met snijselder, aangekocht begin april. Schiet de snijselder in juni toch op, snij ze dan af boven de grond en ze zal opnieuw jong blad vormen.

Broccoli

broccoli plantenBroccoli is echt onmisbaar in de lente-moestuin. Heb je (nog) geen zelf geteelde plantjes, dan moet je er nu echt wat kopen. Eind juni kan je dan de eerste broccoli oogsten. Regelmatig (om de drie weken) opnieuw planten als dit één van je favoriete groenten is, is de boodschap. Ook in volle zomer en in de herfst is broccoli vrij makkelijk te telen, als je de typische koolplagen (koolvlieg en rupsen) in de gaten hebt

In ieder geval een heel gezonde groente!
Zie i de vierdelige reeks over broccoli telen.

broccoli klemhart

Hartloosheid
Het enig nadeel bij het vroeg telen van broccoli en bloemkool is dat er wel eens hartloosheid kan voorkomen. Vorig jaar verscheen er op GroentenInfo nog een i artikel over klemhart of hartloosheid. Dit kan bij eigen opkweek voorkomen, maar ook gekochte planten kunnen er last van hebben. Zo vond ik in één setje van zes planten, twee hartloze planten die dus niet kunnen geplant worden. (zie foto, de  twee plantjes op de houten lat). Broccoli heeft meestal een minder lange stengel waardoor niet zo diep als bloemkool moet geplant worden, maar zoals bij alle koolsoorten is het wel goed te planten met het hart van de plant net boven de grond.

Bloemkool

bloemkool plantjesNog zo’n groente die onmisbaar is als vroege vogel. Bloemkool mag zeker niet ontbreken bij de eerste plantingen in de moestuin en planten in april is dan ook een aanrader. Een vroege bloemkoolteelt lukt op zowat alle grondsoorten en heeft het minste last van koolvlieg en rupsen. De oogst van een planting begin april kan eventueel al eind juni. Bij ongeveer dezelfde plantgrootte doet bloemkool er tien dagen langer over dan broccoli vooraleer er kan geoogst worden. Je kan dus broccoli en bloemkool gelijktijdig planten, zonder alles in één week te moeten oogsten. Bloemkool wordt ruimer (60 x 60 cm) geplant dan broccoli (45 x 45 cm ).

Net zoals bij alle koolsoorten is  wel goed te planten met het hart van de plant net boven de grond, zo vermijd je het
i afdraaien van koolplanten door de wind (artikel en foto’s)

De moestuin in het vroege voorjaar (maart, april)

bemestenDit artikel heeft het over enkele van de vroegste teelten die traditioneel vanaf maart in de moestuin geteeld worden:  tuinbonen, erwten, vroege aardappelen, ajuin, sjalot, wortelen, bloemkool, broccoli, spitskool, spinazie, rode biet, radijs en slasoorten. Bij de start van de teelt is er speciaal aandacht voor de bemesting.
Deze week is het voor de bezitters van een moestuin met lichte grond al heel goed mogelijk om aan de slag te gaan.  Welke grondsoort u hebt en de waterdoorlaatbaarheid ervan bepaalt immers of u al dan niet aan de slag kan in de moestuin. Bezitters van lichte en droge gronden (artikel) zijn in het voordeel. Lichte gronden zijn niet alleen droger maar warmen ook sneller op. Maar in volle zomer zijn dit wel de gronden die het snelst onder de droogte te lijden hebben.
Ondertussen zijn, na bijna twee weken zonder regen ook de nattere gronden ook stilaan klaar om bewerkt te worden.

Wat er allemaal kan in maart en april :

  • Erwten zaaien en planten.
  • Rode bietjes zaaien
  • Tuinbonen zaaien, voorkiemen en planten
  • Spinazie zaaien
  • Worteltjes zaaien
  • Radijs zaaien
  • Aardappelen planten (onder folie tot begin april) Lees ook aardappelen poten en aardappelen, pootgoed snijden.
  • Slasoorten planten (onder folie tot half maart) kan ook al.
  • Vroege bloemkool  planten
  • Broccoli planten
  • Ajuin en sjalot planten
  • Peterselie planten
  • Ajuin zaaien
  • Zaaien in de kas, voor de plantopkweek : plantjes voor spitskool, sla, bloemkool, broccoli, prei, selder

Is de grond nog te nat, of heb je nog geen tijd voor de tuin? broccoli
Geen nood. Het is nog maar half maart en zowat alle vroege teelten kunnen nog de hele maand april opgestart worden. Plantgoed dat klaar is om te planten, maar de grond niet in raakt wordt best beschut voor de regen om doorweken van de potgrond en uitspoelen van voeding te vermijden. Maar wel in het licht en zo koel mogelijk zetten.
Bij mooi weer zoals nu zullen we dit plantgoed waarschijnlijk wat moeten water geven. Perspotjes drogen beter niet helemaal uit, anders krijg je ze achteraf nog moeilijk vochtig. Gaat het om relatief weinig plantjes en ziet u niet direct kans om ze te planten kunt u eventueel ook overpotten in grotere potten. Pootgoed van ajuin of sjalot legt u in afwachting zo koel mogelijk. Net als pootgoed van aardappelen waarvan de scheuten te lang dreigen te worden.

Vroeg
spruitkool-rupsen-koolwitje-klein Toch biedt het vroeg starten een aantal voordelen. Zo zijn we een aantal veel voorkomende plagen (koolvlieg, wortelvlieg, rupsen en bladluizen) en schimmelziekten  te snel af. En hebben we minder last van de droogtegevoeligheid van sommige lichte gronden.  Wie vroeger start kan de werkzaamheden (en de oogst) wat spreiden.

 

 

 

 

Grondbewerking.

Bewerk de grond niet als deze nog te nat is. Controleer in ieder geval goed de vochtigheid van de grond vooraleer je aan de slag gaat. Neem wat grond in de hand en knijp het samen, lekt er water uit, wacht dan nog wat met de grondbewerking. Wie te natte grond bewerkt veroorzaakt structuurbederf waardoor de plantengroei achteraf sterk gehinderd wordt. Ook einde maart en in april kan je  nog starten met de hierna opgesomde teelten! Wat je, bij aanvang van een mooi-weer periode, wel kan doen is de grond oppervlakkig open breken. Dit bevordert het opdrogen van de grond. Indien er groenbemester moet ondergewerkt worden of als je veel stalmest wil inwerken is spitten nodig. Is de grond bedekte geweest met compost, dan is er een grote kans dat de grond makkelijk kan bewerkt worden  met de spitvork in plaats van met de spade.

Afdekken

afdekking Je kan de natuur een handje toesteken door al vroeg in het voorjaar stukjes grond af te dekken met zwarte plastic, zo blijft de grond droog en warmt hij ook wat sneller op. En ben je minder afhankelijk van het weer om te kunnen starten in de moestuin. Bij langere droge periodes gaat de plastic er beter af om het drogen te bespoedigen.

Na het zaaien kan je de kieming makkelijker maken door af te dekken met doorzichtige gaatjesplastiek of vliesdoek. De warmte zal de zaden sneller doen kiemen. Hevige regen zal de grond niet toeslaan. Schrale voorjaarswinden zullen het zaaibed niet doen uitdrogen.

Plantenopkweek
zaaien Is het buiten niet goed, binnenshuis of in de kas kunnen we wel volop uitzaaien en plantjes opkweken: broccoli, bloemkool, spitskool, slaplantjes. Onder  bescherming kan er nu ook nog prei gezaaid worden. Ook Selder en peterselie kan, maar dan wel best in een warme ruimte om de kieming te bespoedigen. Warmte is bij selder ook belangrijk om vroegtijdige bloei (opschieters) te vermijden.

Bij het zaaien binnenshuis of in de kas zijn temperatuur en licht de sleutelwoorden. Tot aan de kieming kan je het zaaibakje best zo warm mogelijk zetten. Vanaf het moment dat de zaadjes aan het kiemen gaan, als er barstjes komen in de afdekgrond, is licht veel belangrijker. Dan moet je het zaaibakje bij een aan de groentesoort aangepaste temperatuur en veel licht plaatsen. Bij te weinig licht fileren de planten en worden ze dun en zwak. Broccoli, bloemkool, sluitkool, spitskool, slasoorten, erwten, allemaal hebben ze baat bij meer licht en gematigde temperaturen.

Organische bemesting
stalmestBij het spitten wordt er stalmest, compost of eventueel gedroogde koemest ingewerkt. Dit is de basisbemesting. De hoeveelheid hangt af van de vruchtwisselingsgroep. Koolgewassen en vruchtgroenten en aardappelen hebben een grote behoefte aan stalmest of compost. Bladgroenten, met uitzondering van prei, hebben iets minder nodig. Veel Wortelgroenten en peulgewassen behoeven op goed onderhouden grond geen organische voorraadbemesting. Afhankelijk van de teelt die op het perceel komt wordt deze organische voorraad bemesting dan aangevuld. Dit kan met minerale, samengestelde meststof of gedroogde, organische mest met verrijkte samenstelling zijn.  Zie ook het artikel “kiezen tussen minerale en organische handelsmest

Ajuin en andere wortelgroentenajuin
Denk eraan dat niet alle vruchtwisselingsgroepen gediend zijn met stalmest. Met name het perceel van de wortelgewassen (ajuin, wortelen, sjalot) en van de peulgewassen krijgt geen stalmest,  een zeer kleine hoeveelheid goed verteerde compost (5 liter per m²) kan wel. Voor ajuin, sjalot en wortelen wordt er dus vlak voor de teelt weinig organisch materiaal ingewerkt en er wordt in principe niet bemest met stikstof. De stikstof die vrijkomt uit de humusafbraak zou op goed onderhouden percelen moeten volstaan. Twijfel je daar aan, gebruik dan maximaal 50 g/m² samengestelde, kaliumrijke organische meststof. Kalium toedienen voor deze wortelgroenten is altijd noodzakelijk. Dit is ook een aanrader bij de bemesting van aardappelen. Gebruik daarvoor patentkali of vinasse (beide bevatten 30% K). Een goede dosis is op lichte grond 60 gram/m². Op zwaardere grond, waar de kalium tijdens de winter minder uitspoelt is 40 g/m² voldoende. Stalmest kan bij wortelen zelfs vertakte wortelen veroorzaken. Bij wortelen moet de kaliumgift tijdig gebeuren. Kiemplantjes van worteltjes verdragen geen verse  mest, dit geeft verbranding door een te hoge zoutconcentratie. Een organische kaliumbron zoals vinasse (30 of 38% K, naargelang de soort) kan ook gebruikt worden. Kalium is bij veel groenten een zeer belangrijk voedingselement, bij wortelgroenten en  vruchtgroenten zelfs belangrijker dan stikstof.– Lees daartoe het artikel Kalium bij groenten.
– Stop de plantajuintjes niet helemaal in de grond, zeker niet op zware grond of probeer eens de tip van Adelin uit : Ajuin planten op worteldoek.
– Lees ook Ajuin en sjalot planten en Worteltjes zaaien.
– zaaikalender van wortelenuiensjalot

Erwten en peulenerwt
Het perceel van de erwten kan, na deze lange, regenrijke winter (uitspoeling) een kleine dosis samengestelde organische handelsmest (30 g/m²) krijgen als startbemesting. De grond is koud, de mineralisatie is nog niet op gang gekomen en de voorraad aan stikstof in de grond is dus gering. Als ze wat groter zijn halen de erwtenplanten de stikstof uit de lucht via de wortelknobbeltjes die op de wortels zitten. Daarin zitten bacteriën die de stikstof omzetten tot nitraten en die zijn opneembaar voor de plant.– Lees Erwten zaaien en planten. en ook erwten voorkiemen.
zaaikalender erwten en peulen

Zowel voor vroege erwten als voor tuinbonen is voorkiemen een aanrader. Vanaf maart is voorkweken van erwten of tuinbonen in potjes alleen nog zinvol als u voorziet pas in april te kunnen starten in de moestuin. Maar voorkiemen kan natuurlijk altijd.

Tuinbonentuinboon
Tuinbonen, alhoewel ook vlinderbloemigen mogen een grotere dosis organische handelsmest (40-50 g/m²) én ook wat organische mest (10 liter compost per m²) Het zijn grote planten die ook veel blad vormen, de voedingsbehoefte is groot
– Lees Tuinbonen van zaaien tot oogsten.
– Al tientallen lezers zonden tips in voor het artikel
Tuinbonen, luizenprobleem

 


Bladgewassen en koolgewassen

spitskoolBloemkolen, broccoli, spitskool en spinazie hebben behoefte aan een rijkere grond. Hier gebruiken we zowel stalmest of compost alsook een samengestelde meststof. Hou er bij de vroege teelten rekening mee dat de organische bemesting niet onmiddellijk ter beschikking is van de plant. En dat de mineralisatie en omzetting van organische mest zo vroeg op het jaar heel gering is. Vandaar dat hier een aanvulling met samengestelde, snel werkende minerale meststof  aangewezen is (100 g/m²). Organische samengestelde mest zal zo vroeg op het jaar te laat zijn voedingsstoffen afgeven.
– Lees Spinazie zaaien

Aardappelen
aardappelOok aardappelen hebben een grote behoefte aan organische mest. Maar hier moeten we opletten met te veel aanvulling van samengestelde meststof. Te veel stikstof veroorzaakt overdadige loofgroei, met een slechte kwaliteit van de aardappelen en  meer kans op aardappelplaag tot gevolg.
Een bijbemesting met Kalium, zoals uiteengezet in het artikel Bemesting aardappelen is noodzakelijk. Zo vermijd je een overdadige loofgroei en is de kwaliteit van de aardappelen veel beter. Gebruik daarvoor patentkali (30% K). Een goede dosis is op lichte grond 60 gram/m². Op zwaardere grond, waar de kalium tijdens de winter minder uitspoelt is 40 g/m² voldoende.– Lees Aardappelen planten (onder folie tot begin april).
Meer info over aardappelen kweken.
– Lees ook
aardappelen poten en aardappelen, pootgoed snijden
plantkalender aardappelen

Radijs als tussenteelt

radijs

Vergeet niet om de, in het begin, nog  ruime tussenafstand tussen de rijtjes sla, ajuin, erwten op te vullen met wat radijsjes. Zaai er niet meer dan nodig, maar zaai er iedere week. Later op het seizoen is radijs minder makkelijk. Op lichte grond raakt de radijs snel aangetast door de made van de koolvlieg. En bij grote hitte/droogte word radijs snel voos. Radijsjes horen dan ook bij de (vroege) lente.

Rode biet

rode biet

  • Voor de bewaarteelt van rode biet is het nog wat vroeg, maar toch kan je vanaf eind maart al een vroege teelt van rode biet in open lucht zaaien. Rode biet vraagt wat meer voeding dan andere wortelgroenten. Geef als extra bovenop de organische bemesting een 50g/m² van een kaliumrijke, samengestelde meststof. Je kan de rode biet al jong oogsten. Je kan gerust wat dichter zaaien dan aangegeven. De zaailingen die je uitdunt kan je gebruiken al vroeg gebruiken als baby-leaf.

Wortelenwortelen

Voor de grovere Nantes-types (zomerwortel, waspeen) is het nog wat te vroeg, net zoals voor de winterwortel. Maar de wortelen van het type Amsterdamse Bak (bospeen, busselwortelen, jonge worteltjes) kunnen nu volop gezaaid worden. Gebruik geen stalmest. Ook een stikstofbemesting is voor deze jong te oogsten wortelen niet nodig. Kalium wel. Bij wortelen moet de kaliumgift tijdig gebeuren. Kiemplantjes van worteltjes verdragen geen verse  mest, dit geeft verbranding door een te hoge zoutconcentratie. Gebruik ongeveer 45 gram patentkali per are. Een organische kaliumbron zoals vinasse (30 of 38% K) kan ook gebruikt worden. Wie in maart worteltjes zaait en deze tijdig/jong oogst, kan nog net de wortelvlieg voor zijn. Vanaf 10 april is afdekking met insectengaas aan te raden.  Aangezien wortelen en ajuin ongeveer dezelfde voedingsbehoefte hebben kan je ook afwisselend een ruitje ajuin en wortelen zaaien om zo de aantasting door wortelvlieg te verminderen. Er ontstaat dan immers geurverwarring.

Raadpleeg bij twijfel over het juiste tijdstip en afstanden van de groenten de teeltschema’s voor alle groentesoorten


Echte kropsla telen lukt best in het vroege voorjaar

Kropsla botersla, moestuinBotersla of kropsla is het makkelijkst te telen in het voorjaar. Geen problemen met ziektes en plagen en ook niet met te hoge temperaturen. Nu vind je slaplantjes op de markt en in tuincentra. Wist je dat deze plantjes al gezaaid werden eind december?

In het voorjaar kan de slateelt aanmerkelijk vervroegd worden door te telen in een koude serre (kas) of plastiektunnel. Zonder risico op vorstschade kan je er de zelf geteelde of aangekochte plantjes uitplanten vanaf half februari. Dan oogst je half april. De kans op vorstschade op kleine slaplantjes is eerder gering. Het mag al eens wat vriezen in de kas, de plantjes zullen zich hiervan snel herstellen. (Grote oogstbare kroppen lopen sneller vorstschade op, dit is dan vooral in het late najaar) Komt er toch nog een late vorstperiode, dek de slaplantjes dan wat af met agryldoek of plastiekfolie. Zo valt de groei niet stil en blijft de kwaliteit optimaal. Maar het moet niet!Onder beschutting planten kan tot einde maart, vanaf dan schakelen we zeker over naar de buitenteelt. In de maand maart kan je al buiten planten, als ja afdekt met geperforeerde plastiekfolie of agryldoek.

Plant nu slaplantjes in de kas, koude bak of plastiektunnel en binnen twee maanden is een succesvolle oogst gegarandeerd. Een snelgids in tien stappen.

  1. –  Maak de grond goed los met de spitvork.
  2. –  Werk ongeveer 100g/m² organische handelsmeststof.
  3. –  Werk ook een paar cm goed verteerde compost mee in.
  4. –  Laat de grond wat opdrogen, hark de grond fijn, breek de kluiten.
  5. –  Droge (harde) perspotjes eerst een kwartiertje onder water ‘duwen’
  6. –  Plant de blokjes ongeveer half in de grond, en druk de grond tegen het blokje aan.
  7. – Geef na een drietal dagen een kleine hoeveelheid water.
  8. – Tot begin maart geen water meer geven. Vanaf dan om de tweek water geven ’s morgens als een zonnige en warmere dag verwacht wordt, indien nodig.
  9. – Het is niet noodzakelijk, maar wie zijn plantjes beschermt tegen vrieskou, met vliesdoek, zal vroeger oogsten.
  10. – Luchten is nodig vanaf drie weken na het planten,  vanaf  ’s morgens vroeg op een kiertje en tijdens de dag meer als de temperatuur in de kas boven de 20-22°C komt.

Lees ook : Groenten vervroegen in februari Kropsla botersla, moestuin

Lees ook : Groenten vervroegen in februari

Over ronde worteltjes, liggende tomaten, krielkippetjes, spitskool, paddenstoelen en en zoveel meer.

Tuinman Peter bracht voor GroentenInfo de laatste weken regelmatig nieuws uit zijn moestuin. In deze mail een overzicht. Peter Dewulf is een doorwinterde tuinier die ook graag in de keuken verwerkt wat zijn zweet opbrengt. Peter is een gewaardeerd voordrachtgever bij de Volkstuinafdelingen en haalt dagelijks veel plezier uit zijn job als verantwoordelijke bij de plantenafdeling van een tuincentrum. Veel leesgenot vanwege Peter Dewulf.

Een overzicht van zijn recent verschenen artikels.

worteltjes in velerlei kleuren en vormen.
Worteltjes in velerlei kleuren en vormen.

Krielkippetjes inzetten tegen slakkenvraat en lapsnuitkevers.
Krielkippetjes inzetten tegen slakkenvraat en lapsnuitkevers.

Is het nu rode spitskool of is het spits rode kool
Is het nu rode spitskool of is het spits rode kool

De laatste frambozen van het seizoen.
De laatste frambozen van het seizoen.

Mijn favoriete bladgroenten voor volgende winter.
Mijn favoriete bladgroenten voor volgende winter.

Reuzenbovist, een delicatesse.
Reuzenbovist, een delicatesse.

Rotten meloenen door regen bovenop?
Rotten meloenen door regen bovenop?

Liggende tomaten kweken in een tomatentoren!
Liggende tomaten kweken in een tomatentoren!

Alles eigen kweek.
Alles eigen kweek.

Kweeksets voor paddenstoelen.
Kweeksets voor paddenstoelen.

Elk jaar wachten tot half september.
Elk jaar wachten tot half september.

Paprika in open lucht.
Paprika in open lucht.

Mooie rupsen!!!
Mooie rupsen!!!

Oerprei, zo veelzijdig.
Oerprei, zo veelzijdig.

Bakkerij 'bij Marietje Wullen'  in museum ondergebracht.
Bakkerij ‘bij Marietje Wullen’ in museum ondergebracht.

De eendenkuikens zijn gered!
De eendenkuikens zijn gered!

De grond in onze groentetuin bewerken en toch de rug sparen.
De grond in onze groentetuin bewerken en toch de rug sparen.

Zeg niet zomaar aardappel.
Zeg niet zomaar aardappel.

De aardappelziekte is in aantocht.

Zelf bessensap maken.
Zelf bessensap maken.

Snijbloemen kweken in de groentetuin
Snijbloemen kweken in de groentetuin

De oogst komt op kruissnelheid
De oogst komt op kruissnelheid

Terug van weg geweest
Terug van weg geweest

Hoera jonge eendjes in mijn tuin.
Hoera jonge eendjes in mijn tuin.

De langste dag
De langste dag

De korte dagboekberichten van Tuinman Peter.

Tuinman Peter schrijf regelmatig artikels voor Plantaardig.com
Ik heb nog een aantal uitzonderlijke artikels en foto’s van hem in de lade liggen, die ik nu nog niet kan publiceren. Maar dat ze opnieuw even interessant worden als deze hier, dat is zeker.
In afwachting schrijft Tuinman Peter regelmatig een nieuw berichtje op de website. In zijn rubriek ‘Kort berichten van Peter‘.  Hier vind je zijn ‘dagboek’ met alle korte berichten.

 

 

Is er nog slawortelboorder na 15 augustus? Met video van de SWB

Er komen al lang geen nieuwe artikels meer op GroentenInfo. Dat blijft nog een tijdje zo. Ondertussen worden wel alle vragen beantwoord via mail en op de website. GroentenInfo is er om te helpen, nietwaar?

Voor Herman maken we een uitzondering op de publicatiestop. Voor zijn oproep in verband met de slawortelboorder. Om zo nog meer over dit insect te weten te komen. En zo zijn adviezen, die al opgevolgd worden door verschillende tuinders in Vlaanderen en Nederland te perfectioneren.

(Voor wie niet direct weet waar het over gaat, lees ook eens dit artikel van Herman :

Alle informatie over de slawortelboorder, straks ook in jullie moestuin?

Hij schreef volgend bericht. Foto en video vind u onderaan dit artikel. 

Beste collega hobbytuinder,
In 2012 werden bij Herman De Moor alle (talrijke)  slabedden ‘nachts,gans het jaar door, afgedekt met schaduwdoek en GEEN ENKELE aantasting door de SWB-larve werd opgemerkt.
Een bewijs dus dat afdekking van de slabedden HET middel is om het SWB-probleem aan de basis aan te pakken.
In 2013 werden alle slabedden en kweekplantjes in pot,opnieuw afgedekt met uitzondering van één testbedje (in vollegrond) met een zestal slaplantjes.waarvan er na een paar weken reeds de helft sneuvelden én de larve telkens terug gevonden werd.
Nogmaals het bewijs dat s’nachts afgedekte bedden wel degelijk beveiligd zijn tegen de SWB-aantasting.
Omdat, volgens Herman althans, sommige literatuur onterecht aangeeft dat de SWB-mot ook vliegt in aug-sept wou ik dit jaar een speciaal verzoek richten aan de lezers om mee te werken aan een test.
Gelieve daarom in uw komende nieuwe zaai-of plantbedden, vanf 15 aug, NIET  meer af te dekken en na te gaan of er achteraf toch nog aantastingen zullen optreden.
Bijgevoegde verzamelfoto en volgend filmpje,ons opgestuurd door lezer Erwin,zijn een goed hulpmiddel om de juiste diagnose te stellen.

 

Wat moet je doen indien je de larve ontdekt in de laatste zaai-en plantbedden in de periode na 15 augustus 2013?

Maak digitale foto’s van de larve en stuur die op in een email naar lezersbijdrage@plantaardig.com .Vermeld in “het onderwerp” van de email de tekst SWB3 . Op die manier komt uw email niet alleen terecht bij Luc Dedeene maar onmiddelijk ook in Herman zijn email-postbox.
Alleen emails MET foto van de larve,eventueel aangevuld met een woordje uitleg,zullen behandeld worden door ons,teneinde onze diagnoses 100% sluitend te maken.
Herman zelf zal eveneens ,op al zijn bestaande slabedden(in totaal een achttal),identiek dezelfde test doen…
Geldige inzendingen kunnen aanleiding geven tot verdere uitwisseling van informatie via email met lezersbijdrage@plantaardig.com en/of Herman.
Als blijkt dat er géén aantastingen meer optreden zullen we uiteindelijk vroeger kunnen stoppen met afdekken van onze slabedden en is er een belangrijke zekerheid meer omtrent de gevaarlijke infectieperiodes.
Met dank voor uw medewerking van dit belangrijk experiment.
Video 1

Video 2

Lees zeker ook eens het artikel met alle info die in de loop van de jaren verzameld werd.

http://www.plantaardig.com/groenteninfo/berichten/de-slawortelboorder-straks-ook-in-jullie-moestuin/

De moestuin in juni. De maand waarin alles kan: zaaien, planten, oogsten.

prei-planten
Juni, aflossing van de wacht in de groentetuin
Ziezo, de vorstgevoelige gewassen zijn nog maar net gezaaid of uitgeplant of de oogst van de koukleunen die we in het vroege voorjaar aan de grond toevertrouwden is al begonnen.

Het is aflossing van de wacht. In de loop van de maand juni komen wat stukjes grond in de moestuin vrij.
Spinazie, peulerwten, slasoorten, vroege aardappelen, lenteuitjes en jonge worteltjes ruimen in de loop van de maand juni soms al de baan voor een volggewas. Maar, het is eigenlijk nog te vroeg om deze maand al helemaal de kaart van de echte najaarsgroenten en nateelten te trekken.  Er zijn immers in juni nog heel wat hoofdteelten die kunnen opgestart worden.

Wie later op het jaar nog op zoek is naar een volggewas kan na dit artikel ook best de tabel met uiterste plant- of zaaidata raadplegen in het artikel Groenten zaaien en planten in juli en augustus.

Probeer niet af te wijken
Voor wie zich wil houden aan de regels van de vruchtwisseling is de keuze van dit volggewas niet altijd eenvoudig.
Toch hou je er best wat rekening mee. De indeling van de moestuin in perceeltjes is echt geen boekenwijsheid. Niet dat de planten dan niet zouden willen groeien als je de vruchtwisseling aan je laars lapt, maar wel omdat je zonder teeltplanning stilletjes aan de grond verziekt. In een nieuwe moestuin zal je de eerste jaren zeker niet afgestraft worden als je steeds dezelfde groenten op één perceel teelt. Maar plots zal je zien dat schimmelziekten en aaltjesaantastingen veelvuldiger en nadrukkelijker aanwezig zijn.
Koolgewassen zijn daarbij het beste voorbeeld. Wie jaar na jaar koolgewassen op dezelfde plaatst zal niet lang moeten wachten vooraleer hij problemen ondervindt. Maar ook prei-ajuin, wortelen-selder-peterselie en de groep van de peulgewassen zijn nogal eens combinaties die bij sleche opvolging problemen in de moestuin veroorzaken. En niet te vergeten aardappelen natuurlijk die zichzelf best pas na 5-6 jaar opvolgen. Er zijn nog heel wat andere redenen die een vruchtafwisselingsplan verantwoorden, maar dit valt niet in het bestek van dit artikel.

In het vervolg van dit artikel werden wat ideeën verzameld over de vervanging van teelten in de loop van de maand juni.

Tips en ideeën

Koolgewassen
Koolgewassen moeten absoluut op hun eigen perceel blijven gedurende het hele moestuinjaar. De kans is groot dat u op dit perceel al wat broccoli en vroege bloemkool kunt oogsten. Om bloemkool en broccoliplantjes op te kweken heb je nu nog ruim de tijd. Je kan bloemkool en broccoli immers, met tussenpozen, uitplanten tot de eerste dagen van augustus. Eind juni is ook het moment om de minder gekende teelt van winterbloemkool te starten.
Maar, het is tot half juni nog het goede moment om het perceel verder aan te vullen met sluitkool en spruitkool.  Voor de opkweek van rode en witte kool en spruitkool is het eigenlijk te laat. Het is best dat de planten van deze gewassen voor half juni de grond ingaan. Late savooikool kan je nu nog wel zaaien (tot half juni) met de bedoeling deze uit te planten voor einde juli.
Chinese kool is een typische najaarsteelt die in juni al eens geplant kan worden. Best niet te veel, want  je kan zeker nog zaaien en plantjes opkweken tot begin augustus en zo de oogst van deze minder goed bewaarbare koolsoort spreiden. Hetzelfde geldt ongeveer voor koolrabi. Spitskool kan in principe nog gezaaid worden tot 10 juni, maar het blijft toch eerder een typische  groente voor het voorjaar en de vroege zomer,  die bij oogst tijdens hoogzomer weinig aantrekkelijk is. Juni is ook de zaaimaand van de boerenkool met oogst tijdens de winter.
Keukenraap zaaien in juni wordt niet gedaan. Het is beter dit uit te stellen tot na half juli. Vanaf eind juni kan je winterrammenas zaaien.

Bladgewassen
Het perceel van de bladgewassen is waarschijnlijk het perceeltje met het meeste ‘in- en uitgaande verkeer’. De oogst is er nu al volop aan de gang met de verschilende slasoorten en spinazie. De keuze voor een tweede teelt is enorm groot en het enige wat in juni niet mogelijk is, dat is spinazie omdat die het in de zomer niet goed doet. Die vervang je dan beter door Nieuwzeelandse spinazie. Voor de rest kunt u volop bladgroenten telen. Slasoorten, andijvie, radicchio, groenlof, prei en selderij peterselie, het kan allemaal nog.Plantjes van deze gewassen opkweken van deze gewassen is in juni nog perfect mogelijk. Juni is ook de maand dat heel wat herfst- en winterprei geplant wordt. Dit kan ook nog  wel in juli om tijdens de winter prei te oogsten

Bij slasoorten is het de gewoonte dat die zichzelf opvolgen. Het is goed mogelijk gedurende één jaar sla na sla te telen. Veel tuinders reserveren dan ook een perceeltje voor slasoorten, eventueel met worteldoek.

U merkt het al, de kans is groot dat het perceeltje van de bladgewassen wat te klein uitvalt. Daarom wordt er wel eens gezondigd met de groep van bladgewassen. Zo kan je zonder groot risico met de teelt van bladgewassen uitwijken naar het perceel van de vroege aardappelen. Toch zeker voor slasoorten en andijviesoorten. Winterprei en bladselder kan nog na vroege aardappelen geteeld worden, op voorwaarde dat dit niet tot gevolg heeft dat er slechts twee tot drie jaar tussen wortelen-selder zit of ajuin-prei zit. Zoniet horen selder en prei thuis op, eventueel een tweede perceel, van de bladgewassen. Spinazie kan dan weer ingezet worden als voorteelt op een ander perceel.

Vruchtgroenten
In veel moestuinen biedt dit perceel de minste variatie omdat de teelt van tomaten, paprika aubergine dikwijls in de kas plaats vindt. Je vindt er wel courgettes en pompoenen. En ook wel een openluchtteelt van tomaten, al dan niet met regenbescherming. Hier is dus geen teeltwisseling aan de orde. Enkel suikermaïs kan nog gezaaid worden tot begin juni. Alhoewel, vergeet niet nog enkele courgettes te zaaien einde juni, die u dan kan uitplanten om tot diep in het najaar courgettes te oogsten. De eerste geplante courgettes zijn immers meestal versleten en uitgeteld begin september.

Wortelgroenten
Na de lenteuitjes en de groen geoogste plantajuin kunnen we nog steeds  wortelen zaaien. Je kan immers bospeen zaaien tot half augustus. Ook pastinaak behoort nog tot de mogelijkheden.  Na de vroege worteltjes of vroeg geoogst uien kan je makkelijk nog rode biet telen en knolvenkel. Juni is een goede maand om knolvenkelplantjes op te kweken. Het probleem met opschieten vlak voor de oogst is bij laat zaaien zowat onbestaande. Voor witloof zijn, bij noodgevallen, de laatste dagen van juni echt wel het uiterste moment om te starten.  Pastinaak zaaien in juni kan ook nog.

Peulgewassen
Het perceel van de peulgewassen schept nog wel het meeste problemen in verband met de volgteelten. Peultjes en tuinbonen kunnen nog tot 10 juli opgevolgd worden door late boontjes. Tot uiterlijk eind juni kan je ook een teelt van stokbonen aanvatten. Maar natuurlijk kunnen we niet alle boontjes na de erwten gaan telen, er moeten er ook al een beetje gezaaid worden half mei, begin juni en half juni om zo een mooie oogstspreiding te bekomen. Na de erwten worden dan ook wel eens enkele snelgroeiende bladgroenten geteeld.

Aardappelen
Op het perceel van de vroege en halfvroege aardappelen kan best nog wat als nateelt verbouwd worden. Daarom wordt er wel eens gezondigd met de groep van bladgewassen. Zo kan je zonder groot risico met de teelt van bladgewassen uitwijken naar het perceel van de vroege aardappelen. Toch zeker voor slasoorten en andijviesoorten. Winterprei en bladselder kan nog na aardappelen geteeld worden, op voorwaarde dat dit niet tot gevolg heeft dat er slechts twee tot drie jaar tussen wortelen- selder zit of ajuin-prei zit.

 

Het blijft koud. Kan ik er dan toch aan beginnen? Een artikel voor de beginnende moestuinder.

Verschillende beginnende moestuinders vroegen mij wat ze nu kunnen doen met dit koude weer. De tuinmagazines en de ‘to-do’ lijstjes op diverse websites staan vol met activiteiten, maar kan je dat nu eigenlijk wel maken? Velen hebben vakantie, hebben de tuin of bak bijna  klaar, en vragen zich af of ze nu echt moeten wachten tot volgende week woensdag. Want, alhoewel binnen enkele dage de scherpe kantjes er wat afgaan,  eerder verdwijnt de nachtvorst niet uit onze streken.  Het is dan heel gemakkelijk om te antwoorden, “nee  het is te koud “.

Graag wil ik jullie een iets uitgebreider antwoord geven , waar je zeker iets aan hebt. Want misschien heb je paasvakantie, misschien heb je een dag vrij deze week en wil je echt wel iets doen in de moestuin.
Lees dit artikel, en je zal zien, morgen sta jij ook in de moestuin, met dikke jas en muts weliswaar. En, net zoals jij niet in hemdsmouwen buiten komt dezer dagen, zo zal je ook de plantjes niet in hun blootje zetten. Het  frisse weer heeft ook zijn voordeel, want zo kunnen we het werk rustig spreiden. Van dit laatste maak ik alvast gretig gebruik om mijn uitgelopen winterslaap in te halen.

Voor de ervaren moestuinders is het iets eenvoudiger. Zet de kalender twee weken terug, doe alsof het half maart is en neem de voorzorgen die jij ook dan zou nemen…

Lees nu het dubbele artikel

– Het onkruid kiemt niet… Onze zaadjes wel?
– Het gras wil niet groeien… Onze groenteplanten wel?

Het onkruid kiemt niet…  Onze zaadjes wel?
Het weertype zoals we nu kennen -droge lucht, wind, zon, lage temperatuur- staat gekend als ‘schraal’ weer. Dat is hetzelfde als zeggen dat er geen ‘groei’ is. Plantjes blijven zoals ze zijn en veranderen niet.  De lage temperaturen ’s nachts en overdag zorgen ervoor dat je veranderingen met een vergrootglas zult moeten zoeken.  Kijk maar eens naar het gazon en het onkruid. Het groeit ook met geen millimeter. En toch, er is hoop,  pluk eens zo’n onkruidje uit de grond en je ziet toch heel wat witte worteltjes. Want net onder de grond is het warmer dan boven de grond! De opwarming door de zon gaat er sneller en de afkoeling ’s nachts komt later op gang. Maar boven de grond is de lucht te droog, te koud, kortom te schraal om te kunnen spreken van enige groei van betekenis.

Kan je dan eigenlijk wel iets doen buiten in de moestuin? 
Eerst en vooral kunnen we nu wel alles klaar maken. Onkruidvrij maken, compost of stalmest spreiden, een eerste grondbewerking en de indeling van de tuin. Kortom, onze tuin perfect klaar maken. Maar, misschien is dat al allemaal klaar?

En dan? Kunnen we dan nog iets doen.
Wel, het antwoord is ja! De omstandigheden zijn eigenlijk ideaal om in de tuin te werken. De grond is droog en en het regent niet. Alleen is het geen ‘groeizaam weer’. Om groeizaam weer te hebben zou het toch minstens 10-12°C moeten zijn overdag, dat is de normale maximumtemperatuur voor begin april.

Toch kunnen we zaaien.
Radijs, Raapsteeltjes, Wortelen, Spinazie, Erwten, Tuinbonen zijn de typische voorjaarsgroenten die we kunnen zaaien.

Zal dat dan wel groeien?
Wel, het antwoord is ‘bijna niets’! Dus, het zaad blijft in de grond, maar zal tergend traag kiemen. Opkomst verwacht binnen  twee, drie weken. Zaadjes en kiemplantjes zullen niet kapot gaan door de kou, de zaden zullen kiemen, maar het zal een tijdje duren. Niet alleen de koude, maar ook de droogte zal ervoor zorgen dat er weinig animo in zit. Uitdroging van de zaaigrond moet je alvast vermijden.

Kan je dan nog iets aan doen?
afdekking-vliesdoekGoed nieuws, aan dit schrale weer kunnen we iets doen. Veel is het niet en eigenlijk zijn het tips die we dikwijls begin april kunnen toepassen. Alleen hebben ze nu dubbel zoveel effect dan in een normaal jaar.

1. De grond vochtig maken.
De grond waar we willen zaaien, een dag vooraf al eens vochtig maken. Niet echt water geven, want de onderste laag zal wel vochtig zijn. Maar gewoon de bovenste laag vochtig maken. Een vochtige grond neemt overdag iets minder snel warmte op, maar zal ’s nachts ook minder snel afkoelen, kortom een vochtige grond is gemiddeld gezien warmer dan een droge grond. Alhoewel je, als je alleen de situatie overdag bekijkt, het wel eens anders zou kunnen inschatten. Al eens gedacht aan de koude nachten in de woestijn?

2. Na het zaaien de grond afdekken.
Dat kan met een vliesdoek zijn (groeivlies), met flodderfolie, met een tunneltje. Met wat je ook afdekt, ’s nachts en overdag zal het een paar graden verschil maken en zal de kieming dubbel zo snel gaan. Wedden dat onder zo’n dekentje eind volgende week de radijsjes en de spinazie gekiemd zijn? En dan kunnen plantjes  nog de hele maand april verder groeien onder de doek om zo hun voorsprong verder op te bouwen.

Besluit : misschien heb je paasvakantie, Misschien heb je zin én tijd om in de moestuin te werken. Misschien vind je het leuk om bij dit gezonde weer  in de moestuin te kunnen werken. Laat de kou u niet tegenhouden en ga aan de slag met bovenstaande tips. Hou jezelf en de zaadjes warm en zaaien maar!

Het gras groeit niet… Onze groenteplantjes wel?

afhardenSommige groenteplantjes uit het tuincentrum kan je nu beter maar naar huis halen. Want, aangezien er niet zoveel animo is, worden ze daar stilaan groter en weker. Ook al kan je niet planten, het lijkt aangewezen zelf de plantjes wat te verzorgen om straks te kunnen starten met een korte, stevige plant. 

Drogende koude
Deze middag kwam ik mijn jas en een dikke muts halen. Toch even het weer verkeerd ingeschat. Van achter het glas lijkt het nog wel mee te vallen. De gevoelstemperatuur is -1°C ! De wind zie je niet waaien, wegens geen blaadje te bespeuren, maar je voelt het wel. Ijzig koud! De drogende, koude wind is nu de grote spelbreker.

Plantjes die uit een beschermde omgeving komen zullen nu enorm afzien door uitdroging en ’s morgens door de kou. Afharden is de boodschap. Anders is de kans op een terugslag in de groei reëel. Wie een folie of vliesdoek niet ziet zitten kan de Bloemkool, Broccoli, Peterselie, Slasoorten, Spitskool, snijselder, overplanten in een groter bloempotje van 10 cm. En zo nog wat verder kweken op een beschutte plaats tegen het huis of tuinhuis aan. Dan kun je binnen twee weken starten met een grote plant! Heb je daar geen zin in, dan plant je straks een goed afgeharde plant onder vliesdoek of folie of tunnel.

Zomaar nu plantjes uit het tuincentrum zonder bescherming in de tuin zetten lijkt een nuloperatie te worden. En voor een stuk een processie van Echternach. Hoe kan je dan wel voorsprong opbouwen? Door nu plantjes te kopen, ze af te harden, en binnen een week in de tuin te zetten. Heb je nu al afgeharde plantjes, dan kan je ze nu wel al in open lucht planten, maar een vliesdoek of folie lijkt de eerste dagen toch wel een groot pluspunt opdat de groei niet zou stilvallen.

Ajuin en sjalot kan je nu wel planten. Folie hoeft niet. Aardappelen kan je ook planten. Op voorwaarde dat ze goed volledig voorgekiemd zijn! Zoniet kan je best nog wat laten groeien op hun kiemplaats. Wil je vroeg nieuwe aardappelen? Leg er dan maar een folie of doek op.

Wat doe je met die plantjes uit het tuincentrum?
M4110018a (3)Bloemkool, Broccoli, Sla, Peterselie, Spitskool, Vroege prei zijn typische voorjaarsgroenten die je nu kan planten. Haal nu plantjes uit het tuincentrum. Zet ze de eerste drie dagen overdag buiten in een plastic box en ’s nachts binnen op de koelste plaats. Laat ze de twee volgende dagen buiten ’s nachts, maar dek ze af met een krantenkatern. Na vijf dagen heb je een goed afgeharde plant die je kan overpotten in een grotere bloempot en op een beschutte plaats nog wat groter telen. Of je kan ze uitplanten. Onder folie zolang het overdag geen 10°C wordt, om de voorsprong niet weer in te leveren. Dit laatste alleen maar als de planten al een normale grootte bereikt hebben.

Besluit : planten van groenteplantjes zonder bescherming lijkt momenteel toch wel een riskante situatie. Daarom planten we afgeharde groenteplanten onder een folie. Of potten we ze over in een grotere pot om ze dan later in de tuin te kunnen planten. In beide gevallen zullen we zeker iets winnen ten opzicht van iemand die graag wacht tot de vrieskou het land uit is en zich alleen in luchtige kledij de tuin in waagt.

Tot slot nog één tip voor wie al ervaring heeft : Zet de kalender twee weken achteruit, doe alsof het half maart is en lees dan deze artikels. Zo weet je ook  wat je kan doen in de moestuin….

De moestuin in het vroege voorjaar (maart, april) – GroentenInfo

De moestuin in maart en april. (GroentenInfo, Nieuwsbrief nr. 138, 10 de jaargang)

Begin april en het tuincentrum staat vol groenteplanten. Daar sta je dan, als één van de vele beginners. Wat meenemen, wat niet?

De moestuin in maart en april. (GroentenInfo, Nieuwsbrief nr. 138, 10 de jaargang)

Een landelijk startschot voor het  moestuinseizoen kunnen we nu nog niet geven. Te nat in veel regio’s. Zaaien of planten in een te natte grond is af te raden. Enkel dagen zonder regen zijn zeker welkom. En om het drogen te bespoedigen mag het ook wel een graad of tien warmer worden. Zelfs voor de bezitters van lichte, droge grond komt het voorjaar uitzonderlijk laat op gang. Even geduld nog voor velen onder jullie! Alles wat hieronder opgesomd wordt kan ook nog in april. Maar hou je klaar, want als dit jaar het seizoen eenmaal begint, ja dan…

Deze nieuwsbrief brengt u tips bij de vroegste teelten die traditioneel vanaf maart in de moestuin geteeld worden:  tuinbonen, erwten, vroege aardappelen, ajuin, sjalot, wortelen, bloemkool, broccoli, spitskool, spinazie, rode biet, radijs en slasoorten. We hebben het daarbij over de grondbewerking, bemesting, zaaien, opkweek van plantjes, kopen van groenteplantjes en leuke tips bij de diverse teelten.

aWens je, net zoals in deze nieuwsbrief, wat meer diepgang en kennis bij het moestuinieren op te doen, overweeg dan eens de aankoop van de Groente & Fruit Encyclopedie. Het is waar, een moestuin is een echt plezier, je kan er echt van genieten,  en moeilijk hoeft het niet te zijn. Maar het wordt nog veel leuker als je al doende én al lezend je kennis beetje per beetje kan bijspijkeren. Met wat achtergrondkennis wordt eigen groenten telen nog veel plezanter .  Duikt er al eens een probleempje op, dan heb je met de Groente en Fruit Encyclopedie een altijd raadpleegbare vraagbaak bij de hand.  Lees nu alle info over de vijfde druk van de Groente en Fruit Encyclopedie.

Ook Tuinman Peter brengt ons deze maand enkele nieuwe artikels. Dit zijn ze. Allemaal stuk voor stuk prachtige artikels. Bedankt Peter om dit te delen met ons!

Aardbeien : onbekende rassen, smaken, kleuren en texturen.
beaseascapeTuinman Peter brengt ons een superleuk en origineel artikel. Het werd een bloemlezing van te weinig gekende smaken, kleuren en texturen van talrijke bekende maar vooral minder bekende aardbeirassen. Het resultaat van jarenlang kweken, proeven en aantekenen. Geïllustreerd met tientallen foto’s.  Lees verder

Oerprei kweken in de moestuin, eenvoudig en veelzijdig.

115een mooie oogst voor de diepvriesIn dit artikel beschrijft Tuinman Peter zijn teeltwijze van oerprei, een minder bekende alliumsoort. Deze doorlevende groente is voor de hobbytuinder interessant omwille van de gemakkelijke teelt en talrijke toepassingsmogelijkheden in de keuken.
Na de uitgebreide teeltbeschrijving volgt nog een fotoreportage. Lees verder

Zuring, makkelijk in de moestuin, een zoektocht in de keuken.

In dit artikel schrijft Tuinman Peter enkele ideeën over over zuring (zurkel), een ietwat vergeten bladgroente. Lees verder

Zaai nu uw eigen kiemgroenten!

kiemgroenten-potjes (5)In dit artikel van Tuinman Peter beschrijft hij zijn verschillende teeltwijzen. Dit alles rijkelijk geïllustreerd met eigen foto’s. Je komt er ook te weten welke groentesoorten je zo allemaal kan gebruiken. Lees het artikel en ga daarna onmiddellijk zelf aan de slag! Lees verder

 

De groentetuin in het vroege voorjaar.

Welke grondsoort u hebt en de waterdoorlaatbaarheid ervan bepaalt  of u al dan niet aan de slag kan in de moestuin. Bezitters van lichte en droge gronden (artikel) zijn in het voordeel. Lichte gronden zijn niet alleen droger maar warmen ook sneller op. In  volle zomer zijn dit wel de gronden die het snelst onder de droogte te lijden hebben.

Wat er allemaal kan in maart en april :

  • Erwten zaaien en planten.
  • Rode bietjes zaaien
  • Tuinbonen zaaien, voorkiemen en planten
  • Spinazie zaaien
  • Worteltjes zaaien
  • Radijs zaaien
  • Aardappelen planten (onder folie tot begin april) Lees ook aardappelen poten en aardappelen, pootgoed snijden.
  • Slasoorten planten (onder folie tot half maart) kan ook al.
  • Vroege bloemkool  planten
  • Broccoli planten
  • Ajuin en sjalot planten
  • Peterselie planten
  • Ajuin zaaien
  • Zaaien in de kas, voor de plantopkweek : plantjes voor spitskool, sla, bloemkool, broccoli, prei, selder

Zit het weer voorlopig niet mee of is de grond nog te nat? broccoli

Geen nood. Het is nog maar half maart en zowat alle vroege teelten kunnen nog de hele maand april opgestart worden. Plantgoed dat klaar is om te planten, maar de grond niet in raakt wordt best beschut tegen de regen om doorweken van de potgrond en uitspoelen van voeding te vermijden. De kans is echter groot dat de zelf opgekweekte plantjes het ritme van dit seizoen gevolgd hebben en best nog een weekje verder opkweken kunnen verdragen. Zijn ze groot genoeg, zet ze dan wat koeler, maar zet ze wel in het licht.  Vergeet ook niet de plantjes af te harden. Vooral deze die je koopt in het tuincentrum zijn dikwijls verwend geweest, zowel bij de plantenkweker als in het tuincentrum zelf. Als je na de aankoop deze plantjes onmiddellijk uitplant in de tuin veroorzaakt dit een groeischok. Dus, laat de plantjes eerst nog enkele dagen in hun bakje. Zet ze ergens op het terras maar laat de perspotjes niet uitdrogen.En neem ze enkel binnen, als het zou vriezen de eerste paar dagen na de aankoop.
Na 5-7 dagen kunt u in alle veiligheid de plantjes in de uitplanten. De bladeren hebben ondertussen een waslaag opgebouwd en de steeltjes zijn steviger geworden. Niet alleen de kou, maar ook de wind en de uitdroging kunnen ze nu veel beter verdragen.

Voor wie plantjes wil aankopen in het tuincentrum en graag wil weten waar er op moet gelet worden is het uitgebreide artikel “over groenteplantjes kopen” een absolute aanrader. Je leest er nog meer over afharden en tips bij iedere groentesoort die je nu in het tuincentrum vindt.

Hebt u planten die door het wachten hun groeimedium dreigen te ontgroeien, dan kunt u eventueel ook overpotten in grotere potten. Vooral koolgewassen lenen zich goed daartoe (zie foto hiernaast uit het artikel spitskool telen). Hetzelfde kan je doen met plantjes die je nu koopt maar nog niet wil of kan uitplanten. Dit is zelfs een aanrader om de teelt te vervroegen. Zo kan je straks starten met een grotere plant en een klein beetje achterstand inhalen.

Pootgoed van ajuin of sjalot legt u in afwachting zo koel mogelijk. Net als pootgoed van aardappelen dat je al een tijdje aan het voorkiemen was en waarvan de scheuten te lang dreigen te worden.

Vroeg spruitkool-rupsen-koolwitje-klein

Vroeg starten biedt een aantal voordelen. Zo zijn we een aantal veel voorkomende plagen (koolvlieg, wortelvlieg, rupsen en bladluizen) en schimmelziekten  te snel af. En hebben we minder last van de droogtegevoeligheid van sommige lichte gronden.  Wie vroeger start kan de werkzaamheden (en de oogst) wat spreiden. Nog een geluk dat, als het weer geen al te grote bokkesprongen maakt, ook de plagen dit seizoen wat later zullen zijn.

Grondbewerking.

Bewerk de grond niet als deze nog te nat is. Controleer in ieder geval goed de vochtigheid van de grond vooraleer je aan de slag gaat. Neem wat grond in de hand en knijp het samen, lekt er water uit, wacht dan nog wat met de grondbewerking. Wie te natte grond bewerkt veroorzaakt structuurbederf waardoor de plantengroei achteraf sterk gehinderd wordt. Ook in april kan je  nog starten met de hierna opgesomde teelten! Wat je, bij aanvang van een mooi-weer periode, wel kan doen is de grond oppervlakkig open breken. Dit bevordert het opdrogen van de grond. Indien er groenbemester moet ondergewerkt worden, er veel onkruid staat,  of als je veel stalmest wil inwerken is spitten nodig. Heb je de grond tijdens de winter afgedekt met een laagje compost, dan is die waarschijnlijk onkruidvrij en luchtig van structuur, dan is het omwoelen met de spitvork waarschijnlijk voldoende.

 Afdekken afdekking

Voor het zaaien. Je kan de natuur een handje toesteken door al vroeg in het voorjaar stukjes grond af te dekken met zwarte plastic, zo blijft de grond droog en warmt hij ook wat sneller op. En ben je minder afhankelijk van het weer om te kunnen starten in de moestuin. Bij langere droge periodes gaat de plastic er beter af om het drogen te bespoedigen.

Na het zaaien kan je de kieming makkelijker maken door af te dekken met doorzichtige gaatjesplastiek of vliesdoek. De warmte zal de zaden sneller doen kiemen. Hevige regen zal de grond niet toeslaan. En bij schrale voorjaarswind droog het onder de folie of groeivlies niet uit.

Lees het artikel Plastiekfolie en vliesdoek helpen de vroege moestuinder om te zien hoe ander moestuinders gebruik maken van afdekking om teelten te vervroegen.

Plantenopkweek zaaien

Is het buiten niet goed, binnenshuis of in de kas, tunnel of koude bak konden we wel al volop uitzaaien en plantjes opkweken (zie  de nieuwsbrief van vorige maand, 16 februari). Er is nog steeds volop de mogelijkheid om  broccoli, bloemkool, spitskool, slaplantjes zelf op te kweken zoals in de vorige nieuwsbrief aangegeven. Onder  bescherming kan er nu ook nog herfst- en winterprei gezaaid worden. Wat in februari nog niet kon, wegens te vroeg, was de opkweek van Selder (artikel over de teelt) en peterselie (artikel over de teelt)  Dit kan vanaf nu wel,   maar dan wel best in een warme ruimte om de kieming te bespoedigen. Warmte is bij selder ook belangrijk om vroegtijdige bloei (opschieters) te vermijden. De zaaiperiode voor knolselder en bleekselder is vrij kort en situeert zich tussen half maart en half april. Waarom is die periode zo kort? Wel, de zaadjes zijn zeer fijn, de kieming verloopt traag, en de begingroei is niet zo snel.  Zelf selder opkweken is eigenlijk niet aan te raden voor ‘eerstejaars’ tuiniers. Bij het zaaien binnenshuis of in de kas zijn temperatuur en licht de sleutelwoorden. Tot aan de kieming kan je het zaaibakje best zo warm mogelijk zetten. Vanaf het moment dat de zaadjes aan het kiemen gaan,  is licht veel belangrijker. Dan moet je het zaaibakje bij heel veel licht plaatsen. Bij te weinig licht fileren de planten en worden ze dun en zwak.

 

 Organische bemesting stalmest

Bij het spitten wordt er stalmest, compost of eventueel gedroogde koemest ingewerkt. Dit is de basisbemesting. De hoeveelheid hangt af van de vruchtwisselingsgroep. Koolgewassen en vruchtgroenten en aardappelen hebben een grote behoefte aan stalmest of compost. Bladgroenten,  hebben net iets minder nodig maar zijn hoe dan ook zeer dankbaar voor een flinke organische bemesting.  Veel Wortelgroenten en peulgewassen behoeven op goed onderhouden grond geen organische voorraadbemesting. Uitzondering zijn de aardappelen die niet houden van een te arme grond, dat lees je dan wat verder in dit artikel. Afhankelijk van de teelt die op het perceel komt wordt deze organische voorraad bemesting dan aangevuld. Dit kan met minerale, samengestelde meststof of gedroogde, organische mest met verrijkte samenstelling zijn. 

Zie ook het artikel "kiezen tussen minerale en organische handelsmest aan de hand van 10 vragen"

Door de natte winter en het koude voorjaar zal de hoeveelheid direct beschikbare stikstof eerder beperkt zijn. Ook de compost zal pas later voeding afgeven. Wil je daar het fijne van weten, dan is het artikel “Stikstof bij vroege groenten vraagt aandacht” aan te bevelen lectuur. Zo lees je daar waarom je in het vroege voorjaar soms wat snelwerkende stikstof kan geven.

 

Ajuin en andere wortelgroentenajuin

Denk eraan dat niet alle vruchtwisselingsgroepen gediend zijn met stalmest. Met name het perceel van de wortelgewassen (ajuin, wortelen, sjalot) en van de peulgewassen krijgt geen stalmest,  een zeer kleine hoeveelheid goed verteerde compost (5 liter per m²) kan wel. Stalmest kan bij wortelen en witloof en schorseneer kan zelfs vertakte wortelen veroorzaken.

Voor ajuin, sjalot en wortelen wordt er dus vlak voor de teelt weinig organisch materiaal ingewerkt en er wordt in principe niet bemest met stikstof. De stikstof die vrijkomt uit de humusafbraak zou op goed onderhouden percelen moeten volstaan. Twijfel je daar aan, gebruik dan maximaal 40 g/m² samengestelde meststof. Kalium toedienen voor deze wortelgroenten is dan wel belangrijk. Dit is ook een aanrader bij de bemesting van aardappelen. Gebruik daarvoor bijvoorbeeld patentkali (30% Kalium). Een goede dosis is op lichte grond 60 gram/m². Op zwaardere grond, waar de kalium tijdens de winter minder uitspoelt is 40 g/m² voldoende. Bij wortelen moet de kaliumgift tijdig gebeuren. Kiemplantjes van worteltjes verdragen geen verse  mest, dit geeft verbranding door een te hoge zoutconcentratie. Een organische kaliumbron zoals vinasse (38% K) kan ook gebruikt worden. Kalium is bij veel groenten een zeer belangrijk voedingselement, bij wortelgroenten en  vruchtgroenten zelfs belangrijker dan stikstof.– Lees daartoe het artikel Kalium bij groenten. – Stop de plantajuintjes niet helemaal in de grond, zeker niet op zware grond of probeer eens de tip van Adelin uit : Ajuin planten op worteldoek. – Lees ook Ajuin en sjalot planten

 

Erwten en peulenerwt

Het perceel van de erwten kan een kleine dosis samengestelde snelwerkende meststof (30 g/m²) krijgen als startbemesting. De grond is koud, de mineralisatie is nog niet op gang gekomen en de voorraad aan stikstof is tijdens de winter flink uitgespoeld. Als ze wat groter zijn halen de erwtenplanten de stikstof uit de lucht via de wortelknobbeltjes die op de wortels zitten. Daarin zitten bacteriën die de stikstof omzetten tot nitraten en die zijn opneembaar voor de plant. Na de teelt van erwten of bonen zal de grond meer stikstof bevatten. Zeker als we de erwten of bonen boven de grond afknippen en de wortelresten in de grond laten.

– Lees Erwten zaaien en planten (volledige teelthandleiding) en ook erwten voorkiemen. – zaaikalender erwten en peulen

Zowel voor erwten als voor tuinbonen is voorkiemen een aanrader. Of zelfs het voorzaaien van erwten of tuinbonen in potjes is nu nog zinvol, want velen  voorzien pas in april te kunnen starten in de moestuin. 

Spreid de erwten open  en leg ze in een bodem van water die net boven de erwten uitkomt en laat ze zwellen.  Enkele uren later is het water bijna verdwenen en giet ik er nog wat water bij tot halfweg de hoogte van de erwten.  Daarna houden we de erwten gewoon vochtig. Dit kan door ze open te spreiden in één laag. Het schaaltje, waar een bodempje van hooguit één mm water inzit, dek ik af met een folie zonder echte volledig af te sluiten. Giet eventueel het bodempje water twee keer per dag en vervang het door vers water. Na een viertal dagen zie je een worteltje verschijnen. Deze gekiemde erwtjes kan je dan uitzaaien in de tuin. Zaai je erwten in de groentetuin die niet voorgekiemd zijn, dan duurt het toch zeker een week voor het worteltje te voorschijn komt. Is de moestuin nog niet bewerkbaar, dan kan je de erwtjes ook in potjes uitzaaien, zaai er dan een drietal per potje. Die kan je dan later uitplanten.

Heb je al eens sugarsnaps uitgeprobeerd in plaats van peultjes. Ik wel, en het was echt een meevaller. Je ziet het in deze fotoreportage : suikererwten of peultjes? En je ziet er ook nog eens hoe je te werk gaan bij het voorkiemen of voorzaaien in potjes.

Tuinbonentuinboon

Tuinbonen, alhoewel ook vlinderbloemigen mogen een grotere dosis snel werkende kunstmest (40-50 g/m²) én ook wat organische mest (10 liter compost per m²)

Heb je zin om tuinbonen te telen, maar geen idee hoe te beginnen aan deze eiwitrijke groenten? – Lees dan Tuinbonen van zaaien tot oogsten, de serie in vier delen.

Tuinbonen zijn echt gemakkelijk te telen, het enig probleem zijn de bladluizen die later op het seizoen de jonge scheuten aantasten. Maar dat kan bij jou eigenlijk niet meer gebeuren, want al tientallen lezers zonden tips in voor het artikel "Tuinbonen, luizenprobleem"  

Bladgewassen en koolgewassen spitskool

Bloemkolen, broccoli, spitskool en spinazie hebben behoefte aan een rijkere grond. Hier gebruiken we zowel stalmest of compost alsook een samengestelde meststof. Hou er bij de vroege teelten rekening mee dat de organische bemesting niet onmiddellijk ter beschikking is van de plant. En dat de mineralisatie en omzetting van organische mest zo vroeg op het jaar heel gering is. Vandaar dat hier een aanvulling met samengestelde, snel werkende kunstmeststof een voordeel is (80 g/m²). Wilt u zich wat verdiepen in wat hierboven kort weergegeven is, lees dan eens het artikel Stikstofbemesting bij vroege groenten vraagt bijzondere aandacht.

Ook een tip speciaal voor dit voorjaar, voor wie nog niet kan beginnen in de vollegrond en toch niet alle tijd wil verliezen : het artikel voorzaaien van spinazie in potjes.

Aardappelen aardappel

Ook aardappelen hebben een grote behoefte aan organische mest. Maar hier moeten we opletten met te veel aanvulling van samengestelde meststof. Te veel stikstof veroorzaakt overdadige loofgroei, met een slechte kwaliteit van de aardappelen en  meer kans op aardappelplaag tot gevolg. Een bijbemesting met Kalium, zoals uiteengezet in het artikel Bemesting aardappelen is daarentegen een aanrader. Zo vermijd je een overdadige loofgroei en is de kwaliteit van de aardappelen veel beter. Gebruik daarvoor patentkali (30% K). Een goede dosis is op lichte grond 60 gram/m². Op zwaardere grond, waar de kalium tijdens de winter minder uitspoelt is 40 g/m² voldoende.

Kan je wat tijd nemen om je te verdiepen in de aardappelteelt vanaf de aankoop van het plantgoed tot het oogsten. Dan is de link "gratis cursus aardappelen telen in de groentetuin” aan te bevelen.

Waarschijnlijk is de grond nog te nat en te koud om te planten. Maar, als je dit nog niet gedaan hebt, koop nu wel uw pootgoed. Je kan het immers een maand laten voorkiemen. Het is weinig zinvol vroege aardappelen te planten die nog niet voorgekiemd zijn. Zo verlies je een flink stuk van de vroegheid en wordt het aantal groeidagen veel langer.

Wil je eens wat speciaals uitproberen? Dan is er het artikel “aardappelen telen boven de grond” !

Nu tijd om raapstelen om in open lucht te zaaien.

Wie straks als eerste verse groenten uit zijn tuin wil halen moet misschien eens denken aan raapstelen. Moeilijk is het helemaal niet. En het resultaat van uw inspanningen wordt vrij snel beloond.  Lees nu alles over de teelt van raapstelen

Het planten van aspergeplanten ( gezaaid of gekocht)

Maart is een goede periode om asperges te planten. Gekochte planten, of misschien wel zelf gekweekte planten. In dit artikel leest u over hoe je te werk gaat bij het planten van asperges en wat de aandachtspunten zijn. Vanzelfsprekend kunt u op dezelfde manier te werk gaan als u planten gekocht hebt. Met tien stap-voor-stap foto’s.
Lees het artikel over asperges planten, kik hier.

 

Rabarberpotten.
Kent u ze al, die decoratieve rabarberpotten om vroeg in het voorjaar langgerekte rabarberscheuten te hebben? Lees verder.

 

10 verschillende groentevullingen voor eieren.
Voor de Paaslunch. Gevulde eitjes zijn een verrassend hapje vooraf. Niet alleen voor de paasbrunch of het traditionele paasmaal, maar voor alle feestelijke gelegenheden. Vooral voor kinderen zijn ze plezierig om maken. Laat de jongste kinderen helpen om de eitjes uit te lepelen, eiwit en dooier te prakken, de groenten te mengen of de eitjes te vullen. Oudere kinderen die met een mes overweg kunnen, mogen de groenten ook in reepjes en blokjes snijden.
Lees verder

Groenten zaaien ? Hoe afdekken?

De groentezaden afdekken met tuingrond is niet altijd eenvoudig. Soms is de grond te droog, soms bevat hij te veel kluiten. En onstaat er korstvorming waardoor de zaden niet boven raken. Verder bevat deze grond ook onkruidzaden die dan tegelijkertijd met de groenten en tussen de groenten kiemen.
Herman De Moor was op zoek naar een goede methode om, bij het ter plaatse zaaien, de zaden af te dekken en de boven genoemde nadelen te omzeilen. Zijn resultaten met een aangepast grondmengsel om de zaden af te dekken waren dusdanig goed, dat hij het de moeite vindt om deze teelttechniek, in de vorm van een artikel, aan de lezer(s) te laten geworden.
Lees hier de nuttige zaaitip van Herman.

 

Hoe zit dat nu eigenlijk met de plantdatum van aardbeien?

Heb je net op GroentenInfo gelezen dat je aardbeien best plant zo ergens in augustus. Dan kom je dan één van deze dagen in het tuincentrum, en  zie je daar aardbeienplanten in potjes staan. Of misschien, zoals ik vorige week, aardbeiplanten uit de koelcel, verpakt als in turfmolm, in het rek van de bloembollen. Deze laatste zijn dan zogenaamde frigoplanten.

InlineRepresentationa579bfd4-22f6-44a3-bdf7-77a57f5015fa[4]

Hoe zit dat nu? In augustus planten of in maart? Of…?

In dit artikel wordt er uitgelegd waarom aardbeien van oudsher in augustus geplant worden. En dat er nu ook de mogelijkheid is om in het voorjaar te planten. Maar wat is nu het beste?

Lees verder

Radijs als tussenteelt radijs

Vergeet niet om de, in het begin, nog  ruime tussenafstand tussen de rijtjes sla, ajuin, erwten op te vullen met wat radijsjes. Zaai er niet meer dan nodig, maar zaai er iedere week. Later op het seizoen is radijs minder makkelijk. Op lichte grond raakt de radijs snel aangetast door de made van de koolvlieg. En bij grote hitte/droogte word radijs snel voos. Radijsjes horen dan ook bij de (vroege) lente.

Alleen in de lente kan je ze overal in de tuin zaaien. Later op het seizoen kunnen ze ook de drager zijn van knolvoet en horen ze net als alle andere koolgewassen thuis op een apart perceel.

Rode biet rode biet

  • Voor de bewaarteelt van rode biet is het nog wat vroeg, maar toch kan je vanaf eind maart al een vroege teelt van rode biet in open lucht zaaien. Rode biet vraagt wat meer voeding dan andere wortelgroenten. Geef als extra bovenop de organische bemesting een 50g/m² van een kaliumrijke, samengestelde meststof (12+10+18). Je kan de rode biet al jong oogsten. Je kan gerust wat dichter zaaien dan aangegeven. De zaailingen die je uitdunt kan je gebruiken al vroeg gebruiken als baby-leaf.

Wortelenwortelen Voor de grovere Nantes-types (zomerwortel, waspeen) is het nog wat te vroeg, net zoals voor de winterwortel. Maar de wortelen van het type Amsterdamse Bak (bospeen, busselwortelen, jonge worteltjes) kunnen nu volop gezaaid worden. Gebruik geen stalmest. Ook een stikstofbemesting is voor deze jong te oogsten wortelen niet nodig. Kalium wel. Bij wortelen moet de kaliumgift tijdig gebeuren. Kiemplantjes van worteltjes verdragen geen verse  mest, dit geeft verbranding door een te hoge zoutconcentratie. Gebruik ongeveer 45 gram patentkali per are. Een organische kaliumbron zoals vinasse (38% K) kan ook gebruikt worden. Wie in maart worteltjes zaait en deze tijdig/jong oogst, kan nog net de wortelvlieg voor zijn. Vanaf 10 april is afdekking met insectengaas aan te raden.  Aangezien wortelen en ajuin ongeveer dezelfde voedingsbehoefte hebben kan je ook afwisselend een ruitje ajuin en wortelen zaaien om zo de aantasting door wortelvlieg te verminderen. Er ontstaat dan geurverwarring. Maar enkel afdekken met insectengaas biedt 100% bescherming. Moet je de worteltjes dunnen of wieden, verwijder dan het doek ‘s morgens vroeg. Dan is de wortelvlieg nog niet actief.

 

Raadpleeg bij twijfel over het juiste tijdstip en afstanden van de groenten de teeltschema’s voor alle groentesoorten

 

De Groente en Fruit Encyclopedie, vijfde druk is verschenen.

  • a
    De Groente en Fruit Encyclopedie,
    vijfde druk is uit!
    De Groente en Fruit Encyclopedie heeft nogmaals zijn kwaliteit bewezen!

    Vooral de mond aan mond reclame van de vele tuinliefhebbers die het boek kochten zorgt ervoor dat de Groente en Fruit Encyclopedie steeds in de aandacht blijft. Daarom mijn welgemeende dank aan de meer dan tienduizend mensen die de Groente en Fruit Encyclopedie in de afgelopen jaren hebben aangeschaft.

  • Lees nu alle info over de vijfde druk van de Groente en Fruit Encyclopedie.

Tomaten zaaien : alle info die je nodig hebt.

In dit artikel vind je alle belangrijke info die je nodig hebt om tomaten te zaaien.

tomaten zaaien

Het zaaiseizoen voor tomaten is begonnen. Sommigen beginnen al in februari, maar de meest gekozen maand is maart. Eerder in de maand zaaien voor de kastomaten en wat later op de maand zaaien voor de tomaten in open lucht.

In dit artikel lees je niet de ideale en perfecte omstandigheden om te zaaien (bestaan die wel?) maar tips en bedenkingen opdat ook de hobbytuinder met soms eenvoudige middelen toch tot een goed resultaat kan komen. Deze zijn ook gebaseerd op de vele lezersbijdragen, mails en op discussiemomenten tijdens de voordrachten. Met voorbeelden onderaan het artikel.

Lees verder Tomaten zaaien : alle info die je nodig hebt.

Informatie over tomaten zaaien.

De aankondiging “Tomaten zaaien vanaf 10 tot 25 maart!” van Guy op zijn weblog Fruit ABC  deed mij er aan denken dat er op GroentenInfo al meerdere interessante artikels over tomaten zaaien verschenen zijn. Over de exacte zaaidatum lopen de meningen nogal uiteen. Wie de zorgen bij de opkweek wil beperken kan zich inderdaad richten op half maart voor de kasteelt en op einde maart voor de openluchtteelt. Enkele ervaren tuiniers, die graag het maximum uit hun teelt halen, zaaien al eind of zelfs half februari. Het is niet zo dat een maand vroeger zaaien ook een maand vroeger oogsten betekent, de oogst zal  wel bv. één week vroeger zijn en er zal waarschijnlijk, bij een goede groeikracht, een tros meer kunnen geteeld worden. Maar de opkweek van deze plantjes zal meer aandacht vragen in verband met de temperatuureisen van de plantjes, niet iedereen is daartoe uitgerust en voldoende ervaren. Ook wie in maart zaait zal nog een mooi resultaat halen. Maar, dit ter zijde, eerst nog wat leesvoer voor wie tomaten wil gaan zaaien, misschien voor de eerste keer, of gewoon om wat ideeën op te doen. Daarop aansluitend vindt u mijn zaaimethode van 2008 in een fotoreportage van 21 foto’s, zonder tekst, want daarvoor verwijs ik graag naar de andere  vier berichten. Er zijn immers heel wat mogelijkheden om tomaten te zaaien.

Artikels  over tomaten zaaien.

Zelf tomatenplanten kweken, de methode van Cor. Hier doet Cor zijn beproefde methode uit de doeken, onder het motto “Het leed dat je normaal ondervindt bij het uitproberen kun je met dit artikel wel vergeten” Tomaten zaaien : hoe doe jij dat? In dit artikel worden de verschillende aspecten belangrijk bij het zaaien nog eens besproken, met aandacht voor vocht, licht, warmte, zaaisubstraat en zaaimethodes. Tomaten zaaien. Met foto’s stap voor stap. Eén van de eerste artikels op deze weblog. Een praktische methode om wat later op het seizoen tomaten te zaaien zonder extra verwarming van het zaaikistje of belichting. Best wat later op het seizoen uit te voeren. Zaaien en Verspenen (Tomaten kweken bij Herman in 2007 Deel 1) In dit artikel leest u hoe u tomaten kan zaaien en opkweken binnenshuis met behulp van een verwarmde propagator en een lichtbak.

 

Foto’s tomaten zaaien

 

Zo zag mijn zaaimethode er vorig seizoen stap voor stap uit. Ik heb er geen tekst bij vermeld, er zijn immers al vier artikels met tekst over tomaten zaaien, zie hierboven. De beelden spreken voor zich, hoop ik. Indien u toch vragen hebt bij sommige foto’s, stel ze op de voorziene plaats onder dit artikel.
Klik op de foto’s voor een vergroting.

tomaten zaaien 2008-1 tomaten zaaien 2008-2 tomaten zaaien 2008-3

tomaten zaaien 2008-4 tomaten zaaien 2008-5 tomaten zaaien 2008-6

tomaten zaaien 2008-7 tomaten zaaien 2008-9 tomaten zaaien 2008-10

tomaten zaaien 2008-11 tomaten zaaien 2008-11 tomaten zaaien 2008-12

tomaten zaaien 2008-13 tomaten zaaien 2008-15 tomaten zaaien 2008-14

tomaten zaaien 2008-16 tomaten zaaien 2008-17 tomaten zaaien 2008-18

tomaten zaaien 2008-20 tomaten zaaien 2008-21 DSC00068

Het is nu ook het moment om uw zaaimethode onderaan dit bericht toe te voegen. Met dank!