Zuiderse ovenschotel met kabeljauw en spaghetti van knolselderij

Voor 6 personen: 3 Flandriatomaten, 2 teentjes knoflook, 1 eetlepel balsamicoazijn, 1 eetlepel verse tijmblaadjes, de blaadjes van 1 tak rozemarijn, 6 stukken kabeljauwfilet (ong. 100 g per persoon), 1 Flandriaknolselderij, het sap van 1 citroen, 2 eetlepels olijfolie, peper en zout, 3 eetlepels gehakte Flandriapeterselie.

· Pel de tomaten, snijd ze in kwartjes en verwijder de pitjes. Snijd het vruchtvlees in grote stukken. Meng het geperste knoflook, de balsamicoazijn, de helft van de tijmblaadjes, de rozemarijnblaadjes, peper, zout en 1 eetlepel olijfolie.

· Leg dit mengsel op de bodem van een grote ovenschotel. Laat 15 minuten garen in een oven van 200°C.

· Leg dan de stukken vis op het tomatenbed. Kruid ze met peper en zout en besprenkel ze met de rest van de tijm en de helft van het citroensap. Laat nog 20 minuten garen in de oven.

· Maak ondertussen de spaghetti: schil de selderijknol en snijd hem met een groot keukenmes in plakken van ong. 1,5 cm dik. Versnijd elke plak geduldig in lange repen van 0,5 cm breed. Besprenkel de repen met de rest van het citroensap tegen het verkleuren.

· Blancheer de knolselderijrepen 3 minuten in gezouten water. Laat ze uitlekken en dep ze droog. Verhit 1 eetlepel olijfolie in een pan, roer er de knolselderijrepen door en kruid met peper en zout. Schik op elk bord een stuk vis en een hoopje “spaghetti”. Bestrooi met de tomatensaus en gehakte peterselie.