De groentetuin de winter door

De overwintering van onze groentetuin : bewerken en laten begroeien.

Om te kunnen starten met een goede grondstructuur en een luchtige bodem is het noodzakelijk enkele voorbereidingen te treffen.

Hebben we in onze tuin te doen met een zware grond (klei, leem), dan moeten we de groentetuin omspitten voor de winter. Op die manier kan de vorst de grove grondkluiten laten openvriezen en hebben we na de winter een fijne en mulle grond, die gemakkelijker te bezaaien of te beplanten is. ondertussen kunnen we ook stalmest of compost inwerken.

Om wateroverlast te vermijden werken we best met bedden van 1 à 1,5 m breed. Deze bedden zijn ietwat verhoogd en tussen de bedden zijn er geulen van 20 cm diep, zodat het overtollige water tijdens de winter langs daar afgevoerd kan worden.

Lichte gronden (zandgronden) daarentegen bewerken we beter niet voor de winter. Doordat deze grond zeer gemakkelijk uit elkaar valt zou de structuur van de grond verslechteren gedurende de winter, vooral bij overvloedige regens of bij heel strenge vorst.

Welke grondsoort we ook over beschikken, een begroeide grond zal de winter beter doormaken dan een blote grond. Eventueel kunnen we de grond bedekken met een laagje compost of stalmest. Let wel op welke groenten er het volgende jaar komen. Voor wortelen bijvoorbeeld gebruiken we best geen compost of stalmest.

Daarom is het inzaaien van een groenbemester ook belangrijk. Natuurlijk zorgt deze groenbemester ook voor een extra humusvoorziening in de grond. Snijrogge is aan te raden omdat het zaad van deze groenbemester gemakkelijk te verdelen is en ook vlug kiemt. Snijrogge kan ook nog in november en december gezaaid worden. Toch is het beter in oktober te zaaien om nog voldoende grondbedekking voor de winter te bekomen, wat uiteindelijk toch belangrijk is. Bij laattijdige zaaiing is de kans groot, indien er een vroegtijdig invallende winter is, dat de grond tijdens de winter niet meer voldoende bedekt raakt.

Tot eind oktober kunnen we ook raaigras als groenbemester inzaaien. Beide groenbemesters hebben het voordeel dat ze voor heel weinig ziekten of insecten die op groenten voorkomen waardplanten zijn, waardoor de kans op overleving van ziekten in de grond kleiner wordt en er geen extra problemen zijn met de vruchtwisseling.

Na de winter wordt de groenbemester ingespit, naargelang de zaaiingen en de plantingen in onze tuin vorderen. Laat de groenbemester ook niet te lang staan, want hoe later op het voorjaar, hoe meer vocht door de groenbemester uit de grond onttrokken wordt.

Boekentip!
De Groente- en Fruit Encyclopedie met beschrijvingen van 99 % van alle groente- en fruit soorten en van alle technieken nodig om succesvol groenten en fruit te telen.

Winnaar Beervelde Award voor het beste Belgische tuinboek.- "...de compleetste encyclopedie wat groenten en fruit betreft..." (uit De Volkstuin) "...een prima doe-boek..." (uit Nest).
Klik hier voor meer info en talrijke recensies over dit boek

© Copyright Luc Dedeene (Contact) & Plantaardig.com (1998-2011)
Alle rechten voorbehouden.