Witloof met Fazant op z'n Brabants
Ingrediënten voor 4 personen: 2 panklare fazanthanen, 100 g boter, 8 stronken Flandriawitloof, 2 sjalotjes, 100 g blokjes gerookt spek, 1 kruidentuiltje, 2 dl wildfond, 2 dl rode wijn, 250
g Flandria-spruiten, 250 g raapjes, peper, zout, nootmuskaat.
• Laat de fazanthanen door de poelier of de slager opbinden met spek en druivenbladeren. Kruid ze aan de binnenkant met peper en zout.
• Verhit een deel van de boter in een braadpan en laat de fazanten rondom mooi bruinen (dezijkanten eerst).
• Schik ze in een ingevette ovenschotel en schik er de schoongemaakte witloof-stronken, de fijngesnipperde sjalotjes, de spekblokjes en het kruidentuiltje bij. Kruid met peper, zout en
nootmuskaat en giet er de wijn en de wildfond bij. Zet de schotel in een voorverwarmde oven van 200°C en laat 30 tot 35 minuten braden. Overgiet geregeld met het braadvocht en draai het witloof nu en dan om.
• Maak ondertussen de spruiten en de raapjes schoon. Snijd de geschilde raapjes in stukken. Blancheer deze groenten 5 minuten in gezouten water en laat ze uitlekken. Voeg ze bij de
fazanten in de helft van de braadtijd.
• Verwijder het spek en de druivenbladeren van de fazanten en schik deze terug in de ovenschotel. Serveer met gebakken aardappelen.